display Abarth 500 2008 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ABARTH, Model Year: 2008, Model line: 500, Model: Abarth 500 2008Pages: 170, PDF Size: 2.33 MB
Page 56 of 170

55
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
De prestaties van het ESP-
systeem mogen de bestuur-
der er niet toe verleiden onnodige en
onverantwoorde risico’s te nemen. De
rijstijl moet altijd zijn aangepast aan
het wegdek, het zicht en het verkeer.
De verantwoordelijkheid voor de ver-
keersveiligheid ligt altijd en overal bij
de bestuurder van de auto.
ATTENTIE
Inschakeling van het systeem
Het ESP wordt automatisch ingeschakeld
als de motor wordt gestart en kan niet
worden uitgeschakeld.
Storingsmeldingen
Bij een storing in het systeem wordt het
systeem automatisch uitgeschakeld en gaat
lampje
áop het instrumentenpaneel con-
tinu branden. Bovendien verschijnt er een
melding op het instelbare multifunctione-
le display (indien aanwezig). Wendt u in
dit geval tot het Abarth Servicenetwerk.HILL HOLDER-SYSTEEM
Dit systeem is geïntegreerd in het ESP-sys-
teem en schakelt automatisch in als:
❒omhoog: de auto stilstaat op een hel-
ling van meer dan 2% met draaiende
motor, ingetrapt rempedaal en ver-
snellingsbak in vrij of als een andere ver-
snelling dan de achteruit is ingeschakeld.
❒omlaag: de auto stilstaat op een helling
van meer dan 2% met draaiende motor,
ingetrapt rempedaal en als de achteruit
is ingeschakeld.
Tijdens het wegrijden zorgt de regeleen-
heid van het ESP ervoor dat de wielen ge-
remd blijven, totdat het noodzakelijke mo-
torkoppel is bereikt om weg te rijden (of
maximaal 2 seconden), zodat u meer tijd
heeft om uw rechter voet van het rem-
pedaal naar het gaspedaal te verplaatsen.
Als u na 2 seconden niet bent weggere-
den, schakelt het systeem automatisch uit
en wordt de remdruk geleidelijk verlaagd.
Tijdens deze fase kunt u een typisch schu-
rend geluid horen. Dit geluid betekent dat
de auto ieder moment in beweging kan
komen.Storingsmeldingen
Bij een storing in het systeem brandt het
waarschuwingslampje áop het instru-
mentenpaneel en verschijnt er een mel-
ding op het instelbare multifunctionele dis-
play (indien aanwezig) (zie hoofdstuk
“Lampjes en berichten”).
BELANGRIJK Het Hill Holder-systeem is
geen handrem; verlaat dus nooit de auto
zonder de handrem aan te trekken, de
motor uit te zetten en de eerste versnel-
ling in te schakelen.
Als eventueel met het
noodreservewiel wordt gere-
den, dan blijft het ESP ingeschakeld.
Blijf er echter rekening mee houden
dat het noodreservewiel kleiner is dan
de normale band en dat daarom de
grip lager is dan bij de andere banden
van de auto.
Voor de juiste werking van het ESP-
en ASR-systeem is het noodzakelijk
dat de banden van alle wielen van
hetzelfde merk en type zijn. De ban-
den moeten in perfecte conditie zijn
en de voorgeschreven afmetingen
hebben.
ATTENTIE
Page 58 of 170

57
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
BELANGRIJK Na het verhelpen van de
storing moet het Abarth Servicenetwerk
voor een complete controle van het sys-
teem, tests uitvoeren op een testbank en,
zo nodig, een proefrit maken die eventu-
eel een langere afstand kan omvatten.EOBD-SYSTEEM
Met het EOBD-systeem (European On
Board Diagnosis) kan een doorlopende
diagnose worden uitgevoerd op die com-
ponenten op de auto die van invloed zijn
op de emissie. Bovendien meldt het sys-
teem, door het branden van het lampje
U
op het instrumentenpaneel en het ver-
schijnen van een melding op het instelba-
re multifunctionele display (indien aanwe-
zig) (zie het hoofdstuk “Lampjes en be-
richten”) dat de betreffende componen-
ten defect zijn.
