Abarth 500 2020 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: ABARTH, Model Year: 2020, Model line: 500, Model: Abarth 500 2020Pages: 204, PDF Size: 3.53 MB
Page 121 of 204

BELANGRIJK
131)Alvorens te slepen, moet de
contactsleutel op MAR en vervolgens op
STOP worden gezet, zonder de sleutel
uit het contactslot te nemen. Als de sleutel
uit het contactslot wordt genomen, wordt
automatisch het stuurslot ingeschakeld
waardoor het voertuig niet kan worden
bestuurd.
132)Maak voor de montage van het
sleepoog de schroefdraad zorgvuldig
schoon. Controleer of het sleepoog
volledig op de schroefdraadpen is gedraaid
alvorens de auto te slepen.
133)Gebruik de sleepogen voor en achter
alleen voor noodgevallen op de weg. Het
is toegestaan het voertuig over korte
afstanden te slepen m.b.v. geschikte
middelen conform de
wegenverkeerswetgeving (starre stang),
om het voertuig over de weg te verplaatsen
om hem gebruiksklaar te maken voor het
slepen of voor transport met takelwagen.
Sleepogen MOGEN NIET worden gebruikt
om voertuigen off-road (d.w.z. op het
terrein) te slepen of waar hindernissen zijn
en/of voor het slepen met kabels of andere
niet-starre hulpmiddelen. In
overeenstemming met bovengenoemde
voorwaarden, moeten er voor het slepen
twee voertuigen worden gebruikt (een
slepend en een gesleept voertuig), die zich
beide zo veel mogelijk op één lijn bevinden.134)Houd er rekening mee dat tijdens het
slepen de rembekrachtiging en de
elektrische stuurbekrachtiging niet
beschikbaar zijn, waardoor voor het
bedienen van het rempedaal en het sturen
meer kracht is vereist. Gebruik voor het
slepen geen soepele kabels en vermijd
bruuske bewegingen. Zorg tijdens het
slepen dat er geen onderdelen door de
sleepverbinding kunnen worden
beschadigd. Tijdens het slepen van het
voertuig moeten alle specifieke
verkeersvoorschriften in acht genomen
worden, zowel voor wat betreft de
sleepvoorziening als het gedrag op de weg.
Start de motor niet wanneer de auto wordt
gesleept.
135)In verband met de bouw van de auto,
kan de auto niet op een treinstel worden
geladen en worden vervoerd.
119
Page 122 of 204

ONDERHOUD EN ZORG
Dankzij correct onderhoud kunnen de
prestaties van het voertuig, evenals
beperkte bedrijfskosten en het behoud
van de efficiëntie van de
veiligheidssystemen gedurende langere
tijd gegarandeerd worden.
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe.GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD .................................121
ONDERHOUDSSCHEMA ................122
PERIODIEKE CONTROLES .............126
ZWAAR GEBRUIK VAN DE AUTO ...126
NIVEAUS CONTROLEREN..............127
ACCU .............................................131
ACCU OPLADEN ............................132
RUITENWISSERS/
ACHTERRUITWISSER.....................133
DE AUTO OPKRIKKEN ...................135
WIELEN EN BANDEN .....................135
CARROSSERIE ...............................136
INTERIEUR......................................139
120
ONDERHOUD EN ZORG
Page 123 of 204

GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD
Juist onderhoud is essentieel voor een
lange levensduur van de auto onder
optimale omstandigheden.
Daarom heeft Abarth een reeks
controles en onderhoudsbeurten
opgesteld die op vaste
afstandsintervallen of op vaste
tijdsintervallen uitgevoerd moeten
worden, zoals beschreven in het
Geprogrammeerd Onderhoudsschema.
Vóór elke onderhoudsbeurt is het altijd
noodzakelijk de aanwijzingen in het
Geprogrammeerd Onderhoudsschema
zorgvuldig op te volgen (bijv.
regelmatige controle van de
vloeistofpeilen, bandenspanning, enz.).
De beurten van het Geprogrammeerde
Onderhoud worden volgens een vast
tijdsschema door het Abarth
Servicenetwerk uitgevoerd. Eventuele
reparaties die nodig blijken tijdens
het uitvoeren van de diverse inspecties
en controles van het geprogrammeerd
onderhoud, mogen uitsluitend worden
uitgevoerd na toestemming van de
klant.
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
De onderhoudsbeurten van het
Geprogrammeerde Onderhoud zijn
door de fabrikant voorgeschreven. Het
niet laten uitvoeren van deze
werkzaamheden kan leiden tot het
vervallen van de garantie.
Het is raadzaam het Abarth
Servicenetwerk onmiddellijk te
informeren over eventuele kleine
defecten en niet te wachten tot de
volgende onderhoudsbeurt.
Voor versies uitgerust met speciale
voorzieningen, in aanvulling op hetgeen
beschreven is in het Geprogrammeerde
Onderhoudsschema, de betreffende
onderwerpen in de speciale
supplementen raadplegen.
121
Page 124 of 204

