service Alfa Romeo Brera/Spider 2009 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2009, Model line: Brera/Spider, Model: Alfa Romeo Brera/Spider 2009Pages: 263, PDF Size: 3.91 MB
Page 25 of 263

23
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
WAARSCHUWINGOnder sommige om-
standigheden (bijvoorbeeld op een steile helling)
kan de meter een andere waarde aangeven dan
de werkelijke hoeveelheid in de tank en de wij-
zigingen kunnen met een vertraging worden
weergegeven. Dit hoort bij de normale werking
van de meter.Als het waarschuwingslampje ugaat branden
(in combinatie met de weergave van een bericht
op het display), is de koelvloeistoftemperatuur
te hoog; zet in dat geval de motor uit en wend
u zich tot het Alfa Romeo Servicenetwerk.
WAARSCHUWINGAls de wijzer het rode
gebied nadert, kan dit te maken hebben met
een bijzondere situatie, zoals het rijden met la-
ge snelheid, op een helling, volledig beladen of
met een aanhanger of bij een hoge omge-
vingstemperatuur.
A0G0178mAfb. 16
KOELVLOEISTOFTEMPERATU
URMETER Afb. 16
De wijzer geeft de koelvloeistoftemperatuur weer;
de aanduiding start als de temperatuur van de
vloeistof hoger wordt dan ongeveer 50 °C .
Onder normale omstandigheden bevindt de wij-
zer zich in het midden van de schaalverdeling.
Als de wijzer in de buurt van het rode gebied
komt, moet de bestuurder minder grote pres-
taties van de auto verlangen.
Page 26 of 263

24
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDENMOTOROLIETEM-
PERATUURMETER
(benzine-uitvoeringen,
behalve 1750 TURBO
BENZINE) Afb. 17
De wijzer geeft de motorolietemperatuur weer;
de aanduiding start als de temperatuur van de
olie hoger wordt dan ongeveer 70 °C.
Als de wijzer in de buurt van het rode gebied
komt, moet de bestuurder minder grote pres-
taties van de auto verlangen.
A0G0179mAfb. 17
Als het waarschuwingslampje `onder het rij-
den gaat branden (in combinatie met de weer-
gave van een bericht op het display), is de mo-
torolietemperatuur te hoog; zet in dat geval de
motor uit en wend u zich tot het Alfa Romeo
Servicenetwerk.
WAARSCHUWINGAls de wijzer het rode
gebied nadert, kan dit te maken hebben met
een bijzondere situatie, zoals het rijden met
lage snelheid, op een helling, volledig beladen
of met een aanhanger of bij een hoge
omgevingstemperatuur.
A0F0180mAfb. 18
TURBODRUKMETER
(uitvoeringen 1750 TURBO
BENZINE en diesel)
Afb. 18
De wijzer geeft de turbodruk aan.
Page 28 of 263

26
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDENHet middelste deel van het display met de da-
tumCblijft altijd ingeschakeld, totdat er een
functie wordt ingeschakeld die op het display
moet worden weergegeven (bijvoorbeeld „Re-
gelen lichtintensiteit”) of andere informatie over
de status van de auto.
Als de sleutel is verwijderd (en er een portier
wordt geopend), worden op het display gedu-
rende enige seconden de tijd en de kilometer-
stand (of mijlenstand) en de buitentempera-
tuur weergegeven
INFORMATIE OVER
DE AUTO
(per gebeurtenis)
❒Afstand tot volgende servicebeurt;
❒Informatie Tripcomputer;
❒Instelling van de lichtintensiteit;
❒Weergave motorolieniveau;
WAARSCHUWINGAls een portier wordt
geopend, geeft het display gedurende enige se-
conden de tijd, de kilometerstand en de bui-
tentemperatuur weer.
INSTELBAAR
MULTIFUNCTIONEEL
DISPLAY
Il Op het instelbare multifunctionele display kan
nuttige en belangrijke informatie tijdens de rit
worden weergegeven, zoals:
INFORMATIE OP HET
STANDAARD SCHERM
❒TijdA-Afb. 19;
❒BuitentemperatuurB;
❒DatumC;
❒DagtellerstandD;
❒Kilometertotaalstand E;
❒Informatie over de status van de auto F
(bijvoorbeeld geopende portieren of even-
tuele ijsvorming op het wegdek).
A0G0015mAfb. 19
Page 31 of 263

