Lamp Hyundai Getz 2007 Handleiding (in Dutch)

Page 9 of 217

UW AUTO IN ÉÉN OOGOPSLAG
F9
1. Schakelaar koplampafstelling
2. Schakelaar mistlampen voor (Indien gemonteerd)
3. Multischakelaar verlichting
4. Instrumentenpaneel
5. Claxon en bestuurdersairbag
6. Schakelaar ruitenwissers/-sproeiers
7. Digitale klok
8. Schakelaar waarschuwingsknipperlichten
9. Airbag voor passagierszijde
10. Dash board kastje
11. Hefboom motorkapontgrendeling
12. Relaishouder
13. Bedieningsorganen verwarming/airconditioning
(Indien gemonteerd)
14. Aansteker
15. Asbak 16. Bekerhouder voor
17. Keuzehandel/versnellingshandel (Indien gemonteerd)
18. Handremhefboom
19. Bekerhouder achter
! LET OP:
Een flacon luchtverfrisser mag in de auto niet dichtbij het instrumentenpaneel of op het dashboard worden geplaatst. Door eventuele lekkage van de luchtverfrisser op deze delen (instrumentenpaneel, dashboard of aanjager) kunnen ze worden beschadigd. Als de vloeistof van de luchtverfrisser op deze delen komt moeten ze direct met water worden gereinigd.
TB holl-0.p65 7/9/2007, 11:44 AM
9

Page 10 of 217

UW AUTO IN ÉÉN OOGOPSLAG
F10B255A02TB-GXT * Een gedetailleerde uitleg van deze onderdelen treft u aan op pagina 1-48
Onderhoudsindicatie (Sri) Van Airbagsysteem
Controlelamp ABS Controlelamp Richting-aanwijzers Controlelamp Grootlicht Controlelamp Oliedruk Ontrolelamp Handrem/Remvloeistofpeil Controlelamp Laadstroom
Waarschuwingslamp Geopend Achterklep Controlelamp Voor Niet Goed Gesloten Portieren
Controlelamp Benzine- Reserve
Storingscont-rolelamp Waarschuwingslamp Veiligheidsgordels
Ontrolelamp Overdrive (Alleen automatische ttansmissie)
Waarschuwingscontrolelamp Elektronischstuurbekrachtigingssysteem (EPS)
Controlelamp Voorgloeien
Waarschuwingslamp Water In Brandstoffilter
Controlelamp startblokkering
"Passagiersairbag Off"-Lamp
(Indien gemonteerd)
Controlelampen Elektronisch Stabiliteitsprogramma (Indien gemonteerd)
Koelvloeistof-temperatuur-indicatie
TB holl-0.p65 7/9/2007, 11:44 AM
10

Page 11 of 217

1. BIJZONDERHEDEN VANUW HYUNDAI
BRANDSTOFVOORSCHRIFTEN ................................................................ 1-2
INRIJDEN VAN UW NIEUWE HYUNDAI .................................................. 1-4
STARTBLOKKERING ................................................................................. 1-4
PORTIERSLOTEN(DIEFSTALBEVEILIGINGSINSTALLATIE) ................... 1-6
ELEKTRISCH BEDIENDE PORTIERRUITEN ................. .........................1-12
STOELINSTELLING ................................................................................. 1-13
3-PUNTS VEILIGHEIDSGORDEL ............................................................ 1-23
VEILIGHEIDSSYSTEEM VOOR KINDEREN ............... ...........................1-26
AIRBAGSYSTEEM ................................................................................... 1-35
INSTRUMENTENPANEEL EN CONTROLELAMPEN ..............................1-44
TRIPCOMPUTER ..................................................................................... 1-57
MULTISCHAKELAAR (RICHTINGAANWIJZERS, GROOT EN DIMLICHT) ................................ 1-59
RUITEWNISSER-/SPROEIERSCHAKELAAR .. ........................................1-61
SCHUIFDAK ............................................................................................. 1-67
BUITENSPIEGELS OMKLAPPEN ........................................................... 1-73
ONTGRENDELING MOTORKAP ............................................................. 1-74
GEBRUIK VAN DE KOFFERRUIMTE ..................................................... 1-78
TOETS AUDIO-AFSTANDSBEDIENING ..................................................1-83
BEDIENING VERWARMING EN KOELING ............................................1-84
STEREO GELUIDSINSTA LLATIE ............................................................ 1-93
ANTENNE ................................................................................................ 1-98
1
TB holl-1a(~47).p65 7/9/2007, 11:52 AM
1

