BMW MOTORRAD G 650 GS 2010 Handleiding (in Dutch)
Page 81 of 138
Het voorwiel moet in draai-richting worden ingebouwd.
Op de draairichtingspijlen op deband of de velg letten.
Voorwiel in de voorvork rollen,hierbij de remschijven tussende remblokken geleiden.
Voorwiel optillen en as3methet juiste aantrekkoppel beves-tigen.
Bevestiging steekas voor
45 Nm
Voorwielstandaard verwijderen.
De handrem bedienen en devoorvork meerdere malenkrachtig laten inveren
Asklembout2met het voorge-schreven aantrekkoppel vast-zetten.
Klembevestiging steekas,voor
23 Nm
ABS-sensor in de boring aan-brengen en bout1aanbren-gen.
zonder middenstandaardSU
Hulpstandaard verwijderen
Achterwiel uitbouwen
De motorfiets neerzetten enerop letten dat de ondergrondvlak en stevig is.
Twee bouten1verwijderen.
8
79
zOnderhoud
Page 82 of 138
Drie bouten2losdraaien enhet achterspatbord wegnemen.
zonder middenstandaardSU
De motorfiets op een geschiktehulpstandaard zetten en eropletten dat de ondergrond vlaken stevig is.
met middenstandaardSU
De motorfiets op de midden-standaard plaatsen en erop let-ten dat de ondergrond vlak enstevig is.
Bout1van de snelheidssensoruitbouwen en snelheidssensoruit de houder verwijderen.
Asmoer2losdraaien, zo nodigaan de linkerzijde tegenhouden.
Stelbouten3links en rechtsdoor linksom draaien losmaken.
Het achterwiel zo ver mogelijknaar voren rollen en de kettingvan het kettingwiel4nemen.
8
80
zOnderhoud
Page 83 of 138
Steekas5verwijderen; hierbijhet achterwiel ondersteunen.
Het achterwiel naar achterenuit de achtervork rollen, hierbijde remklauw aan de linkerzijdevasthouden.
Het kettingwiel en deafstandsbussen links enrechts steken los in het wiel. Bijde demontage erop letten, dezeonderdelen niet te beschadigenof te verliezen.
Achterwiel inbouwen
Boutbevestigingen die meteen onjuist aantrekkoppelzijn vastgezet kunnen losrakenof de boutbevestigingen kunnenbeschadigd raken.
Aanhaalmomenten altijd latencontroleren door een specialist,bij voorkeur een BMW Motorraddealer.
Erop letten dat de remklauw ingeleiding6valt.
Achterwiel in de achterbrug rol-len, hierbij de remschijf tussende remblokken geleiden.
Het achterwiel optillen en stee-kas5door de achtervork, deremklauw en het achterwiel ge-leiden.
8
81
zOnderhoud
Page 84 of 138
Het achterwiel zo ver mogelijknaar voren rollen en de kettingop het kettingwiel4leggen.
Asmoer2aanbrengen, maarnog niet vastzetten.
Snelheidssensor in de houderaanbrengen en bout1van desnelheidssensor aanbrengen.
Kettingspanning afstellen(76).
zonder middenstandaardSU
Hulpstandaard verwijderen
Het achterspatbord aanbrengenen drie bouten2inbouwen.
Twee bouten1aanbrengen.
8
82
zOnderhoud
Page 85 of 138
BMW Motorrad
Voorwielsteun
Voorwielstandaard
aanbrengen
zonder middenstandaardSU
De motorfiets op een geschiktehulpstandaard plaatsen.
met middenstandaardSU
De motorfiets op de midden-standaard plaatsen en erop let-ten dat de ondergrond vlak enstevig is.
De BMW Motorrad voor-wielsteun is er niet voorbedoeld om een motorfiets zon-der midden- of eventuele anderehulpstandaard rechtop te houden.Een motorfiets die alleen op devoorwielsteun en op het achter-wiel rust kan omvallen.
De motorfiets vóór het optillenmet de BMW Motorrad voorwiel-
steun op de middenstandaard ofeen hulpstandaard zetten.
De voorwielstandaardmet nummer (0 402 240)gebruiken.
Afstelbouten1van de voor-wielstandaard losmaken.
De beide pennen2zo ver naarbuiten schuiven tot de voorvorker tussen past.
De gewenste hoogte van devoorwielstandaard met behulpvan de fixeerpennen3instellen.
Het rubber4links en rechts inde bovenste positie aanbren-gen.
Voorwielstandaard in het mid-den van het voorwiel plaatsenen naar de vooras schuiven.
De beide pennen2zo ver naarbuiten schuiven tot de voorvorker stevig op rust.
Afstelbouten1vastdraaien.
8
83
zOnderhoud
Page 86 of 138
Als de motorfiets aan devoorzijde te ver wordt op-getild, komt de hulpstandaard losvan de grond en kan de motor-fiets opzij vallen.
