sensor FIAT DOBLO COMBI 2010 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: FIAT, Model Year: 2010, Model line: DOBLO COMBI, Model: FIAT DOBLO COMBI 2010Pages: 274, PDF Size: 6.36 MB
Page 189 of 274

188
ACCU OPLADEN
BELANGRIJK De beschrijving voor het opladen van de ac-
cu dient slechts ter informatie. Wendt u bij voorkeur tot
het Fiat Servicenetwerk om deze werkzaamheden uit te
laten voeren.
We raden u aan de accu langzaam en met een lage stroom-
sterkte (ampèrage) gedurende ca. 24 uur op te laden. Als
u de accu langer oplaadt, kan de accu worden beschadigd.
Ga voor het opladen als volgt te werk:
ZONDER START&STOP-SYSTEEM
❒maak de klem los van de minpool op de accu;
❒sluit de kabels van het laadapparaat aan op de accupo-
len; let hierbij op de polariteit;
❒schakel de acculader in;
❒schakel aan het einde van het opladen eerst de accu-
lader uit en koppel dan de accu los;
❒sluit de klem weer aan op de minpool van de accu.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STA R TEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0V0209mfig. 177b
BIJ AANWEZIGHEID VAN HET
START&STOP-SYSTEEM
Uitvoeringen met secundaire pool (fig. 177b)
❒koppel de minklem met de snelspanner A los van de
secundaire minpool B, omdat minpool C van de accu is
voorzien van een sensor D voor de controle van de ac-
cuconditie, die nooit mag worden losgekoppeld (behal-
ve als de accu wordt vervangen);
❒verbind de kabel van de pluspool van de acculader met
de pluspool van de accu en de minkabel met de se-
cundaire minpool B;
❒schakel de acculader in;
❒schakel aan het einde van het opladen eerst de accu-
lader uit en koppel dan de accu los;
❒sluit, na het loskoppelen van het laadapparaat, de min-
klem met de snelspanner A weer aan op de secundai-
re minpool B.
Uitvoeringen zonder secundaire pool (fig. 177c)
❒Koppel de aansluiting A (door bediening van knop B)
los van de accuconditiesensor C, die op de minpool
D van de accu is gemonteerd;
❒verbind de pluskabel van de acculader met de pluspool
E van de accu en de minkabel met de aansluiting op sen-
sor F zoals in figuur 177c is aangegeven;
❒schakel de acculader in;
❒schakel aan het einde van het opladen de acculader uit;
❒sluit, na het loskoppelen van het laadapparaat, de aan-
sluiting A weer aan op sensor C zoals in figuur 177c
is aangegeven.
155-190 DOBLO LUM 2e NL 26-05-2010 10:07 Pagina 188
Page 268 of 274

267
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STA R TEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
– vloeistof voor ruitensproeiers
voor/achter en
koplampsproeiers ................... 203
Noodgevallen ................................ 155
Noodstart........................................ 155
– rollend starten.......................... 156
– starten met een hulpaccu ..... 155
Onderhoud en zorg .................... 191
– geprogrammeerd onderhouds-
schema ......................192-193-194-
195-196-197
– niveau van vloeistoffen
controleren ..............199-200-201
– periodieke controles .............. 198
– voorzorgsmaatregelen
en waarschuwingen ................ 191
– zwaar gebruik van de auto .... 198
Ontwasemen-ontdooien
– achterruit ........................46-49-58– buitenspiegels ................46-49-58
– voorruit en zijruiten voor 45-49
Opbergvakken ............................... 71
Opkrikken van de auto................. 189
– met de krik .............................. 158
ParafluUP
– niveau controleren
en bijvullen ............................... 203
– specificaties .............................. 248
Parkeersensoren ........................... 103
Parkeren ......................................... 136
Periodieke controles .................... 198
Plafondverlichting achter .... 66-67-68
– gloeilamp vervangen ............... 179
Plafondverlichting in-/
uitschakelen ................................. 69
Plafondverlichting voor ............... 65
– gloeilampen vervangen .......... 178Plaatje met informatie over
de carrosserielak ........................ 220
Pollenfilter ...................................... 206
Portieren
– centrale portiervergrendeling 77
– kinderveiligheidsslot ............... 80
– ontgrendeling laadruimte ...... 77
– openen/sluiten met
afstandsbediening .................... 6
– van binnenuit openen/
sluiten ..................................79-80
Portiervergrendeling .................... 77
Portiervergrendeling
achterportieren .......................... 79
Prestaties van de auto ................. 229
Radiozendapparatuur en mobiele
telefoons ...................................... 110
Reinigen en onderhoud
– carrosserie ............................... 214
261-272 DOBLO LUM 2e NL 26-05-2010 10:17 Pagina 267