TOYOTA PROACE CITY EV 2021 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2021, Model line: PROACE CITY EV, Model: TOYOTA PROACE CITY EV 2021Pages: 352, PDF Size: 75.88 MB
Page 121 of 352

121
Veiligheid
5
WARNI NG
Houd tijdens het rijden het opbergvak gesloten. Anders bestaat er het risico op letsel bij een ongeval of plotseling remmen.
Side airbags
Indien de auto hiermee is uitgerust, beschermt dit systeem de bestuurder en voorpassagier in geval van een ernstige zijdelingse aanrijding, waardoor het risico op letsel aan de borst, tussen de heupen en de schouders, wordt beperkt.Elke side airbag is aan de portierzijde in het rugleuningframe gemonteerd.
Activering
De side airbags worden aan één zijde geactiveerd
bij een ernstige zijdelingse aanrijding tegen de gehele zijdelingse botsingszone B of een deel daarvan.De side airbag wordt opgeblazen tussen de borst van de inzittende en het portierpaneel aan die kant.
Curtain airbags
Indien de auto hiermee is uitgerust, biedt dit systeem bescherming aan de bestuurder en passagier in geval van een ernstige zijdelingse aanrijding, waardoor het risico op letsel aan de zijkant van het hoofd wordt beperkt.Elke curtain airbag is in de stijlen en het bovenste gedeelte van het passagierscompartiment ingebouwd.
NOTIC E
Bij de uitvoering met tweezitsbank voor is de passagier in het midden niet beschermd.
Indien de auto hiermee is uitgerust, biedt dit systeem bescherming aan de bestuurder en passagiers (behalve op de middelste zitplaatsen) in geval van een ernstige zijdelingse aanrijding, waardoor het risico op letsel aan de zijkant van het hoofd wordt beperkt.Elke curtain airbag is in de stijlen en het bovenste gedeelte van het passagierscompartiment ingebouwd.
Page 122 of 352

122
Activering
Deze airbag wordt gelijktijdig met de side airbag aan die kant geactiveerd bij een ernstige zijdelingse aanrijding tegen de gehele zijdelingse botsingszone B of een deel daarvan.De curtain airbag wordt opgeblazen tussen de inzittenden voorin en achterin en de zijruiten aan hun kant.
Storing
Als dit waarschuwingslampje op het instrumentenpaneel gaat branden, neem dan contact op met een TOYOTA-dealer of een gekwalificeerde werkplaats om het systeem te laten controleren.De kans bestaat dat de airbags bij een ernstige aanrijding niet worden geactiveerd.
WARNI NG
Bij een lichte zijdelingse aanrijding of bij over de kop slaan kan het zijn dat de airbags niet worden geactiveerd.Bij een aanrijding van achteren of een frontale aanrijding worden er geen side airbags geactiveerd.
Advies
WARNI NG
Houd u aan de onderstaande veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags.Ga normaal rechtop zitten.Maak de veiligheidsgordel vast en zorg dat hij goed zit.
Zorg dat er zich niets bevindt tussen de airbags en de inzittenden (bijv. kinderen, huisdieren, objecten) en bevestig niets in de buurt van de airbags of in het gebied waar de airbags afgaan. Dit zou tot verwondingen kunnen leiden bij het activeren van de airbags.Plaats geen voorwerpen op het dashboard.Wijzig niets aan het oorspronkelijke ontwerp van de auto, vooral niet in de directe omgeving van de airbags.Zelfs als alle bovenstaande voorschriften worden nageleefd, blijft de kans bestaan op letsel of lichte brandwonden aan het hoofd, de borst of de armen als de airbag wordt geactiveerd. De airbag wordt namelijk zeer snel opgeblazen (binnen enkele milliseconden) en loopt vervolgens even snel leeg, waarbij de warme gassen via de daarvoor bestemde openingen naar buiten stromen.
Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de airbagsystemen controleren.Alle werkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
WARNI NG
Airbags voorHoud het stuurwiel niet aan de spaken vast en laat uw handen niet op het middelste deel van het stuurwiel rusten.Passagiers mogen hun voeten niet op het dashboard laten rusten.Rook niet in de auto. Als de airbag wordt opgeblazen, kunnen brandende sigaretten of een pijp brandwonden of ander letsel veroorzaken.Verwijder het stuurwiel nooit, maak geen gaten in de stuurwielbekleding en sla er niet op.
Bevestig geen voorwerpen op of aan het stuurwiel of dashboard. Deze kunnen bij het afgaan van de airbags letsel veroorzaken.
Page 123 of 352

