Lancia Thema 2013 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2013, Model line: Thema, Model: Lancia Thema 2013Pages: 380, PDF Size: 3.9 MB
Page 171 of 380

OPMERKING: U kunt de zonwe-
ring niet sluiten als het zonnedak
is geopend.
WINDGERUIS
Windgeruis kan worden beschreven
als het gevoel van druk op de oren,
vergelijkbaar met het geluid van een
helikopter. U ervaart dit windgeruis
mogelijk wanneer de ramen zijn ge-
opend of wanneer het zonnedak (voor
bepaalde uitvoeringen/landen) geheel
of gedeeltelijk is geopend. Dit is een
normaal verschijnsel, dat tot een mi-
nimum kan worden beperkt. Als u last
heeft van windgeruis bij geopende
achterramen, open dan ook de voor-
ramen om het effect te verminderen.
Wanneer sprake is van windgeruis bij
geopend zonnedak, verstel dan de
zonnedakopening of open een raam
om het effect tot een minimum te be-
perken.ONDERHOUD VAN
ZONNEDAK
Gebruik voor het reinigen van het
glaspaneel uitsluitend niet-schurende
schoonmaakmiddelen en een zachte
doek.
WERKING BIJ
UITGESCHAKELD
CONTACT
Bij auto's die niet zijn voorzien van
het elektronische voertuiginformatie-
centrum (EVIC), blijft de schakelaar
van het elektrisch bediende zonnedak
45 seconden lang actief nadat de con-
tactschakelaar in de stand LOCK is
gezet. Door het openen van een voor-
portier wordt deze functie uitgescha-
keld.
OPMERKING:
Bij auto's die zijn voorzien van
EVIC, blijft de schakelaar van
het elektrisch bediende zonne-
dak tot ongeveer tien minuten
lang actief nadat de contact-
schakelaar in de stand LOCK is
gezet. Door het openen van een
voorportier wordt deze functie
uitgeschakeld.
Met het Uconnect Touch™ sys- teem kan de actieve tijd na uit-
schakeling van de contactscha-
kelaar worden ingesteld.
Raadpleeg de paragraaf "Instel-
lingen van Uconnect Touch™"
in het hoofdstuk "Het instru-
mentenpaneel" voor meer infor-
matie hierover.
165
Page 172 of 380

COMMANDVIEW®
ZONNEDAK MET
ELEKTRISCH BEDIENDE
ZONWERING — (voor
bepaalde uitvoeringen/
landen)
De schakelaar voor het Command-
View® zonnedak bevindt zich links
op de dakconsole tussen de zonne-
kleppen.
De schakelaar voor de elektrisch be-
diende zonwering bevindt zich rechts
op de dakconsole tussen de zonne-
kleppen.
WAARSCHUWING!
Laat kinderen nooit alleen achterin de auto terwijl de afstandsbe-
diening in de auto aanwezig is.
Inzittenden, en vooral kinderen
zonder toezicht, kunnen bekneld
raken in de opening van het elek-
trisch bedienbare zonnedak wan-
neer ze de schakelaars voor het
elektrisch bedienbare zonnedak
bedienen. Een dergelijke beknel-
ling kan ernstig of zelfs dodelijk
letsel tot gevolg hebben.
In geval van een aanrijding is het risico om uit een voertuig geslin-
gerd te worden groter wanneer
het zonnedak geopend is. U kunt
ernstig of zelfs dodelijk gewond
raken. Draag altijd op de juiste
manier uw veiligheidsgordel en
controleer of alle passagiers dit
ook doen.
Sta niet toe dat kleine kinderen het zonnedak bedienen. Steek
nooit uw vingers, andere li-
chaamsdelen of voorwerpen door
het zonnedak naar buiten. Anders
bestaat er kans op letsel. ZONNEDAK OPENEN —
SNEL
Als u de schakelaar naar achteren
drukt en snel (binnen een halve se-
conde) loslaat, wordt het zonnedak
automatisch vanuit iedere stand ge-
opend. Het zonnedak wordt volledig
geopend en stopt automatisch. Dit is
de functie "Snel openen". De functie
Snel openen zorgt dat bij iedere bewe-
ging van de schakelaar het zonnedak
stopt.
ZONNEDAK OPENEN —
HANDMATIG
Om het zonnedak te openen, drukt u
de schakelaar naar achteren en houdt
u de schakelaar in deze stand. Als u de
schakelaar loslaat, stopt de beweging
en blijft het zonnedak gedeeltelijk ge-
opend totdat de schakelaar opnieuw
naar achteren wordt gedrukt.
ZONNEDAK SLUITEN —
SNEL
Als u de schakelaar naar voren drukt
en snel (binnen een halve seconde)
Schakelaars voor CommandView®
zonnedak en elektrisch bediende zonwering
166
Page 173 of 380

