BMW MOTORRAD K 1200 S 2006 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: BMW MOTORRAD, Model Year: 2006, Model line: K 1200 S, Model: BMW MOTORRAD K 1200 S 2006Pages: 161, PDF Size: 1.74 MB
Page 51 of 161

Handvatverwarming
SU
1 Schakelaar handvatver-
warming
De handvatten kunnen in
twee standen worden ver-
warmd. Handvatverwarming
is alleen bij draaiende motor
mogelijk. Het door de handgreep-
verwarming veroorzaakte
hogere stroomverbruik kan bij
ritten met lage toerentallen tot
ontlading van de accu leiden.
Bij een te lage accuspan-
ning wordt ter behoud van de startcapaciteit de handgreep-
verwarming uitgeschakeld.
2
Verwarming uit
3 50 % verwarming (één
stip zichtbaar)
4 100 % verwarming (drie
stippen zichtbaar)
KoppelingKoppelingshendel
afstellen
Wordt de stand van het
koppelingsvloeistofre-
servoir veranderd, dan kan er
lucht in het systeem komen. Zowel de stuurhendel als het
stuur niet verdraaien.
Het afstellen van de kop-
pelingshendel tijdens het
rijden kan tot ongevallen lei-
den.
De koppelingshendel alleen
afstellen als de motorfiets
stilstaat.
Stelbout 1rechtsom draai-
en.
De stelschroef heeft een
arretering en kan gemak-
kelijker worden verdraaid,
wanneer u tegelijkertijd de
449zBediening
Page 52 of 161

koppelingshendel naar voren
drukt.Afstand tussen handvat en
koppelingshendel wordt
groter.
Stelbout 1linksom draaien.
Afstand tussen handvat en
koppelingshendel wordt
kleiner.RemRemhendel afstellen
Als de stand van het
remvloeistofreservoir
wordt veranderd, kan er lucht
in het remsysteem komen.
Zowel de stuurhendel als het
stuur niet verdraaien.
Het afstellen van de rem-
hendel tijdens het rijden
kan tot ongevallen leiden.
De remhendel alleen afstellen
als de motorfiets stilstaat. Stelbout
1rechtsom draai-
en.
De stelschroef heeft een
arretering en kan gemak-
kelijker worden verdraaid,
wanneer u tegelijkertijd de
remhendel naar voren drukt.
Afstand tussen handvat en
remhendel wordt groter.
Stelbout 1linksom draaien.
Afstand tussen handvat en
remhendel wordt kleiner.
VerlichtingParkeerlicht inschakelenHet parkeerlicht wordt auto-
matisch tegelijk met het con-
tact ingeschakeld.
Het stadslicht belast
de accu. Het contact
slechts voor een beperkte
tijdsduur inschakelen.Dimlicht inschakelenHet dimlicht wordt automa-
tisch ingeschakeld na het
starten van de motor.
U kunt bij een afgezette
motor het licht inscha-
kelen, door bij ingeschakeld
contact het grootlicht in te
schakelen of het lichtsignaal
te bedienen.
450zBediening
Page 53 of 161

Grootlicht inschakelenSchakelaar grootlicht1bo-
ven bedienen.
Grootlicht ingeschakeld.
Schakelaar grootlicht 1in
middenstand zetten.
Grootlicht uitgeschakeld.
Schakelaar grootlicht 1on-
der bedienen.
Zolang de schakelaar wordt
bediend, is het grootlicht
ingeschakeld (lichtsignaal).Parkeerlicht inschakelenContact uitschakelen. Het parkeerlicht kan al-
leen direct na het uit-
schakelen van het contact
worden ingeschakeld.
Toets richtingaanwijzers
links 1ingedrukt houden,
tot het parkeerlicht is inge-
schakeld.
Parkeerlicht
uitschakelenContact in- en weer uitscha-
kelen.
Parkeerlicht uitgeschakeld
KoplampKoplampinstelling
rechts-/linksrijdend
verkeer
Universeel plakband be-
schadigt het kunststof-
glas.
Om beschadiging van het
kunststofglas te voorkomen
contact opnemen met een
specialist, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
Bij het rijden in landen waar
aan de andere zijde van de
weg wordt gereden dan in het
land waar het kenteken van
de motorfiets is afgegeven,
verblindt het asymmetrische
dimlicht het tegemoetkomen-
de verkeer.
Gaat u naar een specialist, bij
voorkeur een BMW Motorrad
dealer, om de koplamp aan
451zBediening
Page 54 of 161

