CITROEN DS5 2016 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2016, Model line: DS5, Model: CITROEN DS5 2016Pages: 745, PDF Size: 50.09 MB
Page 251 of 745

249
DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
Koelvloeistofniveau
Het koelvloeistofniveau dient zich zo dicht 
mogelijk bij het merkteken "MA XI" te 
bevinden, maar mag beslist niet hoger zijn.
Type koelvloeistof
Gebruik de door de fabrikant voorgeschreven 
koelvloeistof.
Wacht bovendien alvorens werkzaamheden 
aan het koelsysteem uit te voeren ten minste 
1  uur nadat de motor gedraaid heeft, omdat 
het koelsysteem onder druk staat.
Draai om brandwonden te voorkomen 
de dop eerst 2
 
omwentelingen los om 
de druk te laten dalen. Ver wijder, als de 
druk eenmaal gedaald is, de dop en vul 
koelvloeistof bij.
Als de motor warm is, wordt de temperatuur van 
de koelvloeistof geregeld door de koelventilator.
De koelventilator kan ook nog gaan draaien 
nadat de motor is afgezet: houd daarom 
voor werpen en kleding uit de buur t van de 
ventilator.
Gegevens van de vloeistof
Voor een optimale reiniging en om bevriezing 
te voorkomen, mag nimmer water worden 
gebruikt voor het verversen of bijvullen van de 
vloeistof.
Onder winterse omstandigheden is het 
raadzaam ruitensproeiervloeistof op basis van 
ethanol of methanol te gebruiken.
Niveau vloeistof ruitensproeiers/
koplampsproeiers
Als uw auto voozien is van koplampsproeiers 
en u wilt het niveau controleren of bijvullen, 
parkeert u de auto en zet u de motor af.
F
 
C
 ontroleer of de motor geheel is afgezet 
voordat u de motorkap opent. F
 
V
 er wijder de dop van het 
ruitensproeiervloeistofreservoir.
F  
K
 nijp de pipet af om te voorkomen dat er 
lucht inkomt.
F  
V
 er wijder de pipet uit het reservoir en lees 
via de doorzichtige buitenkant het niveau af.
F  
V
 ul indien nodig het niveau bij.
F  
P
 laats de dop terug op het reservoir en 
sluit de motorkap. 
Onderhoud  
Page 252 of 745

DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
Vermijd langdurig huidcontact met 
afgewerkte olie en andere vloeistoffen.
De meeste van deze vloeistoffen zijn 
bijtend en schadelijk voor de gezondheid.
Gooi afgewerkte olie en andere vloeistoffen 
niet in het riool, in het water of op de grond.
Deponeer afgewerkte olie in de daarvoor 
bestemde containers bij het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Afgewerkte producten
Bijvullen
Laat het bijvullen zo spoedig mogelijk uitvoeren 
door het CITROËN-netwerk of door een 
gekwalificeerde werkplaats.
Niveau brandstofadditief 
(diesel met roetfilter)
Een te laag additiefniveau 
wordt aangegeven door dit 
verklikkerlampje in combinatie 
met een geluidssignaal en een 
melding op het display van het 
instrumentenpaneel. 
Page 253 of 745

