Lancia Ypsilon 2014 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2014, Model line: Ypsilon, Model: Lancia Ypsilon 2014Pages: 307, PDF Size: 13.3 MB
Page 131 of 307

BELANGRIJK
De gordelspanner is voor éénmalig
gebruik bestemd. Na gebruik dient
men zich te wenden tot het Lancia
Servicenetwerk om de gordelspanners te
laten vervangen. De geldigheid van het
systeem is aangegeven op een plaatje dat
zich op de metalen portierrand bevindt.
Laat het systeem door het Lancia
Servicenetwerk vervangen voordat deze
termijn is verstreken.Werkzaamheden waarbij stoten,
trillingen of plaatselijke verhittingen
(maximum 100°C gedurende ten
hoogste 6 uur) vrijkomen, kunnen de
gordelspanners beschadigen of doen
activeren. Onder deze omstandigheden
behoren niet trillingen die voortgebracht
worden door een slecht wegdek of door
contact met kleine obstakels zoals
trottoirbanden. Wendt u zich hiervoor steeds
tot het Lancia Servicenetwerk
KRACHTBEGRENZERS
Voor een nog betere bescherming van de
inzittenden bij een ongeval, zijn de
oprolautomaten van de gordels voor voorzien van
een krachtbegrenzer die bij een frontale aanrijding
de piekbelasting op de borst en schouders
beperken.ALGEMENE WAARSCHUWINGEN VOOR HET
GEBRUIK VAN DE VEILIGHEIDSGORDELS
De bestuurder moet zich aan alle plaatselijke
wettelijke voorschriften met betrekking tot de
verplichting en de manier waarop de gordel wordt
gebruikt houden en moet ook de inzittenden
deze voorschriften doen naleven. Leg de
veiligheidsgordel altijd om alvorens weg te rijden.
Ook zwangere vrouwen moeten de
veiligheidsgordel omleggen: voor zwangere
vrouwen en het ongeboren kind wordt het risico
op verwondingen bij een ongeval fors ingeperkt als
de gordel wordt gedragen. Natuurlijk moeten
zwangere vrouwen wel het onderste deel van de
gordel lager omleggen, zodat de gordel over het
bekken en onder de buik komt (zie fig. 98).
fig. 98
L0F0010
127WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 132 of 307

BELANGRIJK
Voor een maximale veiligheid moet
de rugleuning rechtop gezet worden,
moet men goed tegen de rugleuning
aanzitten en moet de gordel goed aansluiten
op de borst en het bekken. Draag altijd
veiligheidsgordels, zowel voor- als achterin!
Rijden zonder veiligheidsgordels doet bij
ongeval het risico op ernstige verwondingen
toenemen en kan zelfs de dood tot gevolg
hebben.
BELANGRIJK
Het is ten strengste verboden
onderdelen van de veiligheidsgordel
of gordelspanner te demonteren of aan te
passen. Werkzaamheden aan deze
onderdelen moeten worden uitgevoerd door
gekwalificeerd en erkend personeel. Wendt
u altijd tot het Lancia Servicenetwerk.
Zorg dat de gordelband nooit gedraaid is. Het
bovenste gordelgedeelte moet over de schouder en
schuin over de borst liggen. Het onderste
gordelgedeelte moet over het bekken (zoals
aangegeven in fig. 99) en dus niet over de buik
liggen. Steek nooit voorwerpen (wasknijpers,
klemmen enz.) tussen de gordel en het lichaam
van de inzittende.Elke gordel kan slechts een enkele persoon
beschermen. Vervoer nooit kinderen op de schoot
van inzittenden met één veiligheidsgordel voor
beiden fig. 100. Steek geen enkel voorwerp tussen
de gordel en het lichaam van een inzittende.
fig. 99
L0F0011
fig. 100
L0F0012
128WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 133 of 307

BELANGRIJK
Nadat een gordel aan een zware
belasting is blootgesteld (bijvoorbeeld
bij een ongeval), moet de gordel compleet
met de verankeringen,
bevestigingsschroeven en de gordelspanner
worden vervangen. Ook als er geen zichtbare
schade is, kan de gordel toch verzwakt zijn.
ONDERHOUD VAN DE
VEILIGHEIDSGORDELS
Volg voor het juiste onderhoud van de
veiligheidsgordels de volgende aanwijzingen op:
❒zorg altijd dat de gordel degelijk uitgetrokken
en niet gedraaid is; controleer ook of het
oprolautomaat niet haperend werkt;
❒vervang de gordels na een ongeval, ook al lijken
ze niet beschadigd. Vervang de gordels ook
steeds als de gordelspanners werden geactiveerd.
❒gebruik water en neutrale zeep om de gordels
met de hand te wassen. Spoel de gordels en
laat ze in de schaduw drogen. Gebruik nooit
aggressieve, blekende of kleurende middelen of
andere producten die het weefsel van de gordel
kunnen aantasten;❒zorg dat er geen vocht in de oprolautomaat
komt: de goede werking ervan is alleen
gegarandeerd als ze droog blijven
❒vervang de gordels als ze sporen van slijtage of
beschadiging vertonen.
129WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 134 of 307

VEILIG KINDEREN VERVOERENOm een optimale bescherming bij een ongeval te
kunnen garanderen, moeten alle passagiers
neerzitten en gebruik maken van goedgekeurde
beveiligingssystemen.
Dit is een wettelijke verplichting in alle
EU-landen, conform de Europese richtlijn
2003/20/EC.
Dit geldt des te meer voor kinderen. Vergeleken
met volwassen is het hoofd van kleine kinderen in
verhouding met de rest van het lichaam groter
en zwaarder, maar de spieren en de botstructuur
van kinderen zijn nog niet volledig ontwikkeld.
Kinderen moeten daarom geschikte
beveiligingssystemen worden beschermd die
verschillen van de veiligheidsgordels voor
volwassenen.
De onderzoeksresultaten naar de beste
bescherming van kleine kinderen zijn opgenomen
in de Europese richtlijn ECE-R44. Deze richtlijn
regelt het verplichte gebruik van
beveiligingssystemen en verdeelt deze in vijf
groepen:Groep Gewichtsgroep
Groep 0 tot 10 kg
Groep 0+ tot 13 kg
Groep 1 9-18 kg
Groep 2 15-25 kgGroep 3 22-36 kg
Alle beveiligingssystemen moeten de
typegoedkeuring hebben, alsook een goed
vastgehecht plaatje met het controleteken dat
nooit niet mag worden verwijderd. Kinderen
langer dan 1,50 m worden wat de
beveiligingsystemen betreft gelijkgesteld aan
volwassenen en moeten de standaard
veiligheidsgordels dragen. In het Lancia
Lineaccessori-assortiment zijn kinderzitjes voor
elke gewichtsgroep opgenomen. Het gebruik
van deze kinderzitjes is sterk aanbevolen, want ze
zijn speciaal ontworpen voor Lancia voertuigen.
BELANGRIJK
Monteer geen kinderzitjes
achterstevoren op de passagiersstoel
voor wanneer de frontairbag aan
passagierszijde is ingeschakeld. Bij een
ongeval, hoe klein ook, kan de airbag ernstig
letsel en zelfs de dood van de baby tot
gevolg hebben. Het is raadzaam kinderen
altijd op de achterbank te vervoeren, bij een
ongeval biedt de achterbank de meeste
bescherming.
130WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 135 of 307

BELANGRIJK
Mocht het toch nodig zijn om kleine
kinderen in kinderzitjes
achterstevoren op de passagiersstoel te
vervoeren, dan moeten de passagiersairbags
(front- en zijairbags) worden uitgeschakeld
via het Setup menu. Controleer in dergelijke
gevallen steeds of de airbags effectief zijn
uitgeschakeld door na te gaan of het
waarschuwingslampje op het
instrumentenpaneel brandt. Bovendien moet
de passagiersstoel zo ver mogelijk naar
achteren zijn geschoven om te voorkomen
dat het kinderzitje eventueel in aanraking
komt met het dashboard.
"UNIVERSEEL" KINDERZITJE
MONTEREN (met de
veiligheidsgordels)GROEP 0 en 0+
Baby's tot 13 kg moeten in babyzitjes worden
vervoerd die achterstevoren zijn geplaatst, waarbij
het achterhoofd wordt gesteund en bij plotseling
remmen de nek niet wordt belast.
Het babyzitje wordt op zijn plaats gehouden door
de veiligheidsgordels van de auto, zoals getoond
in fig. 101, en moet het kind beschermen met
de eigen gordels.
fig. 101
L0F0013
131WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 136 of 307

GROEP 1
Kinderen met een gewicht tussen 9 en 18 kg
mogen vooruit geplaatst vervoerd wordenfig. 102.
BELANGRIJK
Er zijn kinderzitjes met Isofix
bevestigingen beschikbaar, waarmee
het zitje veilig met de stoel verankerd kan
worden zonder de veiligheidsgordels van de
auto te gebruiken.
BELANGRIJK
De afbeeldingen dienen slechts ter
illustratie van de montage. Monteer
het kinderzitje overeenkomstig de
aanwijzingen, die de fabrikant verplicht
moet bijsluiten voor dit type
tegenhoudsysteem.
GROEP 2
Kinderen met een gewicht tussen 15 en 25 kg
mogen rechtstreeks de veiligheidsgordels van de
auto gebruiken fig. 103.
Het kinderzitje is in dit geval nodig om het kind
correct ten opzichte van de gordels te plaatsen,
zodat het diagonale gordelgedeelte schuin over de
borst en nooit langs de nek ligt; het onderste
gordelgedeelte moet over het bekken en niet over
de buik liggen.
fig. 102
L0F0187
fig. 103
L0F0014
132WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 137 of 307

GROEP 3
Voor kinderen met een gewicht tussen 22 en 36 kg
bestaan er geschikte verhogingen om de
veiligheidsgordel correct te kunnen omleggen.
In fig. 104 wordt een voorbeeld gegeven van de
juiste positie van het kind op de achterbank.
Kinderen langer dan 1,50 m kunnen de
veiligheidsgordels net zoals volwassenen dragen.
BELANGRIJK
De afbeeldingen dienen slechts ter
illustratie van de montage. Monteer
het kinderzitje overeenkomstig de
aanwijzingen, die de fabrikant verplicht
moet bijsluiten voor dit type
tegenhoudsysteem.
fig. 104
L0F0015
133WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 138 of 307

GESCHIKTHEID VAN DE ZITPLAATSEN VOOR HET GEBRUIK VAN HET UNIVERSELE
KINDERZITJE
De auto voldoet aan de nieuwe Europese 2000/3/EG-richtlijn inzake de montage van kinderzitjes op de
verschillende plaatsen in de auto overeenkomstig de volgende tabel:Groep Gewichtsgroep VoorpassagierPassagier achterin in
het middenPassagiers
achterin aan de
zijkanten
Groep 0, 0+ tot 13 kg
UXU
Groep 1 9-18 kg
UXU
Groep 2 15-25 kg
UXU
Groep 3 22-36 kg
UXU
U= geschikt voor "Universele" kinderzitjes overeenkomstig de Europese ECE/R44-norm voor de aangegeven "Groepen".
X= ongeschikte zitplaats voor kinderen in deze gewichtscategorie.
134WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 139 of 307

Belangrijkste veiligheidsvoorschriften die voor
het vervoeren van kinderen opgevolgd moeten
worden:
❒Monteer kinderzitjes altijd op de achterbank,
omdat die plaats bij een ongeval de meeste
bescherming biedt.
❒Als de passagiersairbag buiten werking is
gesteld, controleer dan het lampje op het
instrumentenpaneel om er zeker van te zijn dat
deze airbag daadwerkelijk is uitgeschakeld.
❒Neem de aanwijzingen die de producent
verplicht bij het kinderzitje moet leveren
zorgvuldig in acht. Bewaar deze aanwijzingen
samen met de overige documenten en dit
instructieboekje in de auto. Gebruik geen
gebruikte kinderzitjes waarvan de
gebruiksaanwijzingen ontbreken.
❒Controleer of de gordel goed is vastgemaakt
door eraan te trekken.
❒Elk tegenhoudsysteem is bedoeld voor slechts
één kind: vervoer nooit twee kinderen in een
zitje.
❒Controleer altijd of de gordel niet langs de nek
van het kind loopt.
❒Controleer tijdens het rijden dat het kind geen
verkeerde houding aanneemt of de gordels
losmaakt.❒Vervoer kinderen nooit op schoot, ook geen
pasgeborenen. Niemand is in staat om een kind
vast te houden bij een ongeval.
❒Na een ongeval moet het kinderzitje door een
nieuw exemplaar worden vervangen.
135WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 140 of 307

INBOUWVOORBEREIDING VOOR
“ISOFIX”-KINDERZITJEDe auto is voorbereid op de montage van een
“Isofix Universeel”-kinderzitje; een nieuw
gestandaardiseerd Europees systeem voor het
veilig vervoeren van kinderen.
Een Isofix-kinderzitje kan naast een conventioneel
kinderzitje worden gemonteerd. Ter illustratie is
een “Isofix Universeel”-kinderzitje voor
gewichtsgroep 1 weergegeven op fig. 105. Voor
andere gewichtsgroepen zijn specifieke Isofix-
kinderzitjes voorzien. Deze kinderzitjes kunnen
alleen worden gebruikt als het speciaal voor deze
auto is ontworpen, getest en goedgekeurd (zie
overzicht auto’s met bijbehorende kinderzitje).
BELANGRIJK De zitplaats midden op de
achterbank is niet geschikt voor gebruik van alle
typen Isofix kinderzitjes
fig. 105
L0F0016
136WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEIDSTARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER