Hyundai Azera 2009 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: HYUNDAI, Model Year: 2009, Model line: Azera, Model: Hyundai Azera 2009Pages: 288, PDF Size: 11.36 MB
Page 171 of 288

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
159
5. Knop TUNE/ENTER Draai deze knop rechtsom om de muziekstukken (de categorie) na hethuidige muziekstuk weer te geven (categorie op hetzelfde niveau). Draai deze knop linksom om demuziekstukken (de categorie) voor het huidige muziekstuk weer te geven (categorie op hetzelfde niveau).Druk op de knop als u het weergegeven muziekstuk in de categorie SONG wilt beluisteren. Het systeem springt dannaar het gekozen muziekstuk en start de weergave. Door op de toets TUNE/ENTER te drukken, kunt u schakelen tussen de BASS, MIDDLE, TREBLE, FADER ofBALANCE-modi. De geselecteerde modus wordt weergegeven op het display.Draai de audioknop na het selecteren van de modus rechtsom of linksom. o Instelling BASS Draai de knop rechtsom om de instelling voor BASS te verhogen en linksom omde instelling te verlagen. o Instelling MIDDLEDraai de knop rechtsom om de instellingvoor MIDDLE te verhogen en linksom om de instelling te verlagen. o Instelling TREBLE Draai de knop rechtsom om de instelling voor TREBLE te verhogen en linksomom de instelling te verlagen. o Instelling FADER Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers achter te versterken (het geluid van de luidsprekers vóórwordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers vóór te versterken (het geluid van deluidsprekers achter wordt gedempt). o Instelling BALANCE Draai de knop rechtsom om het geluid van de luidsprekers rechts te versterken (het geluid van de luidsprekers linkswordt gedempt). Draai de knop linksom om het geluid van de luidsprekers links te versterken (het geluid van deluidsprekers rechts wordt gedempt).
6. Toets RANDOM Druk gedurende maximaal 0,8 seconde op de toets om het in willekeurigevolgorde afspelen van de muziekstukken in de huidige categorie te starten of te beëindigen. Drukgedurende minimaal 0,8 seconde op de toets om alle muziekstukken in alle albums op de iPod in willekeurigevolgorde af te spelen. Druk nogmaals op de toets om de functie uit te schakelen. 7. Toets REPEAT Herhaalt het afspelen van het huidige muziekstuk.
Page 172 of 288

2
Uitlaatgassen kunnen gevaarlijk zijn! ........................... 2-2
Alvorens de motor te starten ........................................ 2-3Sleutelstanden.............................................................. 2-4
Het starten van de motor .............................................. 2-5
Automatische transmissie ............................................ 2-7Antiblokkeersysteem (abs ) .......................................... 2-12
Elektronische stabiliteitsrege ling (Esp) ........................ 2-13
Parkeerhulp ............................................. .................... 2-14
Opmerkingen met betrekking tot de remmen ............... 2-17
Economisch rijden ....................................................... 2-18
Bochiten ....................................................................... 2-19
Rijden onder winterse omstandigheden .......................2-19
Het rijden met hoge snelheden ....................................2-22
Rijden met een aanhanger of slepen ...........................2-23
HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
2
Page 173 of 288

2HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
2
ZC020A1-AX
WAARSCHUWING: UITLAATGASSEN KUNNEN GEVAARLIJK ZIJN!
Uitlaatgassen kunnen bijzonder gevaarlijk zijn. Ruikt u uitlaatgas in het interieur, open dan direct de ruiten.
o Niet inademen. Uitlaatgassen bevatten koolmonoxide: een kleur-en reukloos gas dat bewusteloosheid of dood door verstikking tot gevolg kan hebben.
o Let erop dat het uitlaatsysteem niet lekt. Het uitlaatsysteem moet regelmatig worden gecontroleerd. Laat de wagen zo snel mogelijk controleren wanneeru een verandering in geluid van de uitlaat waar neemt of een hard voorwerp de onderzijde van de wagen heeft geraakt.
o Laat de motor niet draaien in een afgesloten ruimte. Het is gevaarlijk de motor te laten draaien in uw garage; zelfs als de deuren openstaan. Laat de motor nooit langer in de garage draaien dan nodig is om de motor te starten en de wagen naar buiten te rijden.
o Vermijd langdurig stationair draaien van de motor met passagiers in de wagen. Indien het nodig is de motor langdurig te laten draaien met passagiers in de wagen, zorg er dan voor dat dewagen in een open omgeving staat met de luchttoevoer in de stand voor frisse lucht. Laat bovendien de aanjager met een hoge snelheid draaien zodat verse lucht in het interieur wordt aangezogen. Indien vanwege te vervoeren objecten met geopende achterklep moet worden gereden, moet als volgt worden gehandeld:
1. Alle ruiten worden gesloten
2. De zijventilatieroosters open staan
3. De luchttoevoer in de stand voor frisse lucht staat, de zijventilatieroosters in de stand "Floor" of "Face" staat en dat de aanjager met een hoge snelheid draait.
Voor het waarborgen van een goede werking van het ventilatiesysteem moet er op worden gelet dat de roostersvoor de voorruit vrij zijn van sneeuw, ijs, bladeren etc.
!
Page 174 of 288

2
HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
3START-/CONTACTSLOT MET STUURSLOTALVORENS DE MOTOR TE STARTEN
C020A03O-GXT Voer alvorens de motor te starten altijd de volgende controles uit:
1. Controleer de wagen op lekke banden, olie- of koelvloeistoflekkage of andere tekenen van mogelijke problemen.
2. Controleer of alle ruiten en lampen schoon zijn.
3. Controleer na het instappen of de handrem is aangetrokken.
4. Controleer de stand van de
achteruitkijkspiegel en debuitenspiegels en controleer of ze schoon zijn.
5. Controleer of de stoel, rugleuning en hoofdsteun in de juiste stand staan.
6. Controleer of alle portieren gesloten
zijn.
7. Gesp uw veiligheidsgordel om en controleer of alle inzittenden de veiligheidsgordel hebben omgegespt.
8. Schakel verlichting en accessoires uit die niet benodigd zijn.
9. Controleer met de contactsleutel in de stand "ON" of de betreffende controlelampen branden en of er voldoende brandstof in de tankaanwezig is. C030A01TG-GXT De motor starten
o Plaats de keuzehandel in de stand
"P" (parkeren) en trap het rempedaal geheel in.
o Draai de contactsleutel in de stand
"START" en laat hem los zodra demotor aanslaat. Bedien de startmotor niet langer dan 15 seconden achtereen.
N.B.: Om veiligheidsredenen kan de mo- tor alleen worden gestart als dekeuzehandel in de stand "P" of "N" staat.
!WAARSCHUWING: (Aleen Dieselmotor)
Om zorg te dragen voor voldoende vacuum voor de rembekrachtiging bij een koude start, is het noodzakelijkde motor na het starten even stationair te laten lopen.
!WAARSCHUWING
o Zorg altijd voor degelijk schoeisel tijdens het rijden met de auto. Het wordt afgeraden schoenen tedragen met hoge hakken of schoenen met een groot loopoppervlak zoals "moon" en"snowboots" om te voorkomen dat de pendalen niet goed bediend kunnen worden.
o Zorg altijd Wanneer u de auto wilt parkeren of stilzetten terwijl demotor draait, zorg er dan voor datu het gaspedaal niet gedurende langere tijd ingetrapt houdt. Anders kan de motor of hetuitlaatsysteem oververhit raken en brand ontstaan.
Page 175 of 288

2HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
4
!
SLEUTELSTANDEN
N.B.: Bedien de startmotor niet langer dan 15 seconden achtereen. o "ON" In deze stand is de ontsteking ingeschakeld en kunnen alleelektrische accessoires in werking worden gesteld. Als de motor niet draait mag de contactsleutel niet in de "ON"stand blijven staan. Hierdoor wordt de accu ontladen en kan schade aan het ontstekingssysteem ontstaan. N.B.: Zie voor meer informatie de rubriek "Starten van de motor". o "ACC" Met de contactsleutel in de stand "ACC" kunnen de radio en sommige andereelektrische verbruikers worden ingeschakeld.
ZC050A2-FX
WAARSCHUWING:
Als de wagen rijdt mag de motorniet worden afgezet en mag de contactsleutel niet wordenverwijderd, omdat het stuurslot dan wordt ingeschakeld. o "LOCK" In deze stand kan de contactsleutel worden verwijderd of aangebracht.Als beveiliging tegen diefstal treedt het stuurslot in werking als de contactsleutel wordt verwijderd. N.B.: Draai het stuurwiel iets naar links en naar rechts om het contactgemakkelijker in stand ACC te kunnen zetten als het verdraaien van de contactsleutel moeilijk gaat.
o "START" In deze stand wordt de motor gestart. De startmotor blijft draaien totdat desleutel wordt losgelaten. LOCK
ACC
ON
START C040A01E
Page 176 of 288

