YAMAHA TDM 900 2006 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2006, Model line: TDM 900, Model: YAMAHA TDM 900 2006Pages: 92, PDF Size: 4.34 MB
Page 81 of 92

VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7-2
2
3
4
5
6
78
9
grondig met schoon water. Gebruik een tan-
denborstel of een flessenborstel op moeilijk
bereikbare plekken. Hardnekkig vastzittend
vuil en insectenresten laten gemakkelijker
los als de bewuste plek alvorens te reinigen
een paar minuten met een vochtige doek
wordt bedekt.
Na rijden in regen, aan de kust of op bepe-
kelde wegenZeelucht en wegenzout waarmee wegen ’s
winters worden bestrooid hebben in combi-
natie met water een zeer corrosieve wer-
king; handel daarom als volgt na een rit in
een regenbui, nabij de kust of op bepekelde
wegen.OPMERKING:
’s Winters gestrooid wegenzout kan nog tot
in de lente aanwezig blijven.
1. Reinig de motorfiets met koud water
en zachte zeep nadat de machine is
afgekoeld.
LET OP:
DCA10790
Gebruik geen heet water, dit versterkt de
corrosieve werking van het zout.
2. Laat de motorfiets drogen en breng
dan met een spuitbus een corrosiewe-
rend middel aan op alle metalen delen,ook op verchroomde en vernikkelde
componenten, om zo corrosie te voor-
komen.
Na reiniging
1. Droog de motorfiets met een zeemle-
ren lap of een vochtabsorberende
doek.
2. Laat de aandrijfketting direct drogen
en smeer hem om roestvorming te
voorkomen.
3. Gebruik een chroompolish om ver-
chroomde, aluminium en roestvrijsta-
len delen te doen glanzen, ook het
uitlaatsysteem. (Zelfs thermische ver-
kleuringen op roestvrijstalen uitlaat-
systemen kunnen door oppoetsen
worden verwijderd.)
4. Het is aan te bevelen om met een
spuitbus een corrosiewerend middel
aan te brengen op alle metalen delen,
ook op verchroomde en vernikkelde
componenten, om zo corrosie te voor-
komen.
5. Gebruik oliespray als universeel
schoonmaakmiddel om eventueel nog
achtergebleven vuil te verwijderen.
6. Werk kleine lakbeschadigingen bij ver-
oorzaakt door steenslag e.d.
7. Zet alle gelakte oppervlakken in de
was.8. Laat de motorfiets volledig drogen al-
vorens te stallen of af te dekken.
WAARSCHUWING
DWA10930
Controleer of er geen olie of was op
de wielen of de remmen zit. Reinig
de remschijven en remvoeringen
indien nodig met een normale rem-
schijfreiniger of aceton en spoel de
banden schoon met lauw water en
een mild reinigingsmiddel.
Test voor u de motorfiets in gebruik
neemt eerst de remwerking en het
weggedrag in bochten.
LET OP:
DCA10800
Breng een geringe hoeveelheid
oliespray en was aan en verwijder
overtollige hoeveelheden.
Breng oliespray of was nooit aan op
rubber of kunststof delen, behandel
deze met een daartoe bestemd ver-
zorgingsmiddel.
Vermijd het gebruik van schurende
poetsmiddelen, deze tasten de lak
aan.
OPMERKING:
Vraag een Yamaha dealer om advies over
de te gebruiken producten.
Page 82 of 92

VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7-3
1
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU26201
Stalling
Korte termijn
Stal uw motorfiets steeds op een koele en
droge plek en bescherm indien nodig tegen
stof met een luchtdoorlatende stallinghoes.
LET OP:
DCA10810
Als de motorfiets wordt gestald in
een slecht geventileerde ruimte of
in vochtige toestand wordt afge-
dekt met een hoes of een dekzeil,
zal water en vocht kunnen binnen-
dringen en roestvorming veroorza-
ken.
Voorkom corrosie door de machine
niet te stallen in een vochtige kel-
der, een stal (i.v.m. de aanwezig-
heid van ammoniakdamp) en in een
opslagruimte voor sterke chemica-
liën.
Lange termijn
Alvorens uw motorfiets gedurende meerde-
re maanden aaneen te stallen:
1. Volg alle instructies op in de paragraaf
“Verzorging” in dit hoofdstuk.
2. Vul de brandstoftank en voeg een sta-
bilisatoradditief (indien verkrijgbaar)
toe om roestvorming in de tank enachteruitgang van de brandstof te
voorkomen.
3. Voer de volgende stappen uit om de
cilinders, de zuigerveren etc. te be-
schermen tegen corrosie.
a. Verwijder de bougiedoppen en de
bougies.
b. Giet een theelepel motorolie in elk
bougiegat.
c. Breng de bougiedoppen aan op de
bougies en leg dan de bougies zo-
danig op de cilinderkop dat de
elektroden aan massa liggen. (Dit
voorkomt vonken tijdens de vol-
gende stap.)
d. Laat de motor een paar keer rond-
draaien op de startmotor. (De cilin-
derwanden worden zo geolied.)
e. Haal de bougiedoppen los van de
bougies en breng dan de bougies
en de bougiedoppen weer aan.
WAARSCHUWING
DWA10950
Om schade of letsel door vonkvorming
te voorkomen, moeten de bougie-elek-
troden aan massa liggen terwijl de motor
wordt rondgedraaid.
4. Smeer alle bedieningskabels en
scharnierpunten van alle hendels en
pedalen en van de zijstandaard/mid-
denbok.5. Controleer de bandspanning en corri-
geer deze indien nodig en breng dan
de motorfiets omhoog, zodat beide
wielen los van de grond zijn. Een an-
dere mogelijkheid is de wielen elke
maand iets te draaien, zodat de ban-
den niet op één gedeelte sterker ach-
teruitgaan.
6. Dek de uitlaatdemperopeningen af
met een plastic zak om te voorkomen
dat vocht kan binnendringen.
7. Verwijder de accu en laad deze volle-
dig bij. Berg de accu op een koele en
droge plek op en laad hem eens per
maand bij. Berg de accu niet op een
zeer warme of koude plek op [minder
dan 0 °C (30 °F) of meer dan 30 °C
(90 °F)]. Zie pagina 6-28 voor meer in-
formatie over het opbergen van de ac-
cu.
OPMERKING:
Voer eventueel benodigde reparaties uit
voordat u uw motorfiets stalt.
Page 83 of 92

8-1
2
3
4
5
6
7
89
SPECIFICATIES
DAU2633E
Afmetingen:
Totale lengte:
2180 mm (85.8 in)
Totale breedte:
800 mm (31.5 in)
Totale hoogte:
1290 mm (50.8 in)
Zadelhoogte:
825 mm (32.5 in)
Wielbasis:
1485 mm (58.5 in)
Grondspeling:
160 mm (6.30 in)
Kleinste draaicirkel:
2900 mm (114.2 in)
Gewicht:
Incl. olie en brandstof:
TDM900 221.0 kg (487 lb)
TDM900A 224.0 kg (494 lb)
Motor:
Type motor:
Vloeistofgekoeld, 4-takt, DOHC
Cilinderopstelling:
2-cilinder, parallel vooroverhellend
Slagvolume:
897.0 cm
3
(54.73 cu.in)
Boring
×
slag:
92.0
×
67.5 mm (3.62
×
2.66 in)
Compressieverhouding:
10.40 :1
Startsysteem:
Elektrische startmotorSmeersysteem:
Dry sump
Motorolie:
Type:
SAE10W30 of SAE10W40 of SAE15W40
of SAE20W40 of SAE20W50
Aanbevolen kwaliteit motorolie:
API service type SE, SF, SG of hoger
Hoeveelheid motorolie:
Zonder vervanging van oliefilterelement:
3.80 L (4.02 US qt) (3.34 Imp.qt)
Met vervanging van oliefilterelement:
3.90 L (4.12 US qt) (3.43 Imp.qt)
Koelsysteem:
Inhoud koelvloeistofreservoir (tot aan de
merkstreep voor maximumniveau):
0.25 L (0.26 US qt) (0.22 Imp.qt)
Inhoud radiator (inclusief alle leidingen):
1.75 L (1.85 US qt) (1.54 Imp.qt)
Luchtfilter:
Luchtfilterelement:
Papieren element met oliecoating
Brandstof:
Aanbevolen brandstof:
Uitsluitend normale loodvrije benzine
Inhoud brandstoftank:
20.0 L (5.28 US gal) (4.40 Imp.gal)
Hoeveelheid reservebrandstof:
3.5 L (0.92 US gal) (0.77 Imp.gal)
Brandstofinjectie:
Fabrikant:
DENSO
Model:
195500-3830/2
Bougie(s):
Fabrikant/model:
NGK/DPR8EA-9
Fabrikant/model:
DENSO/X24EPR-U9
Elektrodenafstand:
0.8–0.9 mm (0.031–0.035 in)
Koppeling:
Type koppeling:
Nat, meervoudige plaat
Versnellingsbak:
Primair reductiesysteem:
Recht tandwiel
Primaire reductieverhouding:
67/39 (1.718)
Secundair reductiesysteem:
Kettingaandrijving
Secundaire reductieverhouding:
42/16 (2.625)
Type versnellingbak:
Constant mesh, 6 versnellingen
-20 -10 0
10 20 30
40
50 ˚C
SAE 10W-30
SAE 15W-40SAE 20W-40SAE 20W-50
SAE 10W-40
Page 84 of 92

