display CITROEN DS5 HYBRID 2015 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2015, Model line: DS5 HYBRID, Model: CITROEN DS5 HYBRID 2015Pages: 484, PDF Size: 15.03 MB
Page 195 of 484

193
DS5_nl_Chap07_securite_ed01-2015
Zijairbags
Activering
De zijairbags worden aan de desbetreffende
zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij (B), loodrecht op de lengteas
van de auto en vanaf de buitenzijde richting de
binnenzijde van de auto.
De zijairbag wordt opgeblazen tussen de
inzittende voorin en het desbetreffende
portierpaneel. De zijairbags beschermen de bestuurder en
de voorpassagier bij een ernstige zijdelingse
aanrijding om de kans op letsel te verkleinen.
De zijairbags zijn aangebracht in het frame van
de rugleuning, aan de portierzijde.
Detectiezones voor een aanrijding
A. Impactzone vóór.
B. Impa ctzone opzij.
Windowairbags
De windowairbags beschermen de bestuurder
en passagiers (uitgezonderd de middelste
passagier achter) bij een ernstige zijdelingse
aanrijding, om de kans op letsel aan de zijkant
van het hoofd te verkleinen.
De windowairbags zijn aangebracht in de stijlen
en in de hemelbekleding. Bij een lichte zijdelingse aanrijding of
bij over de kop slaan kan het zijn dat de
airbag niet wordt geactiveerd.
Bij een aanrijding van achteren of
een frontale aanrijding wordt de
windowairbag niet geactiveerd.
Activering
De windowairbag wordt gelijktijdig met de zijairbag
aan de desbetreffende zijde opgeblazen bij een
ernstige zijdelingse aanrijding binnen (een gedeelte
van) de impactzone opzij (
B), waarbij de krachten
loodrecht op de lengterichting van de auto en vanaf
de buitenzijde richting de binnenzijde van de auto
worden uitgeoefend.
De windowairbag wordt opgeblazen tussen de
inzittenden vóór en achter en de ruiten.
Als dit waarschuwingslampje gaat branden
in combinatie met een geluidssignaal
en een melding op het display van het
instrumentenpaneel, raadpleeg dan het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om het systeem te laten controleren.
De kans bestaat dat de airbags bij een ernstige
aanrijding niet worden geactiveerd.
Storing
Veiligheid
Page 229 of 484

227
DS5_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2015
Spaarfase
De spaar fase stuurt de elektrische functies van
de auto aan om het ontladen van de accu te
voorkomen.
Tijdens het rijden kunnen in verband met de
laadtoestand van de accu enkele functies
(airconditioning, achterruitverwarming,
.
..)
tijdelijk worden uitgeschakeld.
Deze functies worden automatisch
ingeschakeld zodra de laadtoestand van de
accu dit toelaat. De eco-mode bepaalt de maximale
gebruiksduur van een aantal functies om te
voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u een
aantal elektrische functies zoals het audio-
en telematicasysteem, de ruitenwissers,
dimlichten, plafonniers, ... nog in totaal
maximaal 40
m
inuten gebruiken.
Eco-mode
Inschakelen van de eco-mode
Vervolgens geeft een melding op het display
van het instrumentenpaneel aan dat de eco-
mode is ingeschakeld en worden de actieve
functies in de ruststand gezet.
Als u op het moment dat de eco-mode wordt
ingeschakeld aan het telefoneren bent, kan het
gesprek nog gedurende ongeveer 10
m
inuten
worden voortgezet via de handsfree set van
uw autoradio.
Uitschakelen van de
eco-mode
De functies worden automatisch weer
ingeschakeld als de motor gestart wordt.
Start om de functies direct weer te kunnen
gebruiken de motor en laat deze draaien:
-
mi
nder dan tien minuten om de functies
ongeveer vijf minuten te kunnen gebruiken,
-
me
er dan tien minuten om de functies
ongeveer dertig minuten te kunnen
gebruiken.
Neem de tijd die nodig is voor het starten van
de motor in acht om een juiste lading van de
accu te garanderen.
Vermijd het herhaaldelijk en continu starten van
de motor om de accu bij te laden.
Als de accu ontladen is, kan de motor
niet gestart worden (zie de rubriek
"Ac cu").
Praktische informatie
Page 244 of 484

