OPEL VIVARO B 2014.5 Handleiding Infotainment (in Dutch)
Manufacturer: OPEL, Model Year: 2014.5, Model line: VIVARO B, Model: OPEL VIVARO B 2014.5Pages: 101, PDF Size: 1.53 MB
Page 41 of 101
Cd-speler41
Let op
Willekeurig afspelen wordt niet uit‐
geschakeld wanneer het audiosys‐
teem uitgeschakeld wordt of de bron gewijzigd wordt.
Pauze
Druk even op de m draaiknop, @ of
tegelijk op de toetsen ! en # om het
afspelen van cd/mp3 cd te onderbre‐
ken. Opnieuw indrukken om het af‐
spelen te hervatten.
De pauzefunctie wordt automatisch
uitgeschakeld wanneer het volume
wordt ingesteld, de audiobron wordt
gewijzigd of automatische informatie‐
berichten worden weergegeven.
Extra tekstinformatie (cd-text of
id3-tag) weergeven
Na het selecteren van een nummer of
album drukt u even op TEXT of de
genummerde toets 5 (van de
zendertoetsen 1...6 ) om op de cd be‐
schikbare tekstinformatie op te roe‐
pen (bijv. naam van artiest, album of
nummer).Voor het ineens weergeven van alle
tekstinformatie houdt u genummerde
toets 5 of TEXT ingedrukt.
Sluit het weergeven af met de
toets /.
Een cd verwijderen
Druk op de d-toets: De cd wordt uit
de cd-sleuf geworpen.
Als de cd na het uitwerpen niet wordt
verwijderd, wordt hij na enkele secon‐ den automatisch weer naar binnen
getrokken.
CD30 BT - Gebruik cd-speler
Cd afspelen starten
Schakel het Infotainmentsysteem in
(door op de knop m te drukken) en
duw de cd met de bedrukte zijde naar boven in de cd-sleuf totdat deze erin
getrokken is: het afspelen van de cd
start automatisch.
Als er reeds een cd in de speler is,
drukt u op de toets RADIO/CD: het
afspelen van de cd wordt gestart.Let op
Afhankelijk van de op de audio- of mp3-cd opgeslagen gegevens wordt verschillende informatie over de cd
en de actuele muziektrack op het
display weergegeven.
Album of nummer selecteren
Draai de draaiknop om een album of
nummer uit de lijst te selecteren.
Naar de volgende of vorige track gaan
Druk de toets 2 of 3 één of meer‐
dere malen kort in.
Snel vooruit of achteruit
Houd de toets 2 of 3 ingedrukt
voor snel vooruit of achteruit van het
huidige nummer.
Willekeurig afspelen
Open het Andere audio-instellingen -
menu.
Selecteer Random en druk op de
draaiknop om te activeren.
Page 42 of 101
42Cd-speler
Let op
Bij een cd met mp3/wma-bestanden is de willekeurige afspeelfunctie van
toepassing op het huidige album en
wordt vervolgens toegepast op het
volgende album.
Pauze
Druk op de toets @ of tegelijk op de
toetsen ! en # om het afspelen van
de cd/mp3-cd te onderbreken.
Deze functie wordt automatisch uit‐
geschakeld wanneer het volume
wordt ingesteld, de bron wordt gewij‐
zigd of automatische informatiebe‐
richten worden weergegeven.
Selecteren van tracks via het audio-
CD of MP3-menuTijdens het afspelen van een audio-
cd
Een nummer op de audio-cd selecte‐
ren: Draai de draaiknop om het ge‐
wenste nummer te selecteren.Tijdens het afspelen van mp3
Druk op de toets ⊳ om de submap of
het nummer te openen.
Druk op de toets ⊲ om terug te keren
naar de bovenliggende map.Houd de toets ⊲ ingedrukt om terug te
keren naar de hoofdmap.
Houd de toets ⊳ ingedrukt om de
naam weer te geven van het nummer
dat wordt afgespeeld.
Nadat een album geselecteerd is: ■ Druk op de draaiknop om de lijst met nummers weer te geven.
■ Draai de draaiknop om het gewen‐ ste nummer te selecteren.
