sensor TOYOTA RAV4 HYBRID 2021 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2021, Model line: RAV4 HYBRID, Model: TOYOTA RAV4 HYBRID 2021Pages: 626, PDF Size: 108.42 MB
Page 186 of 626

185
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Voordat u gaat rijden
1
Zorg ervoor dat u zich, met de elek-
tronische sleutel op zak, binnen het 
detectiebereik van het Smart entry-
systeem met startknop bevindt, op 
ongeveer 30 tot 50 cm van de ach-
terbumper.
Sensor regeling voetbediening
Detectiegebied voor werking hands-
free elektrisch bedienbare achter-
klep
Detectiegebied voor werking Smart 
entry-systeem met startknop 
(Blz. 193)
2 Bedien de achterklep met een voet-
beweging door uw voet tot 10 cm 
onder de achterbumper te bewegen 
en vervolgens weer terug te trek-
ken.
Voer deze volledige beweging binnen 1 
seconde uit.
De achterklep zal niet in werking treden 
zolang er een voet wordt gesignaleerd onder 
de achterbumper.
Raak bij het gebruik van de handsfree func-
tie van de elektrisch bedienbare achterklep 
de achterbumper niet aan met uw voet. Als er zich in het passagierscompartiment of 
de bagageruimte een andere elektronische 
sleutel bevindt, duurt het mogelijk iets langer 
dan normaal voordat de achterklep in wer-
king treedt.
Sensor regeling voetbediening
Detectiegebied voor werking hands-
free elektrisch bedienbare achter-
klep
3 Als de sensor voor de regeling van 
de voetbediening signaleert dat u 
uw voet hebt teruggetrokken, klinkt 
er een zoemer en zal de elektrisch 
bedienbare achterklep automatisch 
volledig openen/sluiten.
Als er tijdens het open en/sluiten van de ach-
terklep een voet onder de achterbumper 
wordt bewogen, gaat de achterklep niet ver-
der open.
Als er weer een voet onder de achterbumper 
wordt bewogen terwijl de beweging is 
gestopt, beweegt de achterklep in tegen-
overgestelde richting.
■Bagageruimteverlichting
De bagageruimteverlichting gaat branden 
wanneer de achterklep wordt geopend en de 
schakelaar van de bagageruimteverlichting 
aan is.
Als het contact UIT wordt gezet, gaat de ver-
lichting na 20 minuten automatisch uit.
A
B
C
A
B
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  185  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
Page 187 of 626

1863-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
1 Aan
2 Uit
■Sluitsysteem achterklep
Wanneer de achterklep nog enigszins 
geopend is, zal het sluitsysteem van de ach-
terklep deze automatisch volledig sluiten.
Het sluitsysteem van de achterklep werkt, 
ongeacht de status van het contact.
■Werkingsvoorwaarden elektrisch 
bedienbare achterklep
De achterklep kan in de volgende gevallen 
automatisch worden geopend en gesloten:
●Wanneer de elektrisch bedienbare achter-
klep is ingeschakeld. ( Blz. 138)
●Wanneer de achterklep is ontgrendeld.
Als echter de schakelaar achterklep openen 
ingedrukt wordt gehouden terwijl u de elek-
tronische sleutel bij u hebt, wordt de elek-
trisch bedienbare acht erklep bediend, ook 
wanneer de achterklep is vergrendeld. 
(  Blz. 183)
●Wanneer het contact AAN staat, kan in 
aanvulling op het bovenstaande de achter-
klep worden bediend wanneer aan de 
onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
• De parkeerrem is geactiveerd
• Het rempedaal is ingetrapt
• De selectiehendel staat in stand P.
■Werking van de elektrisch bedienbare 
achterklep
●Er klinkt een zoemer om aan te geven dat 
de achterklep wordt geopend/gesloten.
