CITROEN JUMPER MULTISPACE 2013 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2013, Model line: JUMPER MULTISPACE, Model: CITROEN JUMPER MULTISPACE 2013Pages: 339, PDF Size: 15.12 MB
Page 131 of 339

129
Accu
SNEL WEER OP WE
G
7
ECO-MODUS
Nadat de motor is afgezet wordt bij aangezet
contact na 30 minuten een aantal elektrische
voorzieningen (ruitenwissers, ruitbediening,
plafonniers, autoradio, enz.) automatisch
uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu
ontladen raakt.
Op dat moment knippert het verklikkerlampje
voor het laden van de accu en verschijnt er
een melding op het display.
Start de motor en laat deze enige
tijd draaien om de bovengenoemde
voorzieningen weer te kunnen gebruiken.
De beschikbare tijd bedraagt het dubbele
van de tijd dat de motor heeft gedraaid.
Deze tijd zal echter altijd tussen de
5 en 30 minuten bedragen.
Als de accu ontladen is, kan de motor niet
gestart worden.
Page 132 of 339

130
Wiel repareren
BANDENREPARATIESET
De bandenreparatieset bevindt zich links
achter in de auto.
De set voor voorlopige bandenreparatie
bestaat uit een compressor en een flacon
(dat een afdichtmiddel bevat).
Gebruik van de set
- zet het contact af,
- plak de sticker met de snelheidslimiet op
het stuurwiel om u er aan te herinneren
dat u met een tijdelijk gerepareerd wiel
rijdt,
- controleer of de schakelaar A
in de
stand "0"
staat,
- sluit de slang van de flacon 1
aan op het
ventiel van de lekke band,
- sluit de stekker van de compressor aan
op de 12V-aansluiting van de auto,
- start de motor en laat deze draaien,
- activeer de compressor door op de
schakelaar A
in de stand "1"
te drukken
tot de bandenspanning 2,0 bar bedraagt,
Auto's die voorzien zijn van een set
voor tijdelijke bandenreparatie hebben
geen reservewiel, noch gereedschap (krik,
slinger, ...).
- verwijder de compressor, maak de
flacon los en berg deze op in een
lekvrije tas zodat de vloeistof geen
vlekken achterlaat in uw auto,
- rijd onmiddellijk ongeveer drie kilometer
met beperkte snelheid (tussen 20 en
60 km/u), zodat het afdichtingsproduct
het lek kan dichten,
- zet de auto stil en controleer de
reparatie en de bandenspanning,
Als deze spanning na ongeveer vijf tot
tien minuten niet bereikt kan worden,
kan de band niet worden gerepareerd;
raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om u
te helpen.
Page 133 of 339

Wiel repareren
SNEL WEER OP WE
G
7
- sluit de slang van de compressor direct
aan op het ventiel van de gerepareerde
band,
- sluit de stekker van de compressor
opnieuw aan op de 12V-aansluiting van
de auto,
- start de motor opnieuw en laat deze
draaien, Let op: de flacon met vloeistof bevat
ethyleenglycol, dit middel is schadelijk
bij inname en irriterend voor de ogen.
Houd het middel buiten bereik van kinderen.
De uiterste gebruiksdatum van de vloeistof
staat vermeld op de flacon.
De flacon is voor eenmalig gebruik; eenmaal
geopend moet de flacon vervangen worden.
Werp de flacon na gebruik niet weg, maar
lever deze in bij het CITROËN-netwerk of
een officieel inzamelpunt.
Vergeet niet een nieuwe flacon met
afdichtingsproduct aan te schaffen,
verkrijgbaar bij het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
- breng de band op de voorgeschreven
spanning met behulp van de compressor
(op spanning brengen: schakelaar A
in
de stand " 1
" ; spanning verminderen:
schakelaar A
in de stand " 0
" en
knop B
indrukken), zoals vermeld
op de bandenspanningssticker (op
de portierstijl aan bestuurderszijde);
vergeet vervolgens niet te controleren
of het lek goed is gedicht (geen lagere
bandenspanning na enkele kilometers),
- verwijder de compressor en berg de
complete set op,
- rijd met matige snelheid (maximaal
80 km/u) over een afstand van maximaal
ongeveer 200 km,
- neem zo snel mogelijk contact op
met het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om de band
door een technicus te laten repareren of
te laten vervangen.
Page 134 of 339