Extra tekstinformatie (cd-text of
id3-tag) weergeven
Na het selecteren van een nummer of album drukt u op de toets A om op de
cd beschikbare tekstinformatie op te
roepen (bijv. naam van artiest, album
of nummer). Om het bijbehorende
display af te sluiten, drukt u weer
op A.
Druk op de toets j om de volledige
naam van het album of nummer dat
wordt afgespeeld, weer te geven. Om
het display af te sluiten, drukt u weer
op j.Een cd verwijderen
Druk op de d-toets: De cd wordt uit
de cd-sleuf geworpen.
Als de cd na het uitwerpen niet wordt verwijderd, wordt hij na enkele secon‐
den automatisch weer naar binnen
getrokken.
CD35 BT - Gebruik cd-speler Cd afspelen starten
Schakel het Infotainmentsysteem in
(door op de knop m te drukken) en
duw de cd met de bedrukte zijde naar boven in de cd-sleuf totdat deze erin
getrokken is: het afspelen van de cd
start automatisch.
Als er reeds een cd in de speler is,
drukt u op de toets MEDIA totdat de
gewenste audiobron geselecteerd is: het afspelen van de cd wordt gestart.
Let op
Afhankelijk van de op de audio- of
mp3-cd opgeslagen gegevens wordt
verschillende informatie over de cd
en de actuele muziektrack op het
display weergegeven.
Page 43 of 101
Cd-speler43
Album of nummer selecteren
Draai aan de centrale draaiknop om
een album of nummer uit de lijst te
selecteren.
Naar de volgende of vorige track
gaan
Druk de toets 2 of 3 één of meer‐
dere malen kort in.
Snel vooruit of achteruit
Houd de toets 2 of 3 ingedrukt
voor snel vooruit of achteruit van het
huidige nummer.
Willekeurig afspelen
Druk op de toets SETUP / TEXT om
het instellingenmenu te openen.
Draai aan de centrale draaiknop om
Audio-instellingen te selecteren en
druk op de knop om te bevestigen.
Selecteer Random en druk op de
knop om te activeren.Let op
Bij een cd met mp3/wma-bestanden is de willekeurige afspeelfunctie van
toepassing op het huidige album en
wordt vervolgens toegepast op het volgende album.
Pauze
Druk even op de volumedraaiknop,
@ of tegelijk op de toetsen ! en # om
het afspelen van cd/mp3 cd te onder‐ breken. Opnieuw indrukken om het
afspelen te hervatten.
De pauzefunctie wordt automatisch
uitgeschakeld wanneer het volume
wordt ingesteld, de audiobron wordt
gewijzigd of automatische informatie‐
berichten worden weergegeven.
Extra tekstinformatie (cd-text of
id3-tag) weergeven
Na het selecteren van een nummer of
album houdt u de centrale draaiknop
ingedrukt om op de cd beschikbare
tekstinformatie op te roepen (bijv.
naam van artiest, album of nummer).
Sluit het weergeven af met de
toets /.Een cd verwijderen
Druk op de d-toets: De cd wordt uit
de cd-sleuf geworpen.
Als de cd na het uitwerpen niet wordt verwijderd, wordt hij na enkele secon‐
den automatisch weer naar binnen
getrokken.
Page 44 of 101
44AUX-ingangAUX-ingangAlgemene aanwijzingen...............44
Gebruik ........................................ 44Algemene aanwijzingen
CD30 BT
Er is een AUX-ingang beschikbaar
voor de aansluiting van externe audi‐
obronnen.
Let op
Deze poort moet u altijd schoon- en
drooghouden.
Het is mogelijk om bijvoorbeeld een
draagbare cd-speler met RCA-stek‐
kers of een 3,5 mm-stekkeringang
aan te sluiten op de AUX-ingang.
R15 BT / CD15 BT, R16 BT /
CD16 BT, CD18 BT, CD35 BT
In het infotainmenttoestel bevindt zich een AUX-ingang voor het aansluiten
van externe audiobronnen.
Let op
Deze poort moet u altijd schoon- en
drooghouden.
Het is bijvoorbeeld mogelijk om een
draagbare cd-speler op de AUX-in‐
gang aan te sluiten met een 3,5 mm
stekkeringang.
