FIAT DOBLO COMBI 2018 Instructieboek (in Dutch)
Page 41 of 284
HANDBEDIENDE KLIMAATREGELING
2)
(voor bepaalde versies/markten).
BEDIENINGSELEMENTEN
65F0V0504
39
Page 42 of 284
A: instellingsknop luchttemperatuur (mengsel warme/koude lucht)
B: inschakelingsknop ventilator
C: draaiknop luchtverdeling
voor zowel een warme luchtstroom naar de voeten als het ontwasemen van de voorruit
warme luchtstroom naar de voeten en het koel houden van het gezicht (tweezonefunctie)
voor een warme luchtstroom naar de beenruimten voor- en achter.
D: knop voor inschakeling/uitschakeling compressor klimaatregeling
E: aan/uit knop interne luchtrecirculatie
F: achterruit- en spiegelverwarming ON/OFF-schakelaar (voor bepaalde versies/markten)
.
BELANGRIJK
2)De airconditioning gebruikt het koelmiddel R134a of R1234yf dat compatibel is met de huidige voorschriften in de landen waar de
voertuigen op de markt worden gebracht. Gebruik tijdens het laden alleen het gas dat is aangeduid op het plaatje in de motorruimte. Het
gebruik andere koelmiddelen heeft invloed op de efficiency en conditie van het systeem. Het smeermiddel dat voor de compressor wordt
gebruikt, is ook strikt gekoppeld aan het type koelgas; raadpleeg het Fiat Servicenetwerk.
40
KENNISMAKING MET DE AUTO
Page 43 of 284
AUTOMATISCHE KLIMAATREGELING
(voor bepaalde versies/markten)
.
BEDIENINGSELEMENTEN
A AUTO-knop voor automatische regeling van alle functies.
B Keuzeknop luchtverdeling.
Luchtstroom naar de luchtroosters van de voorruit en de voorste zijruiten om deze te ontwasemen of te ontdooien.
Luchtstroom naar de luchtroosters in het midden en aan de zijkant van het dashboard om de borst en het gezicht tijdens
het warme seizoen te verkoelen.
66F0V0505
41
Page 44 of 284
Luchtstroom naar de uitstroomopeningen voor de beenruimten voor en achter. Vanwege de natuurlijke neiging van warmte
om op te stijgen, warmt dit type verdeling het interieur zo snel mogelijk op, waardoor onmiddellijk een behaaglijk gevoel
wordt verkregen.
Luchtstroomverdeling tussen luchtroosters beenruimten (hetere lucht) en luchtuitstroomopeningen midden/zijkanten
dashboard (koelere lucht). Deze luchtverdeling is bijzonder nuttig op zonnige dagen in het voor- en najaar.
Luchtstroom verdeeld over uitstroomopeningen beenruimten en luchtroosters voor ontwasemen/ontdooien voorruit/
voorste zijruiten. Dit type verdeling biedt een doeltreffende verwarming van het interieur en voorkomt dat de
ruiten beslaan.
C Display.
D Bedieningsknop MAX DEF-functie.
E Uitschakelingsknop klimaatregeling.
F Knop aan/uit compressor.
G Bedieningsknop luchtrecirculatie.
H Bedieningsknoppen verhogen/verlagen ventilatorsnelheid.
I Bedieningsknop temperatuur verhogen/verlagen.
L Toets voor inschakeling/uitschakeling verwarming achterruit en elektrische buitenspiegel (voor bepaalde versies/markten,
indien voorzien).
42
KENNISMAKING MET DE AUTO
Page 45 of 284
ELEKTRISCHE
RUITBEDIENING
ELEKTRISCHE
RUITBEDIENING VOOR
(voor bepaalde versies/markten)
Op het paneel van het
bestuurdersportier zitten knoppen
waarmee de volgende functies bediend
kunnen worden, met de contactsleutel
naar de stand MAR gedraaid:
AAN: Linker ruit openen/sluiten
B: Rechter ruit openen/sluiten
Druk op knop A of B om de betreffende
ruit te openen/sluiten.Wanneer een van de twee knoppen
kort wordt ingedrukt, beweegt de ruit in
stappen; als de knop ingedrukt wordt
gehouden, wordt de "continue
automatische" werking voor het openen
en sluiten geactiveerd. Druk nogmaals
op knop A of B om de ruit te stoppen in
zijn huidige stand.
De elektrisch bediende ruiten zijn
uitgerust met een beveiligingssysteem
(indien aanwezig) dat de aanwezigheid
van een obstakel vast kan stellen als
de ruit gesloten wordt; wanneer dit
gebeurt, grijpt het systeem in en wordt
de beweging van de ruit onmiddellijk
omgekeerd.
BELANGRIJK Als de contactsleutel in
de stand STOP staat of verwijderd
is, dan kunnen de ruiten nog ongeveer
twee minuten worden bediend. Het
systeem wordt echter uitgeschakeld als
een van de portieren wordt geopend.