251
DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
Laat de filters periodiek vervangen 
volgens de in het onderhoudsschema 
van de fabrikant aangegeven 
intervallen.
Luchtfilter en interieurfilter
Als de omgeving (veel stof...) en het gebruik 
(veel stadsverkeer...) daartoe aanleiding 
geven, moeten de filters twee keer zo vaak 
worden vervangen.
Een verstopt interieur filter kan de prestaties 
van de airconditioning verstoren en 
onaangename geuren veroorzaken.
Controles
12V-accu
De accu is onderhoudsvrij.
Niettemin is het raadzaam om 
regelmatig te controleren of de 
accupoolklemmen goed vastzitten en 
of de aansluitingen schoon zijn.
Uitvoeringen met het Stop & Start-
systeem zijn voorzien van een speciale 
12V- loodac c u.
Deze accu mag uitsluitend worden 
vervangen door het CITROËN-netwerk 
of door een gekwalificeerde werkplaats.
Raadpleeg, tenzij anders aangegeven, het onderhoudsschema van de fabrikant dat betrekking heeft op de motoruitvoering van uw auto voor het 
controleren van bepaalde onderdelen.
Laat de controles eventueel uitvoeren door het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Raadpleeg voordat u werkzaamheden uitvoert 
aan de 12V-accu de desbetreffende rubriek 
voor meer informatie over de te nemen 
voorzorgsmaatregelen.
Laat bij het olie verversen tevens het 
oliefilter vervangen.
Raadpleeg het onderhoudsschema 
van de fabrikant voor het 
vervangingsinterval van dit 
onderdeel.
OliefilterRoetfilter (diesel)
Als het roetfilter vervuild is, wordt 
u hierop geattendeerd door het 
tijdelijk branden van dit lampje in 
combinatie met een melding op het 
multifunctionele display.
Ga om het roetfilter te regenereren, 
zodra de omstandigheden het toelaten, 
met een snelheid van minimaal 60
  km/h 
rijden tot het lampje dooft.
Als het lampje blijft branden, is het 
minimum brandstofadditiefniveau bereikt.
Raadpleeg de desbetreffende 
rubriek voor meer informatie over het 
controleren van niveaus.
Bij een nieuwe auto kunt u de 
eerste paar keer dat het roetfilter 
geregenereerd wordt een brandlucht 
ruiken; dit is volkomen normaal.
Als langdurig met zeer lage snelheid 
wordt gereden of de motor langdurig 
stationair draait, kan bij gasgeven 
soms rook uit de uitlaat waargenomen 
worden. Dit heeft geen invloed op de 
prestaties en heeft geen gevolgen voor 
het milieu. 
Onderhoud  
Page 254 of 745

DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
De slijtage van de remblokken is 
sterk afhankelijk van de rijstijl, vooral 
bij stadsverkeer en veel korte ritten. 
Hierdoor kan het noodzakelijk blijken 
om de remblokken vaker, tussen  
twee onderhoudscontroles door, te laten 
controleren.
Als het remsysteem vrij is van lekkages, duidt 
een te laag remvloeistofniveau erop dat de 
remblokken versleten zijn.
Remblokken
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of 
een gekwalificeerde werkplaats voor 
informatie over het controleren van 
de slijtage van de remschijven.
Staat van remschijven Elektrische parkeerrem
Dit systeem hoeft niet apart 
gecontroleerd te worden. Als er 
zich toch een probleem voordoet, 
laat het systeem dan controleren 
door het CITROËN-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats.
Gebruik uitsluitend door CITROËN 
aanbevolen producten of gelijkwaardige 
kwaliteitsproducten.
Om de werking van belangrijke organen 
als het remsysteem te optimaliseren, 
selecteert en biedt CITROËN specifieke 
producten aan.
Na het wassen kan er zich een 
laagje vocht of onder winterse 
omstandigheden ijs vormen op de 
remschijven en remblokken: de 
remwerking kan daardoor afnemen. 
Rem een paar keer lichtjes om de 
remmen vocht- en ijsvrij te maken.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek 
voor meer informatie over de elektrische 
parkeerrem.
Handgeschakelde versnellingsbak
De versnellingsbak is onderhoudsvrij 
(olie verversen niet noodzakelijk).
Raadpleeg het onderhoudsschema 
van de fabrikant voor de periodieke 
onderhoudscontrole.
Automatische transmissie
De automatische transmissie is 
onderhoudsvrij (olie verversen niet 
noodzakelijk).
Raadpleeg het onderhoudsschema 
van de fabrikant voor het interval van 
de niveaucontrole. 
Page 255 of 745