Gebruik
Een op de AUX-ingang aangesloten
audiobron kan alleen via de bedie‐
ningselementen op de audiobron
worden bediend, d.w.z. niet via het in‐
fotainmentsysteem. Selecteer alleen
een nummer rechtstreeks bij de ge‐
luidsbron wanneer de auto stilstaat.
Page 45 of 101
AUX-ingang45Voorzichtig
Voordat u een extra apparaat aan‐sluit of loskoppelt, bijv. een draag‐
bare cd-speler, schakelt u de spe‐ ler en het infotainment-systeem uit
om problemen met de geluidskwa‐
liteit en mogelijke schade aan de
apparatuur te voorkomen.
Na aansluiting via de stekkeringang
detecteert het systeem de geluids‐
bron automatisch. Afhankelijk van het opnamevolume kan er een vertraging
zijn voordat u de geluidsbron hoort.
De naam van de artiest of het num‐
mer wordt niet op het displayscherm
weergegeven.
R15 BT / CD15 BT / R16 BT /
CD16 BT / CD18 BT- Gebruik
AUX-ingang Druk op de toets MEDIA of
AUDIO/SOURCE om de audiobron
op AUX-modus over te schakelen en
schakel de randapparatuur in. Op het displayscherm verschijnt AUX.
AUX-instellingen
Druk op de toets SETUP om het in‐
stellingenmenu te openen.
Selecteer AUX IN en draai aan de
draaiknop OK totdat de gewenste in‐
stelling wordt geselecteerd uit:
■ HI (300 mV)
■ MID (600 mV)
■ LO (1200 mV)
CD30 BT - Gebruik AUX-ingang Druk op de toets RADIO/CD om de
AUX-modus te activeren en schakel
het extra apparaat vervolgens in.
CD35 BT - Gebruik AUX-ingang Druk op de toets MEDIA om de AUX-
modus te activeren en schakel de
randapparatuur in. Op het display‐
scherm verschijnt Jack.
Page 46 of 101
46USB-poortUSB-poortAlgemene aanwijzingen...............46
Opgeslagen audiobestanden
afspelen ....................................... 47Algemene aanwijzingen
R15 BT / CD15 BT, R16 BT /
CD16 BT, CD18 BT, CD35 BT
In het Infotainmenttoestel bevindt
zich een USB-aansluiting voor het
aansluiten van externe audiobron‐
nen.
CD30 BT
Er is een USB-ingang beschikbaar
voor de aansluiting van externe audi‐
obronnen.
Let op
Deze poort moet u altijd schoon- en
drooghouden.
Een mp3-speler, USB-opslagappa‐ raat of een iPod kunnen op de USB- poort worden aangesloten.
Deze apparaten worden bediend via
de bedieningselementen en menu's
van het infotainmentsysteem.
OpmerkingenMp3-speler en USB-opslagapparaten ■ De aangesloten mp3-speler en USB-opslagapparaten moeten aan
de USB MSC-specificatie voldoen
(USB Mass Storage Class).
■ Alleen mp3-spelers en USB-op‐ slagapparaten met een sectorom‐vang van 512 bytes en een cluster‐
omvang die kleiner dan of gelijk is
aan 32 kB in het FAT32-bestands‐
systeem, worden ondersteund.
■ Vaste-schijfstations (HDD) worden niet ondersteund.
■ De volgende beperkingen gelden voor de gegevens die opgeslagen
zijn op een mp3-speler of een USB- opslagapparaat.
Page 47 of 101
USB-poort47
Alleen mp3-bestanden, wma-,
acc- 1)
en ogg- 2)
bestanden kunnen
worden gelezen. Wav-bestanden
en alle andere gecomprimeerde bestanden kunnen niet worden af‐
gespeeld.
Maximale mapstructuurdiepte:
11 niveaus
Maximaal aantal bestanden dat op‐
geslagen kan worden:
1000 bestanden
Wma-bestanden met Digital Rights Management (DRM) van online
muziekwinkels spelen wellicht niet
goed of helemaal niet
Toepasbare weergavelijstexten‐
sies: .m3u, .pls
De afspeellijstitems moeten als re‐
latieve paden zijn opgemaaktOpgeslagen
audiobestanden afspelen Afhankelijk van het extra apparaat dat
is aangesloten, selecteert u een map
(mp3-speler, USB-apparaat) of een
afspeellijst (draagbare, digitale mu‐
ziekspeler).
