MAZDA MODEL 3 HATCHBACK 2019 Handleiding (in Dutch)

Page 41 of 779

â–¼$UPVWHXQ
'HDFKWHUVWHDUPVWHXQLQKHWPLGGHQYDQ
GHUXJOHXQLQJYDQGHDFKWHU]LWWLQJNDQ
JHEUXLNWZRUGHQRIUHFKWRSJHSODDWVW
ZRUGHQ JHHQLQ]LWWHQGHRSGHPLGGHOVWH
]LWWLQJ 

:$$56&+8:,1*
Plaats uw handen en vingers nooit nabij de
bewegende delen van de zitting en de
armsteun:
Het plaatsen van uw handen en vingers
nabij de bewegende delen van de zitting en
de armsteun is gevaarlijk, aangezien de
kans bestaat op letsel.
+RRIGVWHXQHQ
â–¼+RRIGVWHXQHQ
8ZDXWRLVXLWJHUXVWPHWKRRIGVWHXQHQRS
DOOHEXLWHQVWH]LWSODDWVHQHQRSGH
PLGGHOVWH]LWSODDWVYDQGHDFKWHU]LWWLQJ
'HKRRIGVWHXQHQ]LMQEHGRHOGRPXHQXZ
SDVVDJLHUVWHKHOSHQEHVFKHUPHQWHJHQ
QHNOHWVHO
:$$56&+8:,1*
Rijd wanneer zittingen gebruikt worden
steeds met de hoofdsteunen ingestoken en
zorg ervoor dat ze goed afgesteld zijn:
Het rijden zonder hoofdsteunen of met te
laag afgestelde hoofdsteunen is gevaarlijk.
Als u geen steun achter uw hoofd heeft,
kan in het geval van een botsing uw nek
ernstig letsel oplopen.
â–¼$IVWHOOLQJYDQGHKRRJWH
6WHOGHKRRIGVWHXQ]RGDQLJDIGDWKHW
PLGGHQGDDUYDQRSJHOLMNHKRRJWHLVPHW
GHERYHQ]LMGHYDQGHRUHQYDQGH
SDVVDJLHU

9RRUKHWKRJHU]HWWHQYDQGHKRRIGVWHXQ
GH]HWRWLQGHJHZHQVWHSRVLWLHRPKRRJ
WUHNNHQ
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
6WRHOHQ

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 42 of 779

9RRUKHWRPODDJ]HWWHQYDQGHKRRIGVWHXQ
GHRQWJUHQGHOLQJLQGUXNNHQHQYHUYROJHQV
GHKRRIGVWHXQRPODDJGUXNNHQ
9RRU]LWWLQJHQ

%XLWHQVWH]LWWLQJHQYDQGHDFKWHU]LWWLQJ

0LGGHOVWH]LWWLQJYDQDFKWHU]LWWLQJ

â–¼9HUZLMGHUHQSODDWVHQ
9RRUKHWYHUZLMGHUHQYDQGHKRRIGVWHXQ
GHRQWJUHQGHOLQJLQGUXNNHQHQGH
KRRIGVWHXQRPKRRJWUHNNHQ
6WHHNYRRUKHWSODDWVHQYDQGHKRRIGVWHXQ
GHSRRWMHVLQGHJDWHQWHUZLMOXGH
RQWJUHQGHOLQJLQGUXNW
:$$56&+8:,1*
Rijd wanneer zittingen gebruikt worden
steeds met de hoofdsteunen ingestoken en
zorg ervoor dat ze goed geïnstalleerd zijn:
Rijden zonder dat de hoofdsteunen zijn
geïnstalleerd is gevaarlijk. Als u geen steun
achter uw hoofd heeft, kan in het geval van
een botsing uw nek ernstig letsel oplopen.
Na het aanbrengen van een hoofdsteun,
deze proberen omhoog te trekken om er
zeker van te zijn dat de hoofdsteun goed
vast zit:
Rijden met een niet goed bevestigde
hoofdsteun is gevaarlijk, aangezien de
hoofdsteun dan niet de juiste bescherming
kan bieden en tot gevolg kan hebben dat
de hoofdsteun onverwachts van de zitting
losraakt.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
6WRHOHQ