123
Veiligheid
5
WARNI NG
Side airbagsBreng uitsluitend goedgekeurde stoelhoezen aan die compatibel zijn met deze airbags. Neem voor informatie over het assortiment stoelhoezen voor uw auto contact op met een Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.Bevestig nooit iets aan de rugleuning van de stoelen (bijv. kleding): dit zou bij het afgaan van de airbags kunnen leiden tot verwondingen aan armen of borstkas.Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.De portierpanelen van de voorportieren bevatten de zijdelingse botsingssensoren.Schade aan het portier of het niet correct uitvoeren van werkzaamheden (wijzigingen of reparaties) aan de voorportieren of de binnenbekleding van de voorportieren kan ertoe leiden dat deze sensoren niet meer goed
werken. In dat geval werken de side airbags mogelijk niet!Alle werkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een erkende Toyota-dealer of Toyota-hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
WARNI NG
Curtain airbagsBevestig nooit iets op of aan de hemelbekleding; dit zou bij het afgaan van de curtain airbags kunnen leiden tot hoofdletsel.Verwijder de handgrepen aan het dak niet; deze maken deel uit van de bevestiging van de curtain airbags.
Kinderzitjes
NOTIC E
De regelgeving met betrekking tot het vervoer van kinderen is per land verschillend. Raadpleeg de in uw land geldende regels.
Volg voor een optimale veiligheid de volgende adviezen op:– Conform de Europese wetgeving dienen alle kinderen jonger dan 12 jaar of kleiner dan 150 cm in gehomologeerde, aan het lichaamsgewicht aangepaste kinderzitjes op met veiligheidsgordels of ISOfix-bevestigingen uitgeruste plaatsen te worden vervoerd.– De veiligste plaats voor het vervoeren van een kind is volgens de statistieken een plaats op een van de achterzitplaatsen van uw auto.
– Kinderen tot 9 kg moeten zowel voor- als achterin “tegen de rijrichting in” worden vervoerd.
NOTIC E
Het is raadzaam om kinderen op de achterzitplaatsen van uw auto als volgt te vervoeren:– tot 3 jaar “met het gezicht tegen de
rijrichting in”,– vanaf 3 jaar “met het gezicht in de rijrichting”.
WARNI NG
Controleer of de veiligheidsgordel goed gepositioneerd en aangetrokken is.Controleer bij kinderzitjes met een steun of deze steun stevig en stabiel op de vloer staat.
WARNI NG
Bij een onjuist geplaatst kinderzitje is de bescherming van het kind bij een aanrijding niet meer gewaarborgd.Controleer of er geen veiligheidsgordel of gordelsluiting van de veiligheidsgordel onder het kinderzitje zit; dat zou de stabiliteit van het zitje
in gevaar kunnen brengen.
Page 124 of 352