DIESEL
DS5_nl_Chap09_verifications_ed01-2015
Minimumbrandstofniveau
Als het minimumbrandstofniveau is
bereikt, gaat dit waarschuwingslampje
branden, in combinatie met een
geluidssignaal en een melding op het
display van het instrumentenpaneel.
Onderbreking
brandstoftoevoer
Uw auto is voorzien van een beveiliging die bij
een aanrijding onmiddellijk de brandstoftoevoer
afsluit.
Brandstof voor
benzinemotoren
Auto's met benzinemotoren kunnen rijden op
biobrandstoffen van het type E10
(deze bevatten 10% ethanol) die voldoen aan
de Europese richtlijnen EN 228 en EN 15376.
Brandstoffen van het type E85 (deze bevatten
tot 85% ethanol) zijn uitsluitend geschikt voor
auto's die speciaal bestemd zijn voor dit type
brandstof (BioFlex-auto's). De kwaliteit van de
ethanol moet voldoen aan de Europese richtlijn
EN 15293.
Brandstof voor
dieselmotoren
Auto's met dieselmotoren kunnen rijden
op biobrandstoffen die aan de huidige en
toekomstige Europese richtlijnen voldoen
(diesel die voldoet aan de richtlijn EN 590
gemengd met biobrandstof die voldoet aan de
richtlijn EN 14214) en die aan de pomp getankt
kunnen worden (met een gehalte aan methyl-
estervetzuren van 0 tot 7%).
Het gebruik van biobrandstof B30 is bij
bepaalde dieselmotoren mogelijk. Maar
als deze brandstof, ook al is het slechts
incidenteel, wordt gebruikt, moeten de
bijzondere onderhoudsvoorschriften strikt
worden nageleefd. Raadpleeg het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Het gebruik van elk ander type (bio)brandstof
(zuivere of verdunde plantaardige of dierlijke
olie, stookolie...) is nadrukkelijk verboden
(kans op schade aan de motor en het
brandstofcircuit).
Als dit lampje gaat branden, zit er nog
ongeveer 6 liter brandstof in de tank.
Zolang er niet voldoende brandstof is
bijgetankt, gaat dit lampje elke keer dat het
contact wordt aangezet opnieuw branden in
combinatie met een geluidssignaal en een
melding. Dit geluidssignaal en deze melding
worden met een toenemende frequentie
herhaald naarmate het niveau daalt en dichter
bij de "0" komt.
Ga zo snel mogelijk tanken om te voorkomen
dat u zonder brandstof komt te staan.
Page 253 of 484

251
DS5_nl_Chap09_verifications_ed01-2015
Vermijd langdurig huidcontact met
afgewerkte olie en andere vloeistoffen.
De meeste van deze vloeistoffen zijn
bijtend en schadelijk voor de gezondheid.
Gooi afgewerkte olie en andere vloeistoffen
niet in het riool, in het water of op de grond.
Deponeer afgewerkte olie in de daarvoor
bestemde containers bij het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Afgewerkte producten
Bijvullen
Laat het bijvullen zo spoedig mogelijk uitvoeren
door het CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Niveau brandstofadditief
(diesel met roetfilter)
Een te laag additiefniveau wordt
aangegeven door het verklikkerlampje
Service in combinatie met een
geluidssignaal en een melding op het
display van het instrumentenpaneel.
Onderhoud
Page 255 of 484

253
DS5_nl_Chap09_verifications_ed01-2015
Roetfilter (diesel)
Als het roetfilter vervuild is, wordt
u hierop geattendeerd door het
tijdelijk branden van dit lampje in
combinatie met een melding op het
multifunctionele display.
Ga om het roetfilter te regenereren, zodra
de omstandigheden het toelaten, met een
snelheid van minimaal 60
k
m/h rijden tot
het lampje dooft.
Als het lampje blijft branden is het minimum
brandstofadditiefniveau bereikt: raadpleeg
de paragraaf "Niveau brandstofadditief".
Bij een nieuwe auto kunt u de
eerste paar keer dat het roetfilter
geregenereerd wordt een brandlucht
ruiken; dit is volkomen normaal.
Als langdurig met zeer lage snelheid
wordt gereden of de motor langdurig
stationair draait, kan bij gasgeven
soms rook uit de uitlaat waargenomen
worden. Dit heeft geen invloed op de
prestaties en heeft geen gevolgen voor
het milieu.
Laat de filters periodiek vervangen
volgens de in het onderhoudsschema
van de fabrikant aangegeven
intervallen.
Luchtfilter en interieurfilter
Laat bij het olie verversen tevens het
oliefilter vervangen.
Raadpleeg het onderhoudsschema
van de fabrikant voor het
vervangingsinterval van dit
onderdeel.
Oliefilter
Als de omgeving (veel stof...) en het gebruik
(veel stadsverkeer...) daartoe aanleiding
geven, moeten de filters twee keer zo vaak
worden vervangen
.
Een verstopt interieur filter kan de prestaties
van de airconditioning verstoren en
onaangename geuren veroorzaken.
Handgeschakelde versnellingsbak
De versnellingsbak is onderhoudsvrij
(olie verversen niet noodzakelijk).
Raadpleeg het onderhoudsschema
van de fabrikant voor de periodieke
onderhoudscontrole.
Elektronisch gestuurde versnellingsbak
De versnellingsbak is onderhoudsvrij
(olie verversen niet noodzakelijk).
Raadpleeg het onderhoudsschema
van de fabrikant voor het interval van
de niveaucontrole.
Automatische transmissie
De automatische transmissie is
onderhoudsvrij (olie verversen niet
noodzakelijk).
Raadpleeg het onderhoudsschema
van de fabrikant voor het interval van
de niveaucontrole.
Onderhoud
Page 322 of 484