●Wanneer het systeem van de elektrisch 
bedienbare achterklep is  uitgeschakeld, 
kan de achterklep niet elektrisch worden 
bediend, maar kan hij wel met de hand 
worden geopend en gesloten.
●Wanneer de elektrisch bedienbare achter-
klep automatisch wordt geopend en er iets 
abnormaals wordt gesignaleerd als gevolg 
van menselijk handelen of een voorwerp, 
wordt de beweging gestopt.
■Klembeveiliging
De elektrisch bedienbare achterklep is aan 
beide zijden voorzien van sensoren. Als iets 
de werking van de elektrisch bedienbare ach-
terklep tijdens het sluiten hindert, beweegt de 
achterklep automatisch in de tegenoverge-
stelde richting of stopt deze met bewegen.
■Functie beveiliging tegen dichtvallen
Wanneer er tijdens het automatisch openen 
van de elektrisch bedienbare achterklep 
overmatige kracht op de klep wordt uitgeoe-
fend, stopt de beweging van de elektrisch 
bedienbare achterklep om te voorkomen dat 
deze dichtvalt.
■Bekrachtigingsfunctie sluitsysteem 
achterklep
Wanneer de achterklep handmatig omlaag 
wordt geduwd terwijl deze op een open posi-
tie gestopt is, sluit de  achterklep automatisch 
volledig.
■Uitgestelde vergrendelingsfunctie ach-
terklep (indien aanwezig)
Met deze functie wordt het vergrendelen van 
alle portieren van tevoren uitgesteld wanneer 
de elektrisch bedienbare achterklep is 
geopend.
Wanneer de volgende procedure is gevolgd, 
worden alle portieren maar niet de elektrisch 
bedienbare achterklep vergrendeld. Vervol-
gens wordt de elektrisch bedienbare achter-
klep vergrendeld als deze wordt gesloten.
1 Sluit alle portieren, behalve de achter-
klep.
2 Vergrendel tijdens het sluiten van de 
elektrisch bedienbare achterklep de por-
tieren met het Smart entry-systeem met 
startknop vanaf de voorportieren 
( Blz. 175) of de afstandsbediening. 
(  Blz. 175)
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  186  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
Page 192 of 626

191
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Voordat u gaat rijden
OPMERKING
●Oefen geen grote kracht uit op de ach-
terklep terwijl de elektrisch bedienbare 
achterklep in werking is.
●Voorkom dat de sensoren (aan de rech-
ter- en linkerzijde van de elektrisch 
bedienbare achterklep) beschadigd 
raken door scherpe voorwerpen. Wan-
neer de sensor is losgenomen, kan de 
elektrisch bedienbare achterklep niet 
automatisch worden gesloten.
■Voorzorgsmaatregelen handsfree 
elektrisch bedienbare achterklep 
(indien aanwezig)
De sensor regeling  voetbediening bevindt 
zich achter aan de onderzijde van het mid-
den van de achterbumper. Neem de vol-
gende voorzorgsmaatregelen in acht om 
ervoor te zorgen dat de handsfree elek-
trisch bedienbare achterklep goed werkt:
●Houd de onderzijde van het midden van 
de achterbumper te allen tijde schoon.
Als de onderzijde van het midden van 
de achterbumper vuil is of bedekt is met 
sneeuw, werkt de sensor regeling voet-
bediening mogelijk niet. Verwijder in dat 
geval het vuil of de sneeuw, verplaats 
de auto en controleer vervolgens of de 
sensor regeling voetbediening werkt.
Laat de auto nakijken door een erkende 
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of 
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige als de 
sensor niet werkt.
●Breng geen coatings die een vochtaan-
trekkend effect hebben of andere coa-
tings aan op de onderzijde van het 
midden van de achterbumper.
●Parkeer de auto niet in de buurt van 
objecten die kunnen bewegen en in 
contact kunnen komen met de onder-
zijde van het midden van de achterbum-
per, zoals gras of bomen.