Het doel is:
❒de werking van het systeem controle-
ren;
❒signaleren wanneer door een storing de
emissies boven de wettelijk vastgestel-
de drempelwaarde uitkomen;
❒signaleren wanneer het noodzakelijk is
defecte componenten te vervangen.
Het systeem beschikt verder nog over een
diagnosestekker die het mogelijk maakt,
na het aansluiten van speciale apparatuur,
de door de regeleenheid opgeslagen sto-
ringscodes en de specifieke parameters
voor de diagnose en werking van de mo-
tor te lezen.
Deze controle kan ook worden uitge-
voerd door de verkeerspolitie.Als u de contactsleutel in stand
MAR draait en het lampje
Ugaat niet branden of het gaat
branden of knipperen tijdens
het rijden (er verschijnt ook een melding
op het instelbare multifunctionele dis-
play - indien aanwezig), wendt u dan zo
snel mogelijk tot het Abarth Service-
netwerk. De werking van het lampje
Ukan worden gecontroleerd met behulp
van speciale apparatuur van de ver-
keerspolitie. Houdt u aan de wetgeving
van het land waarin u rijdt.
Page 59 of 170

58
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
STORINGSMELDINGEN
Eventuele storingen in het systeem wor-
den aangegeven door het branden van het
lampje
gop het instrumentenpaneel (er
verschijnt ook een melding op het instel-
bare multifunctionele display - indien aan-
wezig) (zie het hoofdstuk “Lampjes en be-
richten”).
Bij een storing in het systeem blijft de au-
to mechanisch bestuurbaar.
BELANGRIJK In bepaalde omstandighe-
den kan door externe factoren het lamp-
je
gop het instrumentenpaneel gaan
branden.
ELEKTRISCHE STUUR-
BEKRACHTIGING
“DUALDRIVE”
De auto is uitgerust met “Dualdrive” elek-
trische stuurbekrachtiging. De elektrische
stuurbekrachtiging werkt alleen als de con-
tactsleutel in stand MARstaat en de mo-
tor draait. De elektrische stuurbekrachti-
ging verlaagt de benodigde stuurkracht,
waardoor het rijden in de stad en par-
keermanoeuvres bijzonder eenvoudig
worden.
BELANGRIJK Als de contactsleutel snel
wordt gedraaid, kan de volledige werking
van de stuurbekrachtiging na 1-2 secon-
den worden bereikt.
Als de SPORT-functie wordt ingeschakeld
(zie paragraaf “Bedieningsorganen” in dit
hoofdstuk), dan wordt ook de elektrische
stuurbekrachtigingaangepast, waardoor er
meer kracht nodig is voor het draaien van
het stuur voor een optimaal stuurgevoel.
Het is streng verboden om
de-/montagewerkzaamhe-
den uit te voeren, waarvoor wijzigin-
gen in de stuurinrichting of de stuur-
kolom vereist zijn (bijv. bij montage
van een diefstalbeveiliging). Hierdoor
kunnen de prestaties van het systeem,
de garantie en de veiligheid in gevaar
worden gebracht en voldoet de auto
niet meer aan de typegoedkeuring.
ATTENTIEIn dat geval moet u onmiddellijk de auto
stilzetten, de motor ongeveer 20 secon-
den uitzetten en vervolgens de motor
weer starten. Als het lampje
gblijft bran-
den en de melding op het instelbare mul-
tifunctionele display (indien aanwezig) blijft
weergegeven, wendt u dan zo snel moge-
lijk tot het Abarth Servicenetwerk.
BELANGRIJK De benodigde stuurkracht
kan toenemen bij langdurige parkeer-
manoeuvres; dit is een normaal verschijn-
sel om oververhitting van de motor voor
de stuurbekrachtiging te voorkomen, in
deze situatie zijn er geen reparaties ver-
eist. Als u de auto een volgende keer weer
gebruikt, zal de stuurbekrachtiging weer
normaal werken.