Nadat het is aangesloten, is het al‐
leen mogelijk om de bedieningsele‐
menten en menu's van het infotain‐ mentsysteem te gebruiken om het ex‐
tra apparaat te bedienen.
De bediening van audiobronnen die
aangesloten zijn via USB, is in het al‐ gemeen gelijk aan die voor een audio
mp3/wma-cd 3 40.
R15 BT / CD15 BT, R16 BT /
CD16 BT, CD18 BT - Muziek
afspelen via USB
Mp3-speler / iPod / USB-stations
Het systeem detecteert het extra ap‐
paraat wanneer een USB-apparaat is
aangesloten en het huidige nummer
wordt automatisch weergegeven.Bij het aansluiten van nieuwe rand‐
apparatuur wordt automatisch het
eerste nummer in de eerste map af‐
gespeeld. Bij het weer aansluiten van het apparaat klinkt het eerste afge‐
speelde nummer weer.
Een nummer selecteren
Voor het direct selecteren van num‐
mers (en van map te wisselen) gaat u
eerst naar de menustructuur van de
randapparatuur door tijdens het af‐
spelen op de draaiknop OK te druk‐
ken. Selecteer nummers en wissel
van map door de draaiknop te draaien en in te drukken.
CD30 BT - Muziek via USB
afspelen
Mp3-speler / iPod / USB-stations
Het systeem detecteert het extra ap‐
paraat wanneer een USB-apparaat is
aangesloten en het AUX-USB-menu
wordt automatisch weergegeven.1) Niet bij CD30 BT.
2) Alleen CD30 BT.
Page 48 of 101
48USB-poort
Een nummer selecteren
Selecteer nummers direct door de
centrale draaiknop te draaien en in te
drukken.
Standaard worden de albums in alfa‐
betische volgorde vermeld.
Wanneer een USB-apparaat aange‐
sloten is, bevinden alle mappen zich
op hetzelfde niveau in de boomstruc‐
tuur.
Afhankelijk van het extra apparaat dat is aangesloten, kunt u als volgt uw
selectie verfijnen tot mappen en be‐
standen of door te zoeken op criteria:
■ Artiesten
■ Albums
■ Genres
■ Afspeellijsten
■ Titels
CD35 BT - Muziek via USB
afspelen
Mp3-speler / iPod / USB-stations Het systeem detecteert de randappa‐ ratuur wanneer een USB-apparaat
wordt aangesloten en het eerstenummer in de eerste map wordt au‐
tomatisch afgespeeld. Bij het weer
aansluiten van het apparaat klinkt het eerste afgespeelde nummer weer.
Een nummer selecteren
Voor het direct selecteren van num‐
mers (en van map te wisselen) gaat u
eerst naar de menustructuur van de
randapparatuur door tijdens het af‐
spelen op de centrale draaiknop te
drukken (bij iPod aan de knop draaien om naar het menu te gaan). Selecteer
nummers en wissel van map door de
draaiknop te draaien en in te drukken.
Van USB-ingang loskoppelen Het afspelen stopt onmiddellijk wan‐
neer het extra apparaat uit de USB- ingang wordt getrokken.
Page 49 of 101
Streaming audio via Bluetooth49Streaming audio via
BluetoothAlgemene informatie ....................49
Bediening ..................................... 49Algemene informatie
Bluetooth-compatibele extra audio‐
bronnen (bijv. mobiele telefoons voor
muziek, mp3-spelers enz.) die het Bluetooth-muziekprotocol A2DP on‐
dersteunen, werken draadloos op het
infotainmentsysteem.
Opmerkingen ■ Het infotainmentsysteem werkt al‐ leen met Bluetooth-apparaten die
A2DP (Advanced Audio Distribu‐
tion Profile) ondersteunen. Met ou‐
dere versies kunnen zich aanslui‐
tingsproblemen voordoen.