loslaat, wordt het zonnedak automa-
tisch vanuit iedere stand gesloten. Het
zonnedak wordt volledig gesloten en
stopt automatisch. Dit is de functie
"Snel sluiten". De functie Snel sluiten
zorgt dat bij iedere beweging van de
schakelaar het zonnedak stopt.
ZONNEDAK SLUITEN —
HANDMATIG
Om het zonnedak te sluiten, drukt u
de schakelaar naar voren en houdt u
de schakelaar in deze stand. Als u de
schakelaar loslaat, stopt de beweging
en blijft het zonnedak gedeeltelijk ge-
sloten totdat de schakelaar opnieuw
naar voren wordt gedrukt.
ELEKTRISCH BEDIENDE
ZONWERING OPENEN —
SNEL
Als u de zonweringsschakelaar kort
(korter dan een halve seconde) naar
achteren drukt, wordt de zonwering
automatisch vanuit iedere stand ge-
opend. De zonwering wordt volledig
geopend en stopt automatisch. Dit is
de functie "Snel openen". De functieSnel openen zorgt dat bij iedere bewe-
ging van de schakelaar de zonwering
stopt.
ELEKTRISCH BEDIENDE
ZONWERING OPENEN —
HANDMATIG
Om de zonwering te openen, drukt u
de schakelaar naar achteren en houdt
u de schakelaar in deze stand. Als u de
schakelaar loslaat, stopt de beweging
en blijft de zonwering gedeeltelijk ge-
opend totdat de schakelaar opnieuw
naar achteren wordt gedrukt.
ELEKTRISCH BEDIENDE
ZONWERING SLUITEN —
SNEL
Als u de schakelaar naar voren drukt
en snel (binnen een halve seconde)
loslaat, wordt de zonwering automa-
tisch vanuit iedere stand gesloten. De
zonwering wordt volledig gesloten en
stopt automatisch. Dit is de functie
"Snel sluiten". De functie Snel sluiten
zorgt dat bij iedere beweging van de
schakelaar de zonwering stopt.
ELEKTRISCH BEDIENDE
ZONWERING SLUITEN —
HANDMATIG
Om de zonwering te sluiten, drukt u
de schakelaar naar voren en houdt u
de schakelaar in deze stand. Als u de
schakelaar loslaat, stopt de beweging
en blijft de zonwering gedeeltelijk ge-
sloten totdat de schakelaar opnieuw
naar voren wordt gedrukt.
KLEMBEVEILIGING
Deze functie zorgt ervoor dat obsta-
kels in de opening van het zonnedak
worden gedetecteerd bij gebruik van
de functie Snel sluiten. Als een obsta-
kel in de baan van het zonnedak
wordt gedetecteerd, trekt het zonne-
dak zich automatisch terug. Verwijder
het obstakel als dit gebeurt. Druk ver-
volgens de schakelaar kort naar voren
om het zonnedak snel te sluiten.
167
Page 174 of 380