28) 29)
ELEKTRISCHE
RUITBEDIENING VOOR
EN ACHTER
(voor bepaalde versies/markten)
Voorportier bestuurderszijde
Met vijf schakelaars fig. 68 op de
binnenkant van de armleuning worden
de volgende ruiten bediend als de
contactsleutel op MAR is gedraaid:A zijruit linksvoor openen/sluiten;
B zijruit rechtsvoor openen/sluiten;
C zijruit linksachter openen/sluiten;
D zijruit rechtsachter openen/sluiten;
E uitschakeling bedieningsschakelaars
op achterportieren.
Portier passagierszijde en
achterportieren
(voor bepaalde versies/markten)
De schakelaar voor bediening van de
betreffende ruit bevindt zich aan de
binnenkant van elk portier.
RUITEN OPENEN/
SLUITEN MET EEN
SLEUTEL MET
AFSTANDSBEDIENING.
(voor bepaalde versies/markten)
De ruiten kunnen geopend/gesloten
worden door respectievelijk de
knoppen voor het ontgrendelen
/
vergrendelen
op de sleutel met
afstandsbediening ingedrukt te houden.
67F0V0020
68F0V0175
43
Page 46 of 284
De ruiten bewegen tegelijk zolang de
betreffende knop ingedrukt worden
gehouden; ze stoppen wanneer ze de
bovenste of onderste aanslag bereiken
of wanneer de knop wordt losgelaten.
BELANGRIJK
28)Oneigenlijk gebruik van de elektrische
ruitbediening kan gevaarlijk zijn. Controleer
voor en tijdens het bedienen van de ruit
altijd of de passagiers niet kunnen worden
verwond door de bewegende ruit of door
voorwerpen die door de ruit worden
meegesleept of geraakt.
29)Verwijder altijd de sleutel uit het
contactslot als de auto wordt verlaten om
te voorkomen dat onverwachtse
inschakeling van de elektrische
ruitbediening gevaar oplevert.
MOTORKAP
Openen
Ga als volgt te werk:
trek de hendel A fig. 69 in de richting
van de pijl;
bedien hendel B fig. 70, til de
motorkap op en trek tegelijkertijd de
steunstang C fig. 71 uit de klem D;
steek vervolgens het uiteinde van de
stang in de opening E in de motorkap
(grote opening) en druk de stang in
de veiligheidsstand (kleine opening),
zoals aangegeven in de figuur.
30) 31) 32) 33)
Sluiten
Ga als volgt te werk:
Houd de motorkap met één hand
omhoog, verwijder met de andere hand
de stang C uit de zitting E en zet hem
terug in de klem D;
Laat de motorkap tot op ongeveer
20 cm boven de motorruimte zakken
en laat hem dan vallen. Controleer of de
motorkap volledig gesloten is en niet
alleen vergrendeld met de beveiliging.
Als de motorkap niet perfect gesloten
is, probeer dan niet erop te drukken
maar open hem opnieuw en herhaal de
handeling.
34)
69F0V0047
70F0V0048
44
KENNISMAKING MET DE AUTO
Page 47 of 284
BELANGRIJK
30)Een onjuiste plaatsing van de
steunstang kan leiden tot een plotselinge
val van de motorkap. Verricht deze
handeling uitsluitend bij stilstaand voertuig.
31)Controleer alvorens de motorkap te
openen of de arm van de ruitenwisser
tegen de ruit ligt.32)Ga voorzichtig te werk in de
motorruimte wanneer de motor heet is, om
brandwonden te voorkomen. Plaats de
handen niet in de buurt van de ventilator,
omdat deze ook ingeschakeld kan worden
als de sleutel niet in het contactslot zit.
Wacht tot de motor is afgekoeld.
33)Pas op voor sjaals, dassen of
loszittende kledingstukken. Als deze per
ongeluk in contact komen met bewegende
onderdelen, kunnen ze gegrepen worden
en meegetrokken met ernstig risico voor
degene die ze draagt.
34)Om veiligheidsredenen moet de
motorkap altijd goed gesloten zijn tijdens
het rijden. Controleer dus altijd of de
motorkap goed gesloten en vergrendeld is.
Mocht u tijdens het rijden merken dat de
motorkap niet goed vergrendeld is, stop
dan onmiddellijk en sluit de motorkap
op de correcte manier.
BAGAGERUIMTE
35) 36) 37) 38) 39) 40)
ACHTERKLEP
OPENEN/SLUITEN VAN
BUITENAF
De achterklep kan (indien ontgrendeld)
van buiten het voertuig geopend
worden met de elektrische handgreep
A fig. 72 die zich onder de handgreep
bevindt. Als de portieren ontgrendeld
zijn kan de achterklep op elk moment
worden geopend.
Om de achterklep te openen moet de
hendel geactiveerd worden door het
openen van het bestuurdersportier
of door het bedienen van de
ontgrendelingsknop op de
afstandsbediening (voor Doblò/Doblò
Combi-versies). Bij Cargo-versies, is het
openen van de achterklep afhankelijk
van de activering van de handgreep.
