TOYOTA PRIUS 2021 Instructieboekje (in Dutch)
Page 491 of 784
4914-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)■
Gebruik van de modus parkeerplaats fileparkeren verlaten om weg te
rijden
Druk, terwijl de selectiehendel in stand P staat, op de S-IPA-schakelaar
en controleer of het display op het multi-informatiedisplay terugkeert
naar “Exit Parallel Parking” (parkeerplaats fileparkeren verlaten).
Bedien de richtingaanwijzerschakelaar ( →Blz. 331) om te selecteren of
u linksaf of rechtsaf wilt wegrijden.
Als zich in de richting waarin u wegrijdt obstakels bevinden, bepaalt het systeem
dat wegrijden niet mogelijk is en wordt de ondersteuningsregeling uitgescha-
keld.
Als de selectiehendel in stand R (of D) wordt gezet overeenkomstig het
advies op het scherm ( →Blz. 481), klinkt er een hoog piepsignaal en
start de ondersteuningsregeling.
De procedure vanaf stap is voor het geval het advies “Shift to [R]” (schakel
stand R in) op het scherm wordt weergegeven nadat de richtingaanwijzerscha-
kelaar is bediend om een wegrijrichting te selecteren.
● Wanneer de automatische bediening van het stuurwiel begint, wor-
den de weergave van de automatische bediening van het stuurwiel
(→Blz. 481) en de indicator die de mate van assistentie aangeeft
( →Blz. 481) op het display weergegeven.
● Druk op de S-IPA-schakelaar om de ondersteuningsregeling te stop-
pen.
Neem een normale zithouding voor achteruitrijden aan, laat uw handen
lichtjes en zonder kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer
of het gebied achter en rondom de auto veilig is en rijd langzaam ach-
teruit terwijl u de rijsnelheid regelt met het rempedaal.
● Wanneer u te snel achteruitrijdt, klinkt er een schril piepsignaal en
stopt de ondersteuningsregeling. ( →Blz. 482)
1
2
3
4
4
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 491 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 492 of 784
4924-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
Breng de auto tot stilstand wan-
neer een piepsignaal te horen is
en de stopweergave (→Blz. 481)
op het display wordt weergege-
ven.
Zet de selectiehendel in stand D.
Neem een normale zithouding aan, laat uw handen lichtjes en zonder
kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer of het gebied
voor en rondom de auto veilig is en rijd langzaam vooruit terwijl u de rij-
snelheid regelt met het rempedaal.
● Wanneer er niet in één keer kan worden weggereden en er meerdere
keermanoeuvres nodig zijn, ga dan naar stap .
● Wanneer er niet meerdere keermanoeuvres nodig zijn, ga dan naar
stap ( →Blz. 494).
Breng de auto tot stilstand wan-
neer een piepsignaal te horen is
en de stopweergave ( →Blz. 481)
op het display wordt weergege-
ven.
Zet de selectiehendel in stand R.5
6
7
8
14
8
9
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 492 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 493 of 784
4934-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
Neem een normale zithouding voor achteruitrijden aan, laat uw handen
lichtjes en zonder kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer
of het gebied achter en rondom de auto veilig is en rijd langzaam ach-
teruit terwijl u de rijsnelheid regelt met het rempedaal.
Afhankelijk van de conditie van de parkeerplaats moeten de stappen tot
mogelijk worden herhaald.
Breng de auto tot stilstand wan-
neer een piepsignaal te horen is
en de stopweergave (→Blz. 481)
op het display wordt weergege-
ven.
Zet de selectiehendel in stand D.
Neem een normale zithouding aan, laat uw handen lichtjes en zonder
kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer of het gebied
voor en rondom de auto veilig is en rijd langzaam vooruit terwijl u de rij-
snelheid regelt met het rempedaal.
10
510
11
12
13
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 493 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 494 of 784
4944-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
Wanneer de auto bijna het punt
voor wegrijden heeft bereikt,
klinkt er een hoog piepsignaal
en wordt de ondersteuningsre-
geling beëindigd. Pak vervol-
gens het stuurwiel vast en rijd
naar voren.
■Modus parkeerplaats fileparkeren verlaten
●Als tijdens de ondersteuningsregeling de bestuurder bepaalt dat hij/zij zich op een
positie bevindt van waaruit kan worden weggereden en hij/zij het stuurwiel bedient,
wordt de ondersteuningsregeling op die positie gestopt.
● De ondersteuningsregeling kan niet worden gebruikt als er geen auto's geparkeerd
staan vóór de auto of als er te veel ruimte zit tussen de voorzijde van uw auto en de
auto die vóór u geparkeerd staat.
● Bij het gebruik van de modus parkeerplaats fileparkeren verlaten werkt afhankelijk
van de omgeving de ondersteuningsmodus mogelijk niet.
14
OPMERKING
●Het detectiebereik van de sensoren ( →Blz. 457) is beperkt. Controleer of het
gebied rondom uw auto veilig is. Breng, als de kans bestaat dat er iets wordt
geraakt, de auto tot stilstand door het rempedaal in te trappen.
