stop start TOYOTA RAV4 2020 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2020, Model line: RAV4, Model: TOYOTA RAV4 2020Pages: 730, PDF Size: 126.68 MB
Page 533 of 730

5326-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
■Wanneer de buitentemperatuur tot bijna
0°C daalt
De ontvochtigingsfuncti e werkt mogelijk niet,
zelfs niet wanneer de aircoschakelaar wordt
ingedrukt.
■Geuren ventilatie en airconditioning
●Zet de airconditioning in de buitenluchtmo-
dus om frisse lucht binnen te laten.
●Tijdens het gebruik kunnen verschillende
geuren van binnen en buiten de auto in het
airconditioningsysteem terechtkomen. Dit
kan tot gevolg hebben dat de lucht die uit
de uitstroomopeningen komt niet lekker
ruikt.
●Het voorkomen van mogelijke geuren:
• We raden u aan het airconditioningsys- teem in de buitenluchtmodus te zetten
voordat u de motor uitschakelt.
• Mogelijk wordt het inschakelen van de aanjager direct nadat de airconditioning in
de automatische modus wordt ingescha-
keld even vertraagd.
●Bij het parkeren schakelt het systeem
automatisch de buitenluchtmodus in voor
een betere luchtcirculatie in de auto, wat
helpt om geuren bij het starten van de auto
te verminderen.
■De airconditioning blijft in werking als
de motor is uitgezet door het Stop &
Start-systeem (auto's met Stop & Start-
systeem)
Als de motor wordt afgezet doordat het Stop
& Start-systeem in werking is, worden de
koel-, verwarmings- en ontvochtigingsfunc-
ties uitgeschakeld en blaast het systeem
alleen lucht die op kamertemperatuur is. Druk
op de uitschakeltoets van het Stop & Start-
systeem om te voorkomen dat de airconditio-
ning wordt uitgeschakeld en gebruik het Stop
& Start-systeem niet.
■Als de voorruit beslagen is en de motor
is uitgezet door het Stop & Start-sys-
teem (auto's met Stop & Start-systeem)
Druk op de schakelaar voorruitontwaseming
om de motor opnieuw te starten en de voor-
ruit te ontwasemen.
Druk als de voorruit b lijft beslaan op de uit-
schakeltoets van het Stop & Start-systeem en
gebruik het Stop & Start-systeem niet.
■Wanneer er een geur vrijkomt uit de air-
conditioning als de motor is uitgezet
door het Stop & Start-systeem (auto's
met Stop & Start-systeem)
Druk op de uitschakeltoets van het Stop &
Start-systeem om de motor weer te starten.
■Interieurfilter
Blz. 596
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. de werking van de toets
AUTO van de airconditioning) kunnen wor-
den gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoon-
lijke voorkeur sinstellingen: Blz. 705)
WAARSCHUWING
■Voorkomen dat de voorruit beslaat
Gebruik de schakelaar voor de voorruitont-
waseming niet in combinatie met koele
lucht bij zeer vochtig weer.
Het verschil tussen de buitentemperatuur
en de temperatuur van de voorruit zorgt
ervoor dat de buitenkant van de voorruit
beslaat, waardoor het z icht wordt belem-
merd.
■Als de buitenspiegelverwarming
ingeschakeld is (indien aanwezig)
Raak het spiegeloppervlak van de buiten-
spiegels niet aan wanneer de buitenspie-
gelverwarming is ingeschakeld.
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
accu
Laat de airconditioning niet langer inge-
schakeld dan noodzakelijk is als de motor
niet draait.
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 532 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 556 of 730

555
6
6-4. Gebruik van de overige vo
orzieningen in het interieur
Voorzieningen in het interieur
• Knippert continu 3 keer herhaaldelijk
(oranje)
• Knippert continu 4 keer herhaaldelijk (oranje)
■De draadloze lader kan worden bediend
als
Het contact staat in stand ACC of AAN.
■Bruikbare draagbare apparaten
Standaard Wireless Qi-laders kunnen worden
gebruikt voor draagbare apparaten.
Niet voor alle standaard Qi-apparaten is ech-
ter compatibiliteit gegarandeerd.
De draadloze lader is bedoeld voor draag-
bare apparaten met een laag vermogen van
niet meer dan 5 W, zoals mobiele telefoons
en smartphones.