Page 15 of 217

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 5
B880C02A-GXT Sleutelnummers Het nummer van de autosleutels staat
vermeld op een metalen strip die bij de aflevering van de auto aan de sleutels is bevestigd.
Het sleutelnummer moet worden
genoteerd en op een veilige plaatsworden bewaard, voor het geval nieuwe sleutels nodig zijn. Nieuwe sleutelskunnen bij elke Hyundai dealer worden besteld; hierbij moet het betreffende sleutelnummer worden vermeld. Voor de veiligheid moet de metalen
strip met het sleutelnummer van desleutelring worden verwijderd, nadat de nieuwe auto aan u is afgeleverd. Bovendien kan de Hyundai dealer omveiligheidsredenen geen sleutel- nummers verstrekken. B880D02A-GXT Noodstartprocedure Als bij het aanzetten van het contact de controlelamp van de startblo- kkering gedurende vijf seconden knippert, is er een storing in destartblokkering. Om de motor te starten moet een noodprocedure m.b.v. de contactsleutel wordenuitgevoerd.Hierna volgt de beschrijving van deprocedure om de motor in noodgevallen te starten. (0, 1, 2, 3 als voorbeeldcode).
Indien u extra sleutels nodig heeft of als sleutels zijn verloren, kan uw Hyundai dealer nieuwe sleutelsmaken.
OTB028003
HNF2011
N.B.:
Met een zelf vervaardigde
duplicaatsleutel kan het systeem niet worden uitgeschakeld of de motor worden gestart.
! LET OP:
o Zorg ervoor dat er geen andere sleutels in de buurt zijn waarmee de startblokkering kan wordenopgeheven als de motor wordt gestart. Het is mogelijk dat de motor in dat geval niet start ofonmiddellijk na het starten afslaat. Zorg ervoor dat de sleutels apart worden bewaard na ontvangst van de nieuwe auto, zodatstoringen worden voorkomen.
o Houd geen metalen voorwerpen in de buurt van de sleutel of hetcontactslot.Deze metalen voorwerpen kunnenhet signaal van de transponder storen, waardoor de motor niet kan worden gestart.
TB holl-1a(~47).p65 7/9/2007, 11:52 AM
5

Page 16 of 217

1- 6 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
!
B040A02Y-AXT PORTIERSLOTEN
N.B.:
Wanneer de motor afslaat nadat hij
m.b.v. de noodprocedure is gestart, kan de motor binnen 8 seconden zonder noodprocedure worden gestart.
5. Als de controlelamp van de
startblokkering gedurende vijf seconden knippert, moet de noodprocedure vanaf het beginworden herhaald.
Nadat van de noodprocedure gebruik
is gemaakt, moet zo snel mogelijk uwHyundai dealer worden geraad-pleegd.
LET OP:
o Als driemaal achter elkaar een poging tot het uitvoeren van denoodprocedure is mislukt, moet één uur worden gewacht voor- dat opnieuw de noodprocedurekan worden uitgevoerd.
o Als ondanks de noodprocedure de motor niet kan worden gestart, moet de auto door een Hyundai dealer worden wegge-sleept. WAARSCHUWING:
o Niet goed gesloten portieren kunnen gevaarlijk zijn.Controleer alvorens weg te rijden,vooral als zich kinderen in de wagen bevinden, of alle portieren goed zijn gesloten. Hierdoorwordt voorkomen dat de portieren tijdens het rijden abusievelijk worden geopend. Bovendien wordt op deze manier, in combinatie met het juiste gebruik van de veiligh-eidsgordels, voorkomen dat inzittenden in geval van een ongeluk naar buiten wordengeslingerd.
o Let er alvorens een portier te openen op dat geen verkeer van achteren komt.
o Bij een ongeval wordt het portier automatisch ontgrendeld. (Indien gemonteerd)
!
N.B.: De noodcode wordt bij de aflevering van de auto aan u verstrekt.Raadpleeg uw Hyundai dealer als u niet over de noodcode beschikt.
1. Om de code in te voeren moet het
contact worden aangezet ("ON") en vervolgens weer uitgezet ("OFF"); het aantal keren is afhankelijk van het codecijfer. De controlelamp vande startblokkering knippert mee met de bediening van het contactslot. Bijvoorbeeld: bedien het contact eenmaal voor het cijfer "1" en tweemaal voor "2", enz. Voor hetcijfer "0" moet het contactslot echter 10 keer worden bediend.
2. Wacht na elk cijfer 3~10 seconden.
3. Herhaal dezelfde procedure voor de overige cijfers van de code, "1","2", "3".
4. Wanneer de vier codecijfers cor- rect zijn ingevoerd, zet dan hetcontact aan "ON" en controleer of de controlelamp van de startblokkering brandt. Vanaf ditmoment moet de motor binnen 30 seconden worden gestart. Na 30 seconden kan de motor niet meerworden gestart.
TB holl-1a(~47).p65 7/9/2007, 11:52 AM
6

Page 33 of 217

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 23
SB090P1-FX 3-PUNTS VEILIGHEIDSGORDEL Trek de gordel gelijkmatig uit het
oprolmechanisme en steek de slottong in het slot. De slottong moet hoorbaar aangrijpen.
De lengte van de veiligheidsgordel
past zich automatisch aan de zitpositieaan. Het oprolmechanisme blokkeert de veiligheidsgordel bij een noodstopof een aanrijding, maar ook bij abrupte bewegingen naar voren.
Gordel vastmaken. Controleer of de gordel goed is
vergrendeld en niet is verdraaid.
B180A01NF
!
Trek de verankering omhoog om hem
hoger in te stellen. Druk hem naar beneden met ingedrukte hoogte-instelknop om de verankering te verlagen.
Laat de knop los om de verankering
te vergrendelen. Probeer de verankering te verplaatsen om tecontroleren of hij goed is vergrendeld.
WAARSCHUWING:
o Het verstelmechanisme moet tijdens het rijden zijn vergr- endeld.
o Een onjuiste afstelling van de schouderhoogte van de veili-gheidsgordel kan er toe leiden dat de gordel niet optimaalfunctioneert bij een aanrijding. *1) Als het contactslot binnen 1
minuut van de stand "OFF" in destand "ON" is gezet.
*2) Als de snelheid hoger wordt dan 9 km/h, dan klinkt ook de gordel-waarschuwingszoemer gedurende1~2 minuten. Als de snelheid lager is dan 9 km/h, dan klinkt na 1 minuut ook de gordel-waarschuwingszoemer gedurende 1~2 minuten.
De gordel-waarschuwingslamp en - geluidsignaal worden ingeschakeld,zoals in onderstaande tabel is aangegeven.
B265E01TB-GXTGordel-waarschuwingslamp en -geluidssignaal
Situatie bestuurder
Gordel-
waarschuwingslamp
Contacteur
d’allumage
Gordel
Gaat branden tot omgelegd
Niet omgelegd
Omgelegd
Niet omgelegd AAN
AAN
AAN * 1
Omgelegd Niet omgelegd Gaat 6 sec. branden
Knipperen tot omgelegd
Knipperen tot omgelegd* 2
AAN
TB holl-1a(~47).p65 7/9/2007, 11:53 AM
23

Page 34 of 217

1- 24 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
B200A01S-GXT Gordel verstellen
Het heupgedeelte van de gordel moet
zo laag mogelijk over de heupenliggen, niet op de buik. Als de gordel te hoog zit, bestaat de kans dat u bijeen aanrijding of noodstop onder de gordel doorschuift, met alle gevolgen vandien. De schoudergordel moet overde schouder liggen en niet onder de oksel; zie de afbeelding.
Draag de veiligheidsgordel nooit onder
de arm.
B200A02NF
N.B.:
Als met de bestuurdersgordel
binnen 9 seconden na het omleggen de handelingen "afdoen omleggen afdoen
omleggen afdoen" wordenuitgevoerd, dan worden de gordel- waarschuwingslamp en - waarschuwingszoemer nietingeschakeld.
B210A01NF
ZB090V1-AX
Het losmaken van de veiligheidsgordel
De veiligheidsgordel wordt ontgrendeld
door de knop in het slot in te drukken. De gordel wordt dan door het oprolmechanisme opgerold. Is dit niethet geval, dan moet worden gecontroleerd of de gordel niet is verdraaid.
TB holl-1a(~47).p65 7/9/2007, 11:53 AM
24

Page 43 of 217

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 33
B180B01A-GXT Veiligheidsgordel met gordel- spanner Uw Hyundai is voorzien van veiligheidsgordels met gordelspanners voor de bestuurder en de voorpa- ssagier.
HXG229
De gordelspanner zorgt er bij een zware frontale aanrijding voor dat deveiligheidsgordel strak tegen het lichaam van de inzittende wordt getrokken. De gordelspanners kunnenworden geactiveerd met de airbags.De veiligheidsgordel met gordelsp-anner werkt op dezelfde wijze als deveiligheidsgordel met oprolautomaat ELR (Emergency Locking Retractor = noodblokkerings-systeem).
HTB198
Airbageenheid voor bestuurderszijde1
2 3Airbageenheid voor passagier- szijde
Het systeem van veiligheidsgordels
met gordelspanner bestaat uit de volgende belangrijke onderdelen. Demontageplaatsen zijn in de afbeelding aangegeven.
1. SRS airbag controlelamp
2. Veiligheidsgordel met
gordelspanner
3. SRS regeleenheid Als de auto sterk wordt afgeremd of
als de inzittende zich te snel naar voren beweegt, blokkeert de veiligheid-
sgordel. Bij een voldoende zware frontale aanrijding wordt de gordelspanner geactiveerd, waardoorde veiligheid-sgordel strakker tegen het lichaam van de inzittende wordt getrokken.
!
N.B.:
o Zowel de gordelspanner voor de
bestuurder als de voorpassagier worden onder bepaaldeomstandigheden bij een frontale aanrijding geactiveerd. De gordelspanners kunnen wordengeactiveerd met de airbags.Onder deze oms-tandighedenworden de gordelspanners ook geactiveerd als de veiligh- eidsgordels tijdens de aanrijdingniet worden gedragen. WAARSCHUWING:
Om maximaal te profiteren van de
veiligheidsgordel met gordelspa-nner:
1. Gesp de veiligheidsgordel altijd correct om.
2. Stel de veiligheidsgordel correct af.
TB holl-1a(~47).p65 7/9/2007, 11:53 AM
33