SPECIFICATIES
8-2
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Bediening:
Bediening met linkervoet
Overbrengingsverhoudingen:
1e:
33/12 (2.750)
2e:
37/19 (1.947)
3e:
34/22 (1.545)
4e:
31/25 (1.240)
5e:
26/25 (1.040)
6e:
24/26 (0.923)
Chassis:
Type frame:
Diamantframe
Spoorhoek:
25.50 graad
Naspoor:
114.0 mm (4.49 in)
Voorband:
Type:
Tubeless
Maat:
120/70 ZR18M/C (59W)
Fabrikant/model:
TDM900 METZELER/MEZ4 FRONT
TDM900A DUNLOP/D220FSTJ
Fabrikant/model:
TDM900 DUNLOP/D220FSTJ
Achterband:
Type:
Tubeless
Maat:
160/60 ZR17M/C (69W)
Fabrikant/model:
TDM900 METZELER/MEZ4
TDM900A DUNLOP/D220STJ
Fabrikant/model:
TDM900 DUNLOP/D220STJ
Belading:
Maximale belasting:
TDM900 203 kg (448 lb)
TDM900A 200 kg (441 lb)
* (Totaal gewicht van bestuurder, passa-
gier, bagage en accessoires)
Bandenspanning (gemeten aan koude
banden):
Gewichtsverdeling:
0–90 kg (0–198 lb)
Voor:
225 kPa (33 psi) (2.25 kgf/cm
2
)
Achter:
250 kPa (36 psi) (2.50 kgf/cm
2
)
Gewichtsverdeling:
TDM900 90–203 kg (198–448 lb)
TDM900A 90–200 kg (198–441 lb)
Voor:
225 kPa (33 psi) (2.25 kgf/cm
2
)
Achter:
290 kPa (42 psi) (2.90 kgf/cm
2
)
Rijden met hoge snelheid:
Voor:
225 kPa (33 psi) (2.25 kgf/cm
2
)Achter:
250 kPa (36 psi) (2.50 kgf/cm
2
)
Voorwiel:
Type wiel:
Gietwiel
Velgmaat:
18M/C x MT3.50
Achterwiel:
Type wiel:
Gietwiel
Velgmaat:
17M/C x MT5.00
Voorrem:
Type:
Dubbele schijfrem
Bediening:
Bediening met rechterhand
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4
Achterrem:
Type:
Enkele schijfrem
Bediening:
Bediening met rechtervoet
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4
Voorwielophanging:
Type:
Telescoopvork
Veer/schokdempertype:
Schroefveer/oliedemper
Veerweg:
150.0 mm (5.91 in)
Page 85 of 92