ONDERHOUDSSCHEMA
WAARSCHUWING: Wanneer u de laatste reparatie uit de tabel hebt uitgevoerd, moet u verder gaan met het geprogrammeerde
onderhoud. Volg daarbij de in het schema vermelde termijnen en plaats bij elke reparatie een punt of een opmerking.
Waarschuwing: als het onderhoud gewoon vanaf het begin wordt hervat, kan de voor sommige werkzaamheden geldende
interval verstrijken!
km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Conditie/slijtage banden controleren en bandenspanning,
indien nodig, herstellen. Controleer de voorwaarden/
verloopdatum van de "Fix&Go”-kit (indien aanwezig)
Werking verlichtingssysteem (koplampen,
richtingaanwijzers, alarmknipperlichten, bagageruimte,
interieur, dashboardkastje, lampjes instrumentenpaneel,
enz.) controleren
De vloeistofpeilen controleren en eventueel bijvullen (1)
Uitlaatgasemissie controleren
Gebruik de diagnoseaansluiting om de werking van het
brandstoftoevoer-/motormanagementsysteem en de
emissie te controleren en, waar aanwezig, de
verslechtering van de motorolie
(1) Gebruik voor het bijvullen altijd uitsluitend de in het instructieboek vermelde vloeistoffen en controleer het systeem eerst op schade.
122
ONDERHOUD EN ZORG
Page 125 of 204

km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Visueel de toestand controleren van: buitenzijde van
carrosserie, bodemplaatbescherming, slangen en
leidingen (uitlaat, brandstof- en remsysteem) en rubber
elementen (hoezen, slangen, bussen enz.)
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers voor/
achter controleren (waar aanwezig)
Werking van het ruitenwisser/-sproeiersysteem controleren
en zo nodig de sproeiers afstellen
Sloten van motorkap en achterklep op aanwezigheid van
vuil controleren, mechanismen reinigen en smeren
Werking cabriodak tijdens sluiten en openen controleren;
afdichtingen en smering van zijgeleiders canvasdoek
controleren (alleen 595C/695C-versies)
Slag van handrem controleren en zo nodig afstellen
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen voor en
achter visueel controleren en de werking van
remblokslijtagesensor controleren (waar aanwezig)
Conditie van aandrijfriem(en) hulporganen visueel
controleren
Spanning aandrijfriem(en) hulporganen controleren en
indien nodig afstellen
Conditie getande distributieriem visueel controleren
123
Page 126 of 204

km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Oliepeil in het bedieningssysteem van de automatische
sequentiële versnellingsbak controleren (2)
Controleer en herstel indien nodig de voorbelasting van
het sperdifferentieel (waar aanwezig) (3)
Olie van transmissies voorzien van sperdifferentieel (waar
aanwezig) verversen(3) (4)
Motorolie verversen en oliefilter vervangen
Bougie vervangen (5)
(2) Alleen voor auto's in landen met zeer strenge klimaten (koude landen).
(3) Het wordt aangeraden deze handeling onmiddellijk uit te voeren na ieder intensief gebruik van de auto
(4) De transmissieolie moet voor het eerst worden vervangen na de eerste 10.000 km, ongeacht de verstreken tijd
(5) De volgende zaken zijn van essentieel belang om de correcte werking te garanderen en ernstige schade aan de motor te voorkomen: gebruik uitsluitend bougies
van hetzelfde merk en type die speciaal gecertificeerd zijn voor 1.4 Turbo benzine Abarth motoren (zie de informatie in de paragraaf "Motor"); houd u strikt aan
het vervangingsinterval van de bougies dat vermeld is in het Geprogrammeerde Onderhoudsschema; geadviseerd wordt contact op te nemen met het Abarth
Servicenetwerk om de bougies te laten vervangen.
124
ONDERHOUD EN ZORG
Page 127 of 204

