PEUGEOT 5008 2012 Instructieboekje (in Dutch)

Page 101 of 340

ZI
C
99
PLAFONNIERS


1. Plafonnier vóór

2. Kaartleeslampjes


Plafonniers vóór en achter

In deze stand gaat de interieur-
verlichting geleidelijk branden:
Kaartleeslampjes


)
Druk bij aangezet contact op de
desbetreffende schakelaar.


In de stand "permanent aan" blijft
de verlichting gedurende een be-
paalde tijd branden, afhankelijk
van de omstandigheden:


- bij afgezet contact: ongeveer
10 minuten,

- in de eco-mode: ongeveer
30 seconden,

- bij draaiende motor: onbeperkt.

- als de auto wordt ontgrendeld,

- als de sleutel uit het contact wordt
verwijderd,

- als een portier wordt geopend,

- als op de ontgrendelknop van de af-
standsbediening wordt gedrukt om
de auto te lokaliseren.
Permanent uit.
Permanent aan. Als de plafonnier vóór in de
stand "permanent aan" staat,
brandt de plafonnier achter
ook, behalve als deze in de stand
"permanent uit" staat.
Zet de plafonnier achter in de stand
"permanent uit" om deze uit te scha-
kelen.

Zorg ervoor dat er geen voor-
werpen tegen de leeslampjes
aan komen. De interieurverlichting gaat geleidelijk uit:


- als de auto wordt vergrendeld,

- als het contact wordt aangezet,

- 30 seconden na het sluiten van het
laatste portier.

3. Plafonnier achter

Page 102 of 340

ZI
C
100
SFEERVERLICHTING
De gedempte interieurverlichting verbe-
tert het zicht in de auto als deze zich in
een donkere omgeving bevindt.
INSTAPVERLICHTING INTERIEUR
Als de automatische verlichting is ge-
activeerd, kan de interieurverlichting
met de afstandsbediening worden inge-
schakeld om op donkere plaatsen het
lokaliseren van de auto en het instap-
pen te vergemakkelijken.
Inschakelen


)
Druk op het geopende hangslot van
de afstandsbediening.
De plafonniers gaan branden en uw
auto wordt gelijktijdig ontgrendeld.
Uitschakelen

De instapverlichting interieur gaat na
een bepaalde tijd automatisch uit of
gaat uit als een van de portieren wordt
geopend.
Programmeren
Inschakelen

Als het buiten donker is, wordt de sfeer-
verlichting A van de plafonnier vóór au-
tomatisch ingeschakeld zodra de par-
keerlichten gaan branden.

Uitschakelen

De sfeerverlichting gaat automatisch
uit als de parkeerlichten worden uitge-
schakeld.
De duur van het branden van
de instapverlichting is gekop-
peld en gelijk aan die van de
automatische follow me home-
verlichting. Deze functie kan worden
in- of uitgeschakeld via het
confi guratiemenu van het
multifunctionele display.
VERLICHTING
BUITENSPIEGELS
Om de toegang tot de auto te verge-
makkelijken, worden de volgende delen
verlicht:


- het oppervlak naast het bestuur-
ders- en het passagiersportier,

- het oppervlak voor de buitenspie-
gels en achter de voorportieren.

Inschakelen

De instapverlichting wordt ingeschakeld:


- bij het ontgrendelen,

- bij het verwijderen van de contact-
sleutel,

- bij het openen van een portier,

- bij het lokaliseren van de auto via de
afstandsbediening.


Uitschakelen

De verlichting dooft na een bepaalde
tijd automatisch.

Page 103 of 340

ZI
C
101
De verlichting van de bagage-
ruimte kan verschillende peri-
oden blijven branden:


- bij afgezet contact: ongeveer
10 minuten,

- in de eco-mode: ongeveer
30 seconden,

- bij draaiende motor: onbeperkt. De verlichting van de bagageruimte
gaat automatisch branden zodra de ba-
gageruimte wordt geopend en dooft zo-
dra deze wordt gesloten.
VERLICHTING BAGAGERUIMTE UITNEEMBARE LAMP
In de bekleding aan de zijkant van de baga-
geruimte is een uitneembare lamp geplaatst.
Deze kan worden gebruikt voor de verlichting
van de bagageruimte en als zaklamp.