253
DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
Additief AdBlue® en SCR-systeem
voor BlueHDi-dieselmotoren
Om het milieu zo min mogelijk te belasten en 
om aan de nieuwe Euro 6 -norm te voldoen, 
heeft CITROËN ervoor gekozen zijn auto's 
met dieselmotor te voorzien van een systeem 
waarbij het roetfilter (FAP) wordt gecombineerd 
met een SCR-systeem (Selective Catalytic 
Reduction) voor de behandeling van de 
uitlaatgassen zonder dat de prestaties 
veranderen of het brandstofverbruik toeneemt.
SCR-systeem
Met behulp van het additief AdBlue®,  dat ureum bevat, 
zet een katalysator tot 85% van de stikstofoxides 
(NOx) om in stikstof en water, stoffen die onschadelijk 
zijn voor de gezondheid en het milieu.
Het additief AdBlue® bevindt zich in een 
specifiek reservoir onder de bagageruimte, 
aan de achterzijde van de auto. Het reservoir 
heeft een inhoud van 17
  liter, goed voor een 
actieradius van ongeveer 20.000
  km voordat 
een waarschuwingssysteem u meldt dat u 
met de resterende hoeveelheid additief nog 
maximaal 2400
 
km kunt rijden.
Om ervoor te zorgen dat het SCR-systeem 
goed blijft werken, wordt bij elke periodieke 
onderhoudscontrole aan uw auto in het 
CITROËN-netwerk of bij een gekwalificeerde 
werkplaats het reservoir van het additief 
AdBlue
® bijgevuld.
Als u ver wacht tussen twee periodieke 
onderhoudscontroles meer dan 20.000
  km te 
rijden, raden wij u aan het reservoir tussentijds 
te laten bijvullen door het CITROËN-netwerk of 
een gekwalificeerde werkplaats. Als het AdBlue
®-reservoir leeg is, zorgt 
een wettelijk verplicht systeem ervoor 
dat de motor niet opnieuw kan worden 
gestart.
Als het SCR-systeem niet goed werkt, 
stoot uw auto te veel schadelijke 
stoffen uit, waardoor hij niet meer aan 
de Euro 6-emissienorm voldoet.
Neem bij een storing in het SCR-
systeem zo snel mogelijk contact op 
met het CITROËN-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats: na  
1100
 
km wordt een systeem 
geactiveerd dat het opnieuw starten 
van de motor blokkeert. 
Onderhoud  
Page 256 of 745

DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
Actieradiusindicatoren
Zodra de reservevoorraad van het AdBlue®-
reservoir is aangesproken of een storing in het 
SCR-systeem is gesignaleerd, verschijnt bij 
het aanzetten van het contact een indicator die 
aangeeft hoeveel kilometer u nog ongeveer 
kunt rijden voordat het opnieuw starten van de 
motor automatisch wordt geblokkeerd.
Als gelijktijdig een storing wordt gesignaleerd 
en het AdBlue
®-niveau laag is, wordt de laagste 
actieradius weergegeven.
Als de motor mogelijk niet opnieuw kan worden gestart door een te 
laag AdBlue®-niveau
Het wettelijk verplichte 
startblokkeringssysteem wordt 
automatisch geactiveerd zodra het 
AdBlue
®-reservoir leeg is. Actieradius groter dan 2400   km
Als het contact wordt aangezet, wordt er niet 
automatisch een melding over de actieradius 
weergegeven op het instrumentenpaneel.
Druk op deze knop om de actieradius tijdelijk 
weer te geven.
Bij een actieradius van meer dan 5000
  km is de 
waarde minder nauwkeurig. 
Page 257 of 745