■Wanneer er hoesjes of accessoires aan
de draagbare apparaten zijn bevestigd
Laad niet op wanneer er een hoesje of
accessoire aan het draagbare apparaat is
bevestigd dat niet compatibel is met Qi.
Afhankelijk van het ty pe hoesje of accessoire
kan het zijn dat het laden niet mogelijk is.
Verwijder het hoesje of accessoire als het
draagbare apparaat op het laadgebied is
geplaatst, ook al wordt er niet geladen.
■Tijdens het laden is via AM-radio ruis te
horen
Schakel de draadloze lader uit en controleer
of de ruis is afgenomen. Als de ruis afneemt,
druk dan gedurende 2 seconden op de voe-
dingsschakelaar van de draadloze lader.
Hiermee kan de frequentie van de lader wor-
den gewijzigd en de ruis worden verminderd.
In dat geval gaat ook de werkingsindicator 2
keer oranje knipperen.
■Belangrijke punten met betrekking tot
de draadloze lader
●Als de elektronische sl eutel niet in het inte-
rieur kan worden gesignaleerd, kan er niet
worden geladen. Wanneer het portier
wordt geopend en gesloten, wordt het
laden mogelijk tij delijk onderbroken.
●Tijdens het laden worden de draadloze
lader en het draagbare apparaat warmer.
Dit duidt echter niet op een storing.
Wanneer een draagbaar apparaat tijdens
het laden warm wordt, stopt het laden
mogelijk als gevolg v an de beschermings-
functie van het draagbare apparaat. In dit
geval kunt u weer laden nadat de tempera-
tuur van het draagbare apparaat aanmer-
kelijk is afgenomen.
■Geluiden tijdens het gebruik
Wanneer de voeding wordt ingeschakeld, is
er tijdens het zoeken van het draagbare
apparaat een geluid te horen. Dit duidt echter
niet op een storing.
Vermoedelijke oorzakenOplossing
Er bevindt zich een
vreemde substantie
tussen het draag-
bare apparaat en het
laadgebied.
Verwijder de
vreemde substantie.
Het draagbare appa-
raat is niet synchroon
doordat het van het
midden van het laad-
gebied is geschoven.Plaats het draagbare
apparaat in het mid-
den van het laadge-
bied.
Vermoedelijke oorzakenOplossing
De temperatuur in de
draadloze lader stijgt.
Stop direct met laden
en start het laden
weer na een poos te
hebben gewacht.
WAARSCHUWING
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Wanneer een draagbaar apparaat wordt
opgeladen, dient de bestuurder uit veilig-
heidsoverwegingen het hoofdgedeelte van
het draagbare apparaat niet te bedienen
tijdens het rijden.
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 555 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 625 of 730

6248-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Het volgende kan duiden op een pro-
bleem in de transmissie. Neem vóór het
slepen contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur,
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige of een
professioneel bergingsbedrijf.
De motor draait, m aar de auto komt
niet in beweging.
De auto maakt een abnormaal
geluid.
Aan de voorzijde (2WD-uitvoerin-
gen)
Deactiveer de parkeerrem.
Schakel de automatische modus uit.
(Blz. 318)
WAARSCHUWING
■Tijdens het slepen
●Wanneer u bij het slepen kabels of ket-
tingen gebruikt, vermijd dan plotseling
optrekken, enz. waardoor er extreme
krachten op het sleepoog en de sleep-
kabel of -ketting worden uitgeoefend.
Het sleepoog en de kabel of ketting kun-
nen beschadigd raken en afgebroken
stukken kunnen personen raken en ern-
stige schade veroorzaken.
●Zet het contact niet UIT.
De mogelijkheid bestaat dat het stuur-
wiel wordt vergrendeld en niet kan wor-
den bediend.
■Plaatsen van een sleepoog op de
auto
Controleer of het sleepoog goed vastzit.
Als dat niet het geval is, dan kan het
sleepoog bij het slepen losraken.
OPMERKING
■Voorkomen van beschadigingen aan
de auto bij het slepen met een lepel-
wagen
●Sleep de auto niet aan de achterzijde
terwijl het contact UIT staat of de sleutel
is verwijderd (auto's zonder Smart
entry-systeem en startknop). Het stuur-
slot is niet sterk genoeg om de voorwie-
len in de rechtuitstand te houden.