Werking
Als de lamp op de juiste wijze in de hou-
der is bevestigd, gaat hij automatisch
branden zodra de achterklep wordt ge-
opend en dooft hij zodra de achterklep
wordt gesloten.
De lamp werkt op oplaadbare batterijen
van het type NiMH.
De lamp werkt ongeveer 45 minuten en
wordt tijdens het rijden weer opgeladen.
Let bij het plaatsen van de op-
laadbare batterijen altijd op de
juiste polariteit.
Vervang de oplaadbare batterijen
nooit door normale batterijen.
Raadpleeg voor de werking
van de zaklampfunctie het
hoofdstuk “Indelingen - § Uit-
neembare lamp”.
VERLICHTING BEENRUIMTE
Inschakelen
De werking is gelijk aan die van de pla-
fonniers. De verlichting gaat branden
zodra één van de portieren wordt ge-
opend. De gedempte verlichting van de been-
ruimte verbetert het zicht in de auto als
deze zich in een donkere omgeving be-
vindt.

Page 104 of 340

INDELINGEN
102
INDELING INTERIEUR


1.
Zonneklep


2.
Handgreep met kledinghaak


3.
Opbergvakje


4.
Opbergruimte onder het stuur


5.
Opbergvak


6.
Verlicht dashboardkastje


7.
Portiervakken


8.
12V-aansluiting vóór (120 W)


9.
Opbergvak


10. Peugeot Connect USB

11 .
Bekerhouder


12.
12V-aansluiting achter (120 W)

Page 105 of 340

INDELINGEN
103
OPBERGVAKKEN
BESTUURDER

Opbergvak

Dit opbergvak biedt ruimte voor de
boorddocumenten, ...


)
Trek aan de handgreep om het op-
bergvak te openen en kantel het op-
bergvak.

VERLICHT DASHBOARDKASTJE

Het dashboardkastje bevat verschillende
ruimtes, audio-aansluitingen voor draag-
bare apparaten en een SIM-kaarthouder
(uitsluitend bij de Peugeot Connect 3D
Nav), ...


)
Trek de handgreep omhoog om het
dashboardkastje te openen.
De verlichting van het dashboardkastje
treedt in werking zodra het deksel wordt
geopend.
ZONNEKLEP
De zonneklep kan zowel omlaag als naar
opzij worden geklapt en is voorzien van
een make-upspiegel met verlichting.


)
Open als het contact aan is het af-
dekkapje. De verlichting van de
make-upspiegel gaat automatisch
branden.
De zonneklep bevat tevens een moge-
lijkheid voor het opbergen van pasjes.

Kaarthouder

De kaarthouder is bedoeld om bijvoor-
beeld een kaartje van een tolweg of een
parkeergarage op te bergen.


Muntenvakje

Opbergvak

Raadpleeg voor het aanslui-
ten van draagbare audio-ap-
paratuur of het plaatsen van
een SIM-kaart het hoofdstuk
"Audio en telematica".

Page 106 of 340

INDELINGEN
104
12V-AANSLUITINGEN


)
Verwijder wanneer u een accessoi-
re van 12 V (maximaal vermogen:
120 W) wilt aansluiten, het afdek-
kapje en sluit een geschikte adapter
aan.
Voorkom het beschadigd raken van de
accessoires door het maximaal vermo-
gen niet te overschrijden.
MIDDENCONSOLE
Opbergmogelijkheid voor de bestuurder
en voorpassagier.