Page 43 of 779

23*(/(7
¾Let er op bij het installeren van een
hoofdsteun dat deze correct geplaatst
wordt met de voorzijde van de
hoofdsteun naar voren gericht. Als de
hoofdsteun niet correct geplaatst wordt,
kan deze tijdens een botsing van de
zitting losraken en letsel veroorzaken.
¾De hoofdsteunen van de voor- en
achterzittingen zijn specifiek voor elke
zitting. De posities van de hoofdsteunen
niet met elkaar verwisselen. Als een
hoofdsteun niet op de correcte zitting
wordt geplaatst, kan de hoofdsteun
tijdens een botsing niet meer de juiste
bescherming bieden, waardoor letsel
veroorzaakt kan worden.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
6WRHOHQ


Page 44 of 779

6WRHOYHUZDUPLQJ
â–¼6WRHOYHUZDUPLQJ
'HYRRUVWRHOHQNXQQHQZRUGHQYHUZDUPG
WHUZLMOGHPRWRUGUDDLW
:DQQHHUGHVWRHOYHUZDUPLQJZHUNWJDDW
KHWLQGLFDWLHODPSMHLQGH
VWRHOYHUZDUPLQJVVFKDNHODDUEUDQGHQRS
EDVLVYDQGHLQJHVWHOGHWHPSHUDWXXU
+DQGEHGLHQGHPRGXV
:DQQHHUGHVWRHOYHUZDUPLQJVVFKDNHODDU
ZRUGWLQJHGUXNWZHUNWGH
VWRHOYHUZDUPLQJLQKDQGEHGLHQGHPRGXV
'HLQJHVWHOGHWHPSHUDWXXUYHUDQGHUW ]LH
DIEHHOGLQJ WHONHQVZDQQHHUGH
VWRHOYHUZDUPLQJVVFKDNHODDUZRUGW
LQJHGUXNW
 8,7
 +RRJ
 0LGGHQ
 /DDJ
OPMERKING
Wanneer de motor wordt uitgezet terwijl
de stoelverwarming in handbediende
modus wordt bediend, gaat de
stoelverwarming de volgende keer dat de
motor wordt gestart niet automatisch aan.
Druk de schakelaar nogmaals in om de
stoelverwarming weer in te schakelen.
$XWRPDWLVFKHPRGXV
'HVWRHOYHUZDUPLQJYDQGHEHVWXXUGHUV
HQYRRUSDVVDJLHUV]LWWLQJNDQDDQGHKDQG
YDQGHYROJHQGHSURFHGXUHLQ
DXWRPDWLVFKHPRGXVZRUGHQEHGLHQG
 :DQQHHU

Page 45 of 779

:$$56&+8:,1*
Wees voorzichtig bij gebruik van de
stoelverwarming:
De warmte van de stoelverwarming kan
voor bepaalde personen te heet zijn en een
lage-temperatuur brandwond
veroorzaken.
¾Baby's, kleine kinderen, ouderen en
gehandicapten
¾Personen met een gevoelige huid
¾Personen die buitengewoon vermoeid
zijn
¾Personen die onder invloed zijn
¾Personen die slaapverwekkende
medicijnen gebruiken zoals
slaaptabletten of medicijnen tegen
verkoudheid
Gebruik de stoelverwarming niet met
afdekkingen die in hoge mate vocht
vasthouden, zoals een deken of kussen op
de zitting:
De kans bestaat dat de zitting te heet
wordt en een lage-temperatuur
brandwond veroorzaakt.
Ook wanneer u slechts korte tijd in de auto
gaat slapen, de stoelverwarming niet
gebruiken:
De kans bestaat dat de zitting te heet
wordt en een lage-temperatuur
brandwond veroorzaakt.
Plaats geen zware voorwerpen met scherpe
uitsteeksels op de zitting en er geen
naalden of spelden in steken:
Dit kan tot gevolg hebben dat de zitting
overmatig verhit raakt en dat door een
kleine brandwond letsel veroorzaakt
wordt.
23*(/(7
¾Gebruik geen organische oplosmiddelen
voor het reinigen van de zitting. Dit kan
schade aan het zittingoppervlak en de
verwarming veroorzaken.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
6WRHOYHUZDUPLQJ6WXXUZLHOYHUZDUPLQJ


