CITROEN DS5 HYBRID 2013 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2013, Model line: DS5 HYBRID, Model: CITROEN DS5 HYBRID 2013Pages: 364, PDF Size: 11.25 MB
Page 31 of 364
29Hybridesysteem
Belangrijkste onderdelen van het Hybrid4-systeem
De voorin geplaatste HDi dieselmotor (1)
drijft de auto aan via de voorwielen en levert onder normale omstandigheden het grootste deel van het vermogen om te kunnen rijden.
Deze motor is voorzien van het Stop &
Start-systeem (5) , dat het opladen van de
tractiebatterij regelt en indien nodig voor extra
vermogen zorgt (stand 4x4).
Afhankelijk van de geselecteerde stand van het hybridesysteem zorgt de achterin geplaatsteelektromotor (2)voor de aandrijving vanalleen de achterwielen of vult deze de dieselmotor aan.
De elektromotor regelt de regeneratie van
energie en het opladen van de tractiebatterijtijdens het decelereren en werkt tot 120 km/h.E
en 200V-tractiebatterij (3)(hoogspanningsaccu) van het type NI-MH
bevat de energievoorraad voor de achteringeplaatste elektromotor.
Het laadniveau wordt automatisch op peil
gehouden wanneer de auto decelereert. De tractiebatterij bevindt zich in een compar timent
van de bagageruimte dat alleen toegankelijk is
voor gekwalificeerde technici van de werkplaats.
Het laadniveau
van de tractiebatterij wordt
aangegeven door 8 horizontale of verticale streepjes (afhankelijk van het type display).
De normale 12V-accu
die zich in de motorruimtebevindt, zorgt voor de voeding van de elektrischeinstallatie van de auto. Deze accu wordt automatisch bijgeladen door het hoogspanningsnetwerk.
Page 32 of 364
De elektronische controle-eenheid
vermogen (4) stuurt automatisch de
verschillende werkingsfasen van de twee
motoren (dieselmotor en elektromotor) aan om
een zo laag mogelijk brandstofverbruik mogelijk
te maken.
Voor de regeling van het elektrische vermogenzijn een motorgenerator en een omvormer nodig. De motorgenerator bepaalt het koppel van de elektromotor door de van de tractiebatterijafkomstige stroom te regelen. Het spanningsbereik
van de motorgenerator ligt tussen 150 en 270 V.
De omvormer zet de hoogspanning van 200 V
van de tractiebatterij om in een spanningvan 12 V voor de voeding van de elektrische
installatie van de auto.
Het Stop & Start-systeem (5)
schakelt de dieselmotor uit als de auto tot stilstand komt(bijvoorbeeld voor een verkeerslicht, bij het
naderen van een voorrangsweg of in een file) of
in rijomstandigheden waarbij volledig elektrischkan worden gereden.
Het stoppen en starten van de dieselmotor
gebeurt onmiddellijk en op een voor de bestuurder onmerkbare manier.
De elektronisch gestuurdeversnellingsbak (6)zorgt in de automatische stand voor een
aanzienlijk lager brandstofverbruik ten opzichte
van een conventionele handgeschakelde
versnellingsbak, dankzij het elektronisch geregelde schakelprogramma.
Met behulp van de schakelflippers achter het
stuur wiel kunt u bovendien op elk moment zelf schakelen, zowel in de automatische als de handgeschakelde stand.
Page 33 of 364
31Hybridesysteem
Vóór het starten
- Zet de selectiehendel in de stand N
.
- Als uw auto is voorzien van het keyless entry and star t-systeem, hoeft de sleutel
zich slechts in de auto te bevinden.
- Als uw auto niet van dit systeem is
voorzien, moet u de elektronische sleutel inde lezer plaatsen.
- Tr a
p het rempedaal in.
- Druk één keer kor t (ongeveer 1 seconde)op de knop START/STOP.P-Het stuurslot wordt ontgrendeld (er is eengeluid hoorbaar en het stuur wiel beweegt iets).- Houd het rempedaal ingetrapt tot het Hybrid4-systeem is ingeschakeld (het instrumentenpaneel wordt ingeschakeld, het controlelampje Readygaat branden en
ter bevestiging klinkt een geluidssignaal).
Starten van het Hybrid4-
s
ysteem
Starten - afzetten van de motor
Het hybridesysteem bepaalt of het nodig is om de dieselmotor te starten.
Page 34 of 364
Afzetten van het Hybrid4-
s
ysteem
- Zet voordat het Hybrid4-systeem wordtuitgeschakeld de selectiehendel in destand N.
- Druk kor t op de knop START/STOP. P
- Het systeem wordt uitgeschakeld en het
stuurslot wordt vergrendeld.
Wanneer u wegrijdt in de elektrischestand, maakt uw auto geen geluid.Let dus extra goed op voetgangers, die u mogelijk niet horen aankomen.
Raadpleeg voor meer informatie derubriek "Voorzorgsmaatregelen / waarschuwingen motorruimte".
Wanneer u de auto hebt stilgezet, dient uvoordat u uitstapt het contact af te zettenen te wachten tot het controlelampjeReady
uitgaat. Wanneer u dit niet doet, blijft het hybridesysteem ingeschakeld.
Page 35 of 364
33Hybridesysteem
Diefstalbeveiliging
Elektronische startbeveiliging
In de sleutels is een chip aangebracht die over
een geheime code beschikt. Om te kunnen
starten, moet bij het aanzetten van het contact de code van de sleutel worden herkend door de
startbeveiliging. Deze elektronische star tbeveiliging blokkeerthet motormanagementsysteem zodra hetcontact wordt afgezet en voorkomt zo het
starten van de motor bij een inbraak.
Bij een storing in het systeem wordt u gewaarschuwd door een melding op het display
van het instrumentenpaneel.
De auto kan dan niet
gestart worden. Raadpleegzo snel mogelijk het CITROËN-netwerk.
Contact aan zonder
starten van
de motor
(accessoirestand)
Druk, met de elektronische sleutel van het
keyless entry and star t-systeem in de lezer of in het interieur van de auto, zonder een pedaal in
te trappen op de knop "START/STOP" om het
contact aan te zetten en zo de verschillende accessoires te activeren.
)Druk op de knop "START/STOP": de verlichting en lampjes van het instrumentenpaneel gaan branden
zonder dat de motor wordt gestart. ) Druk nogmaals op de knop om
het contact af te zetten en deauto te kunnen vergrendelen.
Wanneer u de accessoirestand te langgebruikt, gaat het systeem automatischover op de eco-mode om te voorkomendat de accu ontladen raakt.