Zet altijd de motor uit en
verwijder de contactsleutel
uit het contactslot, zodat het stuur-
wiel wordt vergrendeld, voordat er
onderhoudswerkzaamheden worden
uitgevoerd, vooral als de auto met de
wielen los van de grond staat. Als dit
niet mogelijk is (als de sleutel in stand
MAR moet staan of de motor moet
draaien), moet de hoofdzekering van
de elektrische stuurbekrachtiging
worden verwijderd.
ATTENTIE
Page 65 of 170

64
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
VEILIGHEID
Als de auto op een steile helling staat, kan
de rolautomaat blokkeren; dit is een nor-
maal verschijnsel. Bovendien blokkeert de
rolautomaat als u de gordel snel uittrekt.
Hij blokkeert ook bij hard remmen, bot-
singen en bij hoge snelheden in bochten.
De achterbank is voorzien van driepunts-
veiligheidsgordels met rolautomaat.
SBR-SYSTEEM
De auto is uitgerust met het SBR-systeem
(Seat Belt Reminder), dat de bestuurder
en de passagier voor op de volgende wij-
ze waarschuwt als de veiligheidsgordel niet
is omgelegd.
❒de eerste 6 seconden gaat lampje
❒de daaropvolgende 90 seconden knip-
pert het lampje
Voor permanente uitschakeling dient u
zich tot het Abarth Servicenetwerk te
wenden.
Het SBR-systeem kan ook via het setup-
menu van het display weer worden geac-
tiveerd.
VEILIGHEIDSGORDELS
GEBRUIK VAN DE
VEILIGHEIDSGORDELS fig. 1
Ga goed rechtop zitten, steun tegen de
rugleuning en leg dan de gordel om.
Trek de gordel uit en maak de gordel vast
door de gesp Ain de sluiting Bte druk-
ken, totdat hij hoorbaar blokkeert. Als tij-
dens het uittrekken van de gordel de rol-
automaat blokkeert, laat dan de gordel een
stukje teruglopen en trek de gordel ver-
volgens weer geleidelijk uit.
Druk, om de gordel los te maken, op de
knop C. Begeleid de gordel tijdens het te-
ruglopen om te voorkomen dat de gor-
delband draait. Via de rolautomaat wordt
de lengte van de gordel automatisch aan-
gepast aan het postuur van de drager,
waarbij voldoende bewegingsruimte over-
blijft.
fig. 1F0S060Ab
Druk tijdens het rijden niet
op de knop C.
ATTENTIEBedenk dat achterpassagiers
die geen gordel dragen, tij-
dens een ernstig ongeval niet alleen
zelf aan gevaar worden blootgesteld
maar ook gevaar opleveren voor de
inzittenden voor.
ATTENTIE
Page 76 of 170

75
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
VEILIGHEID
KNIE-AIRBAG AAN
BESTUURDERSZIJDE fig. 14
Deze bestaat uit een opblaasbaar kussen
dat in een daarvoor bestemde ruimte on-
der de onderste kap van de stuurkolom is
geplaatst, ter hoogte van de knieën van de
bestuurder, voor extra bescherming van
de bestuurder bij een frontale aanrijding.FRONTAIRBAG EN SIDEBAG
AAN PASSAGIERSZIJDE
HANDMATIG UITSCHAKELEN
Als het absoluut noodzakelijk is een kind
op de passagiersstoel voor te vervoeren,
moeten de frontairbag en de sidebag aan
passagierszijde worden uitgeschakeld.
Het waarschuwingslampje
“op het dash-
board blijft continu branden totdat de
frontairbag en de zij-airbag (sidebag) aan
passagierszijde opnieuw worden inge-
schakeld.
BELANGRIJK Raadpleeg voor het hand-
matig uitschakelen van de frontairbag en
zij-airbag (sidebag) aan passagierszijde, de
paragrafen “Multifunctioneel display” en
“Instelbaar multifunctioneel display” in het
hoofdstuk “Wegwijs in uw auto”.
