BMW X6 2016 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: BMW, Model Year: 2016, Model line: X6, Model: BMW X6 2016Pages: 302, PDF Size: 5.89 MB
Page 191 of 302

worden voldoende vóór de voorgeselecteerde
starttijd ingeschakeld.
Bediening geschiedt via iDrive of met af‐
standsbediening.
Aanwijzingen GEVAAR
Bij een geblokkeerde uitlaatpijp of onvol‐
doende ventilatie kunnen uitlaatgassen in de
auto binnendringen, die schadelijk voor de ge‐
zondheid zijn. In het uitlaatgas bevindt zich het
kleur- en reukloze, maar giftige koolmonoxide.
In gesloten ruimten kunnen de uitlaatgassen
zich ook buiten de auto ophopen. Er bestaat
levensgevaar. De uitlaatpijp vrijhouden en voor
voldoende ventilatie zorgen. Interieurvoorver‐
warming niet in gesloten ruimten inschake‐
len.◀
WAARSCHUWING
Tijdens het gebruik van de interieurvoor‐
verwarming kunnen hoge temperaturen onder
de carrosserie optreden, bijv. door het uitlaat‐
systeem. Als brandbare materialen, bijv. blade‐
ren of gras, met hete onderdelen van het uit‐
laatsysteem in contact komen, kunnen deze
materialen ontbranden. Er bestaat brandge‐
vaar. Bij het gebruik van de interieurvoorver‐
warming erop letten dat geen brandbare mate‐
rialen in contact met onderdelen van de auto
kunnen komen.◀
Bij buitentemperaturen onder 0 ℃ ontstaat
waterdamp, die onder de auto wordt afge‐
voerd.
Voorwaarden voor een correcte
werking
Interieurvoorventilatie▷Bij vooraf geselecteerde starttijd: afhanke‐
lijk van de binnen-, buiten- en ingestelde
gewenste temperatuur.▷Bij directe bediening via iDrive: bij elke bui‐
tentemperatuur.▷Bij directe bediening via afstandsbedie‐
ning: buitentemperatuur boven ca. 15 ℃.
Uitstroomopeningen van de ventilatie openen
zodat lucht kan uitstromen.
Interieurvoorverwarming
▷Bij vooraf geselecteerde starttijd: afhanke‐
lijk van de binnen-, buiten- en ingestelde
gewenste temperatuur.▷Bij directe bediening via iDrive: bij elke bui‐
tentemperatuur.▷Bij directe bediening via afstandsbedie‐
ning: buitentemperatuur onder ca. 15 ℃.▷Voldoende laadtoestand van de accu.▷Tankinhoud ligt boven de reservevoorraad.
Werd de interieurvoorverwarming meerdere
maanden niet gebruikt, dan kan het nodig zijn
na enkele minuten het systeem nogmaals in te
schakelen.
Direct in-/uitschakelen
Op het Control Display:
1."Instellingen"2."Klimaatbediening"3."Meteen activeren"
Symbool op de airconditioning knippert bij
ingeschakeld systeem.
Na het uitschakelen blijft het systeem nog
enige tijd in werking.
Starttijd instellen Op het Control Display:
1."Instellingen"2."Klimaatbediening"3.Vertrektijd selecteren.
Aan controller draaien, totdat het gewenste
vertrektijdveld is geselecteerd en controller
indrukken.4.Tijd instellen.Seite 191KlimaatregelingBediening191
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 192 of 302

Controller draaien tot het gewenste tijdstip
is ingesteld en controller indrukken.
Starttijd activeren
Op het Control Display:
1."Instellingen"2."Klimaatbediening"3.Gewenste vertrektijd activeren:
"voor vertrek om"
Symbool op de automatische airconditio‐
ning brandt bij geactiveerde starttijd.
Symbool van de airconditioning met elek‐
tronische temperatuurregeling knippert, als het
systeem ingeschakeld is.
Het systeem wordt alleen binnen de komende
24 uren ingeschakeld. Daarna moet het op‐
nieuw worden geactiveerd.
Afstandsbediening
Overzicht
1Display2Selectietoetsen3OK4MENUToetsenToetsFunctieSelectie verlagen of verhogen.Kort indrukken:
- Afstandsbediening inschake‐
len.
- Menu wisselen.
Lang indrukken:
- Afstandsbediening uitscha‐
kelen.Selectie bevestigen.
Symbolen
SymbolenBetekenis Ventilatie/verwarming tijdens
stilstand. Timer 1. Timer 2. Signaalontvangst. Indicator batterij van de af‐
standsbediening. Fout ventilatie/verwarming tij‐
dens stilstand. Tankinhoud te laag. Ladingstoestand van de accu
te laag. Geen signaalontvangst.
Inschakelen
Toets kort indrukken, tot het display gaat
branden.
Seite 192BedieningKlimaatregeling192
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 193 of 302

