stop start YAMAHA YBR250 2011 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2011, Model line: YBR250, Model: YAMAHA YBR250 2011Pages: 80, PDF Size: 4.86 MB
Page 19 of 80
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-5
3
DAU12347
Stuurschakelaars Links
Rechts
DAU12350
Lichtsignaalschakelaar“”
Druk deze schakelaar in om de koplamp
een lichtsignaal te laten afgeven.
DAU12400
Dimlichtschakelaar“/”
Zet deze schakelaar op“” voor grootlicht
en op“” voor dimlicht.
DAU12460
Richtingaanwijzerschakelaar“/”
Druk deze schakelaar naar“” om afslaan
naar rechts aan te geven. Druk deze scha-
kelaar naar“” om afslaan naar links aan
te geven. Na loslaten keert de schakelaar
terug naar de middenstand. Om de richtin-
gaanwijzers uit te schakelen wordt de scha-
kelaar ingedrukt nadat hij is teruggekeerd in
de middenstand.
DAU12500
Claxonschakelaar“”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
DAU12660
Noodstopschakelaar“/”
Zet deze schakelaar voor u de motor start
op“”. Zet deze schakelaar op“” om
de motor direct uit te schakelen in een
noodgeval, zoals wanneer de machine om-
slaat of als de gaskabel blijft hangen.
DAU12711
Startknop“”
Druk deze knop in om via de startmotor de
motor rond te draaien. Zie pagina 5-1 voor
startinstructies voordat u de motor start.
1. Lichtsignaalschakelaar“”
2. Dimlichtschakelaar “HI/LO”
3. Richtingaanwijzerschakelaar“/”
4. Claxonschakelaar“”
1. Noodstopschakelaar“/”
2. Startknop“”
U5D1D1D0.book Page 5 Friday, September 5, 2008 1:14 PM
Page 28 of 80
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-14
3
Met de motor uit:
1. Beweeg de zijstandaard omlaag.
2. De motorstopknop moet in de stand staan.
3. Draai de sleutel naar aan.
4. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand.
5. Druk op de startknop.
Start de motor?
Met de motor nog aan:
6. Beweeg de zijstandaard omhoog.
7. Knijp de koppelingshendel in en houd deze vast.
8. Schakel de versnellingsbak in een versnellingsstand.
9. Beweeg de zijstandaard omlaag.
Slaat de motor af?
Als de motor is afgeslagen:
10. Beweeg de zijstandaard omhoog.
11. Knijp de koppelingshendel in en houd deze vast.
12. Druk op de startknop.
Start de motor?
Het systeem is in orde. De motorfiets mag worden gebruikt.De vrijstandschakelaar werkt mogelijk niet goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat deze is
nagekeken door een Yamaha dealer.
De zijstandaardschakelaar werkt mogelijk niet goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat deze is
nagekeken door een Yamaha dealer.
De koppelingsschakelaar werkt mogelijk niet goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat deze is
nagekeken door een Yamaha dealer.
JA NEE JA NEE JA NEE
Als zich een storing voordoet, vraag dan alvorens
te gaan rijden een Yamaha dealer het systeem te
controleren.
WAARSCHUWING
“ ”
U5D1D1D0.book Page 14 Friday, September 5, 2008 1:14 PM
Page 32 of 80
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-1
5
DAU15951
Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig
door om u vertrouwd te maken met alle be-
dieningselementen. Als u de werking van
een functie of bedieningselement niet be-
grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit-
leg.
WAARSCHUWING
DWA10271
Een onvoldoende vertrouwdheid met de
bedieningselementen kan leiden tot ver-
lies van de controle, met mogelijk eenongeval of letsel tot gevolg.
DAUW0092
Starten van de motor Door het startspersysteem is starten alleen
mogelijk als aan een van de volgende voor-
waarden is voldaan:
De versnellingsbak staat in de vrij-
stand.
De versnellingsbak staat in een ver-
snelling geschakeld terwijl de koppe-
lingshendel is ingetrokken en de
zijstandaard is opgeklapt.
Zie pagina 3-13 voor meer informatie.
1. Draai de contactsleutel naar “ON” en
controleer of de noodstopschakelaar
op“” is gezet.
De volgende waarschuwingslampjes
en het controlelampje moeten enkele
seconden oplichten en dan uitgaan.
Waarschuwingslampje brand-
stofniveau
Waarschuwingslampje koelvloei-
stoftemperatuur
Waarschuwingslampje motorsto-
ring
Controlelampje startblokkering
LET OP
DCA11831
Als een waarschuwings- of controle-
lampje niet dooft, zie dan pagina 3-2
voor een controle van het circuit van het
betreffende waarschuwings- of controle-lampje.
