airbag Lancia Musa 2010 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2010, Model line: Musa, Model: Lancia Musa 2010Pages: 218, PDF Size: 3.72 MB
Page 9 of 218
8
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
VEILIGHEID
DASHBOARD
EN
BEDIENING
L0D0374m
1.Vaste luchtroosters aan zijkant –2.Linker hendel –3.Dashboardkastje linksboven –4.Rechter hendel –5.Luchtroos-
ters in het midden –6.Instrumentenpaneel –7.Dashboardkastje rechtsboven –8.Opbergvak –9.Airbag passagierszijde –
10.Bedieningsknoppen verwarming/ventilatie/airconditioning –11.Bedieningsknoppen –12.Autoradio (voor bepaalde uit-
voeringen/markten) –13.Start-/contactslot –14.Airbag bestuurderszijde –15.Cruise-control (voor bepaalde uitvoerin-
gen/markten).
DASHBOARD
De aanwezigheid en de opstelling van de bedieningsorganen, de instrumenten en de controle-/waarschuwingslampjes kunnen
per uitvoering verschillen.
De middenconsole boven en onder biedt, afhankelijk van de wensen van de cliënt, meerdere oplossingen: zie volgende afbeeldingen.
fig. 1
Page 35 of 218
34
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
VEILIGHEID
DASHBOARD
EN
BEDIENING
Inschakeling/Uitschakeling
van de frontairbag aan
passagierszijde en de zij-airbag
voor de bescherming
van borstkas/bekken (sidebag)
(Airbag pass.)
(voor bepaalde
uitvoeringen/markten)
Met deze functie kan de passagier-
sairbag worden in-/uitgeschakeld.
Ga als volgt te werk:
❒druk op de knop MODEen druk,
nadat op de display het bericht
(Bag pass Off) (voor uitschake-
ling) of het bericht (Bag pass On)
(voor inschakeling) is verschenen
door het indrukken van de knop-
pen+en–, druk opnieuw op de
knopMODE;
❒op de display verschijnt het be-
richt om de instelling te bevesti-
gen;
❒selecteer door het indrukken van
de knop +of–(Ja) (voor bevesti-
ging van de inschakeling/uitscha-
keling) of (Nee) (om te annule-
ren);
❒druk kort op de knop MODE; er
verschijnt een bevestiging van de
gekozen instelling en er wordt te-
ruggekeerd naar het menuscherm
of, wanneer de knop even inge-
drukt wordt gehouden, naar het
beginscherm zonder op te slaan.
MODE
MODE
MODE
– +
L0D2169g L0D2170g
L0D2171g L0D2172g
L0D2173g L0D2174gL0D2174g
L0D2175gL0D2176g
– +
– +
– +
Page 96 of 218
95
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
VEILIGHEID
VEILIGHEIDSGORDELS ................................. 96
GORDELSPANNERS ........................................ 99
KINDEREN VEILIG VERVOEREN .................. 101
MONTAGEVOORBEREIDING VOOR
“ISOFIX UNIVERSEEL”-KINDERZITJE.......... 105
FRONTAIRBAGS .............................................. 108
ZIJ-AIRBAGS
(Sidebags – Headbags)...................................... 110
Page 103 of 218
102
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
De resultaten van onderzoek naar de
optimale bescherming van kleine kin-
deren zijn verwerkt in de Europese
ECE/R44-voorschriften die wettelijk
verplicht zijn. De systemen zijn on-
derverdeeld in vijf groepen:
Groep 0 gewicht tot aan 10 kg
Groep 0+ gewicht tot aan 13 kg
Groep 1 gewicht: 9-18 kg
Groep 2 gewicht: 15-25 kg
Groep 3 gewicht: 22-36 kg
Zoals u ziet is er een gedeeltelijke
overlapping tussen de groepen;
daarom zijn in de handel systemen
verkrijgbaar die geschikt zijn voor
verschillende gewichtsgroepen.
Alle systemen moeten zijn voorzien
van de typegoedkeuring en van een
goed vastgehecht plaatje met het con-
trolemerk, dat absoluut niet mag wor-
den verwijderd.
Kinderen met een lengte van meer
dan 1,50 m worden, met betrekking
tot de veiligheidssystemen, gelijkge-
steld met volwassenen en moeten dan
ook normaal de veiligheidsgordels
omleggen.
In het Lancia Lineaccessori-pro-
gramma zijn kinderzitjes opgenomen
voor elke gewichtsgroep. Deze zijn
speciaal ontworpen en ontwikkeld
voor de Lancia-modellen.
