Peugeot 308 2017 Handleiding (in Dutch)
Page 51 of 393
49
308_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Display A (zonder
autoradio)
F Selecteer een parameter met de toets "5"
of " 6" en druk op de toets "OK" om de
waarde te wijzigen.
F
W
acht ongeveer 10 seconden tot de
gewijzigde waarde is opgeslagen of druk
op de toets "ESC" om de uitgevoerde
handeling af te breken.
Vervolgens keert het display terug naar het
vorige scherm.
F
D
ruk op de toets "MENU" om het
algemene menu weer te geven en op de
toets " 5" of " 6" om het menu Instellingen
display weer te geven:
F
D
ruk op de toets "OK" om het gewenste
menu te selecteren. F
S
electeer een parameter en druk op de
toets " 7" of " 8" om de waarde te wijzigen.
De volgende parameters kunnen worden
ingesteld:
-
j a a r,
-
maand,
-
dag,
-
uren,
-
minuten,
-
t
ijdsaanduiding in 12 of 24 uur.
Display A
F Druk op de toets "5" of " 6" om de vorige of
volgende parameter te selecteren.
F
D
ruk op de toets "OK" om de gewijzigde
waarde op te slaan en terug te keren naar
het vorige scherm of druk op deze toets "]"
om de uitgevoerde handeling af te breken.
1
Instrumentenpaneel
Page 52 of 393
50
308_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
U kunt de auto centraal vergrendelen en
ontgrendelen met de sleutel in het portierslot of
met de afstandsbediening.
De sleutel met afstandsbediening dient
tevens voor het openen en sluiten van de
tankdop, en voor de lokalisatie en het starten
van de auto. Bovendien heeft de sleutel
met afstandsbediening in functie in de
diefstalbeveiliging.
Sleutel met
afstandsbediening
Uitklappen/inklappen van de sleutel
F Druk op deze knop om de sleutel uit te klappen/in te klappen.
Volledig ontgrendelen
Met de sleutel Met de afstandsbediening
F Druk op deze knop om de auto te
ontgrendelen.
Het ontgrendelen wordt bevestigd
door het gedurende ongeveer
2
seconden snel knipperen van de
richtingaanwijzers.
Tegelijkertijd worden, afhankelijk
van de uitvoering van de auto, de
buitenspiegels uitgeklapt.
F
D
raai de sleutel in de richting van de
voorzijde van de auto om de auto te
ontgrendelen en trek vervolgens aan de
portiergreep om het portier te openen.
Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt
niet uitgeschakeld. Het alarm zal worden
geactiveerd door het openen van een portier
en kan worden uitgeschakeld door het contact
aan te zetten.
Wanneer u deze knop niet indrukt,
kan de afstandsbediening beschadigd
raken.
Toegang tot de auto
Page 53 of 393
51
308_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
Selectieve ontgrendeling
F Alleen het bestuurdersportier ontgrendelen: druk één keer op
deze knop.
Met de afstandsbediening
Standaard is de volledige ontgrendeling
geactiveerd.
De selectieve ontgrendeling kan worden
ingesteld met behulp van het menu
" Rijhulpsysteem " en vervolgens
" Configuratie auto " en " Toegang auto ".
Het ontgrendelen wordt bevestigd
door het gedurende ongeveer
2
seconden snel knipperen van de
richtingaanwijzers.
Tegelijkertijd worden, afhankelijk
van de uitvoering van de auto, de
buitenspiegels uitgeklapt.
F
D
e overige portieren en de achterklep
ontgrendelen: druk nogmaals op deze
knop. Druk op deze toets om aanvullende
informatie weer te geven.
Het vergrendelen wordt bevestigd door
het gedurende ongeveer 2
seconden
branden van de richtingaanwijzers.
Tegelijkertijd worden, afhankelijk
van de uitvoering van de auto, de
buitenspiegels ingeklapt.
Het rijden met vergrendelde portieren
kan in noodgevallen de toegang tot
het interieur voor de hulpdiensten
bemoeilijken.
Verlaat om veiligheidsredenen
(kinderen in de auto) de auto nooit,
zelfs niet voor een korte tijd, zonder de
sleutel mee te nemen.