255
DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
Zodra het contact wordt aangezet, gaat het 
verklikkerlampje UREA branden in combinatie 
met een geluidssignaal en een melding 
(bijvoorbeeld " Vul brandstofadditief bij: Starten 
geblokkeerd binnen 1500  km") die aangeeft 
hoeveel kilometer of mijl u nog kunt rijden met 
de resterende hoeveelheid additief.
Tijdens het rijden wordt de melding elke 
300
  km weergegeven zolang er geen additief 
is bijgevuld.
Neem contact op met het CITROËN-netwerk of 
een gekwalificeerde werkplaats om het additief 
AdBlue
® te laten bijvullen.
U kunt het bijvullen ook zelf uitvoeren.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor 
meer informatie over het bijvullen van het 
additief AdBlue
®.
Actieradius tussen 600
 
 en 2400
 
 km
Zodra het contact wordt aangezet, gaat het 
verklikkerlampje SERVICE branden en knippert 
het verklikkerlampje UREA in combinatie met een 
geluidssignaal en een melding (bijvoorbeeld " Vul 
brandstofadditief bij: Starten geblokkeerd binnen 
600
  km") die aangeeft hoeveel kilometer of mijl u nog 
kunt rijden met de resterende hoeveelheid additief.
Tijdens het rijden wordt de melding elke 
30
 
seconden weergegeven zolang er geen additief 
is bijgevuld.
Neem contact op met het CITROËN-netwerk of een 
gekwalificeerde werkplaats om het additief AdBlue
® 
te laten bijvullen.
U kunt het bijvullen ook zelf uitvoeren.
Als niet op tijd additief wordt bijgevuld, kan de motor 
niet meer worden gestart.
Actieradius tussen 0  en 600  km
Als het contact wordt aangezet, gaat het 
verklikkerlampje SERVICE branden en knippert 
het verklikkerlampje UREA in combinatie 
met een geluidssignaal en de melding " Vul 
brandstofadditief bij: Starten geblokkeerd".
Het AdBlue
®-reservoir is leeg: het wettelijk 
verplichte startblokkeringssysteem voorkomt 
dat de motor opnieuw wordt gestart. Storing in verband met een te laag  
AdBlue
® -niveau
Om de motor weer opnieuw te kunnen 
starten, raden wij u aan contact op te 
nemen met het CITROËN-netwerk of 
een gekwalificeerde werkplaats om de 
benodigde hoeveelheid additief te laten 
bijvullen.
Als u zelf additief bijvult, moet het 
reservoir met minimaal 3,8
  liter 
AdBlue
® worden gevuld.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor 
meer informatie over het bijvullen van het 
additief AdBlue®. 
Onderhoud  
Page 258 of 745

DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
In het geval van een tijdelijke storing 
verdwijnt de waarschuwing tijdens 
de volgende rit na controle van de 
zelfdiagnose van het SCR-systeem.
Er wordt automatisch een 
startblokkeringssysteem geactiveerd 
als meer dan 1100
 
km is gereden 
nadat de storing in het SCR-systeem 
is gesignaleerd. Laat het systeem 
zo snel mogelijk controleren door 
het CITROËN-netwerk of door een 
gekwalificeerde werkplaats. De verklikkerlampjes UREA, SERVICE en 
zelfdiagnose motor gaan branden in combinatie 
met een geluidssignaal en de melding "Storing 
emissieregeling".
De waarschuwing wordt tijdens het rijden 
gegeven als de storing voor de eerste keer 
wordt gesignaleerd en vervolgens steeds bij 
het aanzetten van het contact zolang de storing 
niet is verholpen. Als een storing wordt gesignaleerd
Als een storing in het SCR-systeem is bevestigd 
(nadat 50   km is gereden ter wijl de melding van de 
storing permanent wordt weergegeven), gaan de 
verklikkerlampjes SERVICE en zelfdiagnose motor 
branden en knippert het verklikkerlampje UREA 
in combinatie met een geluidssignaal en een 
melding (bijvoorbeeld "Storing emissieregeling: 
Starten geblokkeerd binnen 300   km") die aangeeft 
hoeveel kilometer of mijl u nog met de resterende 
hoeveelheid additief kunt rijden.
Tijdens het rijden wordt de melding elke   
30  seconden weergegeven zolang de storing in 
het SCR-systeem niet is verholpen.
De waarschuwing wordt opnieuw weergegeven 
zodra het contact wordt aangezet.
Neem zo snel mogelijk contact op met het 
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde 
werkplaats.
Als u dit niet doet, kan de motor niet meer worden 
gestart. Tijdens de geautoriseerde rijfase  
(tussen 1100   km en 0   km)
Als een storing in het SCR-systeem wordt gesignaleerd 
Page 259 of 745

