PEUGEOT 108 2016 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2016, Model line: 108, Model: PEUGEOT 108 2016Pages: 269, PDF Size: 7.24 MB
Page 21 of 269

19
108_nl_Chap01_instrument-de-bord_ed01-2016
Stop & Star t
(VTi 68 S&S-
motor) knippert.
Het Stop & Start-systeem werkt niet. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of door eengekwalificeerde werkplaats.
Snelheidsbegrenzerpermanent.De snelheidsbegrenzer werkt niet. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Een of meer por tier
en geopend /
Achterklep geopendpermanent, in
combinatie met een
geluidssignaal. Een portier of de achterklep is niet
goed gesloten.
Sluit het desbetreffende carrosseriedeel.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Bandenspanning
te laag permanent.
De bandenspanning van een of
meerdere wielen is te laag. Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
De controle dient bij voorkeur bij koude banden te
worden uitgevoerd.
Elke keer nadat u een of meer banden op spanning
hebt gebracht en na het verwisselen van een of meer
wielen, moet u het systeem resetten.
Raadpleeg voor meer informatie de rubriek "Detectie
te lage bandenspanning"
1
Instrumentenpaneel
Page 22 of 269

20
ControlelampjeStatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Keyless entr y
and start-
systeem knippert snel.
Het stuurslot is niet ontgrendeld. Zet het contact in de stand "OFF" en vervolgens weer
in de stand " ON", en draai iets aan het stuur wiel om
het stuurslot te ontgrendelen.
knippert in
combinatie met een
geluidssignaal. De batterij van de elektronische
sleutel is leeg.
Vervang de batterij.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek.
U verlaat de auto zonder het contact
in de stand " OFF" te hebben gezet. Druk, ter wijl u de elektronische sleutel bij u hebt, op
de START/STOP-knop om het contact in de stand
"
OFF " te zetten.
De elektronische sleutel wordt niet
gesignaleerd. Controleer of u de elektronische sleutel bij u hebt.
Het Keyless entry and start-systeem
werkt niet. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Lane Departure
Warning System knippert (oranje), in
combinatie met een
geluidssignaal. Er wordt een rijstrookmarkering aan
de rechterzijde overschreden.
Draai het stuur wiel de andere kant op om de auto
weer in het juiste spoor te brengen.
Zie voor meer informatie de desbetreffende rubriek.
Er wordt een rijstrookmarkering aan
de linkerzijde overschreden.
permanent. Het Lane Departure Warning System
is defect. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Active City
Brake knippert, in
combinatie met een
geluidssignaal. Het Active City Brake-systeem is in
werking.
Het systeem optimaliseert het remmen om een
aanrijding te voorkomen.
Zie voor meer informatie de desbetreffende rubriek.
knippert. Het Active City Brake-systeem is
defect. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Instrumentenpaneel
Page 23 of 269

21
108_nl_Chap01_instrument-de-bord_ed01-2016
Verklikkerlampjes ingeschakelde functies
Richtingaanwijzer
linksknippert, met
geluidssignaal.Als u de lichtschakelaar omlaag
beweegt.
Richtingaanwijzer
rechtsknippert, met
geluidssignaal.Als u de lichtschakelaar omhoog
beweegt.
Parkeerlicht of
dimlicht permanent.
Het parkeerlicht of het dimlicht is
ingeschakeld.
Grootlicht permanent. Als u de lichtschakelaar naar u toe
trekt. Trek aan de lichtschakelaar om terug te schakelen
naar dimlicht.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie is ingeschakeld.
Het lampje kan branden in combinatie met een geluidssignaal.
Mistachterlicht permanent. Het mistachterlicht is ingeschakeld
met de ring van de lichtschakelaar. Draai de ring van de lichtschakelaar naar achteren om
het mistachterlicht uit te schakelen.
Mistlampen vóór
permanent. De mistlampen vóór (volgens
uitvoering) zijn ingeschakeld. Draai de ring twee standen naar achteren om de
mistlampen vóór uit te schakelen.
Let op
: bij als accessoire gemonteerde mistlampen
kan de bediening anders zijn.
1
Instrumentenpaneel
Page 24 of 269