● Mogelijk kunnen objecten die zich dicht bij de grond bevinden niet worden gesigna-
leerd. Controleer of het gebied rondom uw auto veilig is en breng de auto tot stil-
stand door het rempedaal in te trappen als het lijkt alsof de auto mogelijk iets zal
raken.
● Controleer bij het wegrijden of het gebied rondom uw auto veilig is.
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 494 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 495 of 784
4954-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)■
Overzicht van functies
Stop op het punt waarbij het midden van de beoogde parkeerplaats vrijwel
haaks op de auto staat. Als de parkeerplaats kan worden gesignaleerd,
kan de begeleidingsfunctie voor vooruitrijden worden gebruikt. Bovendien
wordt er afhankelijk van de parkeerplaats en andere omstandigheden en
indien nodig ondersteuning verleend bij het maken van meerdere keerma-
noeuvres.
Stop op het punt waarbij het
midden van de beoogde par-
keerplaats vrijwel haaks op de
auto staat. Druk vervolgens 2
keer op de S-IPA-schakelaar om
de modus automatisch achter-
uit inparkeren te selecteren.
De automatische bediening van
het stuurwiel begint wanneer de
auto begint te rijden.
Er is een geluid te horen en er
wordt een display weergegeven
om u te laten weten wanneer de
auto de positie bereikt van waar-
uit achteruit kan worden gere-
den.
Als de gesignaleerde parkeerplaats
of de weg (afstand tot de rand van
de weg tegenover de parkeerplaats)
smal is of als er zich obstakels voor
de auto bevinden, wordt er geen
begeleiding gegeven.
Het parkeren is voltooid
Hiermee is de ondersteuningsmodus voltooid.
Afhankelijk van de conditie van de parkeerplaats worden de begeleiding voor de
beginpunten voor naar voren rijden en achteruitrijden en de automatische bedie-
ning van het stuurwiel telkens wanneer meerdere keermanoeuvres nodig zijn,
herhaald. Hierbij wordt stap gevolgd vanaf het moment dat de auto achteruit
begint te rijden totdat het parkeren is voltooid.
Naast andere auto's parkeren (modus automatisch achteruit
inparkeren)
1
2
3
4
3
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 495 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 496 of 784
4964-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)■
Parkeren
Stop op het punt waarbij het
midden van de beoogde par-
keerplaats vrijwel haaks op de
auto staat. Druk vervolgens 2
keer op de S-IPA-schakelaar en
controleer of het display op het
multi-informatiedisplay terug-
keert naar “Back-in Parking”
(achteruit inparkeren).
●Controleer het gebied in de
richting van de pijl die de rich-
ting van de automatische
bediening van het stuurwiel
en de beoogde parkeer-
plaats op het display aan-
geeft visueel.
● Iedere keer dat er op de S-
IPA-schakelaar wordt
gedrukt, wijzigt de modus.
(→Blz. 480)
● Wanneer de selectiehendel niet in stand D of B staat, zal niet worden
overgeschakeld naar de weergave “Back-in Parking” (achteruit inpa\
r-
keren).
● Als de rijsnelheid is gesignaleerd, schakelt het scherm over op de
weergave “Back-in Parking” (achteruit inparkeren). Breng de auto
volledig tot stilstand en druk nogmaals op de S-IPA-schakelaar om
over te schakelen naar de weergave “Back-in Parking” (achteruit
inparkeren).
● De richtingaanwijzerschakelaar ( →Blz. 331) kan worden bediend om
te selecteren of u linksaf of rechtsaf wilt parkeren.
● Het systeem kan niet worden gebruikt wanneer de parkeerplaats
smal is of wanneer de ondersteuningsregeling onvoldoende ruimte
heeft om te werken. Raadpleeg de informatie op het multi-informatie-
display om naar een andere parkeerplaats te gaan.
1 m
1
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 496 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 497 of 784
4974-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
Neem een normale zithouding
aan, laat uw handen lichtjes en
zonder kracht te gebruiken op
het stuurwiel rusten, controleer
of het gebied voor en rondom de
auto veilig is en rijd langzaam
vooruit terwijl u de rijsnelheid
regelt met het rempedaal. Ver-
volgens klinkt een hoog piepsig-
naal en gaat tegelijkertijd een
indicator op het instrumentenpa-
neel branden, waarna de onder-
steuningsregeling start.
●Wanneer de automatische bediening van het stuurwiel begint, wor-
den de weergave van de automatische bediening van het stuurwiel
(→Blz. 481) en de indicator die de mate van assistentie aangeeft
( →Blz. 481) op het display weergegeven.
● Druk op de S-IPA-schakelaar om de ondersteuningsregeling te stop-
pen.