ZEER GEVAARLIJK: Mon-
teer absoluut geen kinder-
zitje achterstevoren op de passa-
giersstoel voor als de frontairbag
aan passagierszijde is ingeschakeld.
Als bij een ongeval de airbag in
werking treedt (opblaast), kan dit
ernstig letsel en zelfs de dood tot ge-
volg hebben. Wij raden u aan kin-
deren altijd op de zitplaatsen ach-
ter te vervoeren, omdat die plaatsen
bij een ongeval de meeste bescher-
ming bieden. Kinderzitjes mogen
beslist nooit op de voorstoel gemon-
teerd worden bij auto's die zijn uit-
gerust met een airbag aan passa-
gierszijde. Als bij een ongeval de
airbag in werking treedt (opblaast),
kan dit ernstig letsel en zelfs de
dood tot gevolg hebben, ongeacht de
zwaarte van het ongeluk.
ATTENTIE
Als er geen andere moge-
lijkheid is, kunnen kinde-
ren op de voorstoel aan
passagierszijde worden
vervoerd bij auto’s die zijn
uitgerust met een uitscha-
kelbare frontairbag aan passa-
gierszijde.
In dit geval moet u er absoluut ze-
ker van zijn dat de airbag is uitge-
schakeld door te controleren of het
gele waarschuwingslampje op het
instrumentenpaneel brandt (zie
„Frontairbags passagierszijde” in
de paragraaf „Front- en zij-air-
bags”). Bovendien moet de stoel zo
ver mogelijk naar achteren zijn ge-
schoven om te voorkomen dat het
kinderzitje eventueel in aanraking
komt met het dashboard.
ATTENTIE
Page 106 of 218
105
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
Hieronder zijn de richtlijnen
voor een veilig vervoer
van kinderen aangegeven:
❒Plaats het kinderzitje bij voorkeur
op een van de zitplaatsen achter
omdat deze plaatsen bij een onge-
val de meeste bescherming bieden.
❒Als de airbag aan passagierszijde
buiten werking wordt gesteld,
moet altijd gecontroleerd worden
of het betreffende gele lampje “
op het instrumentenpaneel continu
brandt.
❒Houdt u bij de montage van het
kinderzitje strikt aan de instructies.
De fabrikant is verplicht deze in-
structies bij te leveren. Bewaar de
instructies samen met het instruc-
tieboekje in de auto. Monteer geen
gebruikte kinderzitjes waarvan de
gebruiksaanwijzingen ontbreken.
❒Controleer of de gordels goed zijn
vastgemaakt door aan de gordel-
band te trekken.❒Ieder veiligheidssysteem is bedoeld
voor slechts één kind: vervoer nooit
twee kinderen in één systeem.
❒Controleer altijd of de gordel niet
langs de nek van het kind loopt.
❒Zorg er tijdens de rit voor dat het
kind geen afwijkende houding
aanneemt of de gordels losmaakt.
❒Vervoer kinderen nooit in uw ar-
men, ook geen pasgeboren kinde-
ren. Niemand is sterk genoeg om
ze bij een ongeval vast te houden.
❒Na een ongeval moet het zitje door
een nieuw exemplaar worden ver-
vangen.MONTAGEVOORBE
REIDING VOOR
“ISOFIX
UNIVERSEEL”-
KINDERZITJE
(voor bepaalde uitvoerin-
gen/markten)
De auto is voorbereid op de montage
van “Isofix Universeel”-kinderzitjes;
een nieuw gestandaardiseerd Euro-
pees systeem voor het vervoeren van
kinderen. In fig. 14is een voorbeeld
gegeven van het kinderzitje. Het Iso-
fix Universeel-kinderzitje is er voor
drie gewichtsgroepen: 1.
Monteer absoluut geen
kinderzitje op de voorstoel
aan de passagierszijde als deze is
uitgerust met een airbag, omdat
kinderen nooit op de voorstoel ver-
voerd mogen worden.
ATTENTIE
Page 109 of 218
108
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
FRONTAIRBAGS
De auto is uitgerust met frontairbags
aan bestuurders- en aan passagiers-
zijde, met headbags (voor bescher-
ming van het hoofd) en als optional
met zij-airbags voor (sidebags);
De frontairbags (bestuurder en pas-
sagier) beschermen de inzittenden
voor bij middelzware en zware fron-
tale botsingen, door het opblazen van
een luchtkussen tussen de inzittende
en het stuurwiel of het dashboard.