ZIJ-AIRBAGS
(Sidebags - Headbags)
SIDEBAG fig. 15
De sidebag is een kussen dat zich snel op-
blaast en bevindt zich in de rugleuning van
de voorstoel. De sidebag heeft tot doel
het bovenlichaam en het bekken van de in-
zittenden te beschermen bij middelzwa-
re en zware zijdelingse aanrijdingen.
fig. 14F0S073Ab
Page 89 of 170

88
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
ALGEMENE OPMERKINGEN
Naast het branden van het lampje, ver-
schijnt er bij bepaalde uitvoeringen ook
een specifiek bericht en/of klinkt er een
akoestisch signaal. Deze meldingen zijn
kort en uit voorzorgen moeten als een
aanvulling worden gezien en niet als al-
ternatief voor de informatie in dit in-
structieboekje. Wij raden u daarom aan
dit instructieboekje goed door te lezen.
Houdt u bij een storing altijd aan de
aanwijzingen die in dit hoofdstuk be-
schreven worden.
BELANGRIJK De storingsmeldingen die
op het display verschijnen, zijn onderver-
deeld in twee categorieën: ernstigesto-
ringen en minder ernstigestoringen.
De ernstigestoringen worden langdurig
“cyclisch” herhaald.
De minder ernstigestoringen worden
gedurende een kortere tijd “cyclisch” her-
haald.
U kunt de weergavecyclus van beide ca-
tegorieën onderbreken door op de knop
MODEte drukken. Het lampje op het in-
strumentenpaneel blijft branden totdat de
storing is verholpen.TE LAAG REMVLOEI-
STOFNIVEAU (rood)
AANGETROKKEN
HANDREM (rood)
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje branden. Na enke-
le seconden moet het lampje doven.
Te laag remvloeistofniveau
Het lampje gaat branden als het rem-
vloeistofniveau in het reservoir onder het
minimum niveau is gedaald, bijvoorbeeld
door lekkage in het remsysteem.
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bij-
behorende melding op het display.
x
Als het lampje xtijdens het
rijden gaat branden (op en-
kele uitvoeringen verschijnt ook een
melding op het display), stop dan on-
middellijk en wendt u tot het Abarth
Servicenetwerk.
ATTENTIE
Aangetrokken handrem
Het lampje gaat branden als de handrem
wordt aangetrokken.
BELANGRIJK Als het lampje tijdens het
rijden gaat branden, controleer dan of
de handrem niet is aangetrokken.
STORING
AIRBAGSYSTEEM
(rood)
Als u de contactsleutel in stand
MARdraait, gaat het lampje branden. Na
enkele seconden moet het lampje doven.
Het lampje gaat constant branden bij een
storing in het airbagsysteem.
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bij-
behorende melding op het display.
¬
Page 91 of 170

90
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
❒als de auto onder zware bedrijfs-
omstandigheden wordt gebruikt
(bijvoorbeeld het bergopwaarts
trekken van een aanhanger of rijden
met volbeladen auto): verlaag de
snelheid en breng, als het lampje blijft
branden, de auto tot stilstand. Wacht
2 tot 3 minuten met draaiende motor
en geef iets gas voor een snellere
circulatie van de koelvloeistof. Zet
vervolgens de motor uit. Controleer
het vloeistofniveau zoals hiervoor
beschreven.
BELANGRIJKBij zware bedrijfsomstan-
digheden is het raadzaam de motor enkele
minuten te laten draaien met iets ingetrapt
gaspedaal voordat u de motor uitzet.
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bij-
behorende melding op het display.
ACCU WORDT NIET
VOLDOENDE
OPGELADEN (rood)
Als u de contactsleutel in stand
MARdraait, gaat het lampje branden. Het
moet doven nadat de motor is gestart (als
de motor stationair draait, kan het voor-
komen dat het lampje iets later dooft).
Als het lampje blijft branden, wendt u dan
onmiddellijk tot het Abarth Servicenet-
werk.
w
STORING ABS (geel)
Als u de contactsleutel
in stand MARdraait, gaat het
lampje branden. Na enkele se-
conden moet het lampje doven.