71F0V0049
72F0V0370
45
Page 48 of 284
De handgreep wordt geactiveerd na het
indrukken van de derde knop op de
afstandsbediening of door het bedienen
van de ontgrendelingsknop vanuit het
interieur van het voertuig. Het openen is
ook mogelijk door de mechanische
sleutel of de metalen baard van de
sleutel met afstandsbediening in het
slot van het bestuurdersportier te
steken.
7)
OPENEN IN EEN
NOODGEVAL VAN
BINNENUIT
In een noodgeval kan de bagageruimte
als volgt geopend worden van binnen
het interieur van het voertuig:
open de zijschuifdeur en klap de
achterstoelen volledig in;
druk, vanuit de bagageruimte, op
hendel A fig. 74 en open de achterklep.OPENEN VAN DE
OPENSLAANDE DEUREN
VAN BINNENUIT IN EEN
NOODGEVAL
In een noodgeval kan de bagageruimte
als volgt geopend worden van binnen
het interieur van het voertuig:
open de zijschuifdeur en klap de
rugleuning van de achterbank omlaag
om toegang te krijgen tot de laadruimte
(Doblò/Doblò Combi-versies);
of
open de zijschuifdeur (Cargo-
versies);
gebruik lipje A fig. 75 dat zich aan
de binnenkant van de rechter
openslaande deur bevindt;
open de linker openslaande deur
door aan de handgreep te trekken (zie
"Portieren" in dit hoofdstuk).HOEDENPLANK
VERWIJDEREN
De hoedenplank bestaat uit twee delen.
Om hem te verwijderen, gaat u als
volgt te werk:
open de openslaande achterdeur; til
het voorste deel A fig. 76 op, door
pen A fig. 77 uit zijn zitting te halen
til het achterste deel B fig. 76 op,
door de pennen B en C fig. 77 uit hun
zittingen te halen.
Als de bank volledig is ingeklapt, de
hoedenplank verwijderen zoals
beschreven en horizontaal opbergen
tussen de voorstoelen en de ingeklapte
achterbank.
Om de hoedenplank weer op zijn plaats
te zetten dezelfde procedure in
omgekeerde volgorde uitvoeren.
73F0V0340
74F0V013575F0V0080
46
KENNISMAKING MET DE AUTO
Page 49 of 284
BAGAGERUIMTE
VERGROTEN
Versies met hendel
Ga als volgt te werk:
open de achterdeuren en verwijder
de hoedenplank (zoals hiervoor is
beschreven);
zet de hoofdsteunen van de
achterstoelen helemaal naar beneden;
plaats de veiligheidsgordel opzij en
controleer of deze volledig uitgetrokken
en niet verdraaid is;
til de borghendel A fig. 78 van de
rugleuning op en klap de rugleuning
naar voren zodat u een vlakke laadvloer
krijgt. Bij het optillen van de hendel
wordt een rood merkteken zichtbaar;
trek de hendel B fig. 79 aan de kant
van het kussen dat automatisch
omhoog om de laadruimte nog groter
te maken; klap de stoel en de
rugleuning volledig naar voren fig. 80.
Versies met tape
Trek aan de tape B fig. 81 aan de
zijkant van het kussen om het los
te maken;
til het kussen met de hand op en
klap de stoel en rugleuning volledig
naar achteren fig. 80.De beide systemen zijn aanwezig op
voertuigen met tweedelige achterbank.
De tape is aangebracht op het kleinere
deel en de hendel is aanwezig op het
grotere deel van de achterbank.
Klap deze stoelen op volgens de
bovenstaande procedure.
Bij versies met neergeklapte rugleuning
en neergeklapte hoedenplank (voor
bepaalde versies/markten, indien
aanwezig) kan een laadruimte fig. 82
gecreëerd worden.
76F0V0136
77F0V0137
78F0V0127
79F0V0202
80F0V0203
47
Page 50 of 284
In de lage stand kan de hoedenplank
een gewicht van maximaal 70 kg
dragen op een minimaal
draagoppervlak van 400 mm × 400 mm
fig. 83.
N.B. Er zitten strips op de achterbank
onder het kussen om de opgeklapte
stoel vast te maken aan de stangen van
de hoofdsteunen van de voorstoel.LADING VASTZETTEN
Aan de vloer fig. 84 - fig. 85 zijn haken
(verschillend aantal, afhankelijk van
versie) bevestigd voor het gemakkelijk
vastzetten van de lading.
BELANGRIJK
35)Als in een gebied wordt gereden waar
weinig tankstations aanwezig zijn en men
benzine in een tankje wil meenemen, moet
dit overeenkomstig de geldende
voorschriften en in een goedgekeurd tankje
gebeuren dat op passende wijze is
vastgezet. In geval van een botsing is het
risico op brand toch altijd groter.
81F0V0213
82F0V0204
400mm400mm
70 kg
83F0V0212
84F0V0114
85F0V0122
48
KENNISMAKING MET DE AUTO