cruise control Lancia Delta 2008 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2008, Model line: Delta, Model: Lancia Delta 2008Pages: 254, PDF Size: 4.58 MB
Page 6 of 254

DASHBOARD EN BEDIENING5
1
Dashboard.................................................. 6
Instrumentenpaneel..................................... 7
Display....................................................... 20
Menupunten................................................ 24
Trip computer............................................. 34
Symbolen.................................................... 36
Lancia code................................................. 37
Sleutels....................................................... 38
Alarm......................................................... 41
Start-/contactslot........................................ 44
Zitplaatsen................................................. 45
Hoofdsteun................................................ 47
Stuurwiel................................................... 48
Spiegels...................................................... 48
Klimaatregeling........................................... 50
Klimaatregeling, handbediend .................... 51
Klimaatregeling, automatisch met
gescheiden regeling ..................................... 53
Buitenverlichting......................................... 58
Ruiten reinigen............................................ 62
Cruise-control............................................. 65
Plafondverlichting....................................... 68Bedieningsknoppen..................................... 70
Brandstofnoodschakelaar............................ 72
Interieuruitrusting....................................... 73
Opendak..................................................... 80
Portieren..................................................... 83
Ruitbediening............................................. 86
Bagageruimte.............................................. 88
Motorkap.................................................... 93
Imperiaal/skidrager..................................... 95
Koplampen................................................. 96
DST ............................................................ 98
Functie SPORT........................................... 98
Driving Advisor........................................... 100
ESP 2-systeem............................................ 104
EOBD-systeem............................................ 109
Elektrische stuurbekrachtiging
“Dualdrive”................................................ 109
T.P.M.S....................................................... 111
Parkeersensoren.......................................... 114
Extra accessoires ......................................... 116
Tanken........................................................ 118
Bescherming van het milieu......................... 120
001-120 Delta 2ed NL 5-08-2008 14:14 Pagina 5
Page 21 of 254

20DASHBOARD EN BEDIENING
Daglichten en dimlichten (groen)
Het lampje op het instrumentenpaneel gaat
branden als de daglichten of de dimlichten wor-
den ingeschakeld.
Follow me home
Het lampje gaat branden als de functie “Follow me ho-
me” wordt ingeschakeld (zie “Follow me home” in hoofd-
stuk “1”).
Op het display verschijnt het betreffende bericht.
3
Grootlicht (blauw)
Het lampje gaat branden als het grootlicht
wordt ingeschakeld.
1
Snelheidsregelaar
(cruise control) (waar voorzien) (groen)
Als u de sleutel op MAR draait, gaat het lamp-
je branden. Het moet echter na enkele seconden
doven. Het lampje op het instrumentenpaneel brandt als
de draaiknop van de cruise-control in stand ON staat.
Op het display verschijnt het betreffende bericht.
Ü
DISPLAY
De auto kan zijn uitgerust met een multifunctioneel dis-
play dat, afhankelijk van de instelling, nuttige informa-
tie levert aan de gebruiker tijdens de rit.
BEGINSCHERM MULTIFUNCTIONEEL
DISPLAY fig. 4
Op het beginscherm kan het volgende worden weergege-
ven:
A. Datum
B. Stuurbekrachtiging Dualdrive ingeschakeld
C. Symbool voor Sport-functie (waar voorzien)
D. Tijd
E. Kilometerteller (weergave kilometer-/ mijltotaalteller)
F. Symbool voor kans op gladheid.
G. Buitentemperatuur
H. Afstand tot volgende servicebeurt
I. Stand koplampverstelling (alleen als het dimlicht is in-
geschakeld).
001-120 Delta 2ed NL 5-08-2008 14:14 Pagina 20
Page 66 of 254