Normale vergrendeling
Met de afstandsbediening
F Druk op deze knop om de auto volledig te vergrendelen.
F
D
raai de sleutel in de richting van de
achterzijde van de auto om de auto volledig
te vergrendelen.
Het alarmsysteem (indien aanwezig) wordt niet
ingeschakeld.
Wanneer u de sleutel in de vergrendelstand
gedraaid houdt of de knop van de
afstandsbediening ingedrukt houdt, worden ook
de ruiten gesloten. Als een portier of de achterklep niet
goed is gesloten, zal bij draaiende
motor of als de auto sneller dan
10
km/h rijdt gedurende enkele
seconden een melding worden
weergegeven.
Met de sleutel
2
Toegang tot de auto
Page 54 of 393
52
308_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
Als één van de portieren of de
achterklep geopend is, werkt de
centrale vergrendeling niet.
Als de auto is vergrendeld en per
ongeluk wordt ontgrendeld zonder dat
binnen ongeveer 30
seconden een van
de portieren wordt geopend, wordt de
auto automatisch weer vergrendeld.
Het alarmsysteem (indien aanwezig)
wordt in dat geval niet meer
ingeschakeld.
Het in- en uitklappen van de
buitenspiegels kan worden
uitgeschakeld door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Supervergrendeling
De supervergrendeling blokkeert het
van buitenaf en van binnenuit openen
van de portieren.
Als de supervergrendeling
is ingeschakeld, is ook de
vergrendelingsschakelaar in het
interieur buiten werking.
Schakel daarom nooit de
supervergrendeling in als er zich
iemand in de auto bevindt.
F
D
raai de sleutel richting de achterzijde
van de auto om de auto volledig te
vergrendelen.
F
D
raai binnen 5 seconden de sleutel
nogmaals richting de achterzijde van de
auto om de supervergrendeling van de
auto in te schakelen. De supervergrendeling wordt
bevestigd door het gedurende
ongeveer 2
seconden branden van de
richtingaanwijzers.
Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de
uitvoering, de buitenspiegels ingeklapt.Met de afstandsbediening
F Druk op deze knop om de auto volledig te vergrendelen.
F
D
ruk binnen 5 seconden nogmaals op deze
knop om de supervergrendeling van de
auto in te schakelen.
Met de sleutel
Toegang tot de auto
Page 55 of 393
53
308_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
Elektronische startblokkering
In de sleutel is een chip aangebracht die over
een specifieke code beschikt. Om te kunnen
starten, moet bij het aanzetten van het contact
de code van de sleutel worden herkend door de
startblokkering.
Deze elektronische startblokkering blokkeert
het motormanagementsysteem zodra het
contact wordt afgezet en voorkomt zo het
starten van de motor bij een inbraak.
F
D
ruk op deze toets.
Lokaliseren van de auto
Hierna zullen gedurende ongeveer tien
seconden de plafonniers gaan branden en de
richtingaanwijzers gaan knipperen.
Verlichting via de
afstandsbediening
Druk kort op deze toets om de
verlichting via de afstandsbediening
te activeren (inschakelen van het
parkeerlicht, het dimlicht en de
kentekenplaatverlichting).
Door de toets een tweede keer in te drukken
ter wijl de verlichting nog brandt, wordt de
verlichting via de afstandsbediening weer
uitgeschakeld.
Diefstalbeveiliging
Bij een storing in het systeem
wordt u gewaarschuwd door dit
verklikkerlampje in combinatie met
een geluidssignaal en een melding
op het display.
Bewaar de sticker die u bij de aflevering
van uw auto samen met de sleutels is
overhandigd zorgvuldig op een plaats
buiten de auto.
De auto kan dan niet gestart worden.
Raadpleeg zo snel mogelijk het PEUGEOT-
netwerk.
Met deze functie kunt u uw auto op afstand
lokaliseren, wat vooral praktisch is bij weinig
licht. De auto dient hiervoor wel vergrendeld
te zijn.
2
Toegang tot de auto
Page 56 of 393
54
308_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
Noodbediening
F Steek de sleutel in het slot om het portier te vergrendelen of ontgrendelen. F
C ontroleer bij de achterportieren of de
kinderbeveiliging is uitgeschakeld.