Als de airbags niet worden geactiveerd
bij andere soorten botsingen (zijde-
lings, van achter, over de kop slaan
enz), betekent dit niet dat het systeem
niet goed functioneert.
Bij een frontale botsing zorgt een re-
geleenheid ervoor, indien nodig, dat
het kussen wordt opgeblazen. Het
kussen blaast onmiddellijk op, waar-
door het lichaam van de inzittenden
voor wordt opgevangen en de kans op
letsel beperkt wordt. Direct daarna
loopt het kussen weer leeg.
De frontairbags (bestuurder en passa-
gier) zijn geen vervanging voor de vei-
ligheidsgordels, maar een aanvulling.
Draag dus altijd veiligheidsgordels. Bo-
vendien is het dragen van veiligheids-
gordels wettelijk verplicht in Europa
(en in de meeste landen daarbuiten).Bij een ongeval kan een inzittende die
geen veiligheidsgordel heeft omgelegd,
in contact komen met een airbag die
nog niet volledig opgeblazen is. Hier-
door wordt de inzittende minder door
de airbag beschermd.
Het is mogelijk dat de frontairbags
in de volgende gevallen niet worden
geactiveerd:
❒bij frontale botsingen, met een an-
der deel van de auto dan het front,
tegen makkelijk vervormbare ob-
jecten (bijv. als het voorspatbord te-
gen de vangrail komt of tegen
grindhopen);
❒als de auto onder andere auto’s of
veiligheidsvoorzieningen schuift (bij-
voorbeeld onder vrachtwagens of de
vangrail); omdat geen enkele aan-
vullende bescherming wordt gebo-
den op de veiligheidsgordels. Als de
airbags in deze gevallen niet geacti-
veerd worden, betekent dit niet dat
het systeem niet goed functioneert.
De frontairbags aan bestuurders- en
passagierszijde zijn ontworpen voor
een optimale bescherming van de in-
zittenden voor met omgelegde veilig-
heidsgordels. Als de airbags volledig
opgeblazen zijn, vullen zij het groot-
ste deel van de ruimte tussen het
stuurwiel en de bestuurder en het
dashboard en de voorpassagier.FRONTAIRBAG AAN
BESTUURDERSZIJDE fig. 17
Deze bestaat uit een opblaasbaar kus-
sen dat in een daarvoor bestemde
ruimte in het midden van het stuur-
wiel is geplaatst.
fig. 17L0C0416m
Page 110 of 218
109
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
fig. 18L0C0145m
FRONTAIRBAG AAN
PASSAGIERSZIJDE fig. 18
Deze bestaat uit een opblaasbaar kus-
sen met een groter volume dan dat
aan bestuurderszijde. Het kussen is in
een daarvoor bestemde ruimte Ain
het dashboard geplaatst. Bij lichte
aanrijdingen (waarbij de bescherming
door de veiligheidsgordel voldoende
is) worden de airbags niet geactiveerd.
Daarom is het gebruik van de veilig-
heidsgordels absoluut noodzakelijk,
want de gordel houdt de inzittende bij
een zijdelingse botsing in de juiste po-
sitie en voorkomt dat de inzittende uit
de auto wordt geslingerd bij zware
botsingen.
Plaats geen stickers of an-
dere objecten op het stuur-
wiel, op het gedeelte A-fig. 18 van
de airbag aan passagierszijde of
de zijkant van de hemelbekleding.
Plaats geen voorwerpen op het
dashboard aan de passagierszijde
(bijv. een mobiele telefoon), omdat
deze het correct openen van de air-
bag aan passagierszijde kunnen
hinderen en de inzittenden ernstig
kunnen verwonden.
ATTENTIE
ZEER GEVAARLIJK: Mon-
teer absoluut geen kinder-
zitje achterstevoren op de passa-
giersstoel voor als de airbag aan
passagierszijde is ingeschakeld.
Als bij een ongeval de airbag wordt
geactiveerd, kan het kind hierdoor
dodelijke verwondingen oplopen.
ATTENTIE
Als de frontairbag aan
passagierszijde kan wor-
den uitgeschakeld, moet
deze worden uitgeschakeld
als er een kinderzitje op de
voorstoel wordt geplaatst.
Bovendien moet de passagiersstoel
zo ver mogelijk naar achteren zijn
geschoven om te voorkomen dat het
kinderzitje eventueel in aanraking
komt met het dashboard. Ook als
het niet wettelijk verplicht is, ra-
den wij u aan, voor een optimale
bescherming van de volwassenen,
de airbag onmiddellijk weer in te
schakelen zodra er geen kinderen
meer vervoerd worden.
ATTENTIE
Page 111 of 218
110
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
FRONTAIRBAG EN ZIJ-AIRBAG
AAN PASSAGIERSZIJDE
HANDMATIG UITSCHAKELEN
(Sidebag- voor bepaalde
uitvoeringen/markten)
Als het absoluut noodzakelijk is een
kind op de passagiersstoel voor te ver-
voeren, moeten de frontairbag en de
sidebag (voor bepaalde uitvoerin-
gen/markten) aan passagierszijde
worden uitgeschakeld.
Het waarschuwingslampje “op het
dashboard blijft continu branden tot-
dat de frontairbag en de zij-airbag
(sidebag) (voor bepaalde uitvoerin-
gen/markten) aan passagierszijde op-
nieuw worden ingeschakeld.ZIJ-AIRBAGS
(Sidebags –
Headbags)
(voor bepaalde
uitvoeringen/markten)
SIDEBAGS fig. 19
(voor bepaalde
uitvoeringen/markten)
Deze sidebags zijn kussens die zich
snel opblazen en bevinden zich in de
rugleuning van de voorstoelen. Ze heb-
ben tot doel de borstkast van de inzit-
tenden te beschermen bij middelzware
en zware zijdelingse aanrijdingen.
Raadpleeg voor het hand-
matig uitschakelen van de
frontairbag en zij-airbag (side-
bag) (voor bepaalde uitvoerin-
gen/markten) aan passagierszijde,
de paragraaf „Instelbaar multi-
functioneel display” in het hoofd-
stuk „Dashboard en bediening”.
ATTENTIE
Bedek de rugleuning van
de voorstoelen niet met
hoezen of kleden die niet zijn voor-
bereid op het gebruik met sidebags.
ATTENTIE
fig. 19L0C0147m
fig. 20L0C0148m
HEADBAGS fig. 20
(voor bepaalde
uitvoeringen/markten)
De headbags bestaan uit twee “gor-
dijn”-systemen, die zich aan de zij-
kanten in de hemelbekleding bevinden
en die zijn afgedekt met een afwerk-
lijst. De headbags bieden bescherming
aan het hoofd van de inzittenden voor
en achter tijdens een zijdelingse bot-
sing, dankzij het grote effectieve op-
pervlak van de kussens. In het Lancia Lineaccessori-pro-
gramma zijn stoelhoezen opgenomen
voor stoelen die zijn uitgerust met
sidebags.
Page 112 of 218
111
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
De zij-airbags zijn geen vervanging
voor de veiligheidsgordels, maar een
aanvulling. Draag dus altijd veilig-
heidsgordels. Bovendien is het dragen
van veiligheidsgordels wettelijk ver-
plicht in Europa (en in de meeste lan-
den daarbuiten).
BELANGRIJK De inzittende wordt bij
een zijdelingse botsing optimaal door
het systeem beschermd als hij/zij in
de juiste positie in de stoel zit. Hier-
door kan de headbag op de juiste
wijze worden opgeblazen.
BELANGRIJK De frontairbags en/of
zij-airbags kunnen worden geacti-
veerd bij krachtige stoten aan de on-
derzijde van de carrosserie, bijvoor-
beeld bij zware botsingen tegen
drempels of stoepranden of obstakels
op het wegdek, of als de auto terecht
komt in grote gaten of verzakkingen
in het wegdek.
WAARSCHUWING Als de airbag in
werking treedt, ontsnapt een beetje
rook. Deze rook is niet schadelijk en
duidt niet op brand; bovendien kan
het oppervlak van het opgeblazen
kussen en het interieur van de auto
bedekt zijn met een laagje poeder: dit
poeder kan de huid en de ogen irrite-
ren. Als u hiermee in aanraking bent
gekomen, moet u zich met neutrale
zeep en water wassen.Het airbagsysteem heeft een geldig-
heid van 14 jaar voor wat betreft de
pyrotechnische lading en van 10 jaar
voor wat betreft het spiraalmecha-
nisme. Laat voor het verstrijken van
deze termijn het systeem door het
Lancia Servicenetwerk vervangen.
BELANGRIJK Na een ongeval waar-
bij een of meerdere airbags zijn geac-
tiveerd, dient u contact op te nemen
met het Lancia Servicenetwerk om de
geactiveerde airbags te laten vervan-
gen en de werking van het systeem te
laten controleren.
Alle controlewerkzaamheden, repara-
ties en de vervanging van de airbag
moeten door het Lancia Servicenet-
werk worden uitgevoerd.