SPECIFICATIES
8-3
2
3
4
5
6
7
89
Achterwielophanging:
Type:
Achterbrug (link-ophanging)
Veer/schokdempertype:
Schroefveer/gas-oliedemper
Veerweg:
133.0 mm (5.24 in)
Elektrische installatie:
Ontstekingssysteem:
Transistorontsteking (digitaal)
Laadsysteem:
Wisselstroomdynamo met permanente
magneten
Accu:
Model:
GT12B-4
Voltage, capaciteit:
12 V, 10.0 A/u
Koplamp:
Type gloeilamp:
Halogeenlamp
Gloeilampen voltage, wattage
×
aantal:
Koplamp:
12 V, 55.0 W
×
2
Achterlicht/remlicht unit:
12 V, 5.0 W/21.0 W
×
1
Voorste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W
×
2
Achterste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W
×
2
Parkeerlicht:
12 V, 5.0 W
×
1
Instrumentenverlichting:
14 V, 2.0 W
×
2Controlelampje vrijstand:
14 V, 1.2 W
×
1
Controlelampje grootlicht:
14 V, 1.4 W
×
1
Waarschuwingslampje olieniveau:
LED
Controlelampje richtingaanwijzers:
TDM900 14 V, 1.2 W
×
2
TDM900A 14 V, 1.2 W
×
1
Waarschuwingslampje motorstoring:
14 V, 1.4 W
×
1
ABS-waarschuwingslampje:
TDM900A 14 V, 1.4 W
×
1
Controlelampje startblokkering:
LED
Zekeringen:
Hoofdzekering:
40.0 A
Koplampzekering:
TDM900 15.0 A
TDM900A 20.0 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering ontstekingssysteem:
10.0 A
Zekering radiatorkoelvin:
20.0 A
Zekering richtingaanwijzer/alarmverlichting:
10.0 A
Zekering brandstofinjectiesysteem:
10.0 A
Zekering ABS-regeleenheid:
TDM900A 10.0 AZekering ABS-motor:
TDM900A 30.0 A
Backup-zekering:
TDM900 5.0 A
TDM900A 10.0 A
Page 86 of 92

9-1
1
2
3
4
5
6
7
8
9
GEBRUIKERSINFORMATIE
DAU26351
Identificatienummers
Noteer het sleutelnummer, het voertuigi-
dentificatienummer en de modelinforma-
tiesticker in onderstaande ruimtes. Deze
nummers heeft u nodig om reserveonder-
delen bij een Yamaha dealer te bestellen of
wanneer uw machine is gestolen.
SLEUTELIDENTIFICATIE NUMMER:
VOERTUIGIDENTIFICATIE NUMMER:
MODELINFORMATIESTICKER:
DAU26381
Sleutelnummer
Het sleutelnummer is ingeslagen op het
sleutelplaatje. Noteer dit nummer in het
daartoe bestemde vakje en gebruik dit als
referentie bij het bestellen van een nieuwe
sleutel.
DAU26400
Voertuigidentificatienummer
Het voertuigidentificatienummer is ingesla-
gen op de balhoofdbuis. Noteer dit nummer
in het daartoe bestemde vakje.
OPMERKING:
Het voertuigidentificatienummer is bedoeld
voor identificatie van uw motorfiets en kan
worden gebruikt om uw motor in uw land
aan te melden voor kentekenregistratie.
1. Sleutelnummer
2. Codeersleutel (rood bovendeel)
3. Standaardsleutels (zwart bovendeel)
1. Voertuigidentificatienummer
1
Page 87 of 92

GEBRUIKERSINFORMATIE
9-2
2
3
4
5
6
7
8
9
DAU26540
Modelinformatiesticker
De modelinformatiesticker is onder het za-
del bevestigd aan het frame. (Zie
pagina 3-14.) Noteer de informatie op deze
sticker in het daartoe bestemde vakje. Deze
informatie is nodig om reserve-onderdelen
te bestellen bij een Yamaha dealer.
1. Modelinformatiesticker
1
Page 88 of 92

INDEX
A
Aandrijfketting, reinigen en smeren ........ 6-24
ABS (voor modellen met ABS)................ 3-11
ABS-waarschuwingslampje (voor modellen
met ABS) ................................................ 3-5
Accu ........................................................ 6-28
Achterwielophanging, smeren................. 6-26
Afstelling remlichtschakelaar .................. 6-20
Antidiefstal-alarmsysteem (optie).............. 3-8
B
Bagageriembevestiging .......................... 3-18
Banden.................................................... 6-16
Bougies, controleren ................................. 6-7
Brandstof................................................. 3-13
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig ..... 5-3
C
Claxonschakelaar ..................................... 3-9
Contactslot/stuurslot ................................. 3-2
Controle- en waarschuwingslampjes ........ 3-3
Controlelampje grootlicht .......................... 3-4
Controlelampjes richtingaanwijzers .......... 3-4
Controlelampje startblokkering ................. 3-5
Controlelijst voor gebruik .......................... 4-2
D
Dimlichtschakelaar .................................... 3-9
G
Gasgreep en gaskabel, controleren en
smeren.................................................. 6-25
Gereedschapsset ...................................... 6-1
Gloeilamp remlicht/achterlicht,
vervangen ............................................. 6-31
Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ............................................. 6-32
I
Identificatienummers..................................9-1
Inrijperiode .................................................5-3
K
Kabels, controleren en smeren ................6-24
Klepspeling ..............................................6-16
Koelvloeistof ............................................6-11
Koplampgloeilamp, vervangen ................6-30
Koppelingshendel ....................................3-10
Koppelingshendel, vrije slag afstellen .....6-19
L
Lichtsignaalschakelaar ..............................3-9
Locaties van onderdelen ...........................2-1
Luchtfilterelement, vervangen..................6-13
M
Modelinformatiesticker ...............................9-2
Motorolie en oliefilterelement .....................6-8
Multifunctioneel display..............................3-7
N
Noodstopschakelaar ..................................3-9
O
Ondersteunen van de motorfiets .............6-33
Opbergcompartiment ...............................3-15
P
Parkeerlichtgloeilamp, vervangen............6-32
Parkeren ....................................................5-4
Periodiek smeer- en
onderhoudsschema .................................6-2
Problemen oplossen ................................6-33
R
Rem- en koppelingshendels, controleren en
smeren ..................................................6-25Rem- en schakelpedalen, controleren en
smeren .................................................. 6-25
Remhendel .............................................. 3-11
Rempedaal .............................................. 3-11
Remvloeistofniveau, controleren ............. 6-21
Remvloeistof, verversen .......................... 6-22
Richtingaanwijzerschakelaar ..................... 3-9
S
Schakelaar alarmverlichting ...................... 3-9
Schakelen.................................................. 5-2
Schakelpedaal ......................................... 3-10
Schokdemperunit, afstellen ..................... 3-17
Sleutelnummer .......................................... 9-1
Spanning aandrijfketting .......................... 6-22
Specificaties .............................................. 8-1
Stalling....................................................... 7-3
Startblokkeersysteem ................................ 3-1
Starten van de motor ................................. 5-1
Startknop ................................................... 3-9
Startspersysteem .................................... 3-19
Stationair toerental .................................. 6-15
Storingzoekschema’s .............................. 6-34
Stroomlijn- en framepanelen, verwijderen
en aanbrengen ........................................ 6-6
Stuurschakelaars....................................... 3-9
Stuursysteem, controleren ...................... 6-27
T
Tankbeluchtingsslang.............................. 3-13
Tankdop .................................................. 3-12
Temperatuurmeter koelvloeistof ................ 3-6
Toerentellerunit ......................................... 3-6
U
Uitlaatkatalysator ..................................... 3-14
Page 89 of 92

INDEX
V
Veiligheidsinformatie .................................1-1
Verzorging .................................................7-1
Voertuigidentificatienummer ......................9-1
Voor- en achterremblokken
controleren ............................................6-20
Voorvork, afstellen ...................................3-15
Voorvork, controleren ..............................6-26
Vrije slag gaskabel, controleren ..............6-15
Vrijstandcontrolelampje .............................3-4
W
Waarschuwingsindicator
brandstofniveau .......................................3-4
Waarschuwingslampje motorstoring ..........3-4
Waarschuwingslampje olieniveau .............3-4
Wielen ......................................................6-19
Wiellagers controleren .............................6-27
Z
Zadel ........................................................3-14
Zekeringen, vervangen ............................6-29
Zijstandaard .............................................3-19
Zijstandaard, controleren en smeren .......6-26
Page 90 of 92