Het laatst opgeroepen menu wordt weergege‐
ven.
Uitschakelen Toets ca. 2 seconden indrukken, tot het
display uitgeschakeld wordt.
Indien geen invoer plaatsvindt binnen 10 se‐
conden, wordt het display automatisch uitge‐
schakeld.
Menu selecteren
Via de afstandsbediening kunnen de volgende
menu's geselecteerd worden.▷ Ventilatie/verwarming tijdens stilstand▷ Timer 1▷ Timer 2
Toets zo vaak indrukken tot het gewen‐
ste menu wordt weergegeven.
Functies activeren/deactiveren
Naast een aantal menupunten staat een selec‐
tievakje. Dit geeft weer, of de functie geacti‐
veerd of gedeactiveerd is. Door selecteren van
het menupunt wordt de functie geactiveerd of
gedeactiveerd.
Functie is geactiveerd.
Functie is gedeactiveerd.
Ventilatie/verwarming tijdens stilstand
Activeren
1. Menu selecteren.2. Toets indrukken om de ventilatie/
verwarming tijdens stilstand te activeren.
Uitschakelen
1. Menu selecteren.2. Toets indrukken om de ventilatie/
verwarming tijdens stilstand te deactive‐
ren.
Timer
Er kunnen twee timers met verschillende tijden
ingesteld worden.
Er kan altijd maar één timer geactiveerd wor‐
den.
Activeren
1.Timer 1 of timer 2 selecteren.2. Toets indrukken om het uur in
te stellen.3. Toets indrukken.4. Toets indrukken om de minu‐
ten in te stellen.5. Toets tweemaal indrukken om de ti‐
mer te activeren.
Uitschakelen
1.Gewenste timer selecteren.2. Toets indrukken om de timer te deac‐
tiveren.
Bereik van de afstandsbediening
Het van de ontvangst afhankelijke gemiddelde
bereik bedraagt ca. 150 m.
Het bereik is het grootst wanneer de afstands‐
bediening horizontaal naar voren gehouden
wordt.
Frequenties
De werking van de afstandsbediening kan door
externe installaties of apparatuur die dezelfde
frequentie gebruiken worden gestoord.
Seite 193KlimaatregelingBediening193
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 194 of 302

Batterijen vervangen
De batterijen vervangen wanneer een Check-
Control-melding getoond wordt of wanneer de
indicator van de batterij knippert.
ATTENTIE
De bestanddelen van accu's kunnen
schade veroorzaken. Er bestaat gevaar voor
schade. Geen accu's gebruiken.◀1.Met een geschikt voorwerp het batterijvak
uit de klemsluiting halen, pijl 1.2.Deksel van het batterijvak verwijderen,
pijl 2.3.Batterijen van hetzelfde type gebruiken.4.Deksel terugdrukken.
Oude batterijen door een Service Part‐
ner van de fabrikant of een andere ge‐
kwalificeerde Service Partner of speci‐
alist laten afvoeren of op een verzamelpunt
afgeven.
Storing
Symbool geeft aan dat er een storing is van
de voorventilatie/-verwarming tijdens stilstand.
Het systeem door een Service Partner van de
fabrikant of een andere gekwalificeerde Ser‐
vice Partner of specialist laten controleren.
Seite 194BedieningKlimaatregeling194
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 195 of 302