■ Het Bluetooth-apparaat moet AVRCP (Audio Video Remote Con‐
trol Profile), versie 1.0 of hoger on‐
dersteunen. Als het apparaat
AVRCP niet ondersteunt, werkt al‐ leen de volumeregeling via het in‐fotainmentsysteem.
■ Maak uzelf voorafgaand aan het aansluiten van het Bluetooth-appa‐raat op het infotainmentsysteem
vertrouwd met de bedieningsin‐
structies voor Bluetooth-functies.Bediening
Voorwaarden Aan de volgende voorwaarden moet
worden voldaan om een Bluetooth-
compatibel audio-apparaat via het in‐
fotainmentsysteem te regelen.
■ De Bluetooth-functie van het info‐ tainmentsysteem moet geactiveerdzijn 3 81.
■ De Bluetooth-functie van de extra Bluetooth-compatibele audiobron
moet geactiveerd zijn (zie de be‐
dieningsinstructies van het audio-
apparaat).
■ Afhankelijk van de audiobron kan het nodig zijn om dat apparaat op
"zichtbaar" in te stellen (zie de be‐
dieningsinstructies van het audio-
apparaat).
■ De audiobron moet met het info‐ tainmentsysteem gekoppeld en
verbonden zijn.
Page 50 of 101
50Streaming audio via Bluetooth
R15 BT / CD15 BT, R16 BT /
CD16 BT, CD18 BT - Muziek
afspelen via Bluetooth
Bluetooth-verbinding
Een verbinding moet tot stand ge‐
bracht zijn tussen het audio-apparaat
en het infotainmentsysteem via Blue‐ tooth, d.w.z. het apparaat moet aan
de auto gekoppeld zijn voordat het
wordt gebruikt.
■ Er kunnen maximaal 5 audio-appa‐
raten gekoppeld en opgeslagen
worden in de apparatenlijst, maar
er kan er maar één tegelijkertijd
verbonden zijn.
■ Als het apparaat zowel audiospe‐ ler- als telefoonfuncties heeft, wor‐
den beide functies gekoppeld. Mo‐
biele telefoon koppelen 3 81.
■ De telefoonfuncties blijven werken terwijl de audiospeler in gebruik is
en audio-afspelen wordt tijdens het
gebruik van de telefoon buiten wer‐
king gesteld.Extra audio-apparaat aan
infotainmentsysteem koppelen
Koppel het audioapparaat door op de toets TEL te drukken en selecteer
Apparaat koppelen door de draaiknop
OK te draaien. Het scherm Gereed
voor koppelen verschijnt.
Zoek daarna op het audioapparaat
naar Bluetooth-apparaten in de buurt van het apparaat.
Selecteer My Radio (d.w.z. de naam
van het systeem) uit de lijst op het au‐ dioapparaat en voer, indien van toe‐
passing, via het toetsenbord van het
audioapparaat de koppelingscode in die op het displayscherm van het In‐
fotainmentsysteem staat weergege‐
ven.
Let op
Als het audioapparaat geen scherm
heeft, voer dan de standaard koppe‐
lingscode op het apparaat en daarna op het Infotainmentsysteem in.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing
voor deze standaard koppelings‐
code van het audioapparaat,
meestal 0000. Afhankelijk van het
apparaat moet de koppelingscodewellicht in omgekeerde volgorde
worden ingevoerd, d.w.z. eerst op
het Infotainmentsysteem.
Als het koppelen mislukt, gaat het
systeem terug naar het vorige menu
en verschijnt er een dienovereenkom‐ stig bericht. Herhaal de procedure zo
nodig.
Wanneer het koppelen voltooid is,
wordt een bevestigingsbericht, ge‐ volgd door de naam van het gekop‐
pelde audio-apparaat, op het display‐
scherm van het Infotainmentsysteem
getoond.
Let op
Wanneer een Bluetooth-verbinding
actief is, wordt de batterij van het au‐ dio-apparaat sneller ontladen wan‐
neer het audio-apparaat via het in‐ fotainment-systeem wordt bediend.
Audio-apparaat aansluiten
Na afloop van de koppelingsproce‐
dure worden audioapparaten auto‐
matisch op het Infotainmentsysteem
aangesloten.