FIAT SCUDO 2015 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: FIAT, Model Year: 2015, Model line: SCUDO, Model: FIAT SCUDO 2015Pages: 227, PDF Size: 4.53 MB
Page 11 of 227

7VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
Ga voor het inklappen in de handgreep als
volgt te werk:❒
houd het knopje Bingedrukt en ver-
plaats de metalen baard A;
❒
laat het knopje Blos en draai de me-
talen baard Atotdat hij op de juiste wij-
ze is ingeklapt en vergrendeld.
DE SLEUTELSCODE-CARD (voorruit en zijruiten)
Afhankelijk van de uitvoering kan de
CODE CARD informatie op één of twee
cards vermeld zijn. Hierop vindt u:
- de elektronische code;
- de mechanische code van de sleutels
die bij de bestelling van duplicaatsleu-
tels aan het Fiat Servicenetwerk moet
worden gemeld.
Wij raden u aan de elektronische code van
de CODE-card altijd bij u te hebben.
BELANGRIJK Om schade aan de elektro-
nische schakelingen in de sleutels te voor-
komen, mogen de sleutels niet aan direc-
te zonnestraling worden blootgesteld.
Als de auto wordt verkocht ,
moeten alle sleutels en de
CODE-card overhandigd wor-
den aan de nieuwe eigenaar.
fig. 2
F0P0004m
fig. 3
F0P0321m
SLEUTEL MET
AFSTANDSBEDIENING fig. 2-3
De metalen baard Abevindt zich in de
handgreep en dient voor:❒
het start-/contactslot;
❒
de sloten van de portieren;
❒
het ont-/vergrendelen van de tankdop.
Druk op het knopje Bvoor het uitklap-
pen van de metalen baard.
Druk het knopje B alleen in
als de sleutel ver genoeg van
het lichaam (speciaal de ogen) en van
voorwerpen die snel beschadigen (bij-
voorbeeld kledingstukken) is verwij-
derd. Laat de sleutel nooit onbeheerd
achter om te voorkomen dat anderen,
met name kinderen, de sleutel kunnen
gebruiken en per ongeluk op de knop
drukken.
ATTENTIE!
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 7
Page 12 of 227

8VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
Als een voorportier geopend of niet goed
gesloten is, dan wordt de centrale ver-
grendeling niet uitgevoerd.
Dead Lock (indien aanwezig)
Als u de knop
∫op de afstandsbediening
(indien aanwezig) twee keer binnen vijf se-
conden indrukt, schakelt het dead lock-
systeem in (supervergrendeling van de
portieren).
Als het dead lock-systeem wordt inge-
schakeld, gaan de richtingaanwijzers on-
geveer twee seconden branden.
Het dead lock-systeem verhindert de be-
diening van de handgrepen aan de binnen-
en buitenzijde van de portieren.
Informatie van het lampje op het
dashboard
Als u de portieren vergrendelt, gaat het
lampje A-fig. 4knipperen (bewakings-
functie).
Als u de portieren vergrendelt en een of
meerdere portieren zijn niet goed geslo-
ten, dan gaat op het instrumentenpaneel
het lampje
9
branden.
fig. 4
F0P0006m
Cabineportieren ontgrendelen
Als deze knop een keer wordt in-
gedrukt, worden uitsluitend de portieren
van de cabine ontgrendeld.
De richtingaanwijzers knipperen twee
keer. Door een tweede keer op deze knop
te drukken, worden ook de zij- en ach-
terdeuren ontgrendeld.
Deze selectieve ontgrendelwijze is inge-
steld op het moment dat de auto wordt
afgeleverd. Het onderscheid in de ont-
grendeling tussen de cabine en de laad-
ruimte kan op verzoek worden uitgescha-
keld. Wendt u tot het Fiat Servicenetwerk.
Laadruimte ontgrendelen
Als u deze knop indrukt, ontgren-
delen alle achterdeuren.
Dit onderscheid in de vergrendeling tussen
de cabine en de laadruimte is een praktische
beveiliging, waardoor de toegang tot een tij-
delijk onbemand gedeelte van de auto kan
worden afgesloten.
Centrale vergrendeling
Als deze knop een keer wordt in-
gedrukt, worden zowel de cabineportie-
ren als de achterdeuren vergrendeld. De
richtingaanwijzers knipperen een keer. ∫`ª
Zorg dat er geen personen in
de auto zijn als de superver-
grendeling is ingeschakeld.
ATTENTIE!
BELANGRIJK Als het dead lock-systeem
vanuit het interieur van de auto is inge-
schakeld, dan wordt overgeschakeld op de
normale vergrendeling, zodra de motor
wordt gestart.
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 8
Page 13 of 227

9VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
Lege batterijen zijn schadelijk
voor het milieu. Ze moeten in
een daarvoor bestemde che-
mobox of afvalbak worden
gedeponeerd. Ze kunnen ook ingeleverd
worden bij het Fiat Servicenetwerk, dat
vervolgens voor de afvoer zorgt .
fig. 5
F0P0007m
fig. 6
F0P0008m
Extra afstandsbedieningen
bestellen
Het systeem kan maximaal 8 afstandsbe-
dieningen herkennen. Als u in de loop der
tijd een nieuwe afstandsbediening nodig
hebt, kunt u zich tot het Fiat Servicenet-
werk wenden. Neem dan de CODE-card,
een identiteitsbewijs en het kentekenbe-
wijs mee.
Batterij vervangen van de sleutel
met afstandsbediening
Ga voor het vervangen van de batterij als
volgt te werk:❒
open met behulp van een schroeven-
draaier de twee helften A enB-fig. 6
op het door de pijl fig. 5aangegeven
punt;
❒
verwijder en vervang de batterij C-fig.
6;
❒
plaats de twee helften weer op elkaar
en controleer of ze goed vastgeklikt zit-
ten.Afstandsbediening opnieuw
initialiseren
Als de batterij is vervangen of als de accu
(van de auto) losgekoppeld is geweest, dan
moet de afstandsbediening op de volgen-
de wijze worden geïnitialiseerd:
❒
Wacht ten minste een minuut voordat
de afstandsbediening wordt gebruikt en
houd de afstandsbediening in stand A.
❒
Steek de sleutel met de afstandsbedie-
ning in het contactslot.
❒
Druk binnen tien seconden gedurende
ten minste 5 seconden op een van de
twee knoppen (
∫of
ª).
❒
Verwijder de sleutel met de afstands-
bediening uit het contactslot.
❒
Wacht ten minste een minuut voordat
de afstandsbediening wordt gebruikt.
De afstandsbediening werkt nu weer.
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 9
Page 14 of 227

10VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
MECHANISCHE SLEUTEL fig. 7
De metalen baard Azit vast aan de sleu-
tel.
De sleutel dient voor:❒
het start-/contactslot;
❒
de sloten van de portieren;
❒
het ont-/vergrendelen van de tankdop.
fig. 7
F0P0601m
DIEFSTALALARM
(indien aanwezig)Als de auto is uitgerust met het diefstala-
larm, zijn er twee soorten beveiligingen: ❒
omtrekbeveiliging (alarm wordt inge-
schakeld als een voorportier of achter-
deur wordt geopend);
❒
volumetrische beveiliging (alarm wordt
ingeschakeld bij beweging in het interi-
eur van de auto).
Inschakeling (compleet alarm met
interieur- en omtrekbewaking)
❒
Trek de sleutel uit het contactslot
❒
Verlaat de auto
❒
Druk op de knop
∫(een keer of - voor
dead lock - twee keer)
❒Het bewakingslampje begint te knipperen.
Inschakeling (alarm alleen met
omtrekbewaking)❒
Trek de sleutel uit het contactslot
❒
Druk binnen 10 seconden op de knop
fig. 7aen houd de knop ingedrukt tot-
dat het bewakingslampje permanent
gaat branden.
❒
Verlaat de auto.
❒
Druk op de knop
∫(een keer of - voor
dead lock - twee keer)
❒
Het bewakingslampje begint te knipperen.Alarm uitschakelen
Druk op knop
ª
om het diefstalalarm uit
te schakelen, waarna het bewakingslamp-
je dooft.
fig. 7/a
F0P0062m
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 10
Page 15 of 227