OPMERKING: Wanneer drie op-
eenvolgende pogingen om het zon-
nedak te sluiten zijn onderbroken
door de obstakeldetectie, wordt de
vierde poging uitgevoerd als een
handmatige sluiting met uitge-
schakelde klembeveiliging.
WINDGERUIS
Windgeruis kan worden beschreven
als het gevoel van druk op de oren,
vergelijkbaar met het geluid van een
helikopter. U ervaart dit windgeruis
mogelijk wanneer de ramen zijn ge-
opend of wanneer het zonnedak (voor
bepaalde uitvoeringen/landen) geheel
of gedeeltelijk is geopend. Dit is een
normaal verschijnsel, dat tot een mi-
nimum kan worden beperkt. Als u last
heeft van windgeruis bij geopende
achterramen, open dan ook de voor-
ramen om het effect te verminderen.
Wanneer sprake is van windgeruis bij
geopend zonnedak, verstel dan de
zonnedakopening of open een raam
om het effect tot een minimum te be-
perken.ONDERHOUD VAN
ZONNEDAK
Gebruik voor het reinigen van het
glaspaneel uitsluitend niet-schurende
schoonmaakmiddelen en een zachte
doek.
WERKING BIJ
UITGESCHAKELD
CONTACT
Bij auto's die niet zijn voorzien van
het elektronische voertuiginformatie-
centrum (EVIC), blijft de schakelaar
van het elektrisch bediende zonnedak
45 seconden lang actief nadat de con-
tactschakelaar in de stand LOCK is
gezet. Door het openen van een voor-
portier wordt deze functie uitgescha-
keld.
OPMERKING:
Bij auto's die zijn voorzien van
EVIC, blijft de schakelaar van
het elektrisch bediende zonne-
dak tot ongeveer tien minuten
lang actief nadat de contact-
schakelaar in de stand LOCK is
gezet. Door het openen van een
voorportier wordt deze functie
uitgeschakeld.
Met het Uconnect Touch™ sys- teem kan de actieve tijd na uit-
schakeling van de contactscha-
kelaar worden ingesteld.
Raadpleeg de paragraaf "Instel-
lingen van Uconnect Touch™"
in het hoofdstuk "Het instru-
mentenpaneel" voor meer infor-
matie hierover.
ZONNEDAK VOLLEDIG
GESLOTEN
Druk de schakelaar kort naar voren
zodat het zonnedak geheel wordt ge-
sloten.
168
Page 175 of 380

ELEKTRISCHE
AANSLUITCONTACTEN
In de auto zijn twee aansluitcontacten
van 12 volt (13 ampère) aanwezig. De
aansluitcontacten worden beveiligd
door een zekering.
Steek voor een goede werking een
aansteker of accessoirestekker in de
aansluitcontacten, wanneer u deze
wilt gebruiken.LET OP!
Zorg ervoor dat het maximum-vermogen van 160 watt (13 amp)
bij 12 volt niet wordt overschre-
den. Als het vermogen van 160
Watt (13 amp) wordt overschre-
den zal de zekering, die het sys-
teem beveiligt, vervangen moeten
worden.
(Vervolgd)
LET OP!(Vervolgd)
De aansluitcontacten zijn uitslui- tend bedoeld voor accessoirestek-
kers. Steek geen voorwerpen in de
aansluitcontacten, om te voorko-
men dat de contacten worden be-
schadigd en de zekering door-
brandt. Bij verkeerd gebruik van
het elektrische aansluitcontact
kan schade worden veroorzaakt
die niet door de beperkte garantie
van een nieuw voertuig wordt ge-
dekt.
Het 12 volt-aansluitcontact voorin is
alleen voorzien van voedingsspanning
wanneer de contactschakelaar in de
stand ACC of RUN staat.
WAARSCHUWING!
Bij auto's zonder asbak mag u het
vakje op de middenconsole niet als
asbak gebruiken. Hierdoor kan
brand ontstaan, met mogelijk
brandwonden tot gevolg.
De voeding voor het aansluitcontact
op de middenconsole wordt recht-
streeks door de accu geleverd. Dit
contact daarom dus altijd stroom. Ac-
cessoires die op dit contact worden
aangesloten, kunnen de accu ontladen
en/of het starten van de motor onmo-
gelijk maken.
Er bevindt zich ook een 12 volt-
aansluitcontact aan de achterkant
Aansluitcontact voorin
Elektrisch aansluitcontact middenconsole
169
Page 176 of 380