InterieuruitrustingUitrusting van de auto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, lands‐
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er
worden daarom ook uitrustingen beschreven
die in een auto, bijv. vanwege de landspeci‐
fieke of gekozen speciale uitrusting niet be‐
schikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsre‐
levante functies en systemen. Bij gebruik van
deze functies en systemen moeten de in het
land geldende voorschriften worden nage‐
leefd.
Geïntegreerde universele
afstandsbediening
PrincipeMet de geïntegreerde universele afstandsbe‐
diening kunnen maximaal 3 functies van op af‐
stand bestuurbare installaties, bijv. garage‐
poortaandrijvingen of verlichtingssystemen,
bediend worden. De geïntegreerde universele
afstandsbediening vervangt daarbij maximaal 3
verschillende handzenders. Voor de bediening
moeten de toetsen op de binnenspiegel met
de gewenste functies geprogrammeerd wor‐
den. Voor het programmeren is de handzender
van de betreffende installatie nodig.
Voor verkoop van de auto voor de veiligheid de
opgeslagen functies wissen.
Opmerking WAARSCHUWING
Bij de bediening van radiografisch be‐
diende installaties met de geïntegreerde uni‐
versele afstandsbediening, bijv. een garage‐
poort, kunnen lichaamsdelen worden
ingeklemd. Er bestaat kans op letsel of schade.
Bij het programmeren en bedienen erop letten
dat het bewegingsgebied van de betreffendeinstallatie vrij is. Ook de veiligheidsvoorschrif‐
ten voor de handzender in acht nemen.◀
Compatibiliteit Bij afbeelding van het symbool op de
verpakking of in de handleiding van de
te bedienen installatie is deze normaal
gesproken compatibel met de geïntegreerde
universele afstandsbediening.
Een lijst met compatibele handzenders is be‐
schikbaar op internet: www.homelink.com.
HomeLink is een geregistreerd handelsmerk
van Gentex Corporation.
Bedieningselementen op de
binnenspiegel▷LED, pijl 1.▷Toetsen, pijl 2.▷Handzender, pijl 3, is nodig voor de pro‐
grammering.
Programmeren
Algemeen
1.Contact inschakelen.2.Eerste ingebruikneming:
De rechter- en de linkertoets op de binnen‐
spiegel tegelijkertijd ca. 20 seconden lang
ingedrukt houden, tot de LED op de bin‐
nenspiegel knippert. Alle programmerin‐Seite 195InterieuruitrustingBediening195
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 196 of 302

gen van de toetsen op de binnenspiegel
worden gewist.3.De handzender van de te bedienen installa‐
tie op een afstand van ca. 5 tot 30 cm bij de
toetsen op de binnenspiegel houden. De
noodzakelijke afstand is afhankelijk van de
handzender.4.De toets van de gewenste functie op de
handzender en de te programmeren toets
op de binnenspiegel tegelijkertijd indruk‐
ken en ingedrukt houden. De LED op de
binnenspiegel knippert eerst langzaam.5.Zodra de LED sneller knippert beide toet‐
sen loslaten. Het snellere knipperen geeft
aan, dat de toets op de binnenspiegel ge‐
programmeerd werd.
Knippert de LED na uiterlijk 60 seconden
niet sneller, de afstand tussen binnenspie‐
gel en handzender veranderen en de stap
herhalen. Evt. zijn meerdere pogingen met
verschillende afstanden nodig. Tussen de
pogingen minimaal 15 seconden wachten.6.Voor het programmeren van verdere func‐
ties op andere toetsen de stappen 3 t/m 5
herhalen.
De installaties kunnen met de toetsen op de
binnenspiegel bediend worden.
Bijzonderheid bij wisselcode-
radiosystemen
Als de installatie na herhaald programmeren
niet bediend kan worden, controleer dan of de
te bedienen installatie met een wisselcode-
systeem is uitgerust.
Daarvoor de handleiding van de installatie na‐
lezen of de geprogrammeerde toets op de bin‐
nenspiegel langer indrukken. Als de LED op de
binnenspiegel eerst snel knippert en dan 2 se‐
conden constant brandt, is de installatie met
een wisselcode-systeem uitgerust. Het knip‐
peren en branden van de LED wordt ca. 20 se‐
conden lang herhaald.
Bij installaties met een wisselcode-systeem
moeten de geïntegreerde universele afstands‐
bediening en de installatie aanvullend gesyn‐
chroniseerd worden.
Informatie over het synchroniseren doorlezen
in de handleiding van de in te stellen installatie.
De synchronisatie wordt vergemakkelijk door
de hulp van een tweede persoon.
Geïntegreerde universele afstandsbediening
met systeem synchroniseren:1.Auto binnen de actieradius van de op af‐
stand bestuurbare installatie parkeren.2.De overeenkomstige toets op de binnen‐
spiegel zoals beschreven programmeren.3.Toets voor het synchroniseren op de in te
stellen installatie richten en indrukken. Er is
ca. 30 seconden tijd voor de volgende
stap.4.De geprogrammeerde toets op de binnen‐
spiegel ca. 3 seconden lang ingedrukt hou‐
den en dan loslaten. Deze werkstap herha‐
len, evt. tot drie keer toe, om het
synchroniseren te voltooien. Bij voltooid
synchroniseren wordt de geprogram‐
meerde functie uitgevoerd.
Afzonderlijke toetsen opnieuw
programmeren
1.Contact inschakelen.2.De te programmeren toets op de binnen‐
spiegel indrukken en ingedrukt houden.3.Zodra de LED op de binnenspiegel lang‐
zaam knippert, de handzender van de te
bedienen installatie op een afstand van ca.
5 tot 30 cm bij de toetsen op de binnen‐
spiegel houden. De noodzakelijke afstand
is afhankelijk van de handzender.4.De toets van de gewenste functie op de
handzender indrukken en eveneens inge‐
drukt houden.5.Zodra de LED op de binnenspiegel sneller
knippert beide toetsen loslaten. Het snel‐
lere knipperen geeft aan, dat de toets op
de binnenspiegel geprogrammeerd werd.Seite 196BedieningInterieuruitrusting196
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 197 of 302