132
Wiel verwisselen
WIEL VERWISSELEN
Volg onderstaande instructies op als uw
auto is uitgerust met een reservewiel onder
de auto.
1. PLAATSEN VAN DE AUTO
- Zorg ervoor dat alle inzittenden de auto
hebben verlaten en zich op een veilige
plek bevinden.
- Zet de auto voor zover mogelijk op
een horizontale, stabiele en stroeve
ondergrond.
- Zet de handrem vast, zet het contact af
en schakel de eerste versnelling of de
achteruit in.
- Blokkeer indien mogelijk het wiel schuin
tegenover het te verwisselen wiel met
een wielblok (indien aanwezig).
Onder bepaalde omstandigheden (terrein
of zware belading) is het noodzakelijk de
auto op te krikken om het reservewiel uit de
houder te kunnen verwijderen. Roep in dat
geval de hulp in van het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Schakel de niveauregeling (volgens
uitvoering) uit. Zie in de rubriek 3 het
gedeelte "Achtervering".
2. GEREEDSCHAP
- Open de kunststof afdekkap links achter
in de auto (volgens uitvoering).
- Draai de moer los en verwijder de krik
en de wielsleutel.
1.
Wielsleutel.
2.
Krik.
3.
Sleepoog.
De krik en het overige gereedschap
zijn speciaal ontwikkeld voor uw
auto. Gebruik deze niet voor andere
doeleinden.
Page 135 of 339

133
Wiel verwisselen
SNEL WEER OP WE
G
7
- Open het deksel bij de dorpel om bij de
bout van de reservewielhouder te komen.
- Draai de bout los met de wielsleutel tot
de reservewielhouder volledig gezakt is.
- Neem de reservewielhouder los van de
haak en plaats het reservewiel bij het te
verwisselen wiel.
3. RESERVEWIEL
- Het reservewiel is vanaf de achterzijde
bereikbaar.
- Open de achterdeuren. U kunt de plafonnier inschakelen voor
extra licht.
Page 136 of 339

134
Wiel verwisselen
4. VERWISSELEN
- Plaats de kop van de krik in het
steunpunt bij het te verwisselen wiel.
Zorg ervoor dat het voetstuk van de krik
op een stevige ondergrond staat en zich
loodrecht onder het steunpunt bevindt.
- Draai de krik uit tot het wiel loskomt van
de grond.
- Draai alle wielbouten geheel los.
- Verwijder de wielbouten en het wiel.
- Verwijder de wieldop door deze los te
trekken met behulp van het sleepoog.
- Draai de wielbouten iets los. Draai de krik niet uit voordat de
wielbouten van het te verwisselen
wiel iets zijn losgedraaid en het
wiel dat zich schuin tegenover
het te verwisselen wiel bevindt, is
geblokkeerd met een wielblok.
Page 137 of 339

135
Wiel verwisselen
SNEL WEER OP WE
G
7
- Laat de auto volledig zakken door de
krik omlaag te draaien en verwijder de
krik vervolgens.
- Draai de wielbouten met de wielsleutel
volledig vast, zonder te forceren.
- Berg het wiel met de lekke band op in de
reservewielhouder.
- Hang de reservewielhouder op aan
de haak en draai deze omhoog
met behulp van de bout en de
wielsleutel. Controleer of het wiel en
de reservewielhouder goed vast zitten
tegen de vloer van de auto.
- Let erop dat u het deksel bij de dorpel
sluit.
- Berg de sierdop op in de auto.
Ga nooit onder een auto liggen die
alleen op de krik steunt.
Gebruik nooit ander gereedschap in plaats
van de wielsleutel.
5. MONTEREN VAN HETRESERVEWIEL
- Plaats het wiel op de naaf en draai de
wielbouten met de hand vast.
- Draai de wielbouten met de wielsleutel
enigszins vast.
Page 138 of 339