22
Handrempermanent, in
combinatie met een
geluidssignaal. De handrem is aangetrokken of niet
goed vrijgezet.
Zet de handrem vrij zodat het verklikkerlampje uitgaat;
trap het rempedaal in.
Houd u aan de veiligheidsvoorschriften.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over de handrem.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Airbag vóór aan
passagierszijde
permanent op het display
van de verklikkerlampjes
voor de veiligheidsgordels
en de airbag vóór aan
passagierszijde.De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand " ON". De airbag vóór aan passagierszijde is ingeschakeld.
Bevestig in dat geval geen kinderzitje met de rug in de
rijrichting op deze plaats.
Stop & Star t
(VTi 68
S&S-
motor) permanent.
Het Stop & Start-systeem heeft de motor
in de STOP-stand gezet (verkeerslicht,
stopbord, opstopping, enz.).Het lampje gaat uit en de motor wordt automatisch
gestart als u wilt wegrijden.
Keyless entr y
and start -
systeem permanent.
Er wordt aan alle voor waarden voor
het starten van de motor voldaan. Raadpleeg voor meer informatie de rubriek "Starten
en afzetten van de motor met het keyless entry and
start-systeem".
knippert langzaam.
Het contact staat in de stand "ACC".
De accessoires (autoradio,
12V-aansluiting...) kunnen worden gebruikt.
Instrumentenpaneel
Page 25 of 269

23
108_nl_Chap01_instrument-de-bord_ed01-2016
ControlelampjeStatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Schakelindicator permanent. Er kan worden opgeschakeld. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie.
Er kan worden teruggeschakeld
(alleen bij de VTi 68 -motor).
Snelheidsbegrenzer
( e- VTi 68- motor)permanent. De snelheidsbegrenzer is
ingeschakeld.
Lane Departure
Warning System permanent.
Er is op de toets gedrukt. Het Lane Departure Warning System is ingeschakeld.
Zie voor meer informatie de desbetreffende rubriek.
permanent. Het systeem is in werking: het heeft
rijstrookmarkeringen links en/of rechts gedetecteerd.
Zie voor meer informatie de desbetreffende rubriek.
Active City
Brake permanent.
Er is op de toets gedrukt.
De configuratie van het systeem is
gewijzigd. Het Active City Brake-systeem is ingeschakeld.
Zie de desbetreffende rubriek voor meer informatie.
1
Instrumentenpaneel
Page 26 of 269

24
Airbag vóór aan
passagierszijdepermanent, op het
pictogrammendisplay
van de veiligheidsgordels
en de airbag vóór aan
passagierszijde.De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "OFF". De airbag vóór aan passagierszijde is uitgeschakeld.
U kunt een kinderzitje met de rug in de rijrichting op de
voorpassagiersstoel plaatsen, behalve in het geval van
een storing in het airbagsysteem (aangegeven door het
branden van het waarschuwingslampje Airbags).
Antispinregeling
(TRC) permanent.
Er is kort op de toets gedrukt.
De antispinregeling (TRC) is
uitgeschakeld. Druk op de toets om het systeem in te schakelen. Het
verklikkerlampje dooft.
De functie TRC wordt automatisch ingeschakeld als
de motor wordt gestart.
Na uitschakelen van het systeem wordt het
automatisch opnieuw ingeschakeld bij snelheden
hoger dan ongeveer 50
km/h.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie.
Dynamische
stabiliteitscontrole
( ESP )permanent. Er is bij stilstaande auto langer dan
3 seconden op de toets gedrukt.
De antispinregeling (TRC) en
dynamische stabiliteitscontrole (ESP)
zijn uitgeschakeld. Druk op de toets om deze systemen in te schakelen.
Het ESP-systeem wordt automatisch ingeschakeld als
de motor wordt gestart.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Controlelampjes uitgeschakelde functies
De volgende lampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.
Soms klinkt er ook een geluidssignaal.
Instrumentenpaneel
Page 27 of 269

