stop start TOYOTA YARIS HYBRID 2014 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2014, Model line: YARIS HYBRID, Model: TOYOTA YARIS HYBRID 2014Pages: 464, PDF Size: 23.15 MB
Page 216 of 464

2164-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
YARIS_HV_WE_52E13E■Beperkte bekrachtiging door EPS-systeem
De mate van bekrachtiging door het EPS-systeem wordt gereduceerd om het
systeem tegen oververhitting te beschermen als er gedurende langere tijd
veel stuurbewegingen worden uitgevoerd. Hierdoor kan de besturing zwaar
aanvoelen. Probeer als dat het geval is minder frequent te sturen of breng de
auto tot stilstand en schakel het hybridesysteem UIT. Het EPS-systeem moet
binnen 10 minuten weer normaal werken.
■Voorwaarden voor werking Hill Start Assist Control
Als aan de volgende vier voorwaarden wordt voldaan, werkt de Hill Start
Assist Control:
●De selectiehendel staat in een andere stand dan P of N (bij het vooruit/ach-
teruit bergop rijden).
●De auto staat stil.
●Het gaspedaal wordt niet ingetrapt.
●De parkeerrem is niet geactiveerd.
■Automatisch uitschakelen van Hill Start Assist Control
De Hill Start Assist Control wordt in de volgende situaties uitgeschakeld:
●De selectiehendel wordt in stand P of N gezet.
●Het gaspedaal wordt ingetrapt.
●De parkeerrem wordt geactiveerd.
●Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken nadat het rempedaal is losgelaten.
■Voorwaarden voor werking noodstopsignaal
Als aan de volgende drie voorwaarden wordt voldaan, werkt het noodstopsig-
naal:
●De alarmknipperlichten zijn uit.
●De werkelijke rijsnelheid is hoger dan 55 km/h.
●Het rempedaal wordt op zo'n manier ingetrapt dat het systeem op basis van
de deceleratie van de auto oordeelt dat het om een noodstop gaat.
■Automatisch uitschakelen van noodstopsignaal
Het noodstopsignaal wordt in de volgende situaties uitgeschakeld:
●De alarmknipperlichten worden ingeschakeld.
●Het rempedaal wordt losgelaten.
●Het systeem oordeelt op basis van de deceleratie van de auto dat het niet
om een noodstop gaat.
Page 373 of 464

3738-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
8
Bij problemen
YARIS_HV_WE_52E13E
*1: Waarschuwingszoemer geactiveerde parkeerrem:
De zoemer klinkt als de auto met een snelheid van ongeveer 5 km/h of
meer rijdt.
*2: Waarschuwingszoemer open portier/achterklep:
Er klinkt een zoemer als de rijsnelheid hoger wordt dan 5 km/h terwijl een
portier is geopend.
*3: Waarschuwingszoemer veiligheidsgordel bestuurder en voorpassagier:
De waarschuwingszoemer voor de veiligheidsgordels herinnert de be-
stuurder en de passagier eraan de veiligheidsgordel om te doen. De zoe-
Waarschuwingslampje bandenspanning (indien aanwe-
zig)
Als het lampje gaat branden: Bandenspanning te laag
door bijvoorbeeld
• Natuurlijke oorzaken (Blz. 375)
• Lekke band (Blz. 379, 394)
Breng de banden op de juiste spanning.
Na een paar minuten dooft het lampje. Laat het sys-
teem nakijken door een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige indien het lampje
niet dooft nadat de banden op spanning zijn ge-
bracht.
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) hybri-
desysteem oververhit
Geeft aan dat het hybridesysteem oververhit is. Dit lampje
kan in extreme omstandigheden gaan branden. (Bijvoor-
beeld wanneer u een lange steile helling op rijdt.)
Stoppen en controleren. (Blz. 420)
Waarschuwingslampje verzoek stand P
Er wordt geprobeerd het hybridesysteem te starten.
Zet de selectiehendel in stand P.
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) ver-
zoek stand P
• Geeft aan dat het bestuurdersportier wordt geopend ter-
wijl de selectiehendel in stand N, D of B staat.
Zet de selectiehendel in stand P.
• Geeft aan dat het batterijpakket (tractiebatterij) zwak
wordt doordat er veel tijd verstreken is sinds de selectie-
hendel in stand N is gezet.
Zet de selectiehendel in stand P en herstart het hybri-
desysteem bij het starten van de auto.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
Page 455 of 464

455Alfabetische index
YARIS_HV_WE_52E13E
Lampen
Vermogen ............................. 437
Vervangen............................. 344
Leeslampjes ............................. 272
Schakelaar ............................ 272
Vermogen ............................. 437
Lekke band ....................... 379, 394
Make-upspiegels ...................... 280
Make-upverlichting
Make-upverlichting ................ 280
Vermogen ............................. 437
Meters ......................................... 95
Mistachterlicht ......................... 198
Lampen vervangen ............... 355
Schakelaar ............................ 198
Vermogen ............................. 437
Mistlampen ............................... 198
Lampen vervangen ....... 347, 355
Schakelaar ............................ 198
Vermogen ............................. 437
Motor
Als uw auto in geval van
nood tot stilstand moet
worden gebracht ................. 361
Contact (startknop) ....... 176, 180
Contactslot .................... 176, 180
Identificatienummer............... 429
Motorkap ............................... 298
Motorruimte ........................... 302
Oververhitting........................ 420
Stand ACC .................... 177, 181
Starten van het
hybridesysteem .......... 176, 180
Startknop....................... 176, 180
Motorcontrolelampje ............... 370
Motorkap................................... 298
Openen ................................. 298Motorolie .................................. 303
Controleren ........................... 303
Inhoud ................................... 431
Rijden in de winter, voorbe-
reidingen en controles ........ 222
Waarschuwingslampje
lage oliedruk ....................... 370
MP3-disc ................................... 237
Multi-informatiedisplay ............. 98
Energiemonitor ..................... 102
Rij-informatie........................... 98
Multimediasysteem
*
Navigatiesysteem*
Noodstopsignaal ..................... 214
Olie
Motorolie ............................... 431
Onderhoud
Exterieur ............................... 286
Interieur................................. 289
Lichtmetalen velgen .............. 287
Onderhoudsgegevens .......... 428
Onderhoudsvoorschriften ..... 292
Veiligheidsgordels................. 290
Zelf uit te voeren
onderhoud .......................... 295
Ontgrendelingshendel
Achterklep ............................. 127
Motorkap ............................... 298
Tankdopklep ......................... 206
Opbergmogelijkheden............. 273
Oververhitting .......................... 420
L
M
N
O
*: Raadpleeg de handleiding voor het navigatie- en multimediasysteem.