Als de auto enige tijd geparkeerd is in 
de buurt van objecten die kunnen bewe-
gen en in contact kunnen komen met de 
onderzijde van het midden van de ach-
terbumper, zoals gras of bomen, werkt 
de sensor regeling voetbediening moge-
lijk niet. Verplaats in dat geval de auto 
en controleer vervolgens of de sensor 
regeling voetbediening werkt. Laat de 
auto nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een 
andere naar behoren gekwalificeerde 
en uitgeruste deskundige als de sensor 
niet werkt.
●Stel de sensor regeling voetbediening 
en zijn omgeving niet bloot aan krach-
tige schokken.
Als de sensor regeling voetbediening of 
zijn omgeving blootgesteld zijn aan 
krachtige schokken,  werkt de sensor 
regeling voetbediening mogelijk niet 
goed meer. Laat de auto nakijken door 
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste 
deskundige als de sensor regeling voet-
bediening in de volgende situaties niet 
werkt.
• De sensor regeling voetbediening of zijn  omgeving zijn blootgesteld aan krach-
tige schokken.
• Er zitten krassen of beschadigingen op  de onderzijde van het midden van de 
achterbumper.
●Demonteer de achterbumper niet.
●Breng geen stickers aan op de achter-
bumper.
●Breng geen lak aan op de achterbum-
per.
●Deactiveer de handsfree elektrisch 
bedienbare achterklep als er op de elek-
trisch bedienbare achterklep een fiet-
sendrager of een vergelijkbaar zwaar 
onderdeel gemonteerd is. ( Blz. 138)
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  191  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
Page 196 of 626

195
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Voordat u gaat rijden
• De elektronische sleutel of een afstands-
bediening van een andere auto die radio-
golven uitzendt
• Computers of pda's
• Digitale audioapparatuur
• Draagbare spelcomputers
●Als een metalen coating of metalen voor-
werpen aan de achterruit zijn bevestigd
●Wanneer de elektronische sleutel in de 
buurt van een batterijlader of elektronische 
apparaten wordt gehouden
●Wanneer u parkeert op een parkeerplaats 
met een betaalautomaat (Radiogolven die 
worden gebruikt om auto's te signaleren 
beïnvloeden mogelijk het Smart entry-sys-
teem met startknop.)
■Aanwijzing voor de instapfunctie 
(indien aanwezig)
●Zelfs als de elektronis che sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, werkt het 
systeem in de volgende gevallen mogelijk 
niet juist:
• De elektronische sleut el bevindt zich te 
dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te 
dicht bij de grond of te hoog als de portie-
ren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleut el ligt op het dash-
board, op de bagageafdekking, op de vloer 
of in een portiervak of het dashboardkastje 
wanneer het hybridesysteem wordt gestart 
of de stand van het contact wordt gewij-
zigd.
●Laat de elektronische sleutel niet boven op 
het dashboard of in de buurt van de por-
tiervakken liggen wanneer u de auto ver-
laat. Afhankelijk van  de ontvangst van de 
radiogolven wordt door de antenne moge-
lijk waargenomen dat de sleutel zich buiten 
de auto bevindt en kunnen de portieren 
worden vergrendeld vanaf de buitenzijde, 
waardoor de elektronische sleutel moge-
lijk in de auto wordt opgesloten.
●Zolang de elektronisc he sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, kunnen de 
portieren door een willekeurige persoon 
worden vergrendeld en ontgrendeld. De 
auto kan echter alleen worden ontgrendeld 
via de portieren die  de elektronische sleu-
tel signaleren.
●Zelfs als de elektronis che sleutel zich bui-
ten de auto bevindt, kan het hybridesys-
teem mogelijk worden gestart als de 
elektronische sleutel zi ch in de buurt van 
de ruit bevindt.
●De portieren worden mogelijk ontgrendeld 
als er een grote hoeveelheid water op de 
portiergreep terechtkomt, bijvoorbeeld tij-
dens een zware regenbui of in een was-
straat, wanneer de elektronische sleutel 
zich binnen het detectiegebied bevindt. 