F
S
teek de geïntegreerde sleutel in het slot
op de zijkant van het portier en draai de
sleutel een achtste omwenteling rechtsom
(rechter portier) of linksom (linker portier).
F
S
luit de portieren en controleer van
buitenaf of de auto correct is vergrendeld.
Hiermee kunt u de portieren mechanisch vergrendelen en ontgrendelen in het geval van een
storing in de centrale vergrendeling of van de accu.
Het alarmsysteem (indien aanwezig)
wordt niet in-/uitgeschakeld als u
de auto met de sleutel vergrendelt/
ontgrendelt.
Het alarm wordt geactiveerd als een
portier wordt geopend en kan worden
uitgeschakeld door het contact aan te
zetten.
Bestuurdersportier Overige portieren
Storing afstandsbediening
Na het losnemen en weer aansluiten van de
accukabels, het vervangen van de batterij
van de afstandsbediening of een storing in de
afstandsbediening kan de auto niet meer met
de afstandsbediening ontgrendeld, vergrendeld
en gelokaliseerd worden.
F
O
ntgrendel of vergrendel de auto eerst met
de sleutel in het slot.
F
S
ynchroniseer vervolgens de
afstandsbediening.
Raadpleeg zo snel mogelijk het PEUGEOT-
netwerk als de storing niet is verholpen.
Toegang tot de auto
Page 57 of 393
55
308_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
Batterij vervangen
Gooi de lege batterijen van de
afstandsbediening niet weg: ze bevatten
metalen die schadelijk zijn voor het milieu.
Lever lege batterijen in bij een speciaal
verzamelpunt.
Als de batterij van de
afstandsbediening leeg is, wordt u
gewaarschuwd door dit lampje op het
dashboard, een geluidssignaal, en
een melding op het display.
F
Z
et het contact af.
F
Z
et de sleutel in de stand 2
(Contact) . Batterij ref.: CR1620
/ 3
V.
F
D
ruk zo snel mogelijk gedurende
enkele seconden op de
vergrendelknop (gesloten hangslot)
van de afstandsbediening.
F
Z
et het contact af en ver wijder de sleutel
uit het contactslot.
De afstandsbediening werkt nu weer.
Synchroniseren
F Wip het deksel los door een kleine schroevendraaier in de uitsparing te
steken.
F
T
il de deksel op.
F
V
erwijder de lege batterij.
F
P
laats de nieuwe batterij in de juiste
richting.
F
K
lik het deksel vast.
2
Toegang tot de auto
Page 58 of 393
56
308_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
"Keyless entry and start" met afstandsbediening
Volledig ontgrendelen Selectief ontgrendelen
U kunt om de auto te ontgrendelen (openen) of vergrendelen (sluiten) de centrale vergrendeling bedienen met de sleutel in het portierslot of met de
afstandsbediening.
De sleutel met afstandsbediening dient tevens voor de lokalisatie en het starten van de auto en maakt deel uit van de diefstalbeveiliging.Standaard is de volledige ontgrendeling
geactiveerd.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door
het gedurende twee seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering worden
gelijktijdig de buitenspiegels uitgeklapt.
Bovendien wordt het inbraakalarm
uitgeschakeld (indien aanwezig).F
D
ruk om uitsluitend het
bestuurdersportier te ontgrendelen
één keer op deze knop.
F
D
ruk op deze knop om de auto te
ontgrendelen.
F
D
ruk nogmaals op deze knop om de
overige portieren te ontgrendelen en de
achterklep te openen.
Deze functie kan worden ingesteld via het
menu "Rijhulpsysteem"
en vervolgens
"Configuratie auto" en "Toegang auto".
Druk op deze toets om aanvullende
informatie weer te geven.
Vergrendelen
Het vergrendelen wordt bevestigd
door het gedurende enkele seconden
branden van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering van
uw auto worden de buitenspiegels
ingeklapt en wordt het inbraakalarm
ingeschakeld. F
D
ruk op deze knop om de auto
volledig te vergrendelen.