Page 44 of 217

1- 34 BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
!WAARSCHUWING:
o De gordelspanners zijn ontworpen om maar eenmaal te werken. Nadat de gordels- panners zijn geactiveerd, moeten de gordels met gordel-spannersworden vervangen.Alle veiligheidsgordels, van elktype, moeten altijd wordenvervangen als ze tijdens een aanrijding zijn gedragen.
o Het mechanisme van de gordelspanner wordt bij het activeren zeer warm. Raak degordelspanner de eerste minuten na het activeren niet aan.
o Tracht niet om de veiligheids- gordel met gordelspanner zelf te controleren of te vervangen. Laatdit door een Hyundai dealer uitvoeren.
o Tik niet tegen de veiligheids- gordel met gordelspanner.
LET OP:
o Omdat de sensor voor het activeren van de SRS airbag met de veiligheidsgordel met gordel-spanner is verbonden, gaat de SRS airbag controlelamp in het instrumentenpaneel gedur-ende ca. 6 seconden knipperen nadat het contact in de stand "ON" is gezet; daarna moet delamp doven.
o Deze lamp gaat ook branden als
de werking van de veiligheid-sgordels met gordelspanners niet in orde is. Als de SRS airbag controlelamp niet gaat branden zodra het con- tact in de stand "ON" wordtgezet, als hij na ca. 6 seconden blijft knipperen, of als hij tijdens het rijden gaat branden, moet dewerking van de veiligheidsgordel met gordelspanner of het SRS airbag systeem zo snel mogelijkdoor een Hyundai dealer worden gecontroleerd.
o Bij het activeren van de
gordelspanners is er een hard geluid hoorbaar en komt er fijnestof (dat op rook kan lijken) vrij in de auto. Dit is normaal en niet gevaarlijk.
o Hoewel het ongevaarlijk is kan
de huid door de fijne stofgeïrriteerd raken en moet het niet gedurende langere tijd worden ingeademd. Daarom moeten dehanden en het gezicht zorgvuldig worden gewassen nadat bij een aanrijding de gordelspanners zijngeactiveerd.!
TB holl-1a(~47).p65 7/9/2007, 11:53 AM
34

Page 49 of 217

BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI 1- 39
B990A01TB-GXT AAN/UIT-schakelaar voor passagiersairbag (Indien gemonteerd)
B990A01TB
De passagiersairbag kan worden uitgeschakeld met de AAN/UIT- schakelaar (1) voor depassagiersairbag als een kinderzitje op de passagiersstoel is geplaatst of als er niemand op de passagiersstoelzit.Voor de veiligheid van uw kind moetde passagiersairbag worden uitgeschakeld, als het onder zeer bijzondere omstandigheden nodig isom een kinderzitje, waarin het kind naar achteren kijkt, op de passagiersstoel te plaatsen. Passagiersairbag uit- of inschakelen Plaats om de passagiersairbag uit te schakelen de hoofdsleutel in de ON/OFF-schakelaar aan de rechterzijde van het dashboard en zet de schakelaar in de stand "OFF". Delamp "passagiersairbag OFF" gaat branden en blijft branden, totdat de passagiersairbag weer wordtingeschakeld. Inschakelen van de passagiersairbag: plaats de hoofdsleutel in de AAN/UIT- schakelaar en zet de schakelaar inde stand "ON". De lamp "passagiersairbag OFF" dooft.
(1)
B240C01NFN.B.:
o Als de schakelaar van de
passagiersairbag in de stand "ON" staat, dan wordt de passagiersairbag geactiveerd en mag beslist geen kinderzitjewaarin het kind naar achteren kijkt op de passagiersstoel aanwezig zijn.
o Als de schakelaar van de passagiersairbag in de stand"OFF" staat, dan wordt de passagiersairbag niet geactiveerd en mag een kinderzitje waarinhet kind naar achteren kijkt op de juiste wijze op de passagiersstoel wordengeplaatst.
TB holl-1a(~47).p65 7/9/2007, 11:53 AM
39

Page:   1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 ... 50 next >