●Let erop dat de andere zijde van de auto
dan die op de lepel staat voldoende
bodemvrijheid heeft. Als er onvoldoende
speling aanwezig is, kan de auto tijdens
het slepen beschadigd raken.
■Voorkomen van beschadigingen aan
de auto bij het slepen met een takel-
wagen
Sleep de auto niet met een takelwagen,
noch aan de voorzijde, noch aan de ach-
terzijde.
■Voorkomen van beschadigingen aan
de auto tijdens slepen in een noodge-
val
Maak de kabel of de ketting niet vast aan
onderdelen van de wielophanging.
■Bij het slepen van een auto met Stop
& Start-systeem (indien aanwezig)
Wanneer de auto moet worden gesleept
waarbij alle wielen de grond raken, voer
dan de volgende procedure uit alvorens te
slepen om het systeem te beschermen.
Zet het contact eenmaal UIT en start ver-
volgens de motor. Zet, als de motor niet
start, het contact AAN.
Omstandigheden waaronder u
vóór het slepen contact dient
op te nemen met de dealer
Slepen met een lepelwagen
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 624 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 628 of 730

627
8
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
Type B
5 Maak de kabel of de ketting goed
vast aan het sleepoog.
Pas op dat u de carrosserie niet beschadigt.
6Stap in de weg te slepen auto en
start de motor.
Schakel de Parking Support Brake-functie
uit (indien aanwezig): Blz. 427
Zet, als de motor niet start, het contact AAN.
Auto's met Stop & Start-systeem: Zet alvo-
rens te slepen het contact eenmaal UIT en
start vervolgens de motor.
7 Zet de selectiehendel in stand N en
deactiveer de parkeerrem.
Als de selectiehendel niet in een andere
stand kan worden gezet: Blz. 305, 310
■Tijdens het slepen
Als de motor niet draait, werken de rem- en
stuurbekrachtiging nie t. Hierdoor zullen het
remmen en sturen veel zwaarder gaan dan
normaal.
■Wielmoersleutel
Auto's met wielmoersleut el: De wielmoersleu-
tel bevindt zich in de gereedschapstas.
( Blz. 644, 655)
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 627 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 634 of 730

633
8
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) PCS
■Controlelampje LTA/controlelampje (waarschuwingszoemer) LKA
■Controlelampje uitgeschakeld Stop & Start-systeem
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
(Knippert of brandt)
(indien aanwezig)
Wanneer er gelijktijdig een zoemer klinkt:
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het PCS (Pre-
Crash Safety-systeem).
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Wanneer er geen zoemer klinkt:
Het PCS (Pre-Crash Safety- systeem) is tijdelijk niet
beschikbaar, corrigerende maatregelen kunnen noodzake-
lijk zijn.
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay. ( Blz. 345, 642)
Als het PCS (Pre-Crash Safety-systeem) of de VSC (Vehicle
Stability Control-systeem) wordt uitgeschakeld, gaat het
waarschuwingslampje PCS branden.
Blz. 354
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
(Oranje)
(indien aanwezig)
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de LTA (Lane
Tracing Assist) of LDA (Lane Departure Alert met stuurrege-
ling)
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay. ( Blz. 364, 371)
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
(Knippert)
(indien aanwezig)
Geeft aan dat er een storing aanwezig is het Stop & Start-
systeem
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 633 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 672 of 730

671
8
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
Stevig, niet-bewegend, niet-gel
akt metalen punt, ver weg van de accu en bewe-
gende delen, zoals aangege ven in de afbeelding.
4 Start de motor van de tweede auto.
Verhoog het motort oerental iets en
laat de motor gedurende ongeveer
5 minuten met het verhoogde toe-
rental draaien om de accu van uw
auto op te laden.
5 Open en sluit een v an de portieren
terwijl het contact UIT staat.
6 Houd het motort oerental van de
tweede auto constant en start de
motor van uw auto door het contact
AAN te zetten.
7 Verwijder de startkabels in exact de
omgekeerde volgor de van aanslui-
ten als de motor van uw auto aan-
geslagen is.