11
VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
Hieronder worden alle met de sleutel in te schakelen functies samengevat (met en zonder afstandsbediening):Type sleutelMechanische sleutel Sleutel met afstandsbediening Knipperen
richtingaanwijzers (alleen met sleutel met afstandsbediening)Ontgrendelen
sloten
Sleutel linksom
draaien
(bestuurderszijde
en zijschuifdeur,
indien aanwezig)
Sleutel linksom
draaien
(bestuurderszijde
en zijschuifdeur,
indien aanwezig)
Knop
ª
kort
indrukken
2 x knipperenSloten van
buitenaf
vergrendelen
Sleutel rechtsom
draaien
(bestuurderszijde
en zijschuifdeur, in-
dien aanwezig)
Sleutel rechtsom
draaien
(bestuurderszijde
en zijschuifdeur,
indien aanwezig)
Knop
∫kort
indrukken
1 x knipperenDead lock
inschakelen
(indien aanwezig)
–
–
Knop
∫twee keer
indrukken
3 x knipperenSlot
achterklep
ontgrendelen
(indien aanwezig)
–
–
–
2 x knipperen
BELANGRIJK Het openen van de ruiten is gekoppeld aan het commando voor ontgrendeling van de portieren; het sluiten van de
ruiten is gekoppeld aan het commando voor vergrendeling van de portieren.
Ruiten openen
(indien van
toepassing)
–
–Knop
ª
langer
dan 2 seconden
indrukken
2 x knipperenRuiten sluiten
(indien van
toepassing)
–
–
Knop
∫langer dan
2 seconden indruk-
ken
1 x knipperen
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 11
Page 16 of 227

12VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
START-/CONTACTSLOTDe sleutel kan in 4 standen worden ge-
draaid fig. 8:❒
S: motor uit, sleutel uitneembaar,
stuurslot ingeschakeld.
❒
A: enkele elektrische installaties wer-
ken.
❒
M: contact aan. Alle elektrische instal-
laties werken.
❒
D: motor starten (stand zonder ver-
grendeling).STUURSLOT
Inschakelen
Zet de sleutel in stand S, trek de sleutel
uit het start-/contactslot en draai het
stuur totdat het vergrendelt.
Uitschakelen
Draai het stuur iets heen en weer, terwijl
u de sleutel in stand Mdraait.
Als het start-/contactslot is
geforceerd (bijv. bij een po-
ging tot diefstal) moet u, voordat u
weer met de auto gaat rijden, de wer-
king van het slot laten controleren bij
het Fiat Servicenetwerk.
ATTENTIE!
Neem altijd de sleutel uit het
contactslot als de auto wordt
verlaten, om onbedoeld gebruik van
de bedieningsknoppen/-hendels te
voorkomen. Vergeet niet de handrem
aan te trekken. Schakel de eerste ver-
snelling in als de auto op een helling
omhoog staat en de achteruit bij een
helling omlaag (gezien vanuit de rij-
richting). Laat kinderen nooit alleen
achter in de auto.
ATTENTIE!
fig. 8
F0P0010m
Verwijder de sleutel nooit uit
het contactslot als de auto
nog in beweging is. Bij de eerste stuur-
uitslag blokkeert het stuur automa-
tisch. Dit geldt in alle gevallen, ook als
de auto gesleept wordt .
ATTENTIE!
Het is streng verboden om
de-/montagewerkzaamheden
uit te voeren, waarvoor wijzigingen in
de stuurinrichting of de stuurkolom
vereist zijn (bijv. bij montage van een
diefstalbeveiliging). Hierdoor kunnen
de prestaties van het systeem, de ga-
rantie en de veiligheid in gevaar wor-
den gebracht en voldoet de auto niet
meer aan de typegoedkeuring.
ATTENTIE!
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 12
Page 17 of 227

13
VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
INSTRUMENTENPANEEL
ASnelheidsmeter
BBrandstofmeter met waarschuwings-
lampje brandstofreserve
CKoelvloeistoftemperatuurmeter met
waarschuwingslampje voor te hoge
koelvloeistoftemperatuur
DToerenteller
EMultifunctioneel display
F0P0815m
fig. 9
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 13
Page 18 of 227

14VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
INSTRUMENTENDe achtergrondkleur en de vormgeving
van de instrumenten kunnen per uitvoe-
ring verschillen.
SNELHEIDSMETER fig. 10
Geeft de snelheid van de auto aan.
fig. 11/a
F0P0014m
TOERENTELLER fig. 11/a
De toerenteller geeft het toerental per mi-
nuut van de motor aan.
BELANGRIJK De regeleenheid van de
elektronische inspuiting blokkeert tijdelijk
de toevoer van brandstof als de motor
met te hoge toerentallen draait, waardoor
het motorvermogen zal afnemen.
Bij stationair draaiende motor kan de toe-
renteller onder bepaalde omstandigheden
een geleidelijke of herhaalde toerentalstij-
ging aangeven.
Dit is een normaal verschijnsel dat kan op-
treden als bijvoorbeeld de airconditioning
of de elektroventilateur wordt ingescha-
keld. In deze gevallen dient een geringe
toerentalstijging voor het behoud van de
lading van de accu.
fig. 10
F0P0816m
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 14
Page 19 of 227

15
VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
BRANDSTOFMETER B-fig. 11/b
De wijzer geeft de hoeveelheid brandstof
aan die in de tank aanwezig is.K
brandstoftank vol (zie de paragraaf
“Tanken”).
åbrandstoftank leeg.
Het waarschuwingslampje
Kgaat branden
als er nog ongeveer 7 liter brandstof aan-
wezig is.
Rijd niet met een bijna lege brandstoftank:
door een onregelmatige brandstoftoevoer
kan de katalysator beschadigen.Als de wijzernaald in het ro-
de gebied komt , zet dan on-
middellijk de motor uit en
wendt u tot het Fiat Service-
netwerk.
fig. 11/b
1/2
F0P0320m
KOELVLOEISTOFTEMPERA-
TUURMETER C-fig. 11/b
De wijzer geeft de temperatuur aan van
de motorkoelvloeistof, zodra de koel-
vloeistoftemperatuur hoger wordt dan on-
geveer 50°C.
Bij normaal gebruik van de auto kan de
wijzernaald op verschillende posities in het
bereik staan, afhankelijk van de gebruik-
somstandigheden van de auto.
åLage koelvloeistoftemperatuur.u
Hoge koelvloeistoftemperatuur.
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 15
Page 20 of 227

16VEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDENLAMPJES EN
BERICHTENNOODGEVALLENONDERHOUD
EN ZORGTECHNISCHE
GEGEVENSALFABETISCH
REGISTERDASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
Lampjes op het bovenste paneel
Op enkele uitvoeringen kunnen op het bo-
venste paneel fig. 12(boven de binnen-
spiegel) de volgende lampjes aanwezig zijn:❒
lampje niet omgelegde veiligheidsgordel
(<) (uitvoering met twee zitplaatsen
voor).
❒
lampje uitgeschakelde airbag passa-
gierszijde (
“
)
LICHTSTERKTEREGELING
INSTRUMENTENPANEEL
Lichtsterkte instrumentenpaneel regelen:
druk op de knop A-fig. 13.
fig. 12
F0P0285m
fig. 13
1/2
F0P0353m
DISPLAYHet display fig. 14toont door middel van
de betreffende lampjes (raadpleeg het
hoofdstuk “Lampjes en berichten”):❒
snelheidsbegrenzer / cruise-control;
❒
totaal aantal afgelegde km’s of mijlen;
❒
motorolieniveaumeter;
❒
water in dieselfilter;
❒
voorgloeibougies.
Afhankelijk van de uitvoering, toont het
display de actuele tijd.
fig. 14
F0P0291m
Klokje instellen op het display op
het instrumentenpaneel
Om de tijd op het display op het instru-
mentenpaneel in te stellen, moet u de
knop A-fig. 15als volgt bedienen: ❒
als u de knop naar links draait, gaan de
minuten knipperen;
❒
als u de knop naar rechts draait, wordt
de waarde van de minuten verhoogd (als
u de knop naar rechts gedraaid houdt,
lopen de minuten snel door);
❒
als u de knop naar links draait, gaan de
uren knipperen;
❒
als u de knop naar rechts draait, wordt
de waarde van de uren verhoogd (als u
de knop naar rechts gedraaid houdt, lo-
pen de uren snel door);
❒
als u de knop naar links draait, kiest u
de weergave: 24H of 12H;
001-019 SCUDO LUM NL 27/03/14 10:39 Pagina 16