Het lampje gaat branden als het systeem
defect of niet beschikbaar is. In dat geval
blijft het remsysteem normaal werken,
maar zonder de mogelijkheden van het
ABS. Rijd voorzichtig verder en wendt u
zo snel mogelijk tot het Abarth Service-
netwerk.
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bij-
behorende melding op het display.
>
STORING EBD
(rood)
(geel)
Als bij een draaiende motor tegelijkertijd
de waarschuwingslampjes
xen >gaan
branden, dan is er een storing in het EBD-
systeem of is het systeem niet beschikbaar;
in dat geval kunnen bij hard remmen de
achterwielen vroegtijdig blokkeren waar-
door de auto kan slippen. Rijd direct zeer
voorzichtig naar de dichtstbijzijnde werk-
plaats van het Abarth Servicenetwerk om
het systeem te laten controleren.
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bij-
behorende melding op het display.
x>
TE LAGE
MOTOROLIEDRUK
(rood)
Als u de contactsleutel in stand
MARdraait, gaat het lampje branden. Het
moet doven nadat de motor is gestart.
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bij-
behorende melding op het display.
v
Als het lampje vtijdens
het rijden gaat branden (op
enkele uitvoeringen verschijnt ook
een melding op het display), zet dan
onmiddellijk de motor uit en wendt
u tot het Abarth Servicenetwerk.
ATTENTIE
Page 92 of 170

91
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
STORING EOBD-/
INSPUITSYSTEEM
(geel)
Als u onder normale omstandigheden de
contactsleutel in stand MARdraait, dan
gaat het lampje branden. Het lampje
moet uitgaan als de motor is gestart.
Als het lampje blijft branden of tijdens het
rijden gaat branden, dan werkt het in-
spuitsysteem niet optimaal; als het lamp-
je constant brandt, dan duidt dit op een
storing in het ontstekings-/inspuitsysteem;
dit kan tot gevolg hebben dat de schade-
lijke uitlaatgasemissie toeneemt, de pres-
taties verminderen, de auto slechter gaat
rijden en het brandstofverbruik toeneemt.
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bij-
behorende melding op het display.
U kunt onder deze omstandigheden door-
rijden zonder te veel van de motor te ei-
sen of met hoge snelheid te rijden. Als lang
met een brandend waarschuwingslampje
wordt doorgereden, kunnen beschadigin-
gen ontstaan; wendt u zo snel mogelijk tot
het Abarth Servicenetwerk.
Het lampje dooft als de storing verdwijnt.
De storing wordt door het systeem in het
geheugen opgeslagen.
Een knipperend lampje duidt op een mo-
gelijke beschadiging van de katalysator.
U
NIET GOED GESLOTEN
PORTIEREN (rood)
Als een of meerdere portieren
of de achterklep niet goed geslo-
ten zijn, gaat het lampje branden (bij be-
paalde uitvoeringen).
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bij-
behorende melding op het display.
Als de auto in beweging is met geopende
portieren/achterklep, dan klinkt er een
akoestisch signaal (alleen bij uitvoeringen
met instelbaar multifunctioneel display).
´
STORING ELEKTRI-
SCHE STUURBE-
KRACHTIGING
“DUALDRIVE” (rood)
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje branden. Na enke-
le seconden moet het lampje doven.
Als het lampje blijft branden, werkt de
elektrische stuurbekrachtiging niet meer
en is meer kracht nodig voor het draaien
van het stuur: wendt u tot het Abarth Ser-
vicenetwerk.
Op enkele uitvoeringen verschijnt de bij-
behorende melding op het display.
g
Page 93 of 170

92
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
Als u de contactsleutel in
stand MAR draait en het
lampje
Ugaat niet branden
of het gaat branden of knip-
peren tijdens het rijden (op enkele uit-
voeringen verschijnt ook een melding
op het display), wendt u dan zo snel
mogelijk tot het Abarth Servicenet-
werk. De werking van het lampje
Ukan worden gecontroleerd met behulp
van speciale apparatuur van de ver-
keerspolitie. Houdt u aan de wetgeving
van het land waarin u rijdt.