(Als de portieren niet worden geopend en 
gesloten, worden deze na ongeveer 30 
seconden automatisch weer vergrendeld.)
●Als de afstandsbediening wordt gebruikt 
om de portieren te vergrendelen terwijl de 
elektronische sleutel  zich in de nabijheid 
van de auto bevindt, bestaat de mogelijk-
heid dat de portieren niet ontgrendeld wor-
den door de instapfunctie. (Gebruik de 
afstandsbediening om de portieren te ont-
grendelen.)
●Wanneer u de vergrendelsensor aanraakt 
terwijl u handschoenen draagt, kan de 
reactie van het systeem trager zijn of wor-
den de portieren mogelijk niet ontgrendeld. 
Trek uw handschoenen uit en raak de ver-
grendelsensor opnieuw aan.
●Wanneer de vergrendelac tie is uitgevoerd 
met de vergrendelsensor, worden maxi-
maal tweemaal achter  elkaar identificatie-
signalen getoond. Vervolgens worden 
geen identificatiesignalen gegeven.
●Als de portiergreep nat wordt terwijl de 
elektronische sleutel zich binnen het werk-
zame gebied bevindt, kan het portier her-
haaldelijk worden vergrendeld en 
ontgrendeld. Volg in dat geval de correctie-
procedure hieronder bij het wassen van de 
auto:
• Plaats de elektronische sleutel op een  afstand van ten minste 2 meter van de 
auto. (Zorg ervoor dat de sleutel niet 
gestolen wordt.)
• Schakel de energiebespaarmodus van de  elektronische sleutel in om het Smart 
entry-systeem met startknop uit te schake-
len. ( Blz. 194)
●Als de elektronische sl eutel zich in de auto 
bevindt en een portiergreep wordt nat tij-
dens het wassen van de auto, wordt er 
mogelijk een melding weergegeven op het 
multi-informatiedisplay en klinkt er een 
zoemer buiten de auto. Vergrendel alle 
portieren om het alarm uit te schakelen.
●Als de vergrendelsensor in aanraking komt 
met ijs, sneeuw, modder, enz., werkt deze 
mogelijk niet goed. Reinig de vergrendel-
sensor en raak hem opnieuw aan of 
gebruik de vergrendelsensor aan de 
onderzijde van de portiergreep.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  195  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
Page 253 of 626

2523-4. Verstellen van het stuurwiel en de spiegels
■Voorkomen van een onjuiste werking 
van de sensoren (auto's met binnen-
spiegel met automatische antiverblin-
dingsstand)
Raak de sensoren niet aan en bedek ze ook 
niet, omdat hierdoor de werking van de sen-
soren in negatieve zin beïnvloed kan worden.
*: Indien aanwezig
Digitale binnenspiegel*
De digitale binnenspiegel is een 
systeem dat gebruikmaakt van een 
camera op de achterzijde van de 
auto. Het beeld van die camera 
wordt weergegeven op het dis-
play van de digitale binnenspiegel.
De digitale binnenspiegel kan met 
behulp van de hendel worden 
gewijzigd tussen de modus voor 
de optische spiegel en de modus 
voor de digitale spiegel.
Dankzij de digitale binnenspiegel 
kan de bestuurder het beeld ach-
ter de auto zien, ondanks obsta-
kels, zoals hoofdsteunen of 
bagage. Ook worden de achter-
stoelen niet weergegeven en 
wordt de privacy van de passa-
giers verbeterd.
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen 
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernsti g letsel tot gevolg 
hebben.
■Voordat u de digitale binnenspiegel 
gebruikt
●Stel de spiegel af voordat u gaat rijden. 
(  Blz. 254)
• Wijzig de modus naar de modus voor de  optische spiegel en stel de positie van 
de digitale binnenspiegel zo af dat het 
gebied achter uw auto goed te zien is.