29
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
Druk, om vanaf het standaard scherm de navigatie te bereiken, kort op de knop MENU. Druk op de knop +of–om in het menu te navigeren. Bij een rij-
dende auto wordt om veiligheidsredenen alleen een beperkt menu weergegeven („Snelheidslimiet instellen”). Als de auto stilstaat, is het uitgebreide menu
toegankelijk. Als het radio-/navigatiesysteem aanwezig is, kunnen alleen de volgende functies worden ingesteld: „Snelheidslimiet”, „Gevoeligheid schemer-
sensor” (voor uitvoeringen/markten, waar voorzien) en „Waarschuwingszoemer niet omgelegde veiligheidsgordel opnieuw inschakelen”. De andere func-
ties worden weergegeven op het display van het radio-/navigatiesysteem en kunnen daar worden ingesteld.
Afb. 21
VOL. ZOEMERSERVICEMENU VERLATENAUTOMAT.
MISTLICHTRESET TRIP B
KLOK
MODUS 12/24
DATUM
HERHAAL. RADIO
BAGAGERUIMTE ONAFH.
BEST.PORT. ONTGR.
VERGR. PORTIEREN MAATEENHEDEN VOL. TOETSEN
TAALSNELHEIDS-
SNELHEID
A0G0218g
Page 38 of 263

verschijnt als de elektronische sleutel in het
startsysteem wordt geplaatst, op het display
„Service” gevolgd door het resterende aantal
kilometers/mijlen. Wend u zich tot het Alfa Ro-
meo Servicenetwerk waar men niet alleen het
onderhoud zal uitvoeren dat voorgeschreven
wordt door het „Geprogrammeerd onderhoud”,
maar waar de weergave ook zal worden ge-
reset.
Zoemer niet omgelegde
veiligheidsgordel opnieuw
inschakelen
(Seat Belt Reminder)
(Beep gordel)
Deze functie wordt alleen op het display weer-
gegeven als deze hiervoor is uitgeschakeld door
het Alfa Romeo Servicenetwerk.
Menu afsluiten
Als deze optie wordt gekozen, wordt terugge-
keerd naar het standaard scherm.VERLICHTING TOERENTELLER/
INSTRUMENTEN
(NIGHT PANEL)
Met deze functie kan de verlichting van de toe-
renteller en de instrumenten worden in-/uit-
geschakeld (ON/OFF). De functie kan wor-
den ingeschakeld (alleen als de elektronische
sleutel in het startsysteem is geplaatst, de bui-
tenverlichting brandt en de sensor in de snel-
heidsmeter weinig buitenlicht meet) door knop
–lang in te drukken. Als de functie is inge-
schakeld wordt op het display een waarschu-
wing weergegeven. Na inschakeling kan de
functieNIGHT PANELop de volgende ma-
nier worden uitgeschakeld:
❒door de knop +lang in te drukken (ook bij
uitgeschakelde buitenverlichting);
❒verwijder de elektronische sleutel uit het
startsysteem.
Als de functie is ingeschakeld, wordt op het dis-
play een waarschuwing weergegeven.
De berichten blijven gedurende enige seconden
zichtbaar en verdwijnen vervolgens. Druk om
de weergave voortijdig te onderbreken kort op
de knop MENU. Geprogrammeerd onderhoud
(Service)
Met deze functie kunnen de meldingen be-
treffende het bereiken van de kilometerstand
voor een servicebeurt worden weergegeven.
Ga voor het raadplegen van deze aanwijzingen
als volgt te werk:
❒druk kort op de knop MENU: op het dis-
play wordt de interval in km of mi aange-
geven, afhankelijk van de eerdere instel-
ling (zie de paragraaf „Eenheid”);
❒druk kort op de knop MENUom terug te
keren naar het menuscherm of houd de
knop even ingedrukt om terug te keren
naar het beginscherm.
WAARSCHUWINGHet geprogrammeerd
onderhoudsschema houdt een onderhoudsin-
terval van 35.000 km (of 21.000 mi) aan;
deze weergave verschijnt automatisch als de
elektronische sleutel in het startsysteem wordt
geplaatst, vanaf 2.000 km (of 1240 mi) voor
de betreffende kilometerstand. De weergave in
km of mijl is afhankelijk van de ingestelde
meeteenheid. Als het geprogrammeerd onder-
houd zeer binnenkort moet worden uitgevoerd,
36
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDENSTARTEN
EN RIJDEN
Page 54 of 263