Laat, nadat de motor van uw auto aan-
geslagen is, de aut o zo snel mogelijk
nakijken door een e rkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■Starten van de motor als de accu leeg is
De auto kan niet worden aangeduwd.
■Voorkomen van ontlading van de accu
●Zet de koplampen en het audiosysteem uit
als de motor is uitgeschakeld. (Auto's met
Stop & Start-systeem: Behalve wanneer de
motor is uitgezet door het Stop & Start-sys-
teem)
●Schakel niet-noodzakelijke elektrische ver-
bruikers uit als er gedurende langere tijd
met lage snelheden gereden wordt, bij-
voorbeeld in een file.
■Als de accu verwijderd of ontladen is
●De in de ECU opgeslagen informatie wordt
gewist. Laat wanneer de accu volledig is
ontladen de auto nakijken door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara- teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
●Sommige systemen moeten mogelijk wor-
den geïnitialiseerd. (
Blz. 707)
■Verwijderen van de accuklemmen
Wanneer de accuklemmen worden verwij-
derd, wordt de in de ECU opgeslagen infor-
matie gewist. Neem voordat u de
accuklemmen losneemt contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Laden van de accu
De accu zal geleidelij k aan ontladen, zelfs
wanneer de auto niet in gebruik is. Dit wordt
veroorzaakt door natuurlijke ontlading en het
effect van bepaalde elektrische apparatuur.
Als de auto langere tijd niet gebruikt wordt,
kan de accu ontladen en kan de auto moge-
lijk niet meer worden gestart. (De accu laadt
automatisch op tijdens het rijden.)
■Opladen of vervangen van de accu
(auto's zonder Smart entry-systeem en
startknop)
Mogelijk start de motor niet bij de eerste
poging nadat de accu weer is opgeladen,
maar start hij wel normaal na de tweede
poging. Dit duidt niet op een storing.
■Opladen of vervangen van de accu
(auto's met Smart entry-systeem en
startknop)
●Wanneer de accu is ontladen, is het in
sommige gevallen niet mogelijk om de por-
tieren te ontgrendelen met het Smart entry-
systeem met startknop. Gebruik de
afstandsbediening of de mechanische
sleutel om de portieren te vergrendelen of
te ontgrendelen.
●Mogelijk start de motor niet bij de eerste
poging nadat de accu weer is opgeladen,
maar start hij wel normaal na de tweede
poging. Dit duidt niet op een storing.
●De stand van het contact wordt door de
auto opgeslagen. Wanneer de accu weer
wordt aangesloten, keert het systeem
terug naar de stand die was geselecteerd
voordat de accu ontladen raakte. Zet vóór
het losnemen van de accu het contact UIT.
Wees extra voorzichtig bij het aansluiten
van de accu wanneer u niet zeker weet in
D
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 671 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 673 of 730

6728-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
welke stand het contact stond voordat de
accu ontladen raakte.
■Als de accu verwijderd of ontladen is
(auto's met Stop & Start-systeem)
De motor wordt gedurende maximaal een uur
mogelijk niet automatisch door het Stop &
Start-systeem uitgeschakeld.
■Vervangen van de batterij
●Auto's met Stop & Start-systeem:
Gebruik een originele accu die speciaal is
ontworpen voor gebruik met het Stop & Start-
systeem of een accu met gelijkwaardige spe-
cificaties. Wanneer een niet-ondersteunde
accu wordt gebruikt, wordt de werking van
het Stop & Start-systeem mogelijk beperkt
om de accu te beschermen. Ook nemen de
prestaties van de accu mogelijk af en kan de
motor mogelijk niet worden herstart. Neem
voor meer informatie contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
●Gebruik een accu die voldoet aan de Euro-
pese wetgeving.
●Type A:
Gebruik een accu van hetzelfde formaat als
de vorige (LN2), met een gelijkwaardige
capaciteit van 20 uur (20HR) (60 Ah) of meer,
en een gelijkwaardig koudstartvermogen
(CCA) (360 A) of meer.
●Type B:
Gebruik een accu van hetzelfde formaat als
de vorige (LN2), met een gelijkwaardige
capaciteit van 20 uur (20HR) (60 Ah) of meer,
en een gelijkwaardig koudstartvermogen
(CCA) (560 A) of meer.