van de middenconsole voor de passa-
giers op de achterbank. Dit aansluit-
contact wordt alleen van voe-
dingspanning voorzien wanneer de
contactschakelaar in de stand ACC of
RUN staat.
WAARSCHUWING!
Ter voorkoming van ernstig of zelfs
dodelijk letsel:
Sluit op de 12 volt-aansluitcontacten alleen appara-
ten aan die geschikt zijn voor dit
type aansluitcontact.
Raak de aansluitcontacten niet aan met natte handen.
(Vervolgd)
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
Zorg dat het klepje is gesloten tijdens het rijden en wanneer u
het aansluitcontact niet gebruikt.
Onjuist gebruik van dit aansluit- contact kan leiden tot een elektri-
sche schok en storing.LET OP!
Veel accessoires die u op de aan-sluitcontacten kunt aansluiten,
ontvangen ook voedingsspanning
van de accu in de auto als u ze niet
gebruikt (bijv. mobiele telefoons).
Als u de accessoires te lang aan-
gesloten laat, raakt de accu zo ver
ontladen dat de levensduur ervan
afneemt en/of de motor niet meer
zal starten.
Accessoires die veel vermogen vergen, zoals koelers, stofzuigers,
lampen, enz., zullen de accu nog
sneller ontladen. Gebruik deze
met mate en wees extra voorzich-
tig.
(Vervolgd)
Aansluitcontact middenconsoleachter
Zekeringlocaties voor
aansluitcontacten
Zekering 1 — nr. 12 20 A geel, siga-
rettenaansteker instrumentenpaneel
en aansluitcontact console achter
Zekering 2 — nr. 38 20 A geel, aan-
sluitcontact in armsteun
170
Page 177 of 380

LET OP!(Vervolgd)
Na het gebruik van accessoires die veel vermogen vereisen of na
een lange periode dat de auto niet
werd gestart (met nog aangeslo-
ten accessoires), moet er lang ge-
noeg met de auto worden gere-
den, totdat de dynamo de accu
weer op kan laden.
De aansluitcontacten zijn uitslui-
tend bedoeld voor accessoirestek-
kers. Laat geen accessoire of ac-
cessoiresteun aan de stekker
hangen. Onjuist gebruik van het
aansluitcontact kan schade ver-
oorzaken.
BEKERHOUDERS
BEKERHOUDERS VOORIN
De bekerhouders bevinden zich in de
voorste rand van de middenconsole. Verwarmde en gekoelde
bekerhouders (voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
Uw auto is mogelijk uitgerust met ver-
warmde en gekoelde bekerhouders.
De bekerhouders houden warme
dranken warm en koude dranken
koel.Druk eenmaal op het symbool voor
"koud" om de bekerhouder in te scha-
kelen. Druk nogmaals op het symbool
om de bekerhouder uit te schakelen.
Druk eenmaal op het symbool voor
"warm" om de bekerhouder in te
schakelen. Druk nogmaals op het
symbool om de bekerhouder uit te
schakelen.
WAARSCHUWING!
Wanneer u de bekerhouder ge-
bruikt in de warme stand, moet u
ervoor zorgen dat u het verwarmde
deel van de bekerhouder niet aan-
raakt om brandwonden te voorko-
men. Personen die geen pijn op de
(Vervolgd)
Schuifdeksel
Bekerhouders voorin
Schakelaars voor verwarmde engekoelde bekerhouders
171
Page 178 of 380

WAARSCHUWING!(Vervolgd)
huid kunnen voelen als gevolg van
ouderdom, chronische ziekte, dia-
betes, rugletsel, medicatie, alcohol-
gebruik, uitputting of een andere
lichamelijke conditie, moeten voor-
zichtig zijn bij het gebruik van de
verwarmde bekerhouders. Zorg dat
er zich geen afval of andere objec-
ten in de bekerhouder bevinden als
u de bekerverwarming gebruikt.
BEKERHOUDERS
ACHTERIN
De bekerhouders achterin bevinden
zich in de middenarmsteun tussen de
zitplaatsen op de achterbank. De be-
kerhouders zijn vooraan en naast el-
kaar in de armsteun aangebracht voor
gemakkelijke toegang tot blikjes of
flessen met behoud van de nodige
armsteunruimte voor de inzittenden
achterin. Verlichte bekerhouders
In sommige auto's zijn de bekerhou-
ders achterin voorzien van een ver-
lichte ring die de bekerhouders voor
de achterpassagiers verlicht. De ver-
lichte ring wordt bediend met de dim-
schakelaar. Raadpleeg de paragraaf
"Verlichting" in het hoofdstuk "De
functies van uw auto" voor meer in-
formatie hierover.OPBERGRUIMTE
HANDSCHOENENKASTJE
Het handschoenenkastje bevindt zich
aan de passagierszijde van het instru-
mentenpaneel.
Bekerhouders achterin
Verlichte ring in bekerhouder
achterin
Handschoenenkastje
Geopend handschoenenkastje
172
Page 179 of 380