Opbergvak



)
Verschuif het deksel voor toegang
tot het opbergvak met een inhoud
van 10,5 liter.
In het opbergvak passen twee fl essen
van 0,5 liter.
Via een ventilatieopening komt er frisse
lucht in het opbergvak.
PEUGEOT CONNECT USB


Deze aansluitmodule bestaat uit een
JACK-aansluiting en/of een USB-poort.
Hierop kunt u draagbare apparatuur
aansluiten, zoals een iPod
® of een
USB-stick.
Dankzij de USB-box kunt u de audio-
bestanden (mp3, ogg, wma, wav, ...) op
uw draagbare apparatuur beluisteren
via de luidsprekers van uw autoradio.
U kunt deze bestanden beheren met
de stuurkolomschakelaars of het be-
dieningspaneel van de autoradio en ze
weergeven op het multifunctionele dis-
play.

Tijdens het gebruik kan de draagbare
apparatuur automatisch worden opge-
laden.

Raadpleeg voor meer informa-
tie over het gebruik van deze
uitrusting het gedeelte Peugeot
Connect Sound van het hoofd-
stuk "Audio en Telematica".

Page 107 of 340

INDELINGEN
105

Om te voorkomen dat de pe-
dalen blijven hangen:
MATTEN
De matten zijn uitneembaar en bescher-
men de vloerbedekking van de auto.

Terugplaatsen

Terugplaatsen van de mat aan de be-
stuurderszijde:


)
leg de mat goed op zijn plaats,

)
druk de bevestigingen vast,

)
controleer of de mat goed vastzit.


Bevestigen

Gebruik, wanneer u een nieuwe mat
bevestigt aan bestuurderszijde, uitslui-
tend de bevestigingen uit het bijgele-
verde zakje.
De overige matten worden gewoon op
de vloerbedekking gelegd.


Verwijderen

Verwijderen van de mat aan de bestuur-
derszijde:


)
zet de stoel in de achterste stand,

)
maak de bevestigingen los,

)
verwijder vervolgens de mat.


- gebruik uitsluitend matten die op
de bevestigingen van de auto
passen; het gebruik van deze be-
vestigingen is verplicht.

- gebruik nooit meer dan één mat
per plaats.
Bij gebruik van niet door PEUGEOT
goedgekeurde matten kan de bedie-
ning van de pedalen worden gehin-
derd en kan de werking van de snel-
heidsregelaar/-begrenzer negatief
worden beïnvloed.

Page 108 of 340

INDELINGEN
106
OPBERGMOGELIJKHEDEN IN DE VOETENRUIMTE ACHTER

Afhankelijk van de uitvoering is de auto
voorzien van opbergvakken in de voe-
tenruimte voor de buitenste achterstoe-
len. De opbergvakken zijn bereikbaar
via vastgeklikte luiken met een hand-
greep A
.
TAFELTJES



)
Gebruiken: beweeg het tafeltje zo
ver mogelijk naar beneden, tot het
in de laagste stand vergrendeld is.

)
Opbergen: klap het tafeltje omhoog,
voorbij het zware punt, tot in de
hoogste stand.
Vergeet niet het tafeltje aan
passagierszijde in te klappen
alvorens de stoel in de tafel-
stand te zetten.
Leg geen zware of harde voorwer-
pen op de opklaptafeltjes; deze kun-
nen bij een noodstop of een aan-
rijding veranderen in gevaarlijke
projectielen. Op de opklaptafeltjes aan de achterzijde
van de rugleuning van beide voorstoelen
kunnen voorwerpen gelegd worden.
OPBERGLADE
Deze handmatig bediende opberglade
bevindt zich onder de bestuurdersstoel.

Openen



)
Til de lade aan de voorzijde op en
schuif deze open.
Berg geen zware voorwerpen op in de
lade.

Page 109 of 340

INDELINGEN
107
MULTIMEDIA ACHTER

Op het multimediasysteem kunnen alle
soorten externe apparaten worden aan-
gesloten: iPod's, spelcomputers, DVD-
spelers, … Op de rode en witte RCA-aan-
sluitingen kunnen twee afzon-
derlijke audiobronnen wor-
den aangesloten.
Het geluid wordt weergegeven
via de twee draadloze Blue-
tooth-koptelefoons, werkend
op oplaadbare batterijen.
Met de toets A/B kunt u de koptelefoon
aan de schermen koppelen: A links, B
rechts.
Het beeld wordt weergegeven
op twee, in de hoofdsteunen
van de voorstoelen geïntegreer-
de, 7 inch-beeldschermen. Op de gele RCA-aansluitin-
gen kunnen twee afzonder-
lijke videobronnen worden
aangesloten.
De koptelefoons kunnen gelijktijdig
worden opgeladen via de dubbele
12V-aansluiting in uw auto.
Tevens bestaat de mogelijkheid om een
derde Bluetooth-koptelefoon aan te
sluiten.

Inschakelen


)
Sluit bij draaiende motor uw externe ap-
paraat aan op de RCA-ingangen (bijv.
AV1 links).

)
Druk op de toets ON/OFF van het sy-
steem, het controlelampje en de lamp-
jes AV1 gaan branden.

)
Houd de toets ON/OFF van de koptele-
foon lang ingedrukt, het blauwe lampje
knippert.

)
Houd de toets ON/OFF van het sy-
steem lang ingedrukt, de verbinding met
de koptelefoon is voltooid als de blauwe
lampjes van de koptelefoon en het sy-
steem permanent blijven branden.

)
Druk op de toets ON/OFF van de
beeldschermen als u een videobron
hebt aangesloten.

)
Start het afspelen vanaf uw externe
apparaat.

Plaats een hoes als de stoel is neerge-
klapt in de tafelstand, om te voorkomen
dat het beeldscherm beschadigd raakt:
Met deze hoezen kunnen de
beeldschermen tevens wor-
den verborgen.


Page 110 of 340

INDELINGEN
108
PANORAMADAK
U hebt de beschikking over een pano-
ramadak met getint glas, waardoor de
lichtinval en het zicht in het interieur
worden vergroot.
Het elektrisch bedienbare zonnescherm
zorgt voor een beter thermisch en ge-
luidscomfort in het interieur.

Wanneer tijdens het bedienen
van het scherm iets bekneld
raakt, moet het scherm weer
worden geopend. Druk daarvoor op de
desbetreffende schakelaar.
Wanneer de bestuurder het scherm be-
dient, moet deze ervan verzekerd zijn
dat niets het correcte sluiten van het
scherm verhindert.
De bestuurder moet ervan verzekerd zijn
dat de passagiers op de juiste manier
gebruik maken van het zonnescherm.
Zorg ervoor dat kinderen zich tijdens het
bedienen van het scherm niet kunnen
bezeren.




- handmatig


)
Duw of trek de schakelaar A tot
het zware punt.
Het scherm stopt zodra de scha-
kelaar wordt losgelaten.
- automatisch


)
Duw of trek de schakelaar A tot
voorbij het zware punt.
Bedien de schakelaar één keer
om het scherm volledig te openen
of sluiten.
Bedien de schakelaar nogmaals om
het openen of sluiten te stoppen.


Beveiliging tegen beknellen
Als het zonnescherm tijdens het auto-
matisch sluiten bijna volledig is geslo-
ten en op een obstakel stuit, stopt het
scherm en gaat het gedeeltelijk weer
open.

Elektrisch zonnescherm met
eentrapsbediening
Zowel het openen als het sluiten is op
twee manieren mogelijk:
Meteen nadat het scherm tijdens het
sluiten stopt en weer opengaat:


)
trek aan de schakelaar tot het
scherm volledig is geopend,

)
druk op de schakelaar tot het
scherm volledig is gesloten.

Tijdens deze handelingen werkt de
beveiliging tegen beknellen niet.


Resetten : wanneer de elektri-
sche voeding van het zonne-
scherm, tijdens de werking er-
van, onderbroken is geweest, moet u de
beveiliging tegen beknellen resetten:


)
druk op de schakelaar tot het
scherm volledig is gesloten,

)
houd de schakelaar nog mini-
maal 3 seconden ingedrukt. Er zal
dan een lichte beweging van het
scherm waarneembaar zijn, ter
bevestiging van het resetten.

Page:   < prev 1-10 ... 61-70 71-80 81-90 91-100 101-110 111-120 121-130 131-140 141-150 ... 340 next >