Page 46 of 779

9HUZDUPGVWXXUZLHO
â–¼9HUZDUPGVWXXUZLHO
'HKDQGJUHSHQDDQGHOLQNHUHQ
UHFKWHU]LMGHYDQKHWVWXXUZLHONXQQHQ
YHUZDUPGZRUGHQZDQQHHUKHWFRQWDFWRS
21ZRUGWDDQJH]HW
:DQQHHUGHVWXXUZLHOYHUZDUPLQJZHUNW
JDDWKHWLQGLFDWLHODPSMHLQGH
VWXXUZLHOYHUZDUPLQJVVFKDNHODDUEUDQGHQ
 6WXXUZLHOYHUZDUPLQJVVFKDNHODDU
 9HUZDUPGJHGHHOWH

+DQGEHGLHQGHPRGXV
'HVWXXUZLHOYHUZDUPLQJIXQFWLRQHHUW
JHGXUHQGHRQJHYHHUPLQXWHQZDQQHHU
GHVWXXUZLHOYHUZDUPLQJVVFKDNHODDUZRUGW
LQJHGUXNWHQZRUGWGDDUQDDXWRPDWLVFK
XLWJHVFKDNHOG
'UXNQRJPDDOVRSGHVFKDNHODDURPGH
VWXXUZLHOYHUZDUPLQJKDQGPDWLJXLWWH
VFKDNHOHQ
$XWRPDWLVFKHPRGXV
'HVWXXUZLHOYHUZDUPLQJNDQDDQGHKDQG
YDQGHYROJHQGHSURFHGXUHLQ
DXWRPDWLVFKHPRGXVZRUGHQEHGLHQG
 :DQQHHU

Page 47 of 779

23*(/(7
De volgende soort van personen moeten
voorzichtig zijn en het stuurwiel niet
aanraken. Anders kan dit een lage
temperatuur brandwond veroorzaken.
¾Baby's, kleine kinderen, ouderen en
gehandicapten
¾Personen met een gevoelige huid
¾Personen die buitengewoon vermoeid
zijn
¾Personen die onder invloed zijn
¾Personen die slaapverwekkende
medicijnen gebruiken zoals
slaaptabletten of medicijnen tegen
verkoudheid
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
6WRHOYHUZDUPLQJ6WXXUZLHOYHUZDUPLQJ