Vervolgens kan de installatie met de toets
op de binnenspiegel bediend worden.
Knippert de LED na uiterlijk 60 seconden
niet sneller, de afstand veranderen en de
handeling herhalen. Evt. zijn meerdere po‐
gingen met verschillende afstanden nodig.
Tussen de pogingen minimaal 15 secon‐
den wachten.
Bediening
WAARSCHUWING
Bij de bediening van radiografisch be‐
diende installaties met de geïntegreerde uni‐ versele afstandsbediening, bijv. een garage‐
poort, kunnen lichaamsdelen worden
ingeklemd. Er bestaat kans op letsel of schade.
Bij het programmeren en bedienen erop letten
dat het bewegingsgebied van de betreffende
installatie vrij is. Ook de veiligheidsvoorschrif‐
ten voor de handzender in acht nemen.◀
De installatie, bijv. de garagepoort, kan bij
draaiende motor of ingeschakeld contact met
de toets op de binnenspiegel bediend worden.
Daarvoor binnen het ontvangsbereik van de in‐
stallatie de toets zolang indrukken, tot de func‐
tie geactiveerd wordt. De LED op de binnen‐
spiegel brandt constant tijdens de overdracht
van het radiosignaal.
Opgeslagen functies wissen De rechter- en de linkertoets op de binnen‐
spiegel tegelijkertijd ca. 20 seconden lang in‐
gedrukt houden, tot de LED snel knippert. Alle
opgeslagen functies worden gewist. De func‐
ties kunnen niet afzonderlijk worden gewist.
Zonneklep
Bescherming tegen verblinding
Zonneklep naar beneden of naar boven klap‐
pen.
Zijscherm tegen verblinding
Openklappen1.Zonneklep naar beneden klappen.2.Uit de houder hangen en zijwaarts naar de
zijruit draaien.3.Naar achteren verschuiven tot in de ge‐
wenste positie.
Inklappen
Voor het sluiten van de zonneklep in omge‐
keerde volgorde te werk gaan.
Make-upspiegel Een make-upspiegel bevindt zich in de zonne‐
klep achter een afdekking. De spiegelverlich‐
ting springt automatisch aan bij het openen
van de afdekking.
Asbak Voorin
Openen
De afdekking naar voren schuiven.
Legen
Asbak verwijderen.
Seite 197InterieuruitrustingBediening197
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 198 of 302

