OPEL GRANDLAND X 2020 Gebruikershandleiding (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2020, Model line: GRANDLAND X, Model: OPEL GRANDLAND X 2020Pages: 293, PDF Size: 21.79 MB
Page 261 of 293

Verzorging van de auto259Polijsten is alleen nodig als de laklaag
mat geworden is of aanslag vertoont.
Autopolish met siliconen vormt een
vuilwerende laag, waardoor in de was
zetten overbodig is.
Kunststof carrosseriedelen mogen niet met autowas of polijstmiddelen
worden behandeld.
Ruiten en wisserbladen
Schakel de wissers vóór het werken
in hun bereik uit.
Een zachte, pluisvrije doek of een
zeemleer en een ruitenreiniger en
insectenverwijderaar gebruiken.
Wrijf bij het reinigen van de achterruit van de binnenkant altijd parallel aan
het verwarmingselement om schade
te voorkomen.
Om handmatig ijs te verwijderen, een ijskrabber met een scherpe rand
gebruiken. IJskrabber stevig tegen de ruit drukken, zodat er geen vuil onderde krabber kan komen en er geen
krassen op de ruit worden gemaakt.Wisserbladen die strepen trekken,
met een zachte doek en een ruiten‐
reiniger reinigen. Zorg dat u ook
achtergebleven was, insecten en
dergelijke van de ruit verwijdert.
IJs, verontreiniging en continu vegen
op droge ruiten beschadigen of
vernietigen zelfs de wisserbladen.
Panoramadak Gebruik een zachte niet pluizende
doek of een zeemleer met ruitenrei‐
niger om het panoramadak te reini‐
gen.
Velgen en banden
Niet schoonmaken met hogedrukrei‐
nigers.
Velgen met een pH-neutrale velgen‐
reiniger reinigen.
Velgen zijn gelakt en kunnen met
dezelfde middelen worden behandeld als de carrosserie.Lakschade
Geringe lakschade voordat er roest‐
vorming optreedt met een lakstift
herstellen. Grotere lakschade of
roestvorming door een werkplaats
laten herstellen.
Onderstel Sommige delen van de bodemplaatzijn voorzien van een beschermende
pvc-laag, terwijl er op andere delen
een duurzame beschermende
waslaag is aangebracht.
De bodemplaat na het schoonspuiten
controleren en indien nodig een
nieuwe waslaag laten aanbrengen.
Bitumineuze / rubber materialen
kunnen de pvc-laag aantasten. Werk‐ zaamheden aan de bodemplaat door
een werkplaats laten uitvoeren.
De bodemplaat vóór en ná de winter
schoonspuiten en daarna de
beschermende waslaag laten contro‐
leren.
Page 262 of 293

260Verzorging van de autoAutogasinstallatie9Gevaar
Vloeibaar gas is zwaarder dan
lucht en kan zich op lage punten
verzamelen.
Wees voorzichtig wanneer u in
een werkkuil aan het chassis
werkt.
Voor spuitwerk en bij gebruik van een
moffelcabine bij een temperatuur
boven 60 °C moet de lpg-tank worden verwijderd.
Breng geen wijzigingen aan de auto‐
gasinstallatie aan.
Trekhaak
Reinig de kogelstang niet met een
stoom- of hogedrukreiniger.
Verzorging interieur
Interieur en bekleding Interieur van de auto inclusief instru‐
mentenpaneel en bekleding alleen
met een droge doek of interieurreini‐
ger schoonmaken.
Reinig de lederen bekleding met
zuiver water en een zachte doek.
Gebruik een reinigingsmiddel voor leder als de bekleding erg vuil is.
De instrumentengroep en de displays
alleen met een vochtige doek reini‐
gen. Gebruik indien nodig water en milde zeep.
Stoffen bekleding met een stofzuiger
en een borstel reinigen. Vlekken met een bekledingreiniger verwijderen.
Het weefsel van de stof is wellicht niet kleurvast. Dit kan zichtbare verkleu‐ringen veroorzaken, met name op
lichtgekleurde bekleding. Reinig
verwijderbare vlekken en verkleurin‐
gen zo spoedig mogelijk.
Veiligheidsgordels met lauw water of
een interieurreiniger schoonmaken.Voorzichtig
Door sluiten van klittenbandsluitin‐ gen en openen van klittenband‐
sluitingen kan de stoelbekleding
beschadigd raken.
Hetzelfde geldt voor kledingstuk‐
ken met scherpe voorwerpen
zoals ritssluitingen, riemen of spij‐
kerbroeken met metalen accen‐
ten.
Kunststof en rubber onderdelen
Kunststof en rubberen onderdelen
mogen met dezelfde middelen
worden gereinigd als de carrosserie.
Indien nodig een interieurreiniger
gebruiken. Geen andere middelen
gebruiken. Vooral geen oplosmidde‐ len of brandstof. Niet schoonmakenmet hogedrukreinigers.
Page 263 of 293

Verzorging van de auto261Vloermatten9Waarschuwing
Als een vloermat niet de goede
afmetingen heeft of niet goed is
gelegd, kan deze het gaspedaal
en/of het rempedaal in de weg
zitten. Dit kan onbedoeld accele‐
reren van de auto en/of een
langere remweg en daardoor een
botsing en letsel veroorzaken.
Hanteer de volgende richtlijnen voor
een goed gebruik van de vloermatten.
● De origineel meegeleverde vloer‐
matten zijn ontworpen voor uwauto. Laat beschadigde vloer‐matten alleen vervangen door
gecertificeerde vloermatten.
Controleer altijd of de vloermat‐
ten niet in de weg van de pedalen liggen.
● Gebruik de vloermaat met de juiste zijde omhoog. Keer deze
niet.
● Leg niets op de vloermat aan bestuurderszijde.
● Gebruik aan bestuurderszijde alleen een enkele vloermat.
Vloermatten leggen en
wegnemen
De vloermat aan bestuurderszijde en
de vloermat aan passagierszijde
worden elk op hun plaats gehouden
door twee borgingen.
Leg de vloermat als volgt:
1. Zet de stoel zo ver mogelijk naar achteren.2.Laat de sleuven in de mat samen‐
vallen met de borgingen, zie
afbeelding.
3. Duw de mat op de vloer.
Verwijder de vloermat als volgt: 1. Zet de stoel zo ver mogelijk naar achteren.
2. Trek de vloermat omhoog weg.
Page 264 of 293

262Service en onderhoudService en
onderhoudAlgemene informatie ..................262
Service-informatie ...................262
Aanbevolen vloeistoffen, smeer‐ middelen en onderdelen ............265
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen .......................265Algemene informatie
Service-informatie
Het is voor de bedrijfs- en verkeers‐ veiligheid en voor het behoud van de
waarde van uw auto belangrijk dat
alle servicewerkzaamheden met de
voorgeschreven intervallen worden
uitgevoerd.
Het uitgebreide bijgewerkte service‐
schema voor uw auto is beschikbaar in de werkplaats.
Er is sprake van zware bedrijfsom‐
standigheden als een of meer van de
volgende situaties vaak voorkomen:
Koude starts, frequent stoppen en
optrekken zoals bij taxi's en politie‐
voertuigen, ritten met een aanhanger, ritten in de bergen, ritten op slechte
en rulle wegdekken, ernstige lucht‐
vervuiling, zand en veel stof in de
lucht, ritten op grote hoogte en grote
temperatuurschommelingen.In dergelijke zware omstandigheden
moeten bepaalde onderhoudswerk‐ zaamheden wellicht vaker worden
verricht dan met het reguliere service- interval dat op het service-display
verschijnt. Raadpleeg een werkplaats
voor aangepaste onderhoudssche‐
ma's.
Servicedisplay 3 94.
Registraties Uitgevoerde service wordt geregi‐
streerd op de daarvoor bestemde
plaatsen in het service- en garantie‐
boekje. De datum en afgelezen kilo‐
meterstand worden bevestigd met
stempel en handtekening van de
uitvoerende werkplaats.
Zorg ervoor dat het service- en garan‐
tieboekje correct wordt ingevuld,
omdat een sluitend bewijs van
service essentieel is bij aanspraken
op garantie of goodwill en tevens een pluspunt is bij verkoop van de auto.
Page 265 of 293