Page 48 of 779

9RRU]RUJVPDDWUHJHOHQELM
JHEUXLNYDQGH
YHLOLJKHLGVJRUGHOV
â–¼9RRU]RUJVPDDWUHJHOHQELMJHEUXLN
YDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOV
9HLOLJKHLGVJRUGHOVKHOSHQGHNDQVRS
HUQVWLJOHWVHOWLMGHQVRQJHYDOOHQHQ
SORWVHOLQJVWRSSHQWHYHUPLQGHUHQ+HW
ZRUGWGRRU0D]GDDDQJHUDGHQGDWGH
EHVWXXUGHUHQSDVVDJLHUVWHDOOHQWLMGH
JHEUXLNPDNHQYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOV
$OOH]LWWLQJHQ]LMQYRRU]LHQYDQKHXS
VFKRXGHUJRUGHOV'H]HJRUGHOV]LMQRRN
XLWJHUXVWPHWRSURODXWRPDWHQPHW
WUDDJKHLGVYHUJUHQGHOLQJGLHHUYRRU]RUJHQ
GDWGHJRUGHOVJHHQKLQGHUYRUPHQ
ZDQQHHU]HQLHWJHEUXLNWZRUGHQ'H
YHUJUHQGHOLQJHQPDNHQKHWPRJHOLMNGDW
GHJRUGHOVVRHSHOHQFRPIRUWDEHORPKHW
OLFKDDPVOXLWHQPDDU]XOOHQRSKHW
PRPHQWYDQHHQDDQULMGLQJLQSRVLWLH
EORNNHUHQ
:$$56&+8:,1*
Draag altijd uw veiligheidsgordel en let er
op dat alle inzittenden hun
veiligheidsgordels op de juiste wijze
omgedaan hebben:
Het niet dragen van veiligheidsgordels is
buitengewoon gevaarlijk. Inzittenden die
tijdens een botsing geen veiligheidsgordels
dragen kunnen tegen iemand anders of
tegen objecten in de auto geslingerd
worden. Zij kunnen daardoor ernstig letsel
mogelijk met dodelijke afloop oplopen. Bij
dezelfde botsing zullen de inzittenden die
wel gebruik van de veiligheidsgordels
maken aanzienlijk minder letsel oplopen.
Draag nooit veiligheidsgordels die
verdraaid zitten:
Veiligheidsgordels die verdraaid zitten zijn
gevaarlijk. Bij een aanrijding is de volle
breedte van de gordel dan niet beschikbaar
om de schok van de botsing op te vangen.
Dit leidt er toe dat er een grotere druk op de
botten onder de gordel wordt uitgeoefend,
waardoor botbreuk of overig ernstig of
dodelijk letsel kan ontstaan. Dus als uw
veiligheidsgordel verdraaid is, moet u de
gordel recht trekken en de verdraaiingen er
uit halen zodat de veiligheidsgordel over
de volledige breedte gebruikt kan worden.
Gebruik nooit meer dan één
veiligheidsgordel voor meer dan één
persoon tegelijkertijd:
Het gebruik van één veiligheidsgordel voor
meer dan één persoon tegelijkertijd is
gevaarlijk. Een veiligheidsgordel die op
deze wijze wordt gebruikt kan de kracht
van de schok niet op de juiste manier
spreiden en de twee passagiers zouden
tegen elkaar aan gedrukt kunnen worden
en ernstig of mogelijk dodelijk letsel
kunnen oplopen. Gebruik nooit meer dan
één veiligheidsgordel voor meer dan één
persoon tegelijkertijd en ga pas met de
auto rijden wanneer alle inzittenden hun
veiligheidsgordels op de juiste wijze
hebben omgedaan.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
9HLOLJKHLGVJRUGHOV\VWHHP


Page 49 of 779

Rijd niet met een auto met een
beschadigde veiligheidsgordel:
Gebruik van een beschadigde
veiligheidsgordel is gevaarlijk. Bij een
ongeluk kan het gordelmateriaal van de
veiligheidsgordel die op dat moment werd
gedragen beschadigd raken. Een
beschadigde veiligheidsgordel kan tijdens
een aanrijding geen voldoende
bescherming bieden. Laat een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur alle veiligheidsgordelsystemen
die tijdens een aanrijding in gebruik waren
inspecteren alvorens deze weer in gebruik
te nemen.
Laat uw veiligheidsgordels onmiddellijk
vernieuwen als de voorspanner of
drukbegrenzer geactiveerd werd:
Laat na een botsing altijd onmiddellijk een
deskundige reparateur, bij voorkeur een
officiële Mazda reparateur de
voorspanners van de veiligheidsgordels en
de airbags inspecteren. Juist zoals de
airbags functioneren de voorspanners en
drukbegrenzers van de veiligheidsgordels
slechts eenmaal en moeten deze na elke
botsing waarbij deze geactiveerd werden
worden vernieuwd. Als de voorspanners en
drukbegrenzers van de veiligheidsgordels
niet vernieuwd worden, zal het risico van
letsel bij een botsing toenemen.
Dragen van de schoudergordel:
Een schoudergordel die op verkeerde wijze
wordt gedragen is gevaarlijk. Zorg er steeds
voor dat de schoudergordel over uw
schouder en in de nabijheid van uw nek
wordt geplaatst, maar nooit onder de arm,
op de nek zelf of op de bovenarm.Dragen van de heupgordel:
Een heupgordel die te hoog wordt
gedragen is gevaarlijk. Bij een aanrijding
wordt de schok van de botsing dan
rechtstreeks op de onderbuik overgebracht,
hetgeen ernstig letsel kan veroorzaken.
Zorg er voor dat de heupgordel
nauwsluitend past en draag deze zo laag
mogelijk om de heupen.
Instructies voor gebruik van de
veiligheidsgordels:
Veiligheidsgordels dienen op het
beenderstelsel van het lichaam te drukken
en behoren laag om de voorzijde van het
bekken, of om het bekken, de borst en
schouders gedragen te worden, al
naargelang van toepassing; het dragen
van de heupgordel rondom de buik dient
vermeden te worden.
Veiligheidsgordels behoren zo
nauwsluitend mogelijk afgesteld te
worden, in overeenstemming met comfort,
om de bescherming te kunnen bieden
waarvoor zij bestemd zijn. Een gordel die
niet voldoende gespannen is zal de drager
ervan aanzienlijk minder bescherming
kunnen bieden.
Zorg ervoor verontreiniging van het
gordelmateriaal door
schoonmaakmiddelen, olie en chemische
middelen, in het bijzonder accuzuur, te
voorkomen. De gordels kunnen het
veiligste gereinigd worden met een
oplossing van zachte zeep en water.
Vernieuw de gordels als het materiaal
gerafeld, verontreinigd of beschadigd is.
Het is belangrijk de veiligheidsgordels als
geheel te vernieuwen nadat deze bij een
ernstige botsing zijn gedragen, ook als
beschadiging van het gordelsysteem niet
duidelijk waarneembaar is.
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
9HLOLJKHLGVJRUGHOV\VWHHP