DASHBOARD EN BEDIENING65
1
Uitschakelen
Draai de start-/contactsleutel in stand STOP.
Als de motor daarna wordt gestart (sleutel in stand MAR),
schakelt de regensensor niet weer in, ook niet als de hen-
del in stand B-fig. 29 is blijven staan. Voor het inschake-
len van de regensensor moet de hendel in stand A of C
worden gezet en daarna in stand B.
Als de regensensor op deze wijze opnieuw wordt inge-
schakeld, wordt minimaal één wisslag uitgevoerd, ook
bij een droge ruit.CRUISE CONTROL
(snelheidsregelaar) (waar voorzien)
Dit is een elektronisch hulpmiddel, waardoor de auto (bij
een snelheid boven 30 km/h) op lange rechte en droge tra-
jecten (bijv. autosnelwegen) met een constante en vooraf
ingestelde snelheid blijft rijden, zonder het gaspedaal te
hoeven bedienen.
Het gebruik van dit systeem biedt geen voordelen in druk
verkeer. Gebruik dit systeem niet in de stad.
Zorg ervoor dat de regensensor tijdens een
schoonmaakbeurt in een wastunnel is uitge-
schakeld.
Zorg ervoor dat het systeem is uitgeschakeld
als er ijs op de voorruit zit.
Zorg ervoor dat het systeem is uitgeschakeld
als u de voorruit moet schoonmaken.
001-120 Delta 2ed NL 5-08-2008 14:14 Pagina 65
Page 67 of 254

66DASHBOARD EN BEDIENING
fig. 30L0E0022m
INSCHAKELING SYSTEEM
Draai schakelaar A-fig. 31 in stand ON.
Het systeem kan alleen worden ingeschakeld in de vier-
de of vijfde versnelling. Op afdalingen kan bij ingescha-
kelde cruise-control de snelheid iets oplopen ten opzich-
te van de opgeslagen snelheid.
Als het systeem is ingeschakeld, brandt het controlelampje
Üen verschijnt er een bericht op het instrumentenpa-
neel (zie paragraaf “Lampjes en berichten” in hoofdstuk
“1”).SNELHEID OPSLAAN
Ga als volgt te werk:
❍zet schakelaar A-fig. 31 in stand ON en trap het gas-
pedaal in tot de auto met de gewenste snelheid rijdt;
❍zet de schakelaar B ten minste 3 seconden omhoog in
stand (+) en laat vervolgens de schakelaar los: de snel-
heid van de auto wordt opgeslagen en het gaspedaal
kan nu worden losgelaten.
Indien nodig (bijvoorbeeld bij inhalen) kan de snelheid
simpel verhoogd worden door het intrappen van het gas-
pedaal: als u daarna het gaspedaal loslaat, wordt terug-
gekeerd naar de opgeslagen snelheid.
OPGESLAGEN SNELHEID OPROEPEN
Als het systeem is uitgeschakeld door bijvoorbeeld het
intrappen van het rem- of koppelingspedaal, kan de op-
geslagen snelheid op de volgende manier worden opge-
roepen:
❍geef geleidelijk gas, totdat de snelheid ongeveer gelijk
is aan de opgeslagen snelheid;
❍schakel de versnelling in die ingeschakeld was op het
moment van het opslaan van de snelheid (4e of 5e ver-
snelling);
❍druk op de knop p C-fig. 31.
001-120 Delta 2ed NL 5-08-2008 14:14 Pagina 66
Page 68 of 254

DASHBOARD EN BEDIENING67
1
OPGESLAGEN SNELHEID VERHOGEN
Dit kan op twee manieren:
❍trap het gaspedaal in en sla vervolgens de nieuwe snel-
heid op;
of
❍zet de schakelaar omhoog B-fig. 31 naar (+).
Telkens als de schakelaar wordt bediend, wordt de snel-
heid iets verhoogd (ongeveer 1 km/h). Als de schakelaar
omhoog wordt gehouden, verandert de snelheid traploos.
OPGESLAGEN SNELHEID VERLAGEN
Dit kan op twee manieren:
❍schakel het systeem uit en sla vervolgens de nieuwe
snelheid op;
of
❍zet de schakelaar B-fig. 31 omlaag (–) totdat de nieu-
we snelheid is bereikt die automatisch wordt opgesla-
gen.
Telkens als de schakelaar wordt bediend, wordt de snel-
heid iets verlaagd (ongeveer 1 km/h). Als de schakelaar
omlaag wordt gehouden, verandert de snelheid traploos.SYSTEEM UITSCHAKELEN
Zet schakelaar A-fig. 31 in stand OFF of de start-/con-
tactsleutel in stand STOP. Het systeem wordt bovendien
automatisch uitgeschakeld in een van de volgende geval-
len:
❍bij intrappen van het rem- of koppelingspedaal;
❍bij inschakelen van het ASR of het ESP 2 (waar voor-
zien);
Als de cruise-control tijdens het rijden is in-
geschakeld, zet dan nooit de versnellingspook
in de vrijstand.
Bij een storing of een afwijkende werking van
de cruise-control, moet de draaiknop A-fig. 31
in stand OFF worden gezet. Laat het systeem,
na controle van de zekering, door het Lancia Ser-
vicenetwerk controleren.
001-120 Delta 2ed NL 5-08-2008 14:14 Pagina 67
Page 189 of 254