Aan het einde van de lange levens-
duur van uw auto, moet u contact op-
nemen met het Lancia Servicenetwerk
om het systeem buiten werking te la-
ten stellen, bovendien moet bij ver-
koop van de auto de nieuwe eigenaar
op de hoogte gesteld worden van het
gebruik en de instructies, en moet hij
het instructieboekje ontvangen.
BELANGRIJK Het in werking treden
van de gordelspanners, de frontair-
bags en de zij-airbags voor wordt door
de elektronische regeleenheid bepaald,
afhankelijk van het type ongeval. Als
een van deze onderdelen niet in wer-
king treedt, dan duidt dat niet op een
storing in het systeem.
Steun niet met het hoofd, de
armen of de ellebogen tegen
het portier, de ruiten of in het gebied
van de headbag om verwondingen
tijdens het opblazen te voorkomen.
Steek nooit het hoofd, de armen of
de ellebogen uit het raam.
ATTENTIE
Als u de contactsleutel in
stand MAR draait en het
lampje
¬gaat niet branden of
blijft branden tijdens het rijden,
dan is er mogelijk een storing in de
veiligheidssystemen; in dat geval
kunnen de airbags of gordelspan-
ners niet geactiveerd worden bij
een ongeval of, in een zeer beperkt
aantal gevallen, niet op de juiste
wijze geactiveerd worden. Voordat
u verder rijdt, dient u contact op te
nemen met het Lancia Servicenet-
werk om het systeem direct te la-
ten controleren.
Bedek de rugleuning van de voor-
stoelen niet met hoezen of kleden
die niet zijn voorbereid op het ge-
bruik met sidebags.
ATTENTIE
ALGEMENE OPMERKINGEN
Page 113 of 218
112
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGE-
VALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABTETISH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
Rijd altijd met beide han-
den op de stuurwielrand,
zodat bij het in werking treden van
de airbag, het systeem niet wordt
gehinderd door obstakels. Rijd niet
met voorover gebogen lichaam,
maar ga goed rechtop zitten en
steun tegen de rugleuning. Laat bij
diefstal of een poging tot diefstal,
bij beschadiging of als de auto bij
een overstroming onder water is ge-
weest, het airbagsysteem door het
Lancia Servicenetwerk controleren.
ATTENTIE
Reis niet met voorwerpen
op schoot of voor de borst
en houd vooral geen pijp, potlood
enz. in de mond. Bij een ongeval
waarbij de airbag in werking treedt,
kan dit ernstig letsel veroorzaken.
ATTENTIE
De frontairbag treedt in
werking als de botsing
zwaarder is dan een botsing waar-
bij alleen de gordelspanners wor-
den geactiveerd. Bij aanrijdingen
die tussen die twee drempelwaar-
den in liggen, treden alleen de gor-
delspanners in werking.
ATTENTIE
Als u de contactsleutel in
stand MAR draait, gaat
het lampje “(met de frontairbag
aan passagierszijde ingeschakeld)
enkele seconden knipperen, om
u eraan te herinneren dat de air-
bag aan passagierszijde bij een
botsing wordt geactiveerd. Hierna
moet het lampje doven.
ATTENTIE
De stoelen mogen niet met
water worden afgenomen
of met stoom worden gereinigd
(met de hand of in een automatisch
wasapparaat).
ATTENTIE
De airbag is geen vervan-
ging voor de veiligheids-
gordels, maar een aanvulling. Om-
dat de frontairbags niet worden
geactiveerd bij frontale botsingen
bij lage snelheid, bij zijdelingse
aanrijdingen en als de auto van
achter wordt aangereden of over de
kop slaat, worden in deze gevallen
de inzittenden uitsluitend door de
veiligheidsgordels beschermd. De
gordels moeten dus altijd gedragen
worden.
ATTENTIE
Haak geen harde voorwer-
pen aan de kledinghaakjes
en aan de steunhandgrepen.
ATTENTIE
Als de contactsleutel in
stand MAR staat, kunnen,
ook bij uitgezette motor, de airbags
inschakelen als de auto stilstaat en
de auto frontaal wordt aangereden
door een andere auto die met vol-
doende snelheid rijdt. Daarom mo-
gen, ook als de auto stilstaat,
absoluut geen kinderen op de pas-
sagiersstoel voor worden geplaatst.
Als de contactsleutel echter in
stand STOP staat, wordt bij een
ongeval geen enkel veiligheidssys-
teem (airbag of gordelspanners)
geactiveerd; als een systeem niet in
werking treedt, betekent dit niet
dat het systeem niet goed werkt.
ATTENTIE