52
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
AIRCONDITIONING
(snel koelen)
WAARSCHUWINGDe compressor √kan
alleen worden ingeschakeld als de ventilatie
is ingeschakeld.
Ga als volgt te werk:
❒draai de knop Ahelemaal linksom;
❒draai de draaiknop Cnaar de maximale
snelheid;
❒draai de knop Bin stand O;
❒druk op de knoppen √env(de leds
op de knoppen gaan branden).
Koeling constant houden
Ga als volgt te werk:
❒schakel de recirculatie uit (wanneer inge-
schakeld).
❒draai de knop Atotdat de gewenste tem-
peratuur is ingesteld;
❒draai de draaiknop Cnaar de gewenste
aanjagersnelheid.
ONDERHOUD VAN HET
SYSTEEM
Tijdens de winter moet de airconditioning √
ten minste één keer per maand gedurende on-
geveer 10 minuten worden ingeschakeld.
Voordat het zomerseizoen begint, moet de wer-
king van het systeem nagekeken worden door
het Alfa Romeo Servicenetwerk.
LUCHTRECIRCULATIE
INSCHAKELEN
Druk op de knop v: het lampje op de
knop gaat branden als deze functie wordt
ingeschakeld.
Wij raden u aan de recirculatiefunctie in te scha-
kelen in de file of in tunnels. Hiermee wordt
voorkomen dat vervuilde lucht het interieur be-
reikt. Het is niet raadzaam dit systeem langdu-
rig te laten werken, omdat anders, vooral als
u met meerdere personen in de auto zit, de kans
aanzienlijk toeneemt dat de ruiten beslaan.
Het is echter niet raadzaam deze functie hand-
matig in te schakelen op regenachtige of kou-
de dagen, omdat dan de ruiten aan de bin-
nenzijde aanzienlijk sneller kunnen beslaan,
vooral als de klimaatregeling niet is ingescha-
keld.
WAARSCHUWINGMet deze functie kan,
afhankelijk van de gekozen werking („ver-
warmen” of „koelen”) sneller het gewenste
resultaat worden bereikt.
Als de accu wordt losgekop-
peld/aangesloten, moet u ten
minste 3 minuten wachten
voordat u de elektronische sleutel in
het startsysteem steekt, zodat de kli-
maatregeleenheid de elektrische ac-
tuatoren voor de temperatuurregeling
en de luchtverdeling in de beginstand
kan zetten.
Page 64 of 263

62
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
POLLENFILTER
MET ACTIEVE KOOLSTOF
De auto is voorzien van een pollenfilter met ac-
tieve koolstof. Dit filter heeft als taak om de
lucht naar het interieur te zuiveren en stofdeel-
tjes, pollen enz. te verwijderen. Het filter is ac-
tief ongeacht de luchttoevoer en heeft het bes-
te resultaat bij gesloten ruiten.
Laat de conditie van het filter minstens één keer
per jaar bij het Alfa Romeo Servicenetwerk con-
troleren; bij voorkeur aan het begin van de zo-
mer. Als de auto voornamelijk in een vervuil-
de of stoffige omgeving wordt gebruikt, ver-
dient het aanbeveling om de controle en ver-
vanging vaker dan voorgeschreven in het Ge-
programmeerd Onderhoudsschema te laten uit-
voeren (zie het hoofdstuk „Voorzorgsmaatre-
gelen en onderhoud”). Inschakeling AQS
(Air Quality System)
(voor uitvoeringen/markten, waar
voorzien)
De functie AQS schakelt de recirculatie auto-
matisch in als vervuilde lucht wordt gesignal-
eerd, bijvoorbeeld tijdens het rijden in de stad,
in een file en in tunnels.
WAARSCHUWINGAls AQS is ingeschakeld
en de recirculatiefunctie is een bepaalde tijd in-
geschakeld, staat de klimaatregeling geduren-
de ongeveer 1 minuut de toevoer van buiten-
lucht toe om de lucht in het interieur te ver-
versen; hierbij wordt geen rekening gehouden
met de vervuiling van de buitenlucht.
WAARSCHUWINGHet AQS wordt uitge-
schakeld bij een lage buitentemperatuur om te
voorkomen dat de ruiten beslaan. De functie
kan opnieuw worden ingeschakeld door op de
knopvte drukken; hierdoor gaat led „A”
op de knop vbranden.
Als het filter niet tijdig
wordt vervangen, vermin-
dert de werking van de kli-
maatregeling aanzienlijk, totdat er
geen lucht meer uit de uitstroomope-
ningen stroomt.
Page 69 of 263

67
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
RUITEN REINIGEN
HENDEL RECHTS
De rechter hendel Afb. 43bedient de rui-
tenwissers/-sproeiers en achterruitwisser/
-sproeier.
Als de buitenverlichting brandt, worden bij het
inschakelen van de ruitensproeiers ook de kop-
lampsproeiers ingeschakeld.
Ruitenwissers/-sproeiers
De rechter hendel kan in vijf verschillende stan-
den worden gezet:
0: ruitenwissers uitgeschakeld;
1: wissen met interval.
Verdraai, als de hendel in stand 1staat, draai-
knop op A, waarbij u uit vier intervalstanden
kunt kiezen:
■= lang interval
■= gemiddeld interval
■= gemiddeld - snel interval
■= snel interval2: continu langzaam wissen
3: continu snel wissen
4: tijdelijk snel wissen (onvergrendelde stand)
De functie in stand 4blijft ingeschakeld zolang
de hendel in deze stand wordt gehouden. Als
de hendel wordt losgelaten, keert deze terug
naar de beginstand 0en stoppen de ruiten-
wissers automatisch.
A0G0098mAfb. 43
Gebruik de ruitenwissers niet
om opgehoopte sneeuw of ijs
van de voorruit te verwijde-
ren. In die omstandigheden grijpt, als
de ruitenwissers te zwaar worden be-
last, de beveiliging in, die ervoor zorgt
dat de ruitenwissers enkele seconden
worden uitgeschakeld. Wend u zich tot
het Alfa Romeo Servicenetwerk als de
werking niet wordt hersteld.
Page 75 of 263