de betreffende omstandighe-
den aan te laten passen.Lichtbundelinstelling en
veervoorspanningDe lichtbundel blijft in de regel
constant door de aanpassing
van de veervoorspanning aan
de beladingstoestand.
Alleen bij zeer zware bela-
ding kan de aanpassing van
de veervoorspanning ontoe-
reikend zijn. In dit geval moet
de koplampinstelling worden
aangepast aan het gewicht.Twijfelt u aan de correcte
koplampbasisinstelling,
gaat u dan naar een speci-
alist, bij voorkeur een BMW
Motorrad dealer.
Koplamphoogteverstel-
ling1 Koplamphoogteverstel-
ling
Bij zeer zware belading kan
de aanpassing van de veer-
voorspanning ontoereikend
zijn. Om de tegenliggers niet
te verblinden kan de kop-
lamp worden versteld met de
zwenkhendel. A
Normale stand
B Stand bij zware belading
RichtingaanwijzersRichtingaanwijzers links
inschakelenContact inschakelen
452zBediening
Page 55 of 161

Schakelaar richtingaanwij-
zers links1bedienen.
Na circa 10 seconden
rijden of een afstand van
circa 200 m worden de rich-
tingaanwijzers automatisch
uitgeschakeld.
Richtingaanwijzers links in-
geschakeld.
Controlelamp richtingaanwij-
zers links knippert.Richtingaanwijzers
rechts inschakelenContact inschakelen Schakelaar richtingaanwij-
zers rechts
2bedienen.
Na circa 10 seconden
rijden of een afstand van
circa 200 m worden de rich-
tingaanwijzers automatisch
uitgeschakeld.
Richtingaanwijzers rechts
ingeschakeld.
Controlelamp richtingaanwij-
zers rechts knippert.
Richtingaanwijzers
uitschakelenSchakelaar richtingaanwij-
zers uit 3bedienen.
Richtingaanwijzers uitge-
schakeld
Controlelampen richtingaan-
wijzers uit.BuddyseatBuddyseat verwijderen.De motorfiets neerzetten en
erop letten dat de onder-
grond vlak en stevig is.
453zBediening
Page 56 of 161

De sleutel in het buddy-
seatslot linksom draaien.
De buddyseat hierbij om-
laag drukken.De buddyseat aan de ach-
terzijde optillen.
Als de buddyseat op een
ruw oppervlak wordt ge-
legd, kunnen de zijkanten be-
schadigd worden.
De buddyseat met de be-
kledingzijde op een glad en
schoon oppervlak leggen,
bijv. op de tank.
De sleutel loslaten en de
buddyseat naar achteren uit
de bevestiging trekken.
Buddyseat aanbrengen
Als de motorfiets te sterk
naar voren wordt ge-
duwd, bestaat het gevaar dat
hij van de standaard wordt
gedrukt.
Erop letten dat de motorfiets
stevig staat.
Buddyseat naar voren in de
bevestigingen 1schuiven.
454zBediening
Page 57 of 161