●Type C:
Gebruik een accu van hetzelfde formaat als
de vorige (LN3), met een gelijkwaardige
capaciteit van 20 uur (20HR) (65 Ah) of meer,
en een gelijkwaardig koudstartvermogen
(CCA) (603 A) of meer.
• Als het formaat verschilt, kan de accu niet goed worden bevestigd.
• Als de capaciteit laag is, zelfs als de auto
korte tijd niet gebruikt is, kan de accu ont- laden en kan de motor mogelijk niet meer
worden gestart.
WAARSCHUWING
■Verwijderen van de accuklemmen
Verwijder altijd eerst de minkabel (-). Als
de pluspool (+) bij het verwijderen in con-
tact komt met metalen onderdelen in de
buurt, kunnen er vonken ontstaan waar-
door brand kan ontstaan. Ook kunt u een
elektrische schok krijgen en ernstig letsel
oplopen.
■Voorkomen van brand en explosie
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht om te voorkomen dat het licht ont-
vlambare gas dat uit de accu kan komen,
per ongeluk tot ontbranding komt:
●Zorg ervoor dat de startkabel aange-
sloten wordt op de juiste accupool en
niet per ongeluk in aanraking komt met
een ander onderdeel dan de bedoelde
accupool.
●Zorg ervoor dat de op de “+”-pool aan-
gesloten startkabel n iet in contact komt
met andere onderdelen of metalen
oppervlakken, zoals metalen steunen
en ongelakt metaal.
●Laat de “+” en “-” klemmen van de start-
kabels niet in contact komen met elkaar.
●Rook niet en gebruik geen lucifers, aan-
stekers en open vuur in de buurt van de
accu.
■Voorzorgsmaatregelen met betrek-
king tot de accu
De accu bevat giftige en corrosieve elek-
trolyt en de onderdelen van de accu bevat-
ten lood en loodhoudende
samenstellingen. Neem bij het omgaan
met de accu de volgende voorzorgsmaat-
regelen in acht:
●Draag bij het werken met de accu altijd
een veiligheidsbril en zorg ervoor dat de
vloeistof uit de accu niet in contact komt
met de huid, kleding of de carrosserie
van de auto.
●Leun niet over de accu heen.
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 672 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 674 of 730

673
8
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
1
Breng de auto op een veilige plaats
tot stilstand, schak el de airconditio-
ning uit en zet vervolgens de motor
af.
2 Als er stoom te zien is:
Open, nadat de st oom is verdwe-
nen, voorzichtig de motorkap.
Als er geen stoom te zien is:
Open voorzichtig de motorkap.
WAARSCHUWING
●Was accuvloeistof, die op de huid of in
de ogen terecht is gekomen, direct weg
met water en raadpleeg een arts.
Bedek de plaats waar de accuvloeistof
op terechtgekomen is met een natte
spons of doek totdat er medische hulp
kan worden verkregen.
●Was altijd uw handen nadat u de accu-
drager, de accupolen en andere accu-
gerelateerde onderdelen hebt aange-
raakt.
●Houd kinderen uit de buurt van de accu.
■Bij het vervangen van de accu
Neem voor meer informatie over het ver-
vangen van de accu contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
■Voorkomen van schade aan de auto
(auto's met handgeschakelde trans-
missie)
Probeer de auto niet aan te duwen of aan
te slepen omdat hierdoor de driewegkata-
lysator te heet kan worden en er brand kan
ontstaan.
OPMERKING
■Omgaan met startkabels
Zorg er bij het aansluiten van de startka-
bels voor dat deze niet verstrikt raken in
de koelventilator of in de aandrijfriem van
de motor.
Als de motor over verhit
raakt
Het volgende kan erop duiden dat
de auto oververhit raakt.
De naald van de ko elvloeistoftem-
peratuurmeter (Blz. 122, 126)
komt in het rode gebied of u merkt
dat de motor minder vermogen
levert. (De auto accelereert bij-
voorbeeld niet als het gaspedaal
wordt ingetrapt.)
“Engine Coolant Temp High Stop
in a Safe Plac e See Owner’s
Manual” (Temperatuur koelvloei-
stof te hoog. Breng auto op veilige
plaats tot stilstand. Raadpleeg
handleiding) wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay.