2
HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
5
ZC090D2-FX Het verwijderen van de contactsleutel
1. Plaats de contactsleutel in de stand "ACC".
2. Druk de contactsleutel in en draai
deze tegelijkertijd tegen de klok in van stand "ACC" naar stand "LOCK".
3. De sleutel kan in de stand "LOCK"
verwijderd worden.
!
HET STARTEN VAN DE MOTOR
C050A01A-GXT
WAARSCHUWING:
Laat de motor nooit in een gesloten of slecht geventileerde ruimte draaien. Koolmonoxide is reukloos en kan fataal zijn.
Geef geen gas. Bedien de startmotor tot de motor aanslaat.
C070C01E
C050A01E
LOCK
ACC
ON
START C051A01O-GXT Het starten van de SchakelbeveilingingachtenuitversnellingDieselmotor MOTOR KOUDE
o Zet het contact aan en wacht tot de
controlelamp van het voorgloeisysteem dooft.
o Bedien de startmotor tot de motor
aanslaat.
MOTOR WARM
o Bedien de startmotor. Als de motor niet bij de eerste poging aanslaat, wacht dan enkele seconden en laat het contact aan zodat hetvoorgloeisysteem werkt.
Page 177 of 288

2HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
6
C050B02TG-GXT Normale Startprocedure:
1. Breng de contactsleutel aan en gespde veiligheidsgordel om.
2. Trap het rempedaal geheel in en plaats de keuzehandel in de stand "P" (parkeren).
3. Controleer of de controlelampen en de instrumenten goed werken nadatde contactsleutel in de stand "ON"is gedraaid.
4. Draai, bij voertuigen met een
controlelamp voor het voorgloeien,de contactsleutel in de stand "ON". Eerst zal de controlelamp oplichten en daarna doven, hetgeen betekentdat het voorgloeien heeft plaatsgevonden en de motor kan worden gestart.
Gele lamp "OFF"
Gele lamp "ON"
C050B01HP
N.B.: De groene verlichting zal na een bepaalde tijd vanzelf doven. Het voorgloeien wordt dan beëindigd om de accu niet onnodig te belasten.Om de motor te kunnen starten wanneer de groene verlichting reeds is gedoofd, moet de sleutel eerstweer in de stand "LOCK" worden gedraaid en daarna opnieuw in de stand "ON" zodat de gloeibougiesop temperatuur worden gebracht. 5. Draai de contactsleutel in de stand
"START" en laat de sleutel los zodrade motor aanslaat.
Page 178 of 288

2
HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
7AUTOMATISCHE TRANSMISSIE
C090A02TG-GXT Bediening automatische transmissie
De uiterst efficiënte automatische transmissie van Hyundai heeft 5 versnellingen vooruit en 1 versnellingachteruit. De verschillende versnellingen worden automatisch ingeschakeld; welke versnellingen erbeschikbaar zijn, is afhankelijk van de stand van de selectiehendel. De selectiehendel heeft twee standen: eenreguliere stand en een sportstand. In de reguliere stand heeft de selectiehendel vier posities (P, R, N, D)voor normale toepassingen. De sportstand (+, -) wordt gebruikt voor een sportieve rijstijl. G110D01TG
C090A01TG
!
C055B01B-GXT STARTEN EN AFZETTEN VAN EEN MOTOR METTURBOCOMPRESSOR ENINTERCOOLER (Dieselmotor)
(1)Laat de motor direct na de start niet
snel draaien en geef niet plotseling gas. Als de motor koud is moet hijenkele seconden stationair draaien voordat wordt weggereden, zodat een voldoende smering van deturbocompressor gewaarborgd is.
(2)Na gereden te hebben met een zware
motorbelasting (hoge snelheid, metaanhanger rijden, in bergen rijden c.q.klimmen e.d.), moet de motor alvorens deze afgezet wordt, ca 1minuut stationair draaien om de turbo af te laten koelen.
WAARSCHUWING:
Zet de motor niet direct af nadat hij zwaar belast is. Hierdoor kan ernstigeschade aan de motor of de turbocompressor ontstaan. Trap tijdens het schakelen het rempedaal in. Het keuzehandel kan vrij worden verplaatst.
De eerste schakelingen bij een nieuweauto of nadat de accu is losgenomen en aangesloten, kunnen enigszins abrupt zijn. Dit is normaal en deschakelprocedure wordt normaal zodra enkele schakelingen door de TCM (Transmission Control Module = com-puter transmissieregeling) zijn uitgevoerd.
Page 179 of 288

2HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
8
C090B03A-AXT Standen van de keuzehandel:
o P (Parkeerstand): Plaats de keuzehandel in stand "P" voor het parkeren of het starten van demotor. Bij het parkeren moet bovendien de handrem worden aangetrokken.
!LET OP:
Plaats de keuzehandel nooit in stand "P" als de wagen nog rijdt. Dit kan ernstige schade tot gevolg hebben. N.B.: Het contact moet zijn aangezet en het rempedaal ingedrukt om de keuzehandel vanuit de stand "P" (Park) naar een van de andere standente kunnen schakelen. ZC110C1-AX
o R (achteruit) Deze stand mag uitsluitend bij geheel stilstaande wagen worden gekozen.
! LET OP:
Schakel nooit de standen "R" of "P" in terwijl de wagen nog rijdt.
HTG2083AA
B400B11TGA1-C
De controlelampjes in het instrumentenpaneel geven de positie van de selectiehendel (1) aan als hetcontact in stand ON staat. Als de selectiehendel in de sportstand staat, wordt de actuele versnellingweergegeven door het cijferdisplay (2). Conventioneel type
(1)
(2)
Type met regeleenheid
(1)(2)
Page 180 of 288

2
HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
9
LET OP:
o Het opschakelen geschiedt in de sportstand niet automatisch. De best-uurder moet opschakelen in overeenst-emming met de heersende omstand-igheden en moet voorkomen dat het motortoerental in het rode gebied komt.
o Om de motor te beschermen wordt automatisch opgeschakeld als hetmotortoerental in het rode gebiedkomt.
o Door de keuzehandel snel naar
achteren te bewegen (-) kan eenversnelling worden overgeslagen, d.w.z. van 3 naar 1, van 4 naar 2 of van 5 naar 3.Omdat echter door sterk op de motor af te remmen en/of snel te acceleren de grip verloren kangaan, moet afhankelijk van de voertuigsnelheid voorzichtig worden teruggeschakeld.
!
Terugschakelen (5->4->3->2->1): Beweeg de selectiehendel naar achteren(-) om één versnelling terug te schakelen.
C090E01TG-GXT
o D (Rijstand) Gebruiken voor normaal rijden. De versnellingsbak schakelt automatisch, waarbij gebruik wordt gemaakt van alle vijf de versnellingen. ZC110D1-AX
o N (Neutraalstand) In deze stand vindt geen aandrijving plaats. De motor kan worden gestartbij deze stand van de keuzehandel. Dit is echter niet raadzaam tenzij de motor afslaat en de wagen nog rijdt.
C090F02TG-GXT Sportstand Door de selectiehendel handmatig in een andere stand te zetten, kan worden ervaren hoe het is om in een auto methandgeschakelde transmissie te rijden. Zet de selectiehendel hiervoor vanuit stand D in de sportstand. Zet deselectiehandel weer in stand D om terug te keren naar de normale, automatische stand.De sportstand kan worden gebruikt bij het rijden op een gladde ondergrond, het oprijden van een steile helling ofafremmen op de motor bij het afrijden van een steile helling. Opschakelen (1->2->3->4->5):
Beweeg
de selectiehendel naar voren (+) om één versnelling op te schakelen. C090F01TG
C095E01TG-GXT o +, - (Sportstand) Dit is de sportstand. De selectiehendel kan handmatig in een andere stand worden gezet om op of terug teschakelen. + : Opschakelen - : Terugschakelen