CONSOLE
Aan de voorzijde van de schakelhen-
del bevindt zich een opbergvakje. Dit
opbergvakje is afgesloten met een
klepje dat u kunt openen door erop te
drukken. Druk op het klepje om het te
openen en druk er nogmaals op om
het te sluiten.
Onder de armsteun van de midden-
console bevinden zich nog twee aparte
opbergruimten.
In de armsteun van de middenconsole
bevindt zich een bovenste, verwijder-
bare opberglade die over een rails
naar voren/achteren kan worden ge-
schoven voor toegang tot de ondersteopbergruimte. Deze lade heeft een
geïntegreerde muntenhouder en een
extra gedeelte voor kleine zaken als
een iPod of telefoon. De onderste op-
bergruimte onder de bovenste lade is
bedoeld voor grotere voorwerpen, zo-
als cd's en tissuedozen. Ook bevinden
zich hier een 12 volt-aansluitcontact,
een USB-aansluiting en een Aux-
aansluiting.
WAARSCHUWING!
Ga niet rijden met de auto als con-
solevak is geopend. Tijdens het rij-
den moeten mobiele telefoons,
(Vervolgd)
WAARSCHUWING!(Vervolgd)
MP3-spelers en andere draagbare
apparatuur zijn opgeborgen. Ge-
bruik van deze apparatuur tijdens
het rijden kan uw aandacht aflei-
den en ernstig of zelfs dodelijk letsel
veroorzaken door ongevallen.
OPBERGRUIMTEN IN
PORTIEREN
De portierpanelen beschikken over
opbergruimten.
Middenconsole
Bovenste opbergruimte
Opbergvak bekledingspaneel voorportier
173
Page 180 of 380

OPBERGRUIMTE IN
ARMSTEUN ACHTERBANK
(voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
De passagiers op de achterbank be-
schikken over een opbergruimte in de
armsteun. Til de vergrendeling om-
hoog om deze opbergruimte te ope-
nen.
LAADRUIMTE — AUTO'S
MET 60/40-DEELBARE/
NEERKLAPBARE
ACHTERBANK
De 60/40 deelbare/neerklapbare ach-
terbank zorgt voor extra laadruimte.
De rugleuningen kunnen eenvoudigworden neergeklapt door aan de ny-
lonlussen tussen de rugleuningen en
de zittingen te trekken. Als de achter-
bank is neergeklapt, ontstaat een
grote, vrijwel vlakke laadvloer.
Wanneer de rugleuning rechtop staat,
moet u controleren of deze goed is
vastgeklikt door stevig aan de boven-
kant van de rugleuning te trekken,
boven de band.
WAARSCHUWING!
Controleer of de rugleuning stevig
is vergrendeld. Als de rugleuning
niet goed is vergrendeld, biedt de
achterbank onvoldoende stabili-
teit voor kinderzitjes en/of passa-
giers. Een instabiele zitting kan
leiden tot ernstig letsel.
De laadruimte achter in de auto (al dan niet met neergeklapte
achterbank) mag tijdens het rij-
den niet door kinderen worden
gebruikt als speelruimte. Bij een
ongeval zouden ze ernstig letsel
kunnen oplopen. Kinderen horen
plaats te nemen in een geschikt
kinderzitje.
(Vervolgd)
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
Ter bescherming tegen persoon- lijk letsel horen passagiers niet
plaats te nemen in de laadruimte.
De laadruimte achterin is niet be-
doeld voor passagiers. Zij horen
in stoelen te zitten en veiligheids-
gordels te dragen.WAARSCHUWING!
Het gewicht en de positie van la-
ding en inzittenden is van invloed
op de locatie van het zwaartepunt
van de auto en het weggedrag. Volg
de onderstaande richtlijnen voor de
belading van uw auto, om te voor-
komen dat u de macht over het
stuur verliest en letsel veroorzaakt:
Verdeel bagage altijd gelijkmatigover de laadvloer. Plaats zwaar-
dere voorwerpen zo laag en zo ver
mogelijk naar voren.
Plaats zoveel mogelijk bagage
vóór de achteras. Door te veel of
verkeerd geplaatst gewicht boven
of achter de achteras kan de ach-
terkant van de auto uitbreken.
(Vervolgd)
Opbergruimte in armsteunachterbank
174