1
8
8
9
9
10
10
DS5_nl_Chap11c_SMEGplus_ed01-2015
EenhedenDisplay
Configuratie
Instellen datum en tijd Fabrieksinstellingen
Niveau 1
Niveau 2
Page 351 of 484

349
DS5_nl_Chap11d_RD5_ed01-2015
Autoradio / Bluetooth®
Inhoud
Basisfuncties 3 50
Stuurkolomschakelaars
3
51
Menu's
3
52
Audio
3
53
Telefoneren
3
60
Audio-instellingen
36
8
Menustructuur/menustructuren display(s)
36
9
Veelgestelde vragen
37
1
Het systeem is zodanig gecodeerd dat het alleen in uw auto
werkt. Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingen die zijn
volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoeren bij stilstaande auto.
Enkele minuten na het afzetten van de motor kan de autoradio
zichzelf uitschakelen om te voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Audio en telematica
Page 352 of 484

DS5_nl_Chap11d_RD5_ed01-2015
Basisfuncties
Aan/uit.
Volumeregeling.
Selecteren van een opgeslagen
voorkeuzezender.
Lang indrukken: opslaan van een zender als
voorkeuzezender.
Weergave van de lijst met ontvangen
radiozenders, nummers of CD/MP3-
speellijsten.
Lang indrukken: ordenen van MP3-/
WMA-bestanden / bijwerken van de
lijst met ontvangen radiozenders.
Instellen van de audio-opties:
klankkleur, hoge tonen, bassen,
loudness, geluidsverdeling,
balans links/rechts, voor/achter,
snelheidsafhankelijke volumeregeling. Functie TA (verkeersinformatie) aan/
uit.
Lang indrukken: toegang tot de soort
informatie.
Automatisch zoeken naar zenders in
aflopende/oplopende volgorde.
Selecteren van het vorige/volgende
nummer van de CD, USB, Streaming audio.
Navigeren in een lijst.
Toegang tot het hoofdmenu.Annuleren van de bewerking.
Omhoog in de menustructuur (menu
of afspeellijst). Bevestigen of weergave van het
snelmenu.
Stapsgewijs zoeken naar een radiozender
met een lagere/hogere frequentie.
Selecteren van de vorige/volgende
MP3-afspeellijst.
Selecteren van de vorige/volgende map/
muziekstijl/artiest/playlist van het USB-
apparaat.
Navigeren in een lijst.
Selecteren van het golfbereik AM/FM.
Selecteren van de geluidsbron:
Radio, CD, AUX, USB, Streaming.
Aannemen van een inkomende oproep.
Selecteren van de weergave op het
display:
Volledig scherm: Audio
(of telefoon als er een gesprek gaande is)/
Verkleind scherm: Audio (of telefoon
als er een gesprek gaande is) - Tijd of
Boordcomputer.
Lang indrukken: scherm uit (DARK).
Page 354 of 484

DS5_nl_Chap11d_RD5_ed01-2015
Menu's
Display C
"Multimedia ": Parameters media,
Radio-instellingen.
" Bluetooth-verbinding ":
Verbindingen beheren, Extern
apparaat zoeken. " Telefoon ": Bellen, Beheer
adresboek, Beheer telefoon,
Ophangen
" Persoonlijke instellingen -
Configuratie ": Parameters van auto
definiëren, Taalkeuze, Configuratie
display, Keuze van eenheden, Datum
en tijd instellen. Raadpleeg voor een compleet
overzicht van de beschikbare menu's
de rubriek "Menustructuur display".
Page 357 of 484

355
DS5_nl_Chap11d_RD5_ed01-2015
Tekstberichten weergeven
Tekstberichten worden door een
radiozender tijdens het luisteren naar
de muziek meegestuurd.
Audio- CD
Druk als de radiogegevens op het
scherm worden weergegeven op OK
om naar het contextmenu te gaan.
Selecteer " RadioText (TXT) " en
bevestig uw keuze met OK.
Houd een van de toetsen ingedrukt
om versneld vooruit of terug te
spoelen. Druk op de toets LIST om de lijst met
nummers van de CD weer te geven.
Druk op een van de toetsen om een
nummer van de CD te selecteren. Als er in de CD-speler al een CD is
geplaatst die u wilt beluisteren, druk
dan herhaalde malen op de toets
SOURCE of SRC en selecteer " CD".
Display C Een CD afspelen
Gebruik alleen ronde CD's met een
diameter van 12 c
m.
Bepaalde beveiligingssystemen op
de originele CD of zelfgebrande
CD's kunnen storingen veroorzaken,
ongeacht de kwaliteit van de CD-speler.
Plaats zonder op de toets EJECT te
drukken een CD in de CD-speler; deze
zal de CD automatisch afspelen.
Audio en telematica