188IN NOODGEVALLEN
38
38
38
–
38
38
38
38
38
38
38
38F42
F43
F44
F45
F46
F47
F48
F49
F50
F51
F52
F535
30
15
–
20
20
20
5
7,5
5/7,5 (*)
15
7,5
VERBRUIKERS ZEKERING AMPÈRAGE FIGUUR
Knooppunt Remsysteem, gierhoeksensor
Ruitensproeiers module voor tweeweg-pomp
ruitensproeiers voor/achter op stuurkolomschakelaar
Aansteker/stekkerdoos op tunnel,
stekkerdoos bagageruimte
Vrij
Motor elektrisch bedienbaar opendak
Ruitbediening linksvoor
Ruitbediening rechtsvoor
Schakelaar waarschuwingsknipperlichten, centraal schakelaarpaneel
rechterzijde en linkerzijde op autoradio/navigatiesysteem (verlichting),
bedieningsorganen op het stuurwiel (verlichting), schakelaarpaneel op
plafondverlichting voor (verlichting), regeleenheid interieurbewaking,
elektrisch bedienbaar opendak (regeleenheid, verlichting schakelaars),
regensensor/schemersensor, elektrochroom spiegel, inschakeling
verwarmingselementen in voorstoelen
Airbagregeleenheid
Aansteker (verlichting), cruise-control, knooppunt Convergence,
Regeleenheid parkeersensoren, AQS-sensor, klimaatregeling,
elektrisch bedienbare buitenspiegels, bandenspanningsregeleenheid,
regeleenheid lane assist, regeleenheid gasontladingslampen
op koplamp rechts (*)
Module voor tweeweg-pomp achterruitwisser
Instrumentenpaneel, richtingaanwijzers achter
153-192 Delta 2ed NL 5-08-2008 14:23 Pagina 188
Page 246 of 254

INHOUD245
7
Automatisch inschakelende
koplampen................................ 59
Automatische klimaatregeling met
gescheiden regeling.................... 53
Bagageruimte............................ 88
Bagageruimte........................... 46
Bagageruimteverlichting
Banden
– standaard banden ...............232
– verklaring van de
– winterbanden ..................... 232
– bandenspanning.................. 233
– vervangen ........................... 163
Bandenspanningscontrolesysteem
TPMS .................................. 111
Bedieningsorganen .................. 70
Beker-/blikjeshouder ............... 78
Bescherming van het milieu ..... 120
Bestuurdersstoel
lendensteunverstelling.............. 46
– met elektrische verwarming ... 46
– reinigen ................................. 220Bougies................................... 225
Brandstofnoodschakelaar ......... 72
Brandstofsysteem.................... 227
Brandstofverbruik................... 242
Buitenverlichting..................... 58
Buitenverlichting..................... 60
Carrosserie ................................ 217
– carrosserie-uitvoeringen......... 224
Centraal vergrendelen................. 84
CO
2-emissie............................... 244
Code Card................................... 38
Contactslot................................. 44
Cruise Control............................. 65
Dashboardkastjeverlichting
Dimlicht (bediening)................... 60
– lamp vervangen...................... 174
Display....................................... 20
– menupunten........................... 24
– storingsmeldingen.................. 32
Displaymeldingen........................ 32
Dop brandstoftank ..................... 119
DPF (Roetfilter) ......................... 120
ABS ........................................... 106
Accu
– starten met een
achterportieren ...................... 85
Achterruitensproeier................... 214
Achterruitenwisser
– bediening .............................. 63
– sproeiers ................................ 216
– wisserbladen .......................... 214
Achteruitrijverlichting
Adaptieve lichten......................... 59
Adaptieve verlichting................... 97
Afmetingen................................ 234
AFS............................................. 97
Afstandbediening (sleutel)........... 39
Airbags
– frontairbags ........................... 135
– sidebags ................................ 138
Alarm ......................................... 41
Armsteun voor/achter..............74-76
Asbak......................................... 79
ASR (systeem) ............................ 105
Auto langere tijd stallen.............. 150
245-252 Delta 2ed NL 5-08-2008 14:25 Pagina 245