Buddyseat via de vergren-
deling krachtig omlaag
drukken.
De buddyseat vergrendelt
hoorbaar.
HelmhaakHelmhaak onder de
buddyseatOnder de buddyseat bevin-
den zich de helmhaken1
en 2.
Aan de helmhaken 1kan een
motorhelm met de kinband
worden bevestigd. Als er
koffers zijn gemonteerd of
wanneer de kinband te kort
is, dan kan een motorhelm
m.b.v. een staalkabel aan
de helmhaak 2worden
bevestigd.
Helmhaak gebruikenDe motorfiets neerzetten en
erop letten dat de onder-
grond vlak en stevig is.
Buddyseat verwijderen.
( 53)
De kinbandsluiting kan
de bekleding beschadi-
gen.
Bij het inhangen op de positie
van het helmslot letten.
De helm met behulp van de
als accessoire verkrijgbare
stalen kabel aan helmhaak 2
hangen.
455zBediening
Page 58 of 161

Aan de rechterzijde van
de motorfiets kan de
helm worden beschadigd
door de hitte van de uitlaat-
demper.
De helm alleen aan de lin-
kerzijde van de motorfiets
bevestigen.
Staalkabel door de helm
trekken en aan de haak 2
hangen.
Een geschikte staalka-
bel is verkrijgbaar bij uw
BMW Motorrad dealer
BagagelussenBagagelussen onder de
buddyseatAan de onderzijde van de
buddyseat bevinden zich de
lussen 1ter bevestiging van
bagagebanden. In combi-
natie met de ogen 2aan de
handgrepen kan bagage op
de duo-buddyseat worden
vastgezet.Bagagelussen gebruikenDe motorfiets neerzetten en
erop letten dat de onder-
grond vlak en stevig is. Buddyseat verwijderen.
( 53)
Buddyseat omdraaien.
Lussen
1uit de bevesti-
ging 3trekken
In de lussen kunnen baga-
gebanden worden beves-
tigd.
456zBediening
Page 59 of 161

SpiegelsSpiegel verstellenSpiegel door licht drukken
op de betreffende hoek in
de gewenste stand bren-
gen.VeervoorspanningVeervoorspanning en
gewichtDe veervoorspanning moet
aan de belading van de mo-
torfiets worden aangepast.
Een verhoging van de bela-
ding vereist een verhogingvan de veervoorspanning,
minder gewicht een overeen-
komstig lagere veervoorspan-
ning.
Veervoorspanning
achterwiel instellen
Niet optimale instellingen
van de veervoorspanning
en demping verslechteren het
rijgedrag van uw motorfiets.
Demping van de veervoor-
spanning aanpassen.
Het instellen van de
veervoorspanning tijdens
het rijden kan tot ongevallen
leiden.
De veervoorspanning alleen
instellen als de motorfiets
stilstaat.
De motorfiets neerzetten en
erop letten dat de onder-
grond vlak en stevig is. Om de veervoorspanning
te verhogen, handwiel
1in
de richting van de pijl HIGH
draaien.
Om de veervoorspanning
te verlagen, handwiel 1in
de richting van de pijl LOW
draaien.
Één klik komt overeen
met een halve omwente-
ling van de draaiknop. Het
instelbereik omvat 15 hele
omwentelingen.
457zBediening
Page 60 of 161

Veervoorspanning -
basisinstelling
De draaiknop tot de aan-
slag in de richting van pijl
LOW en vervolgens 15
klikken in de richting van
pijl HIGH draaien (volle
tank, met berijder 85 kg)
SchokdemperDemping en
veervoorspanningDe demping moet aan de
veervoorspanning worden
aangepast. Een verhoging
van de veervoorspanning ver-
eist een stuggere demping,
een verlaging van de veer-
voorspanning een zachtere
demping.
Schokdemper van het
achterwiel instellen
Niet optimale instellingen
van de veervoorspanning
en demping verslechteren het
rijgedrag van uw motorfiets.
Demping van de veervoor-
spanning aanpassen.
De motorfiets neerzetten en
erop letten dat de onder-
grond vlak en stevig is.
Schokdemper achter instel-
len door de stelschroef 1
met een schroevendraaier
te verdraaien. Voor een stuggere dem-
ping, stelschroef
1in de
richting van pijl H draaien
Voor een soepele demping,
stelschroef 1in de richting
van pijl S draaien.
Het instelbereik omvat
drieëneenhalve omwen-
telingen van de stelschroef.
458zBediening