• Wijzig de modus naar de modus voor de  digitale spiegel en wijzig de display-
instellingen.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  252  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
Page 257 of 626

2563-4. Verstellen van het stuurwiel en de spiegels
Als uw ogen vermoeid raken, schakel dan 
over naar de modus optische spiegel.
●De helderheid van de digitale binnenspie-
gel wordt automatisch aangepast overeen-
komstig de helderheid van het gebied voor 
uw auto.
■Voorkomen van storingen in de licht-
sensoren
Raak de lichtsensoren niet aan en bedek ze 
niet, om te voorkomen dat er storingen in ont-
staan.
■Schoonmaken van het spiegelop-
pervlak
Als het spiegeloppervlak vuil is, is het 
beeld op het display mogelijk moeilijk te 
zien.
Reinig het spiegeloppervlak voorzich-
tig met een zachte, droge doek.
■Schoonmaken van de camera
Als de cameralens vuil is, is het weer-
gegeven beeld mogelijk niet helder. 
Reinig in dat geval de lens met een 
zachte, vochtige doek of een watten-
staafje.
■De camera
De camera van de digitale binnenspiegel 
bevindt zich op de in de afbeelding aange-
geven plaats.
■De koelventilator
De digitale binnenspiegel is voorzien van een 
koelventilator. Tijdens het gebruik van het 
systeem kunnen geluiden hoorbaar zijn die 
afkomstig zijn van de koelventilator.
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen 
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernstig letsel tot gevolg 
hebben.
■Tijdens het rijden
●Verstel de digitale binnenspiegel niet tij-
dens het rijden en pas ook de display-
instellingen niet aan.
Breng de auto tot stilstand en bedien de 
bedieningstoetsen v an de digitale bin-
nenspiegel. 
Als u dat niet doet, kunt u een stuurfout 
maken, waardoor een ongeval kan ont-
staan.
●Let altijd op de omgeving van de auto.
Het formaat van de voertuigen en andere 
objecten lijkt mogelijk anders in de modus 
digitale spiegel en de modus optische 
spiegel.
Let bij het achteruitrijden rechtstreeks op 
de veiligheid van het gebied rondom de 
auto, met name achter de auto.
Bovendien lijkt de omgeving mogelijk 
schemerig wanneer een voertuig in het 
donker, zoals 's nachts, van achteren 
nadert.
■Oorzaken van brand voorkomen
Als de bestuurder de digitale binnenspie-
gel blijft gebruiken terwijl er rook of een 
brandlucht uit de spiegel komt, kan dit 
brand tot gevolg hebben. Stop onmiddellijk 
met het gebruik van het systeem en neem 
contact op met een erkende Toyota-dealer 
of hersteller/reparateur of een andere naar 
behoren gekwalificeerde en uitgeruste 
deskundige.