136
Sneeuwscherm
AFNEEMBAAR SNEEUWSCHERM
Afhankelijk van het land van bestemming
wordt het afneembare sneeuwscherm op
het onderste gedeelte van de voorbumper
geplaatst om een opeenhoping van sneeuw
bij de koelventilateur van de radiateur te
voorkomen.
PLAATSEN
- Breng het afneembare sneeuwscherm
aan in de richting van de centreerstift A
op de voorbumper.
- Zet het scherm vast door de vier hoeken
aan te drukken ter hoogte van de clips B
.
Vergeet niet het sneeuwscherm te
verwijderen als de buitentemperatuur hoger
is dan 10°C (en er geen kans op sneeuw
meer is) of als de auto een aanhanger trekt.
VERWIJDEREN
- Steek een schroevendraaier in de
opening ter hoogte van de clips.
- Wip de vier clips B
één voor één los.
6. MONTEREN VAN HETGEREPAREERDE WIEL
Het wiel dient op dezelfde manier te
worden gemonteerd als bij stap 5. Vergeet
bovendien niet de sierdop te monteren.
Zie in de rubriek 8 het gedeelte
"Identificatie" voor de plaats van de
sticker met informatie over de banden.
Het noodreservewiel is niet geschikt
voor het afleggen van lange afstanden,
laat zo snel mogelijk het aanhaalmoment
van de wielbouten en de bandenspanning
van het noodreservewiel door het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats
controleren. Laat bovendien de lekke band
zo spoedig mogelijk repareren en het
oorspronkelijke wiel in de plaats van het
reservewiel monteren door het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Page 139 of 339

137
Lamp vervangen
SNEL WEER OP WE
G
7
LAMPEN VERVANGEN
Ty p e C
Halogeenlamp: duw
de borgveer open en
verwijder de lamp uit de
lamphouder.
Ty p e A
Glassokkellamp: de lamp
is gemonteerd met een
drukbevestiging. Trek de
lamp daarom voorzichtig
los.
LAMPEN
Uw auto is voorzien van verschillende typen lampen. Verwijder ze als volgt:
Ty p e B
Lamp met bajonetsluiting:
druk de lamp iets in en
draai hem linksom.
Wacht na het uitschakelen van de
verlichting enkele minuten alvorens
een halogeenlamp te vervangen (om
brandwonden te voorkomen). Raak de lamp
niet met de hand aan, maar gebruik een
droge, pluisvrije doek.
Controleer na het vervangen of de
verlichting goed werkt.
Page 140 of 339

138
Lamp vervangen
3.
Richtingaanwijzers
Type B
, PY21W - 21W (amberkleurig)
- Draai de lamphouder een kwart
omwenteling linksom.
- Druk de lamp iets in en draai hem
linksom.
- Vervang de lamp.
- Plaats het deksel terug en controleer
of het rondom goed aansluit voor een
goede afdichting.
KOPLAMPEN
Open de motorkap. Steek uw hand achter de
koplampunit om bij de lampen te komen.
Voer het monteren uit in omgekeerde
volgorde.
1.
Dimlicht/Grootlicht
Type C
, H4 - 55W
- Trek aan de rubber borglip en
verwijder het middelste deksel.
- Neem de stekker los.
- Duw de borgveer open.
- Vervang de lamp en let erop dat het
metalen gedeelte goed aansluit op de
groeven van de lampunit.
2.
Parkeerlicht
Type A
, W5W - 5W
- Trek aan de rubber borglip en
verwijder het deksel.
- Trek aan de stekker om de met
een drukbevestiging gemonteerde
lamphouder los te nemen.
- Vervang de lamp.
- Plaats het deksel terug en controleer
of het rondom goed aansluit voor een
goede afdichting.
4.
Mistlampen vóór
Type C
, H1 - 55W
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.