124
Zorg ervoor dat de veiligheidsgordel of het tuigje van het kinderzitje, zelfs bij korte ritten, wordt vastgemaakt, waarbij de speling ten opzichte van het lichaam van het kind zoveel mogelijk moet worden beperkt.Zorg er bij het bevestigen van het kinderzitje met de veiligheidsgordel voor dat de veiligheidsgordel correct tegen het kinderzitje is gespannen en dat de gordel het kinderzitje stevig op zijn plaats houdt. Schuif de passagiersstoel, wanneer deze versteld kan worden, indien nodig naar voren.Verwijder de hoofdsteun voordat u een kinderzitje met rugleuning op een passagiersstoel plaatst.Berg de hoofdsteun zorgvuldig op om te voorkomen dat de hoofdsteun door de auto vliegt bij krachtig afremmen. Plaats de hoofdsteun weer zodra het kinderzitje is verwijderd.
WARNI NG
Plaatsen van een zittingverhogerHet bovenste gedeelte van de veiligheidsgordel moet over de schouder van het kind liggen, zonder de hals te raken.Controleer of de heupgordel goed over de dijen van het kind ligt.Gebruik een zittingverhoger met rugleuning en een gordelgeleider ter hoogte van de schouder.
WARNI NG
Extra beveiligingGebruik het kinderslot om te voorkomen dat de portieren en zijruiten achter per ongeluk worden geopend.Zorg ervoor dat de zijruiten achter niet verder dan voor 1/3 deel worden geopend.Plaats zonneschermen op de zijruiten achter om jonge kinderen tegen de zon te beschermen.Laat uit veiligheidsoverwegingen:– Geen kinderen zonder toezicht in de auto achter.– Nooit een kind of een dier in een auto achter wanneer alle ruiten gesloten zijn en de auto in de zon staat.– De sleutels nooit binnen bereik van kinderen achter in de auto.
Kinderzitje achterin
Tweede zitrij
Gezicht in de rijrichting of gezicht tegen de rijrichting in
► Schuif de voorstoel naar voren en zet de rugleuning ervan rechtop, zodat de benen van het kind in het kinderzitje “met gezicht in de rijrichting” of het kinderzitje “met gezicht tegen de rijrichting in” zelf de voorstoel niet raakt.► Zorg ervoor dat de afstand tussen de rugleuning van het kinderzitje “met gezicht in de rijrichting” en de rugleuning van de achterzitplaats zo klein mogelijk is. Idealiter raken ze elkaar.► Zet de achterzitplaats (tweede zitrij) in de achterste stand, met de rugleuning rechtop.
Page 125 of 352

125
Veiligheid
5
NOTIC E
Controleer of de veiligheidsgordel goed aangetrokken is.Controleer bij kinderzitjes met een steun of deze steun stevig en stabiel op de vloer staat. Verzet indien nodig de voorstoel van de auto.
Derde zitrij
Als er een kinderzitje op een stoel van de derde zitrij wordt geplaatst, zet deze stoel dan in de achterste stand en zet de rugleuning rechtop, zodat het kinderzitje en de benen van het kind de stoelen op de tweede zitrij niet raken.
WARNI NG
Een kinderzitje met steun mag nooit op de derde zitrij worden geplaatst
Kinderzitje voorin
► Zet de voorpassagiersstoel in de hoogste stand en schuif hem zo ver mogelijk naar achteren, met de rugleuning rechtop.
“Gezicht in de rijrichting”
WARNI NG
De voorpassagiersairbag moet ingeschakeld blijven.
“Gezicht tegen de rijrichting in”
WARNI NG
De voorpassagiersairbag moet worden uitgeschakeld voordat een kinderzitje “met gezicht tegen de rijrichting in” wordt geplaatst. Otherwise, the child risks being seriously injured or killed if the airbag is deployed.
Waarschuwingslabel - Voorpassagiersairbag
Page 126 of 352

126
Houd u aan de volgende instructies die zijn vermeld op het waarschuwingslabel aan beide zijden van de zonneklep aan passagierszijde:
Plaats NOOIT een kinderzitje met de rug in de rijrichting op een zitplaats waarvan de AIRBAG is INGESCHAKELD. Bij het afgaan van de airbag kan het KIND LEVENSGEVAARLIJK GEWOND RAKEN.
Uitschakelen van de
voorpassagiersairbag
WARNI NG
Schakel voor de veiligheid van het kind de voorpassagiersairbag ALTIJD uit als u een kinderzitje “tegen de rijrichting in” op de voorpassagiersstoel plaatst. Anders kan het kind ernstig gewond raken wanneer de airbag wordt geactiveerd.
WARNI NG
Auto's zonder schakelaar voor het uitschakelen/inschakelenHet is uitdrukkelijk verboden een kinderzitje “tegen de rijrichting in” op de voorpassagiersstoel of voorbank te plaatsen - het kind zou ernstig gewond kunnen raken bij het afgaan van de airbag!
WARNI NG
Schakel bij de Extenso-cabine of de uitvoeringen met dubbele cabine de voorpassagiersairbag uit wanneer u lange voorwerpen vervoert.
Uitschakelen/weer inschakelen van de
voorpassagiersairbag
Indien uw auto hiermee is uitgerust, bevindt de schakelaar zich aan de zijkant van het dashboard.
Met het contact UIT:► Steek de sleutel in de schakelaar en draai hem in de stand “OFF” om de airbag uit te schakelen. ► Draai de sleutel in de stand ON om de airbag weer in te schakelen.Als het contact AAN wordt gezet:Dit waarschuwingslampje gaat branden. Het blijft branden zolang de airbag is uitgeschakeld.
Of
Page 127 of 352