257
DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
Elke keer dat het contact wordt aangezet, gaan 
de verklikkerlampjes SERVICE en zelfdiagnose 
motor branden en knippert het verklikkerlampje 
UREA in combinatie met een geluidssignaal en 
de melding "Storing emissieregeling: Starten 
geblokkeerd". Starten geblokkeerd
Om de motor weer te kunnen starten, is het 
noodzakelijk dat u contact opneemt met het 
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde 
werkplaats.
U hebt de limiet van de geautoriseerde rijfase 
overschreden: het startblokkerringssysteem 
voorkomt dat de motor opnieuw wordt gestart.
Bevriezing van het additief AdBlue®
Het additief AdBlue® bevriest bij 
temperaturen lager dan ongeveer -11°C.
Het SCR-systeem is voorzien van een 
voorverwarmingssysteem voor het 
AdBlue
®-reservoir waardoor u ook 
in zeer koude omstandigheden kunt 
blijven rijden. 
Onderhoud  
Page 260 of 745

DS5_nl_Chap09_verifications_ed02-2015
Bijvullen van het additief AdBlue®
Het AdBlue®-reservoir moet bij elke periodieke 
onderhoudscontrole worden gevuld door het 
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde 
werkplaats.
Vanwege de inhoud van het reservoir kan 
het echter noodzakelijk zijn om het reservoir 
tussentijds bij te vullen, zeker als u hier door 
een waarschuwing (verklikkerlampjes en 
melding) op wordt geattendeerd.
Dit kunt u laten uitvoeren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde 
werkplaats.
Als u zelf het reservoir wilt bijvullen, lees dan 
eerst aandachtig de volgende waarschuwingen.Gebruiksvoorschriften
Het additief AdBlue® is een oplossing op 
ureumbasis. Deze vloeistof is onontvlambaar, 
kleurloos en geurloos (indien koel bewaard).
Als het additief in contact komt met de huid, 
moet u de huid wassen met kraanwater en met 
zeep. Als additief in de ogen komt, spoel de 
ogen dan onmiddellijk en grondig gedurende 
ten minste 15
 
minuten met kraanwater of met 
een oogspoelmiddel. Raadpleeg een arts bij 
een branderig gevoel of blijvende irritatie.
Als additief AdBlue wordt ingeslikt, spoel 
de mond dan met schoon water en drink 
vervolgens een ruime hoeveelheid water.
Onder bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld 
bij een hoge omgevingstemperatuur) kan het 
risico van het vrijkomen van ammoniakdampen 
niet worden uitgesloten: adem deze niet in. 
Deze ammoniakdampen werken irriterend op 
de slijmvliezen (ogen, neus en keel).
Bewaar AdBlue
® buiten het bereik van 
kinderen, in de originele flacon.
Als het AdBlue
® niet in de originele 
flacon wordt bewaard, verliest het zijn 
zuiverheid. Gebruik uitsluitend additief AdBlue
® dat aan de 
norm ISO 22241
 
voldoet.
Verdun het additief nooit met water.
Giet nooit additief in de brandstoftank.
Vul nooit AdBlue
® bij vanuit een 
vulsysteem dat is bedoeld voor 
vrachtwagens.
De verpakking in flacons met een 
antidruppelsysteem vergemakkelijkt het 
bijvullen. De flacons met een inhoud van 
1,89
 
liter (1/2
 
gallon) zijn verkrijgbaar bij het 
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde 
werkplaats.