H
oud deze knop ingedrukt tot de
ruiten volledig gesloten zijn.
Als de portieren vergrendeld zijn,
kunnen de hulpdiensten in geval van
nood mogelijkerwijs moeilijker toegang
krijgen tot het interieur.
Zorg ervoor dat kinderen zich tijdens
het bedienen van de ruiten niet kunnen
bezeren. Als een portier of de achterklep niet
goed is gesloten, zal bij draaiende
motor of als de auto sneller dan
10
km/h rijdt gedurende enkele
seconden een melding worden
weergegeven.
Toegang tot de auto
Page 59 of 393
57
308_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
Met deze functie kunt u uw auto op afstand
lokaliseren, wat vooral praktisch is bij weinig licht.
De auto dient hiervoor wel vergrendeld te zijn.
Lokaliseren van de auto
F Druk op deze toets.
Verlaat om veiligheidsredenen
(kinderen in de auto) de auto nooit,
zelfs niet voor een korte tijd, zonder de
sleutel van het Keyless entry and start-
systeem mee te nemen.
Wees bedacht op diefstal als de sleutel
van het Keyless entry and start-
systeem zich binnen het detectiebereik
bevindt ter wijl uw auto ontgrendeld is.
Om te voorkomen dat de batterij van
de elektronische sleutel ontladen raakt,
gaan de "Keyless entry"-functies over
in de waakfase als de auto langer
dan 21
dagen niet is gebruikt. Om
de functies weer te activeren, dient
u op een van de knoppen van de
afstandsbediening te drukken of de
motor te starten met de elektronische
sleutel in de lezer.
Hierna zullen gedurende ongeveer tien
seconden de plafonniers gaan branden en de
richtingaanwijzers gaan knipperen.
2
Toegang tot de auto
Page 60 of 393
58
308_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2016
Volledig ontgrendelen
"Keyless entry and start"
Systeem waarmee de auto ontgrendeld
(geopend), vergrendeld (gesloten) en gestart
kan worden zonder dat u de elektronische
sleutel tevoorschijn hoeft te halen.F
A
ls u de elektronische sleutel op zak
hebt binnen de detectiezone A , kunt u
de auto ontgrendelen door uw hand op
de achterzijde van een voorportiergreep
te leggen. Trek vervolgens aan de
portiergreep om het portier te openen.
De centrale vergrendeling werkt niet:
-
a
ls het contact is aangezet,
-
a
ls een van de portieren of de
achterklep nog geopend is,
-
a
ls een sleutel van het Keyless entry
and start-systeem zich nog in de
auto bevindt.
Als de auto is vergrendeld en per
ongeluk wordt ontgrendeld zonder dat
binnen ongeveer 30
seconden een van
de portieren wordt geopend, wordt de
auto automatisch weer vergrendeld.
Het alarmsysteem (indien aanwezig)
wordt in dat geval niet meer
ingeschakeld.
Het in- en uitklappen van de
buitenspiegels met de afstandsbediening
kan worden uitgeschakeld door
het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.Selectief ontgrendelen
Als de selectieve ontgrendeling van het
bestuurdersportier is geactiveerd:
F
W
anneer de elektronische sleutel zich in
de detectiezone aan de bestuurderszijde
bevindt, legt u uw hand achter de
portiergreep van het bestuurdersportier
om alleen het bestuurdersportier te
ontgrendelen. Trek vervolgens aan de
portiergreep om het portier te openen.
F
W
anneer de elektronische sleutel
zich in de detectiezone zich aan de
passagierszijde bevindt en u uw hand
achter de portiergreep van het voorportier
aan passagierszijde legt, wordt de gehele
auto ontgrendeld. Trek vervolgens aan de
portiergreep om het portier te openen.
Standaard is de volledige ontgrendeling
geselecteerd.
Deze instelling kan worden uitgevoerd via
het menu "Rijhulpsysteem" en vervolgens
"Configuratie auto" en "Toegang auto".
Druk op deze toets om aanvullende
informatie weer te geven.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door
het gedurende enkele seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering van
uw auto worden de buitenspiegels
uitgeklapt en wordt het inbraakalarm
uitgeschakeld.
Toegang tot de auto