Schoonmaken van de digitale 
binnenspiegel
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  256  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
Page 272 of 626

4
271
4
Rijden
Rijden
4-1. Voordat u gaat rijdenRijden met de auto ................ 272
Lading en bagage .................. 278
Rijden met een aanhangwagen  (Azerbeidzjan en Georgië) .. 280
Rijden met een aanhangwagen  (behalve Azerbeidzjan en 
Georgië) .............................. 280
4-2. Rijprocedures Startknop ............................... 290
EV-modus .............................. 294
Hybridetransmissie ................ 296
Richtingaanwijzerschakelaar . 300
Parkeerrem ............................ 301
Brake Hold ............................. 304
4-3. Bedienen van verlichting  en ruitenwissers
Lichtschakelaar...................... 307
AHB (Automatic High Beam) . 309
Schakelaar mistlampen ......... 312
Ruitenwissers en -sproeiers .. 313
Achterruitenwisser  en -sproeier ......................... 316
4-4. Tanken Openen van de tankdop ........ 3184-5. Gebruik van de 
ondersteunende systemen
Toyota Safety Sense .............. 320
PCS (Pre-Crash Safety- systeem) .............................. 331
LTA (Lane Tracing Assist)...... 339
RSA (Road Sign Assist) ......... 348
Dynamic Radar Cruise  Control met volledig 
snelheidsbereik .................... 352
Cruise control ......................... 363
Snelheidsbegrenzer ............... 366
BSM (Blind Spot Monitor)....... 368
Toyota Parking Assist-sensor 383
PKSB (Parking Support  Brake) .................................. 391
Parking Support Brake-functie  (voor stilstaande objecten)... 396
Parking Support Brake-functie  (voor voertuigen die 
achterlangs rijden) ............... 402
Rijmodusselectieschakelaar... 406
Trail-modus  (AWD-uitvoeringen) ............. 408
GPF-systeem  (benzineroetfilter) ................. 410
Ondersteunende systemen .... 411
4-6. Rijtips
Rijden met een hybrideauto ... 418
Rijden in de winter.................. 420
Voorzorgsmaatregelen  bij terreinauto's .................... 423
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  271  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
Page 308 of 626

307
4
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
4-3.Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Bedien de schakelaar   om de 
verlichting als volgt in te schakelen:
1
 De parkeerlichten voor, achter-
lichten, kentekenplaat- en dash-
boardverlichting gaan branden.
2  De koplampen en alle verlich-
ting die hierboven genoemd is, 
gaan branden.
3  De koplampen, dagrijverlich-
ting ( Blz. 307) en alle verlichting 
die hierboven genoemd is, worden 
automatisch in- en uitgeschakeld.
■De AUTO-modus kan worden gebruikt 
als
Het contact AAN staat.
■Dagrijverlichting
Om uw auto overdag beter zichtbaar te 
maken voor andere weggebruikers wordt de 
dagrijverlichting autom atisch ingeschakeld  als het hybridesysteem wordt gestart en de 
parkeerrem wordt gedeactiveerd met de licht-
schakelaar in de stand  . (Brandt helder-
der dan de parkeerlichten voor.) 
Dagrijverlichting is 
niet ontworpen voor 
gebruik in het donker.
■Sensor koplampregeling
De werking van de sensor kan in negatieve 
zin beïnvloed worden als er iets over de sen-
sor heen geplaatst wordt of als er iets op de 
ruit wordt aangebracht waardoor de sensor 
wordt afgeschermd. Hierdoor kan de sensor 
niet op de juiste manier de hoeveelheid 
omgevingslicht signaleren, waardoor het 
automatische koplampsysteem mogelijk 
onjuist functioneert.
■Automatisch uitschakelsysteem ver-
lichting
 Type A
De verlichting wordt automatisch uitgescha-
keld als het contact in stand ACC of UIT 
wordt gezet en het bestuurdersportier wordt 
geopend.
Zet om de verlichting weer in te schakelen 
het contact AAN of zet de lichtschakelaar een 
keer in stand   en daarna weer in stand 
 of  .
 Type B
●Als de lichtschakelaar in de stand   of 
 staat: De koplampen en de mistlam-
pen voor worden automatisch uitgescha-
keld als het contact in stand ACC of UIT 
wordt gezet.
●Als de lichtschakelaar in de stand   
staat: De koplampen en alle overige ver-
lichting worden automat isch uitgeschakeld 
als het contact in stand ACC of UIT wordt 
gezet.
Lichtschakelaar
De koplampen kunnen handmatig 
of automatisch worden bediend.
Inschakelen van de koplampen
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  307  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
Page 315 of 626

3144-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4 Hoge snelheid
5  Enkele slag
Het wisinterval kan worden gewijzigd 
als de intervalstand wordt geselec-
teerd.
6 Verkort het interval van de wisser-
werking
7 Verlengt het interval van de wisser-
werking
8  Gelijktijdig inschakelen rui-
tensproeiers en ruitenwissers
Door aan de hendel te trekken treden de rui-
tenwissers en -sproeiers in werking.