K
RESERVEBRANDSTOF
(geel)
Als u de contactsleutel in stand
MARdraait, gaat het lampje branden. Na
enkele seconden moet het lampje doven.
Het lampje gaat branden als er nog onge-
veer 5 liter brandstof aanwezig is.
BELANGRIJK Als het waarschuwings-
lampje knippert, dan is er een storing in
het systeem. Wendt u in dit geval tot het
Abarth Servicenetwerk om het systeem te
laten controleren.
STORING
ELEKTRONISCHE
STARTBLOKKERING -
CODE (geel)
Als het lampje, met de contactsleutel in
stand MAR, constant gaat branden, dan
duidt dit op een mogelijke storing (zie
“CODE Startblokkering” in het hoofdstuk
“Wegwijs in uw auto”).
BELANGRIJK Als de lampjes
Uen Ytegelijk branden, dan is er een storing in
de CODE Startblokkering.
Als bij een draaiende motor het lampje
Yknippert, dan wordt de auto niet be-
veiligd door het systeem (zie de paragraaf
“CODE Startblokkering” in het hoofdstuk
“Wegwijs in uw auto”).
Wendt u tot het Abarth Servicenetwerk
om alle sleutels in het geheugen te laten
opslaan.MISTACHTERLICHTEN
(geel)
Het lampje gaat branden als de
mistachterlichten worden inge-
schakeld.
ALGEMENE
STORINGSMELDING
(geel)
Het lampje gaat bij de volgende omstan-
digheden branden.
Storing motoroliedruksensor
Het lampje gaat branden bij een storing
in de motoroliedruksensor. Wendt u zo
snel mogelijk tot het Abarth Servicenet-
werk om de storing te laten verhelpen.
Y
Als het lampje knippert, moet het gaspe-
daal worden losgelaten zodat de motor
met lage toerentallen draait en het lamp-
je niet meer knippert; u kunt met matige
snelheid doorrijden waarbij rij-omstan-
digheden moeten worden vermeden die
kunnen leiden tot het opnieuw gaan knip-
peren van het lampje. Wendt u zo snel
mogelijk tot het Abarth Servicenetwerk.
4
è
Page 94 of 170

93
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
Inschakeling
brandstofnoodschakelaar/
brandstofnoodschakelaar niet
beschikbaar
Het lampje gaat branden als de brand-
stofnoodschakeling inschakelt of als de
brandstofnoodschakeling niet beschikbaar
is.
Op het display verschijnt de bijbehorende
melding.
Storing buitenverlichting
Het lampje gaat branden als er een storing
is geconstateerd in de buitenverlichting.BUITENVERLICHTING
EN DIMLICHTEN
(groen)
FOLLOW ME HOME
(groen)
Buitenverlichting en dimlichten
Het lampje gaat branden als de buiten-
verlichting of het dimlicht wordt inge-
schakeld.
Follow me home
Het lampje gaat branden als dit systeem
wordt gebruikt (zie “Follow me home” in
het hoofdstuk “Wegwijs in uw auto”).
Op het display verschijnt de bijbehorende
melding.
3
STORING ESP-
SYSTEEM/
STORING HILL
HOLDER (geel)
Storing ESP-systeem
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje branden. Na enke-
le seconden moet het lampje doven.
Als het lampje niet dooft of tijdens het rij-
den blijft branden, wendt u dan tot het
Abarth Servicenetwerk.
Op het display verschijnt de bijbehorende
melding.
OpmerkingAls het lampje knippert tij-
dens het rijden, dan geeft dit aan dat het
ESP in werking is getreden.
Storing Hill Holder
Als u de contactsleutel in stand MAR
draait, gaat het lampje branden. Na enke-
le seconden moet het lampje doven.
Als het lampje gaat branden, is er een sto-
ring in het Hill Holder-systeem. Wendt u
in dat geval zo snel mogelijk tot het Abarth
Servicenetwerk.
Op het display verschijnt de bijbehorende
melding.
á