Page 50 of 779

Veiligheidsgordels behoren niet gedraaid
te worden gedragen.
Elke veiligheidsgordel dient slechts door
één inzittende te worden gebruikt; het is
gevaarlijk een veiligheidsgordel aan te
brengen rondom een kind dat op iemands
schoot zit.
Door de gebruiker mogen er geen
wijzigingen of toevoegingen worden
aangebracht die verhinderen dat de
afstelmechanismen van de
veiligheidsgordels de gordels strakker
kunnen aanspannen of die verhinderen dat
de gordels door de gebruiker strakker
kunnen worden afgesteld.
23*(/(7
Het oprollen van de veiligheidsgordels
verloopt stroever wanneer de gordels en de
gordelgeleiders verontreinigd zijn. Houd
deze dus altijd schoon. Zie voor meer
bijzonderheden
betreffende het reinigen
van de veiligheidsgordels “Onderhoud van
de veiligheidsgordels” (pagina 6-71).

1. Ring
â–¼*HEUXLNYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOV
GRRU]ZDQJHUHYURXZHQHQSHUVRQHQ
PHWHUQVWLJHPHGLVFKHDDQGRHQLQJHQ
=ZDQJHUHYURXZHQGLHQHQDOWLMGYDQGH
YHLOLJKHLGVJRUGHOVJHEUXLNWHPDNHQ
5DDGSOHHJXZGRNWHUYRRUQDGHUDGYLHV
'HKHXSJRUGHOGLHQW1$8:6/8,7(1'
(1=2/$$*02*(/,-.20'(
+(83(1JHGUDJHQWHZRUGHQ
'HVFKRXGHUJRUGHOGLHQWFRUUHFWRYHUXZ
VFKRXGHUJHGUDJHQWHZRUGHQHFKWHUQRRLW
RYHUGHEXLN
3HUVRQHQPHWHUQVWLJHPHGLVFKHFRQGLWLHV
GLHQHQHYHQHHQVYDQGHYHLOLJKHLGVJRUGHOV
JHEUXLNWHPDNHQ5DDGSOHHJXZGRNWHU
YRRUELM]RQGHUHLQVWUXFWLHVEHWUHIIHQGH
EHSDDOGHPHGLVFKHDDQGRHQLQJHQ
%HODQJULMNHYHLOLJKHLGVXLWUXVWLQJ
9HLOLJKHLGVJRUGHOV\VWHHP


Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 ... 780 next >