Er komt stoom onder de motorkap
uit.
Correctieprocedures
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 673 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 675 of 730

6748-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
3Controleer nadat de motor vol-
doende is afgekoeld de slangen en
het radiateurblok (radiateur) op spo-
ren van lekkage.
Radiateur
Koelventilator
Neem bij lekkage van een grote hoeveelheid
koelvloeistof onmiddellijk contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
4 Het koelvloeistofniveau is correct
als het zich tuss en de streepjes
FULL en LOW van het reservoir
bevindt.
Reservoir
FULL-streepje
LOW-streepje
5 Vul indien nodig koelvloeistof bij.
In noodgevallen mag ook water gebruikt
worden als u geen koelvloeistof bij de hand
hebt.
6Start de motor, schakel de aircondi-
tioning in en controleer of de koel-
ventilator van de radiateur draait en
of er geen koelvloeistof lekt uit de
radiateur of de slangen.
De koelventilator gaat draaien als de aircon-
ditioning wordt ingesch akeld direct na een
koude start. Controleer of de ventilator draait
door ernaar te luisteren en te voelen of er
luchtstroom is. Schakel als u hier niet zeker
van bent de airconditioning nog een aantal
keer in en uit. (De ventilator werkt mogelijk
niet bij temperaturen beneden het vries-
punt.)
7 Als de koelventilator niet draait:
Zet de motor onmiddellijk uit en
neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Als de koelventilator draait:
Laat de auto nakijken door de
dichtstbijzijnde erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
8 Controleer of “Engine Coolant Temp
High Stop in a Safe Place See
Owner’s Manual (Temperatuur koel-
vloeistof te hoog. Breng auto op vei-
lige plaats tot stilstand. Raadpleeg
A
B
A
B
C
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 674 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 688 of 730

687
9
9-1. Specificaties
Voertuigspecificaties
*: De inhoud is de referentiehoeveelheid.
Als vervanging noodzakelijk is, neem dan contact op met een erk ende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde e n uitgeruste deskundige.
Multidrive CVT
Hoeveelheid
vloeistof*
Zonder Stop & Start-systeem8,6 l (9,1 qt., 7,6 Imp.qt.)
Met Stop & Start-systeem8,3 l (8,8 qt., 7,3 Imp.qt.)
Soort vloeistofOriginele Toyota CVT FE-vloeistof
OPMERKING
■Soort Multidrive-vloeistof
Gebruik van andere Multidrive- vloeistof dan hierboven genoemd k an leiden tot abnormale
geluiden en trillingen en schade aanrichten aan de Multidrive CVT van uw auto.
Handgeschakelde transmissie
Hoeveelheid transmissievloeistof1,5 l
Type transmissie-olieToyota handgeschakelde-trans missievloeistof type
LV GL-4 75W of gelijkwaardig
OPMERKING
■Handgeschakelde transmissievloeistof
●Houd er rekening mee dat, afhanke lijk van de specifieke kenmerken van de transmissie-
vloeistof die is gebruikt of de omstandigheden, het geluid bij het stationair draaien, het
schakelgevoel en/of het brandstofverbruik kunnen afwijken. In h et ergste geval kan ver-
keerde transmissievloeistof of v erkeerd gebruik schade aan de t ransmissie veroorzaken.
Toyota raadt voor optimale presta ties het gebruik van originele TOYOTA transmissievloei-
stof type LV GL-4 75W aan.
●Uw auto is af fabriek gevuld met originele Toyota handgeschakelde-transmissievloeistof
type LV GL-4 75W. Gebruik alleen door Toyota goedgekeurde origi nele Toyota handge-
schakelde-transmi ssievloeistof type LV G L-4 75W of gelijkwaardi g met de hierboven aan-
gegeven specificatie. Neem voor m eer informatie contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekw alificeerde en uitgeruste
deskundige.
Koppeling
Vrije slag koppelingspedaal3 15 mm (0,1 0,6 in.)
Soort vloeistofSAE J1703 of FMVSS Nr. 116 DOT 3
SAE J1704 of FMVSS Nr. 116 DOT 4
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 687 Monday, October 7, 2019 3:26 PM