De ruitenwissers zullen automatisch een 
aantal slagen maken als de ruitensproeiers 
worden ingeschakeld. Auto's met koplamp-
sproeiers: Als het contact AAN staat, de 
koplampen zijn ingeschakeld en u de hendel 
naar u toe trekt, werken de koplampsproei-
ers één keer. Daarna werken de koplamp-
sproeiers elke vijfde keer dat u de hendel 
naar u toe trekt. 
Ruitenwissers met regensensor
1  Uit
2  Stand AUTO
3  Lage snelheid
4  Hoge snelheid
5  Enkele slag
In de stand AUTO werken de ruitenwissers 
automatisch wanneer de sensor signaleert 
dat het regent. De wissnelheid wordt auto-
matisch afgestemd op de hoeveelheid neer-
slag en de rijsnelheid.
In de stand AUTO kan de sensorgevoe-
ligheid worden ingesteld.
6Verhoogt de gevoeligheid
7 Verlaagt de gevoeligheid
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  314  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
Page 316 of 626

315
4
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
8
 Gelijktijdig inschakelen rui-
tensproeiers en ruitenwissers
Door aan de hendel te trekken treden de rui-
tenwissers en -sproeiers in werking.
De ruitenwissers zullen automatisch een 
aantal slagen maken als de ruitensproeiers 
worden ingeschakeld. Auto's met koplamp-
sproeiers: Als het contact AAN staat, de 
koplampen zijn ingeschakeld en u de hendel 
naar u toe trekt, werken de koplampsproei-
ers één keer. Daarna werken de koplamp-
sproeiers elke vijfde keer dat u de hendel 
naar u toe trekt.
■De ruitenwissers en ruitensproeiers 
kunnen worden bediend als
Het contact AAN staat.
■Effecten van de rijsnelheid op de ruiten-
wisserwerking
 Auto's met ruitenwissers met intervalstand
In de stand voor de lage snelheid schakelt de 
ruitenwisser over van lage snelheid naar 
interval als de auto stilstaat. (Echter, wan-
neer het interval op het hoogste niveau staat 
ingesteld, schakelt de  modus niet over.)
 Auto's met ruitenwissers met regensensor
In de stand voor de lage snelheid schakelt de 
ruitenwisser over van lage snelheid naar 
interval als de auto stilstaat. (Maar als de 
gevoeligheid van de sensor wordt aangepast 
tot het hoogste niveau, kan de stand niet wor-
den veranderd.)
■Regensensor (auto's met ruitenwissers 
met regensensor)
●De regensensor registreert de hoeveelheid 
neerslag.*
●Als de ruitenwisserschakelaar in de stand 
AUTO wordt gezet terwijl het contact AAN 
is, maken de ruitenwissers één wisbewe-
ging om aan te geven dat de stand AUTO 
is ingeschakeld.
●Als de ruitenwisser gevoeliger wordt afge-
steld, kan de wisser één keer werken om 
aan te geven dat de gevoeligheid is gewij-
zigd.
●Als de temperatuur van de regensensor 
85°C of hoger, of -15°C of lager is, werkt 
de automatische functie mogelijk niet. Zet 
de ruitenwisserschakelaar  in dat geval in 
een andere stand dan AUTO.
*: Deze zijn mogelijk aan de andere kant 
geplaatst, afhankelijk van de regio.
■Als er geen vloeistof uit de ruitensproei-
ers komt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het 
reservoir aanwezig is en controleer als dat 
het geval is of de sproeierkoppen niet ver-
stopt zijn.
■Sproeierkopverwarming (indien aanwe-
zig)
De sproeierkopverwarming treedt in werking 
om te voorkomen dat de sproeierkoppen 
bevriezen wanneer de buitentemperatuur 
5°C of lager is en het contact AAN staat.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  315  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM