YAMAHA TZR50 2008 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2008, Model line: TZR50, Model: YAMAHA TZR50 2008Pages: 82, PDF Size: 1.65 MB
Page 11 of 82

worden. Zulke accessoires
kunnen ook instabiliteit veroor-
zaken terwijl u grote voertuigen
inhaalt of door deze wordt
ingehaald.
• Sommige accessoires noodza-
ken de bestuurder om een
andere dan de normale zitposi-
tie in te nemen. Zo’n verkeerde
zitpositie beperkt de bewe-
gingsvrijheid van de bestuur-
der en kan een comfortabele
bediening hinderen, zodat we
dergelijke accessoires sterk
afraden.
Wees voorzichtig bij het aanbren-
gen van elektrische accessoires.
Als elektrische accessoires de
capaciteit van het elektrisch sys-
teem van de motorfiets te boven
gaan, kan zich een gevaarlijke
elektrische storing voordoen
waardoor de verlichting of de
motor uitvalt.
Benzine en uitlaatgassen
BENZINE IS ZEER GEMAKKE-
LIJK ONTVLAMBAAR:
• Zet de motor altijd af als u ben-
zine tankt.• Pas op en mors tijdens het tan-
ken geen benzine op de motor
of op het uitlaatsysteem.
• Tank niet terwijl u rookt of in de
nabijheid bent van open vuur.
Start de motor nooit in een afges-
loten ruimte en laat hem dan niet
draaien. De uitlaatgassen zijn gif-
tig en kunnen al heel snel bewus-
teloosheid of dodelijk letsel vero-
orzaken. Start de motor alleen in
de open lucht of in een ruimte die
voldoende ventilatie heeft.
Zet de motor altijd uit voordat u
de motorfiets onbeheerd achter-
laat en neem de sleutel uit het
contactslot. Let op het volgende
als u de motor gaat parkeren:
• De motor en het uitlaatsysteem
kunnen heet zijn, parkeer de
motorfiets daarom op een plek
waar voetgangers en kinderen
hier geen last van hebben.
• Parkeer de motor niet op een
helling of op een zachte onder-
grond, om omvallen te voorko-
men.
• Parkeer de motor niet nabij een
brandend toestel (bijv. eenpetroleumkachel) of bij open
vuur, hij zou zo vlam kunnen
vatten.
Als u de motor in een ander voer-
tuig vervoert, zorg dan dat deze
rechtop staat en de brandstof-
kraan op “ON” of “RES” (onder-
druktype)/”OFF” (handmatig
type) staat. Als de machine
schuin staat, kan er benzine uit
de carburateur of de brandstof-
tank stromen.
Roep onmiddellijk medische hulp
in als u benzine heeft ingeslikt,
veel benzinedamp heeft ingea-
demd of benzine in uw ogen is
terechtgekomen. Morst u benzi-
ne op uw huid of kleding, spoel
de bewuste plek dan direct met
zeepwater en trek andere kleding
aan.
1
VEILIGHEIDSINFORMATIEt
1-4
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 11
Page 12 of 82

DAU10410
Aanzicht linkerzijde
2
BESCHRIJVING
2-1
123
4567
8 9 10
1. Brandstoftank (pagina 3-7)
2. Brandstofkraan (pagina 3-9)
3. Oliereservoir (pagina 3-8)
4. Zadelslot (pagina 3-10)
5. Accu en Zekeringenkastje (pagina 6-28)6. Boordgereedschapsset (pagina 6-1)
7. Handgreep
8. Zijstandaard (pagina 3-12)
9. Schakelpedaal (pagina 3-5)
10. Koelvloeistofreservoir (pagina 6-10)
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 12
Page 13 of 82

DAU10420
Aanzicht rechterzijde
2
BESCHRIJVING
2-2
123
5
6 74
1. Opbergcompartiment (pagina 3-11)
2. Zadel (pagina 3-10)
3. Luchtfilterelement (pagina 6-12)
4. Vloeistofreservoir voorrem (pagina 6-20)5. Koplamp/Gloeilamp in voorste richtingaanwijzer (pagina 6-30)
6. Radiator (pagina 6-10)
7. Rempedaal (pagina 3-6)
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 13
Page 14 of 82

DAU10430
Bedieningen en instrumenten
2
BESCHRIJVING
2-3
12
34 5
6
7
8 9
1. Achteruitkijkspiegel linker (pagina 3-11)
2. Toerenteller (pagina 3-3)
3. Contactslot/stuurslot (pagina 3-1)
4. Snelheidsmeter/Kilometerteller (pagina 3-3)
5. Achteruitkijkspiegel rechts (pagina 3-11)6. Voorremhendel (pagina 3-5)
7. Gasgreep (pagina 6-13)
8. Tankdop (pagina 3-7)
9. Koppelingshendel (pagina 3-5)
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 14
Page 15 of 82

DAU10460
Contactslot/stuurslot
Via het contactslot/stuurslot worden
het ontstekingssysteem en de verlich-
tingssystemen bediend en wordt het
stuur vergrendeld. De diverse standen
worden hierna beschreven.
DAU10640
f
Alle elektrische circuits worden voor-
zien van stroom en de motor kan wor-
den gestart. De sleutel kan niet wor-
den uitgenomen.
OPMERKING:
De koplamp, de instrumentenverlich-
ting en het achterlicht gaan automa-
tisch branden wanneer de motor
wordt gestart.
DAU10660
e
Alle elektrische systemen zijn uitges-
chakeld. De sleutel kan worden uitge-
nomen.
DAU10680
m
Het stuur is vergrendeld en alle elek-
trische systemen zijn uitgeschakeld.
De sleutel kan worden uitgenomen.
Om het stuur te ver
grendelen
1. Draai het stuur helemaal naar
links.
2. Druk de sleutel in de “
e”-stand
in en draai hem dan naar de “
m”-
stand. Houd de sleutel hierbij
ingedrukt.
3. Neem de sleutel uit.
Om het stuur te ontgr
endelen
Druk de sleutel in en draai hem dan
naar “
e” terwijl de sleutel ingedrukt
wordt gehouden.
DWA10060
s s
WAARSCHUWING
Draai de contactsleutel nooit naar
“
e” of naar “m” terwijl de machine
rijdt; elektrische systemen worden
dan afgeschakeld en mogelijk zultu zo de macht over het stuur verlie-
zen of een ongeval veroorzaken.
Zorg altijd dat de machine stilstaat
voordat u de sleutel naar “
e” of
naar “
m” draait.
3
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-1
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 1
Page 16 of 82

DAU11003
Controle- en
waarschuwingslampjes
1. Waarschuwingslampje koelvloeistoftempe-
ratuur “y”
2. Waarschuwingslampje olieniveau “z”
3. Vrijstandcontrolelampje “N”
4. Waarschuwingslampje motorstoring “ ”
5. Controlelampje richtingaanwijzers “
b”
DAU11020
Controlelampje richtingaanwijzers
“
cd”
Dit controlelampje knippert terwijl de
schakelaar voor richtingaanwijzers
naar de linker- of rechterstand is
gedrukt.
DAU11060
Vrijstandcontrolelampje “N”
Dit controlelampje brandt terwijl de
versnellingsbak in de vrijstand staat.
DAU11440
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur “
y”
Dit waarschuwingslampje gaat bran-
den als de motor oververhit raakt. Zet
in zo’n geval de motor onmiddellijk af
en geef deze de tijd om af te koelen.
Het elektrisch circuit voor het waars-
chuwingslampje controleert u door de
sleutel naar “
f” te draaien.
Als het waarschuwingslampje niet
een paar seconden lang oplicht en
dan dooft, vraag dan een Yamaha
dealer om het elektrisch circuit te tes-
ten.
DCA10020
LET OP:
Laat de motor niet draaien terwijl
deze oververhit is.
DAUM1061
Waarschuwingslampje olieniveau
“z”
Dit waarschuwingslampje brandt als
de sleutel in de stand “
f” staat of
als het olieniveau in het oliereservoir
voor 2-takt injectiesmering bij dra-
aiende motor te laag is. Als het
waarschuwingslampje bij draaiende
motor gaat branden, moet u onmid-
dellijk stoppen en het oliereservoir bij-
vullen met 2-takt injectiesmering van
ofwel JASO-klasse “FC” of ISO-klas-
se “EG-C” of “EG-D”. Het waarschu-
wingslampje moet doven nadat het
oliereservoir voor 2-takt injectiesme-
ring is bijgevuld.
OPMERKING:
Vraag een Yamaha-dealer het elek-
trisch circuit te controleren als het
waarschuwingslampje niet gaat bran-
den als de sleutel in de stand “
f”
staat of niet dooft nadat de olie in het
oliereservoir voor 2-takt injectiesme-
ring is bijgevuld.
3
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-2
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 2
Page 17 of 82

DCA10010
LET OP:
Gebruik de machine alleen als u
weet dat het motorolieniveau vol-
doende hoog is.
DAU11500
Waarschuwingslampje
motorstoring “ ”
Dit waarschuwingslampje gaat bran-
den of knippert wanneer een elek-
trisch circuit dat de motorwerking
controleert defect is. Vraag in dat
geval een Yamaha-dealer het zelf-
diagnosesysteem te controleren.
Het elektrisch circuit voor het waars-
chuwingslampje controleert u door de
sleutel naar “
f” te draaien. Als het
waarschuwingslampje niet een paar
seconden lang oplicht en dan dooft,
vraag dan een Yamaha-dealer om het
elektrisch circuit te testen.
DAU11621
Snelheidsmeterunit
1. Snelheidsmeter
2. Kilometerteller
De snelheidsmeterunit is voorzien van
een snelheidsmeter en een kilometer-
teller. De snelheidsmeter toont de
actuele rijsnelheid. De kilometerteller
toont de totale afgelegde afstand.
DAU11851
Toerenteller
1. Toerenteller
Met de elektrische toerenteller kan de
motorrijder het motortoerental contro-
leren en dit binnen het ideale bereik
houden.
DCA10031
LET OP:
Laat de motor niet draaien terwijl
de toerenteller in de rode zone
wijst.
Rode zone: 10.000 tpm en hoger
3
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-3
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 3
Page 18 of 82

DAU12344
Stuurschakelaars
1. Lichtsignaalschakelaar “j”
2. Dimlichtschakelaar “j/k”
3. Richtingaanwijzerschakelaar “c/d”
4. Claxonschakelaar “a”
1. Noodstopschakelaar “
f/e”
2. Startknop “f”
DAU12380
Lichtsignaalschakelaar “j”
Druk deze schakelaar in om met de
koplampen een lichtsignaal te geven.
DAU12400
Dimlichtschakelaar “j/k”
Zet deze schakelaar op “
j” voor
grootlicht en op “
k” voor dimlicht.
DAU12460
Richtingaanwijzerschakelaar “c/d”
Druk deze schakelaar naar “
d” om
afslaan naar rechts aan te geven.
Druk deze schakelaar naar “
c” om
afslaan naar links aan te geven. Na
loslaten keert de schakelaar terug
naar de middenstand. Om de richtin-
gaanwijzers uit te schakelen wordt de
schakelaar ingedrukt nadat hij is
teruggekeerd in de middenstand.
DAU12500
Claxonschakelaar “a”
Druk deze schakelaar in om een cla-
xonsignaal te geven.
DAU12660
Noodstopschakelaar “f/e”
Zet deze schakelaar voor u de motor
start op “
f”. Zet deze schakelaar op
“
e” om de motor direct uit te scha-
kelen in een noodgeval, zoals wanne-
er de machine omslaat of als de gas-
kabel blijft hangen.
DAU12710
Startknop “f”
Druk deze knop in om via de startmo-
tor de motor rond te draaien.
DCA10050
LET OP:
Zie pagina 5-1 voor startinstructies
voordat u de motor start.
1
2
j
k
1
2
43
3
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-4
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 4
Page 19 of 82

DAU31640
Koppelingshendel
1. Koppelingshendel
De koppelingshendel bevindt zich aan
de linkerstuurgreep. Trek de hendel
naar het stuur toe om de koppeling te
ontkoppelen. Laat de hendel los om
de koppeling te laten aangrijpen. Voor
een soepele werking van de koppe-
ling moet de hendel snel ingetrokken
worden en langzaam worden losgela-
ten.
De koppelingshendel is voorzien van
een sperschakelaar die deel uitmaakt
van het startspersysteem. (Zie pagina
3-12.)
DAU12870
Schakelpedaal
1. Schakelpedaal
Het schakelpedaal bevindt zich aan
de linkerzijde van de motor en wordt
in combinatie met de koppelingshen-
del gebruikt bij het schakelen van de
versnellingen van de 6-traps cons-
tant-mesh versnellingsbak op deze
motorfiets.
DAU12890
Remhendel
1. Remhendel
De remhendel bevindt zich aan de
rechterstuurgreep. Trek de hendel
naar het stuur toe om de voorrem te
bekrachtigen.
1
1
j
k
13
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-5
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 5
Page 20 of 82

DAU12941
Rempedaal
1. Rempedaal
Het rempedaal bevindt zich aan de
rechterzijde van de motorfiets. Trap
op het rempedaal om de achterrem te
bekrachtigen.
DAU13210
Brandstof
1. Vulpijp brandstoftank
2. Brandstofniveau
Controleer of voldoende brandstof in
de brandstoftank aanwezig is. Vul de
brandstoftank tot onderaan de vulpijp
zoals getoond.
DWA10880
s s
WAARSCHUWING
Overvul de brandstoftank niet,
anders zal benzine uitstromen
zodra deze warm wordt en uit-
zet.
Mors geen brandstof op een
heet motorblok.
DCA10070
LET OP:
Veeg gemorste brandstof direct af
met een schone, droge en zachte
doek, de brandstof kan immers
schade toebrengen aan de lak of
aan kunststof onderdelen.
DAU13270
Uw Yamaha motorblok is gebouwd
op het gebruik van normale loodvrije
benzine met een octaangetal van
RON 91 of hoger. Als de motor gaat
detoneren (pingelen), gebruik dan
benzine van een ander merk of
gebruik loodvrije superbenzine. Door
loodvrije benzine te gebruiken gaan
bougies langer mee en blijven de
onderhoudskosten beperkt.
Voorgeschreven brandstof:
UITSLUITEND NORMALE LOODV-
RIJE BENZINE
Inhoud brandstoftank:
13,8 L (3,65 US gal) (3,04 Imp gal)
Brandstofreserve:
2,2 L (0,58 US gal) (0,48 Imp gal)1
3
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-6
5WX-F8199-D2.qxd 30/05/2006 16:01 Página 6