Achterin
Openen
Op het deksel drukken.
Legen
Asbak verwijderen.
Aansteker
Aanwijzingen WAARSCHUWING
Het aanraken van het hete verwarmings‐
element of de hete fitting van de aansteker kan
verbrandingen veroorzaken. Ontvlambare ma‐
terialen kunnen ontbranden als de aansteker
valt of tegen overeenkomstige voorwerpen
wordt gehouden. Er bestaat brandgevaar en
kans op letsel. Aansteker aan de greep vast‐
pakken. Afstandsbediening bij het verlaten van
de auto meenemen, zodat bijv. kinderen de
aansteker niet kunnen gebruiken en zich kun‐
nen branden.◀
ATTENTIE
Als metalen voorwerpen in de contact‐
doos kunnen vallen, kunnen deze kortsluiting
veroorzaken. Er bestaat gevaar voor schade.
Na gebruik van de contactdoos de aansteker of
de contactdoosafdekking weer aanbrengen.◀
Voorin
Overzicht
De aansteker bevindt zich naast de asbak.
Bediening Aansteker indrukken.
Zodra de aansteker terugspringt
kan hij worden uitgenomen.
Achterin
Overzicht
De aansteker bevindt zich in de middencon‐
sole achterin.
Bediening Aansteker indrukken.
Zodra de aansteker terugspringt
kan hij worden uitgenomen.
Seite 198BedieningInterieuruitrusting198
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 199 of 302

Aansluiting van elektrische
apparaten
Aanwijzingen ATTENTIE
Bij acculaders voor de voertuigaccu kun‐
nen hoge spanningen en stromen optreden,
waardoor het 12V-boordnet overbelast of be‐
schadigd kan raken. Er bestaat gevaar voor
schade. Acculaders voor de voertuigaccu al‐
leen op de starthulp-aanklempunten in de mo‐
torruimte aansluiten.◀
ATTENTIE
Als metalen voorwerpen in de contact‐
doos kunnen vallen, kunnen deze kortsluiting
veroorzaken. Er bestaat gevaar voor schade.
Na gebruik van de contactdoos de aansteker of
de contactdoosafdekking weer aanbrengen.◀
Contactdozen
Algemeen
De aanstekeringang kan bij lopende motor of
ingeschakeld contact als contactdoos voor
elektrische apparaten gebruikt worden.
Opmerking Het totale vermogen van alle contactdozen
mag 140 watt bij 12 volt niet overschrijden.
Fitting niet met ongeschikte stekker beschadi‐
gen.Middenconsole voorin
De afdekking naar voren schuiven.
Afdekking of aansteker verwijderen.
Middenarmsteun
Afdekking verwijderen. Middenconsole achterin
Afdekking of aansteker verwijderen.
Seite 199InterieuruitrustingBediening199
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 200 of 302

In de bagageruimte
Afdekking openklappen.
USB-aansluiting voor
gegevensoverdracht
Principe Aansluiting voor importeren en exporteren van
gegevens op USB-medium, bijv.:
▷Personal Profile instellingen, zie pagina 33.▷Muziekcollectie, zie handleiding over Navi‐
gatie, Entertainment, Communicatie.▷bij navigatiesysteem Professional: Importe‐
ren van reisroutes, zie handleiding over Na‐
vigatie, Entertainment, Communicatie.
Aanwijzingen
Bij het aansluiten het volgende in acht nemen:
▷De stekker niet geforceerd in de USB-aan‐
sluiting steken.▷Geen apparaten als ventilatoren of lampen
op de USB-aansluiting aansluiten.▷Geen USB-schijven aansluiten.▷De USB-aansluiting niet gebruiken voor
het opladen van externe apparaten.met Navigatiesysteem Professional of TV: overzicht
De USB-aansluiting bevindt zich in de midden‐
armsteun.
Koelbox achterin
Opmerking WAARSCHUWING
Het deksel van een geopende koelbox
steekt in het interieur. Bij een ongeval, rem- of
uitwijkmanoeuvre kan er lichamelijk letsel wor‐
den veroorzaakt. De inhoud van de koelbox kan
in het interieur worden geslingerd en de inzit‐
tenden verwonden. Er bestaat kans op letsel.
Koelbox tijdens het rijden na het gebruik weer
sluiten.◀
Middengedeelte omklappen
In de uitsparing grijpen en naar voren trekken.
Seite 200BedieningInterieuruitrusting200
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15