● Wanneer de rijsnelheid te hoog is, klinkt er een schril piepsignaal en
stopt de ondersteuningsregeling. ( →Blz. 482)
● Als na het starten van de ondersteuningsregeling de ruimte te smal
blijkt te zijn, klinkt er een schril piepsignaal en stopt de ondersteu-
ningsregeling.
Breng de auto tot stilstand wan-
neer een piepsignaal te horen is
en de stopweergave ( →Blz. 481)
op het display wordt weergege-
ven.
Zet de selectiehendel in stand R.2
3
4
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 497 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 498 of 784
4984-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
Neem een normale zithouding voor achteruitrijden aan, laat uw handen
lichtjes en zonder kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer
of het gebied achter en rondom de auto veilig is, controleer of er zich
geen obstakels bevinden op de parkeerplaats en rijd langzaam achteruit
terwijl u de rijsnelheid regelt met het rempedaal.
●Wanneer de auto niet netjes in één keer de beoogde parkeerplaats
kan worden ingereden en er meerdere keermanoeuvres nodig zijn,
ga dan naar stap .
● Wanneer er niet meerdere keermanoeuvres nodig zijn, ga dan naar
stap . ( →Blz. 499)
Breng de auto tot stilstand wan-
neer een piepsignaal te horen is
en de stopweergave ( →Blz. 481)
op het display wordt weergege-
ven.
Zet de selectiehendel in stand D.
Wanneer u de ondersteuningsregeling wilt beëindigen op uw huidige positie, zet
dan de selectiehendel in stand P.
Neem een normale zithouding aan, laat uw handen lichtjes en zonder
kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer of het gebied
voor en rondom de auto veilig is en rijd langzaam vooruit terwijl u de rij-
snelheid regelt met het rempedaal.
Breng de auto tot stilstand wan-
neer een piepsignaal te horen is
en de stopweergave ( →Blz. 481)
op het display wordt weergege-
ven.
Zet de selectiehendel in stand R.
5
6
12
6
7
8
9
10
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 498 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 499 of 784
4994-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
Neem een normale zithouding voor achteruitrijden aan, laat uw handen
lichtjes en zonder kracht te gebruiken op het stuurwiel rusten, controleer
of het gebied achter en rondom de auto veilig is en rijd langzaam ach-
teruit terwijl u de rijsnelheid regelt met het rempedaal.
Afhankelijk van de conditie van de parkeerplaats moeten de stappen tot
mogelijk worden herhaald.
Wanneer de auto zich bijna geheel binnen de beoogde parkeerplaats
bevindt, klinkt er een hoog piepsignaal en wordt de stopweergave
(→Blz. 481) op het display weergegeven. Breng de auto tot stilstand.
Hiermee is de modus automatisch achteruit inparkeren voltooid.
● Uit veiligheidsoverwegingen klinkt de zoemer net voordat de auto
volledig op de beoogde parkeerplaats staat. Bovendien wordt op dat
moment de werking van het systeem ook beëindigd. Houd, om op de
gewenste parkeerplaats te komen, het stuurwiel stevig vast en rijd
langzaam achteruit terwijl u de rijsnelheid regelt met het rempedaal.
● Houd bij het achteruitrijden de omgeving voor en achter de auto in de
gaten. Controleer de omgeving ook via de (buiten)spiegels.
11
611
12
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 499 Monday, July 6, 2020 1:18 PM
Page 500 of 784
5004-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE)
■Werkingsvoorwaarden modus auto matisch achteruit inparkeren
● Rijd langzaam (met een snelheid waarbij de auto snel tot stilstand kan worden
gebracht) om de functie goed te laten werken.
● Rijd langzaam (met een snelheid waarbij de auto snel tot stilstand kan worden
gebracht) om de functie goed te laten werken. Breng de auto volledig tot stilstand op
het punt waarbij het midden van de parkeerplaats vrijwel haaks op de auto staat en
druk op de S-IPA-schakelaar.
● De functie kan niet worden gebruikt wanneer de rijsnelheid ongeveer 30 km/h of
hoger is.
● De zijsensoren voor en zijsensoren achter worden gebruikt om geparkeerde auto's te
signaleren en de parkeerplaats te bepalen. Daarom wordt er geen begeleiding gege-
ven wanneer signalering niet mogelijk is ( →Blz. 511).
● Als er geen geparkeerde auto's zijn, kan de parkeerplaats niet worden bepaald.
Daardoor kan de modus automatisch achteruit inparkeren niet worden bediend.
● Wanneer de omgeving van de parkeerplaats niet kan worden gesignaleerd, werkt de
modus automatisch achteruit inparkeren mogelijk niet.
● Als er, afhankelijk van de conditie van de par-
keerplaats, onvoldoende ruimte is vóór de
auto om de parkeerprocedure uit te voeren,
kan de beoogde parkeerplaats mogelijk niet
worden bereikt.
Beoogde parkeerplaats
Muur
1
2
PRIUS_OM_OM47E11E_(EE).book Page 500 Monday, July 6, 2020 1:18 PM