Service en onderhoud263Onderhoudsintervallen
Motortype
EB2ADT
EB2ADTS
EB2FAEP6FADTXDEB2DTS
EP6FDTMD
EP6FDTMLandengroep 120.000 km / 1 jaar20.000 km / 1 jaar30.000 km / 1 jaarLandengroep 215.000 km / 1 jaar20.000 km / 1 jaar20.000 km / 1 jaarLandengroep 315.000 km / 1 jaar20.000 km / 1 jaar20.000 km / 1 jaar10.000 km / 1 jaar 1)Landengroep 415.000 km / 1 jaar20.000 km / 1 jaar20.000 km / 1 jaarLandengroep 510.000 km / 1 jaar10.000 km / 1 jaar1)
Tenzij anders aangegeven op het service-display.
Motortype
DV5RC
DV5RD
DV5RCD
DV5RCE
DW10FCDV6D
Landengroep 130.000 km / 1 jaar 1)30.000 km / 1 jaar 1)Landengroep 230.000 km / 1 jaar 1)30.000 km / 1 jaar 1)Landengroep 315.000 km / 1 jaar20.000 km / 1 jaarLandengroep 415.000 km / 1 jaar20.000 km / 1 jaar15.000 km / 1 jaarLandengroep 510.000 km / 1 jaar10.000 km / 1 jaar10.000 km / 1 jaar1)
Tenzij anders aangegeven op het service-display.
Page 266 of 293

264Service en onderhoudLandengroep 1:
Andorra, Oostenrijk, België, Cyprus, Denemarken, Finland, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, IJsland, Republiek Ierland,
Italië, Liechtenstein, Luxemburg, Malta, Monaco, Nederland, Noorwegen, Portugal, San Marino, Spanje, Zweden, Zwit‐
serland, Verenigd Koninkrijk.Landengroep 2:
Bosnië-Herzegovina, Bulgarije, Kroatië, Tsjechische Republiek, Estland, Noord-Macedonië, Hongarije, Letland, Litouwen,
Polen, Roemenië, Slowakije, Slovenië.Landengroep 3:
Albanië, Montenegro, Servië.Landengroep 4:
Israël, Zuid-Afrika, Turkije, Lesotho, Swaziland.Landengroep 5:
Alle andere landen die niet zijn vermeld in de vorige landengroepen.Registraties
Uitgevoerde service wordt geregistreerd op de daarvoor bestemde plaatsen in het service- en garantieboekje. De datum
en afgelezen kilometerstand worden bevestigd met stempel en handtekening van de uitvoerende werkplaats.
Zorg ervoor dat het service- en garantieboekje correct wordt ingevuld, omdat een sluitend bewijs van service essentieel is bij aanspraken op garantie of goodwill en tevens een pluspunt is bij verkoop van de auto.
Page 267 of 293

Service en onderhoud265Aanbevolen
vloeistoffen,
smeermiddelen en
onderdelen
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen
Gebruik alleen producten die voldoen aan de aanbevolen specificaties.9 Waarschuwing
Bedrijfsvloeistoffen zijn gevaarlijk
en mogelijk giftig. Voorzichtig
hanteren. Informatie op de verpak‐ king in acht nemen.
Motorolie
Motorolie wordt ingedeeld op basis van kwaliteit en viscositeit. Bij de
keuze van motorolie is kwaliteit
belangrijker dan viscositeit. Door de
motoroliekwaliteit blijft o.a. de motor schoon, is de slijtage minimaal en
veroudert de motorolie minder snel.
De viscositeit geeft informatie over de
dikte van de motorolie bij diverse
temperaturen.
Kies de juiste motorolie op basis van
zijn kwaliteit en de minimale omge‐
vingstemperatuur 3 269.
Motorolie bijvullenVoorzichtig
Neem eventuele gemorste motor
olie op met een doek en voer deze
op de juiste wijze af.
Motoroliesoorten van verschillende
fabrikanten en merken kunnen
worden gemengd zolang ze voldoen
aan de vereiste motoroliekwaliteit en
-viscositeit.
Gebruik van motoroliën voor alle benzinemotoren met alleen ACEA-
kwaliteit is verboden, aangezien dit onder bepaalde omstandigheden
motorschade kan veroorzaken.
Kies de juiste motorolie op basis van
zijn kwaliteit en de minimale omge‐
vingstemperatuur 3 269.
Extra motorolieadditieven
Het gebruik van extra motorolieaddi‐
tieven kan schade tot gevolg hebben
en de garantie ongeldig maken.
Viscositeitswaarden motorolie
De SAE-viscositeitswaarde geeft
informatie over de dikte van de motor‐
olie.
Multigrade-motorolie wordt geklas‐
seerd door twee cijfers, bijv.
SAE 5W-30. Het eerste cijfer, gevolgd door een W, geeft de viscositeit bij
lage temperaturen, het tweede cijfer
de viscositeit bij hoge temperaturen aan.
Selecteer de juiste viscositeitswaarde
op basis van de minimale omgevings‐ temperatuur 3 269.
Alle aanbevolen viscositeitswaarden
zijn geschikt voor hogere omgevings‐
temperaturen.
Koelvloeistof en antivries
Gebruik uitsluitend Long Life koel‐
vloeistof/antivries (LLC) op basis van
organisch zuur, die voor de auto is
goedgekeurd. De hulp van een werk‐
plaats inroepen.
Page 268 of 293

266Service en onderhoudHet systeem is af fabriek afgevuld
met koelvloeistof voor optimale corro‐ siewering en vorstbescherming tot
een temperatuur van ca. -28 °C. In
koude regio's met extreem lage
temperaturen biedt de af fabriek
bijgevulde koelvloeistof vorstbe‐
scherming tot ca. -37 °C. Deze
concentratie dient het gehele jaar in
stand te worden gehouden. Extra
koelvloeistofadditieven die bedoeld zijn om extra corrosiebestendigheid
te bieden of om kleine lekken te dich‐ ten kunnen functiestoringen veroor‐zaken. Aansprakelijkheid voor even‐
tuele gevolgen van het gebruik van
extra koelvloeistofadditieven wordt
niet aanvaard.
Sproeiervloeistof Gebruik uitsluitend voor de auto
goedgekeurde sproeiervloeistof om
schade aan wisserbladen, lakwerk,
kunststof en rubberen onderdelen te
voorkomen. De hulp van een werk‐
plaats inroepen.Rem- en koppelingsvloeistof
Remvloeistof absorbeert na verloop
van tijd vocht waardoor de remmen
minder efficiënt werken. De remvloei‐ stof moet daarom na het aangegeven interval worden ververst.
AdBlue Gebruik AdBlue alleen voor het terug‐
brengen van het aandeel stikstof‐
oxide in de uitstoot van uitlaatgassen
3 149.
Page 269 of 293

Technische gegevens267Technische
gegevensVoertuigidentificatie ...................267
Voertuigidentificatienummer ....267
Typeplaatje .............................. 267
Motor-ID .................................. 268
Autogegevens ............................ 269
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen .......................269
Motorgegevens ........................271
Prestaties ................................ 274
Afmetingen auto ......................275
Inhouden ................................. 276
Bandenspanningswaarden ......277Voertuigidentificatie
Voertuigidentificatienum‐mer
Het voertuigidentificatienummer kan
op het instrumentenpaneel zijn
geperst, zichtbaar door de voorruit, of
in de motorruimte op het rechter
carrosseriepaneel.
Typeplaatje
Het typeplaatje is aangebracht in de
linker of rechter portieropening.
Page 270 of 293

268Technische gegevensGegevens op het typeplaatje:1:fabrikant2:typegoedkeuringsnummer3:voertuigidentificatienummer4:toegelaten totaal voertuiggewichtin kg5:toegelaten totaal treingewicht
in kg6:maximale toegelaten belading
van de vooras in kg7:maximale toegelaten belading
van de achteras in kg8:gegevens die specifiek zijn voor
de auto of voor het land waarin de
auto wordt gebruikt
De som van de voor- en achterasbe‐
lasting mag niet groter zijn dan het
maximale totaalgewicht van de auto.
Het leeggewicht van de auto hangt af van de autospecificaties, dat wil
zeggen optionele uitrusting en acces‐ soires. Raadpleeg de EEG-conformi‐
teitsverklaring die bij uw auto is gele‐
verd, of andere landelijke registratie‐
documenten.
Deze technische gegevens zijn
samengesteld volgens EU-normen.
Wijzigingen voorbehouden. Specifi‐
caties in de voertuigdocumenten
prevaleren altijd boven die in deze
handleiding.
Motor-ID
De tabellen met technische gegevens bevatten de code van de motor-ID.
Motorgegevens 3 271.
Voor het bepalen van de desbetref‐
fende motor kunt u de EEG-conformi‐
teitsverklaring die bij uw auto is gele‐
verd, of andere landelijke registratie‐ documenten raadplegen.