2. Schakel de versnellingsbak in de vrij-
stand. (Zie pagina 5-2.) Het vrijstand-
controlelampje moet gaan branden.
Als dit niet gebeurt, vraag dan een
Yamaha dealer het elektrische circuit
na te kijken.
3. Start de motor door de startknop in te
drukken. LET OP: Trek voor een
maximale levensduur van de motor
nooit hard op als de motor koud is!
[DCA11041]Als de motor niet wil starten, laat dan
de startknop los, wacht een paar se-
conden en probeer het dan opnieuw.
Iedere startpoging moet zo kort moge-
lijk duren om de accu te sparen. Laat
de startmotor nooit langer dan tien se-
conden achtereen draaien.
U5D1D1D0.book Page 1 Friday, September 5, 2008 1:14 PM
Page 76 of 80
INDEXAAandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-20
Accu ...................................................... 6-24
Achterwielophanging, smeren............... 6-23BBagageriembevestiging ........................ 3-12
Banden.................................................. 6-13
Bougie, controleren ................................. 6-7
Brandstof................................................. 3-8
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig ... 5-2CClaxonschakelaar ................................... 3-5
Contactslot/stuurslot ............................... 3-1
Controle- en waarschuwingslampjes ...... 3-2
Controlelampje grootlicht ........................ 3-2
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-2DDimlichtschakelaar .................................. 3-5
Display, multifunctioneel ......................... 3-3GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren................................................ 6-21
Gereedschapsset .................................... 6-1HHelmbevestiging ................................... 3-10IIdentificatienummers ............................... 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-3KKabels, controleren en smeren ............. 6-21
Klepspeling ........................................... 6-13
Koplampgloeilamp, vervangen.............. 6-27
Koppelingshendel ................................... 3-6
Koppelingshendel, vrije slag afstellen ... 6-15
LLichtsignaalschakelaar ........................... 3-5
Luchtfilterelement, reinigen .................. 6-11MModelinformatiesticker............................ 9-1
Motorolie en oliefilterelement.................. 6-9NNoodstopschakelaar ............................... 3-5OOnderhoud, uitstootcontrolesysteem ...... 6-2
Ondersteunen van de motorfiets .......... 6-29
Opbergcompartiment ............................ 3-11PParkeerlichtgloeilamp, vervangen ........ 6-28
Parkeren ................................................. 5-3
Plaats van de onderdelen ....................... 2-1
Problemen oplossen ............................. 6-31RRemblokken en remschoenen
controleren ......................................... 6-17
Rem- en koppelingshendels,
controleren en smeren ....................... 6-22
Rem- en schakelpedalen, controleren
en smeren .......................................... 6-21
Remhendel ............................................. 3-6
Remlichtschakelaar, afstellen ............... 6-17
Rempedaal ............................................. 3-7
Remvloeistofniveau, controleren .......... 6-18
Remvloeistof, verversen ....................... 6-19
Richtingaanwijzergloeilamp of
gloeilamp in remlicht/achterlicht,
vervangen .......................................... 6-28
Richtingaanwijzerschakelaar .................. 3-5
SSchakelen ............................................... 5-2
Schakelpedaal......................................... 3-6
Schokdemperunits, afstellen ................. 3-11
Smering en onderhoud, periodiek ........... 6-3
Snelheidsmeter ....................................... 3-3
Spanning aandrijfketting........................ 6-19
Specificaties ............................................ 8-1
Stalling .................................................... 7-3
Stand van het rempedaal en vrije slag,
afstellen .............................................. 6-16
Starten van de motor............................... 5-1
Startknop ................................................. 3-5
Startspersysteem .................................. 3-13
Stationair toerental ................................ 6-12
Storingzoekschema............................... 6-33
Stroomlijnpanelen en framepaneel,
verwijderen en aanbrengen .................. 6-6
Stuurschakelaars .................................... 3-5
Stuursysteem, controleren .................... 6-24TTankdop .................................................. 3-7
Toerenteller ............................................. 3-3UUitlaatkatalysator..................................... 3-9VVeiligheidsinformatie ............................... 1-1
Verzorging ............................................... 7-1
Voertuigidentificatienummer.................... 9-1
Voorvork, controleren ............................ 6-23
Vrije slag gaskabel, controleren ............ 6-12
Vrijstandcontrolelampje ........................... 3-2
U5D1D1D0.book Page 1 Friday, September 5, 2008 1:14 PM