73
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
Automatische uitschakeling van de
cruise control
De cruise control wordt tijdelijk uitgeschakeld
als het ABS of VDC ingrijpt (na een maximaal
toegestane tijd): in dit geval blijft de laatste op-
geslagen snelheid bewaard en kan worden op-
geroepen door knop RESin te drukken.
Bij een storing van de cruise control of het mo-
tormanagementsysteem wordt het systeem uit-
geschakeld totdat de elektronische sleutel uit
het startsysteem wordt verwijderd. Wend u zich
in dit geval tot het Alfa Romeo Servicenetwerk.
Het systeem wordt ook automatisch uitgescha-
keld als de knop AofRESonjuist of per onge-
luk wordt bediend: in dat geval kan het systeem
weer worden ingeschakeld door de auto met
de gewenste snelheid te laten rijden en de hen-
del omhoog (+) of omlaag (–) te plaatsen.SYSTEEM UITSCHAKELEN
Het systeem wordt in de volgende gevallen uit-
geschakeld:
❒door knop A-Afb. 46in stand Ote
zetten;
❒schakel de motor uit of haal de elektroni-
sche sleutel uit het startsysteem;
❒intrappen van het rempedaal, intrappen van
het koppelingspedaal (in deze gevallen blijft
de snelheid opgeslagen en kan deze wor-
den opgeroepen met de knop RES);
❒intrappen van het gaspedaal: in dit ge-
val wordt het systeem slechts tijdelijk uit-
geschakeld; als het pedaal wordt losge-
laten, schakelt het systeem automatisch
opnieuw in;
❒als de voertuigsnelheid lager wordt dan de
limiet (in dat geval blijft de laatst opgesla-
gen snelheid bewaard en kan worden op-
geroepen door de knop RESin te drukken);
Bij een storing of defect van
de cruise control moet de
draaiknop A-Afb. 46 in stand O wor-
den gezet. Controleer de zekering
en laat het systeem door het Alfa
Romeo Servicenetwerk controleren.
OPGELET
Als de cruise control tijdens
het rijden is ingeschakeld,
mag u de versnellingspook nooit in
de vrijstand zetten.
OPGELET
Page 86 of 263

84
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
❒Om de accu niet teveel te belasten, de kap
indien mogelijk alleen met ingeschakelde
motor activeren.
❒Alvorens de kap te sluiten, eventuele
„vreemde lichamen” van het frame van de
voorruit verwijderen, die het sluiten ervan
kunnen verhinderen.
❒Houd u zich aan de eerdergenoemde vei-
ligheidswaarschuwingen.
❒De bedieningsmanoeuvre van de kap wordt
automatisch verhinderd door het niet slui-
ten van de bagageruimte. In elk geval con-
troleren of deze gesloten is, alvorens de
manoeuvre uit te voeren.
Door te drukken op de knop C-Afb. 61gaan
de zijruiten iets naar beneden. ❒Aan het begin van de openings- of slui-
tingshandeling van de kap, altijd controle-
ren of de ruiten van de portieren automa-
tisch iets omlaag gaan („short drop”). In
het tegenovergestelde geval de active-
ringsknop van de kap loslaten C-Afb. 61
en de ruiten van beide deuren omlaag be-
wegen door de betreffende knoppen te be-
dienen, of de deuren iets te openen. Mocht
de storing voortduren, oftewel de ruiten
niet gedeeltelijk omlaag gaan voor het be-
dienen van de kap, wend u zich dan tot het
Alfa Romeo Servicenetwerk.
A0G0297mAfb. 61
❒Wanneer de kap wordt bediend door het
indrukken van de knop C-Afb. 61, en
in een willekeurige tussenstand wordt ge-
laten, ook met elektronische sleutel uit het
startsysteem verwijderd, doen zich onder-
staande condities voor:
– na 12 minuten, door te drukken op de
knopC-Afb. 61is het mogelijk de kap
alleen te sluiten;
– na nog 3 minuten, door te drukken op
de knop Cis het niet meer mogelijk de
kap te openen of te sluiten. Om de kap
weer normaal te kunnen bedienen door
middel van de knop Cis het noodzake-
lijk ten minste 10 minuten te wachten,
met elektronische sleutel uit het start-
systeem verwijderd, zodat het bedie-
ningssysteem kan afkoelen.