Erop letten dat de hulpstan-daard bij het optillen op de grondblijft. Zo nodig de hoogte van hetvoorwiel of van de hulpstandaardaanpassen.
De voorwielstandaard gelijkma-tig naar beneden drukken omde motorfiets op te tillen.
Zekeringen
Zekering uitbouwen
Bij de overbrugging vandefecte zekeringen bestaatbrandgevaar.
Defecte zekeringen vervangendoor nieuwe zekeringen.
Contact uitschakelen.
Buddyseat verwijderen.(38).
Twee vergrendelingshendels1samendrukken en het zekerin-gendeksel verwijderen.
De defecte zekering omhooguit de zekeringhouder trekken.
Bij het regelmatig uitvallenvan de zekeringen deelektrische installatie door eenspecialist, bij voorkeur eenBMW Motorrad dealer, latencontroleren.
Zekering aanbrengen
De defecte zekering vervan-gen door een zekering van debenodigde sterkte.
In het hoofdstuk "Techni-sche gegevens" vindt u eenoverzicht van de zekeringen en
8
84
zOnderhoud
Page 87 of 138
de benodigde stroomsterkten.De getallen in de grafiek komenovereen met de nummers van dezekeringen.
Zekeringendeksel sluiten
Vergrendeling vergrendelthoorbaar.
Buddyseat aanbrengen (39).
Lampen
Aanwijzingen
Een defecte lamp bij eenmotorfiets vormt een vei-ligheidsrisico, omdat de machinedoor andere verkeersdeelnemerssneller over het hoofd wordt ge-zien.
Defecte gloeilampen zo snel mo-gelijk vervangen; bij voorkeur al-tijd een set geschikte reserve-lampen meenemen.
Gloeilampen staan onderdruk, beschadigingen kun-nen tot verwondingen leiden.
Bij het verwisselen van lampen
bescherming voor ogen en han-den dragen.
In het hoofdstuk "Techni-sche gegevens" vindt u eenoverzicht van de op uw motor-fiets aanwezige lampen.
Het glas van de nieuwegloeilamp niet met de blotevingers aanraken. Voor het aan-brengen een schone droge doekgebruiken. Vuilafzettingen, voor-al olie en vetten, beïnvloeden dewarmte-afvoer. Oververhittingen een kortere levensduur vande gloeilampen zijn hiervan hetgevolg.
Gloeilamp groot- en
dimlicht vervangen
Bij de volgende werkzaam-heden kan een onveilig ge-plaatste motorfiets omvallen.
Erop letten dat de motorfiets ste-vig staat.
De motorfiets neerzetten enerop letten dat de ondergrondvlak en stevig is.
Contact uitschakelen.
Stekker1losmaken.
Rubberkap2lostrekken.
8
85
zOnderhoud
Page 88 of 138
De stadslichtkabel is doorde rubberkap omhuld. Hier-door kan de rubberkap niet wor-den verwijderd.
Borgring3door linksom draai-en losmaken en verwijderen.
Gloeilamp4verwijderen.
Defecte gloeilamp vervangen.
Soort verlichting voordim- en grootlicht
H4 / 12 V / 55 W / 60 W
Gloeilamp4aanbrengen, daar-bij op de juiste positie van denok5letten.
Borgring3aanbrengen en doorrechtsom draaien borgen.
Rubberkap2aanbrengen.
Stekker1aansluiten.
8
86
zOnderhoud
Page 89 of 138
Gloeilamp stadslicht
vervangen
Bij de volgende werkzaam-heden kan een onveilig ge-plaatste motorfiets omvallen.
Erop letten dat de motorfiets ste-vig staat.
De motorfiets neerzetten enerop letten dat de ondergrondvlak en stevig is.
Contact uitschakelen.
Stekker1losmaken.
Rubberkap2lostrekken.
De stadslichtkabel is doorde rubberkap omhuld. Hier-door kan de rubberkap niet wor-den verwijderd.
De fitting voor het stadslicht3uit het koplamphuis trekken.
Gloeilamp uit de fitting trekken.
Defecte gloeilamp vervangen.
8
87
zOnderhoud
Page 90 of 138
Soort verlichting stads-licht
W5W / 12 V / 5 W
Gloeilamp in de fitting drukken.
De fitting voor het stadslicht3in het koplamphuis aanbren-gen.
Rubberkap2aanbrengen.
Stekker1aansluiten.
Gloeilampen
richtingaanwijzers, voor
en achter, vervangen
Bij de volgende werkzaam-heden kan een onveilig ge-plaatste motorfiets omvallen.
Erop letten dat de motorfiets ste-vig staat.
De motorfiets neerzetten enerop letten dat de ondergrondvlak en stevig is.
8
88
zOnderhoud