km x 1000 15 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
De getande distributieriem vervangen(6)
Aandrijfriem(en) hulporganen vervangen(6)
Luchtfilterelement vervangen (7)
Remvloeistof verversen(8)
Interieurfilter vervangen (7) (O) (●)
(6) Maximum aantal kilometers 120.000 km. De riem moet elke 6 jaar worden vervangen, ongeacht de afgelegde afstand. Als het voertuig wordt gebruikt onder
veeleisende omstandigheden (stoffige omgevingen, bijzonder zware weersomstandigheden, langdurig bij zeer lage of zeer hoge temperaturen, veel stadsritten,
langdurig stationair lopen van de motor): aanbevolen maximum aantal kilometers is 60.000 km. De riem moet elke 4 jaar worden vervangen, ongeacht de
afgelegde afstand.
(7) Als het voertuig gebruikt wordt in stoffige omgevingen, moet dit filter om de 15.000 km vervangen worden.
(8) De remvloeistof moet iedere twee jaar worden vervangen, ongeacht de kilometerstand.
(O) Aanbevolen werkzaamheden.
(●) Verplichte werkzaamheden.
125
Page 128 of 204

PERIODIEKE
CONTROLES
Elke 1.000 km of vóór een lange reis
controleren en eventueel bijvullen:
niveau motorkoelvloeistof;
remvloeistofpeil;
ruitensproeiervloeistofpeil;
conditie en spanning banden;
werking verlichting (koplampen,
richtingaanwijzers, alarmknipperlichten,
etc.);
werking ruitenwissers/-sproeiers en
stand/slijtage wisserbladen voor/achter.
Elke 3.000 km controleren en
eventueel bijvullen: motorolieniveau.
Het gebruik van PETRONAS
LUBRICANTS producten wordt
aanbevolen, omdat deze speciaal voor
Abarth auto's zijn ontworpen en
geproduceerd (zie tabel “Inhouden” in
het hoofdstuk “Technische gegevens”).
ZWAAR GEBRUIK
VAN DE AUTO
Als vooral een intensief gebruik van de
auto wordt gemaakt, zoals:
als de auto gebruikt wordt in
veeleisende omstandigheden, bijv. op
het circuit;
het rijden op stoffige wegen;
talrijke korte ritten (minder dan 7-8
km) en bij buitentemperaturen onder
het vriespunt;
de motor vaak stationair draait of
lange afstanden worden gereden bij
lage snelheden of als de auto lang niet
wordt gebruikt;
dienen de volgende controles vaker te
worden uitgevoerd dan aangegeven
in het Geprogrammeerd
onderhoudsschema:
remblokken van schijfremmen voor
op conditie en slijtage controleren;
sloten van motorkap en achterklep
op aanwezigheid van vuil controleren,
mechanismen reinigen en smeren;
visueel de toestand controleren van:
motor, versnellingsbak, transmissie,
slangen en leidingen (uitlaat/brandstof-
en remsysteem) en rubber elementen
(hoezen/slangen /bussen enz.);
laadtoestand accu en niveau
accuvloeistof (elektrolyt) controleren;
conditie van aandrijfriemen van
hulporganen visueel controleren;
motorolie en oliefilter controleren en
zo nodig vervangen;
pollenfilter controleren en zo nodig
vervangen;
luchtfilter controleren en zo nodig
vervangen.
126
ONDERHOUD EN ZORG
Page 129 of 204

NIVEAUS CONTROLEREN
31)
30) 136) 137).
135 pk, 145 pk en 160 pk versies
1. Vulopening motorolie 2. Motoroliepeilstok 3. Motorkoelvloeistof 4. Ruitensproeiervloeistof 5. Remvloeistof 6. Accu
109AB0A0353C
127
Page 130 of 204

163 pk, 165 pk en 180 pk versies
1. Vulopening motorolie 2. Motoroliepeilstok 3. Motorkoelvloeistof 4. Ruitensproeiervloeistof 5. Remvloeistof 6. Accu
110AB0A0349C
128
ONDERHOUD EN ZORG