127
Veiligheid
5
Dit waarschuwingslampje gaat ongeveer 1 minuut branden om aan te geven dat de airbag is ingeschakeld.
Aanbevolen kinderzitjes
Deze aanbevolen kinderzitjes kunnen met een driepuntsveiligheidsgordel worden vastgemaakt.
Groep 0+: vanaf de geboorte tot 13 kg
L1Wordt “tegen de rijrichting in” geplaatst.
Groep 2 en 3: 15 - 36 kg
L5Kan aan de ISOfix-bevestigingen van de auto worden bevestigd.Het kind wordt door de veiligheidsgordel op zijn plaats gehouden.Alleen geschikt voor de buitenste zitplaatsen achter.De hoofdsteun van de stoel van de auto moet worden verwijderd.
Groep 2 en 3: 15 - 36 kg
L6Het kind wordt door de veiligheidsgordel op zijn plaats gehouden.Alleen geschikt voor de voorpassagiersstoel of de buitenste zitplaatsen achter.
Page 128 of 352

128
Plaatsen voor het bevestigen van kinderzitjes met de veiligheidsgordel
Conform de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkheden weer \
met betrekking tot het bevestigen, met een veiligheidsgordel, van een un\
iverseel gehomologeerd kinderzitje (c), gerangschikt naar het gewicht van het kind en de plaats in de auto.
Gewicht kind en leeftijdsindicatie
ZitplaatsTot 13 kg(groep 0 (b) en 0+)
Tot ongeveer 1 jaar
9 - 18 kg(groep 1)
Van 1 tot ongeveer 3 jaar
15 - 25 kg(groep 2)
Van 3 tot ongeveer 6 jaar
22 - 36 kg(groep 3)
Van 6 tot ongeveer 10 jaar
Cabine/Zitrij 1 (a)Met stoel, passagiersplaats
/
Met bank, middelste of buitenste passagiersplaats
Met passagiersairbag uitgeschakeld “OFF”
U
Met passagiersairbag ingeschakeld “ON”
XUF
Page 129 of 352

129
Veiligheid
5
Legenda
(a) Raadpleeg de wettelijke bepalingen van uw land alvorens een kinderzitje\
op deze plaats te bevestigen.(b) Groep 0: vanaf de geboorte tot 10 kg. Op de passagiersplaats(en) vó\
ór kan geen reiswieg of kinderbedje voor in de auto worden bevestigd.\
(c) Universeel kinderzitje: kinderzitje dat in alle auto's met de veilighei\
dsgordel kan worden bevestigd.U Zitplaats geschikt voor de bevestiging van een universeel gehomologeerd\
kinderzitje met een veiligheidsgordel, zowel “tegen de rijrichting i\
n” als “in de rijrichting” geplaatst.UF Zitplaats geschikt voor de bevestiging van een universeel gehomologeerd\
kinderzitje met een veiligheidsgordel, “in de rijrichting geplaatst”\
.X Zitplaats die niet geschikt is voor het plaatsen van een kinderzitje ui\
t de aangegeven gewichtsgroep.
Page 130 of 352

130
Gewicht kind en leeftijdsindicatie
ZitplaatsTot 13 kg(groep 0 (d) en 0+)Tot ongeveer 1 jaar
9 - 18 kg(groep 1)Van 1 tot ongeveer 3 jaar
15-25 kg (34-56 lb)(groep 2)Van 3 tot ongeveer 6 jaar
22-36 kg (49-79 lb)(groep 3)Van 6 tot ongeveer 10 jaar
Zitrij 1 (a)Vaste passagiersstoelX
In lengterichting verstelbare passagiersstoel
Met passagiersairbag uitgeschakeld “OFF”
U (f)
Met passagiersairbag ingeschakeld “ON”
XUF (f)
Zitrij 2 (b) (e)U
Zitrij 3 (b) (e)U (g) (h)