25
108_nl_Chap01_instrument-de-bord_ed01-2016
ControlelampjeStatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Stop & Star t-
systeem
(VTi 68
S&S-
motor) permanent.
Het Stop & Start-systeem is
uitgeschakeld. Schakel de functie weer in door nogmaals op de toets
te drukken.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie.
Active City
Brake permanent.
Het Active City Brake-systeem is
uitgeschakeld. Schakel de functie in door nogmaals op de toets te
drukken.
Zie de desbetreffende rubriek voor meer informatie.
1
Instrumentenpaneel
Page 28 of 269

26
Te l l e r s
Kilometerteller/dagteller
Druk op de een van de knoppen 1 om
a fwisselend de kilometerteller en de dagteller
weer te geven:
-
b
ij de kilometerteller wordt "ODO"
weergegeven,
-
b
ij de dagteller wordt "TRIP" weergegeven.
Houd, als de dagteller wordt weergegeven,
een van de twee knoppen 1
ingedrukt om de
dagteller op nul te zetten.
Als het contact wordt aangezet, wordt
afhankelijk van de geselecteerde weergave bij
het afzetten van de motor, de kilometerteller of
de dagteller weergegeven.
De brandstofniveaumeter geeft de resterende
hoeveelheid brandstof aan:
-
1/
1
e
n zes segmenten: de brandstoftank is vol.
-
R e
n één segment: de brandstoftank is bijna
leeg.
Te laag brandstofniveau
Brandstofniveaumeter
Als de auto is gestrand met een lege
brandstoftank, moet minimaal 5 liter
brandstof worden getankt.
De resterende hoeveelheid brandstof
bedraagt nog ongeveer 5
liter.
Als het brandstofniveau te laag is,
gaat dit verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel branden in
combinatie met een geluidssignaal.
Instrumentenpaneel
Page 29 of 269

27
108_nl_Chap01_instrument-de-bord_ed01-2016
Boordcomputer
De boordcomputer geeft actuele informatie over het rijden (actieradius, brandstofverbruik...).
Weergave van de informatie
F Druk herhaaldelijk op een van deze toetsen om de verschillende standen van de
boordcomputer weer te geven:
-
D
e totale kilometerstand.
-
H
et traject "A" .
-
H
et traject "B" .
-
D
e tijd per traject van het Stop & Start-
syste e m*.
-
D
e totale tijd van het Stop & Start-
syste e m*.
-
D
e buitentemperatuur*.
-
H
et actuele brandstofverbruik.
-
H
et gemiddelde brandstofverbruik.
-
D
e actieradius.
-
D
e gemiddelde snelheid.
-
D
e dimmer van de dashboardverlichting.
Traject op nul zetten
F Druk een van de twee toetsen " DISP"
langer dan 2 seconden in zodra het
gewenste traject wordt aangegeven.
De trajecten "A" en "B" zijn onafhankelijk en
hebben dezelfde eigenschappen.
Traject "A" kan bijvoorbeeld gebruikt worden
voor een dagelijks verbruik en traject "B" voor
een maandelijks verbruik.
* Volgens uitvoering.
Buitentemperatuur
In bepaalde situaties wordt de
buitentemperatuur niet of pas na enige tijd
weergegeven, met name:
-
a
ls de auto stilstaat of met een zeer lage
snelheid rijdt (lager dan ongeveer 25
km/h),
-
a
ls de temperatuursverschillen groot zijn
(in- of uitrijden van een garage of een
tunnel, ...),
-
t
ijdens zeer korte ritten (korter dan
ongeveer 2
minuten).
Dimmer dashboardverlichting
Met deze functie kunt u tijdens ritten
in het donker bepaalde delen van de
dashboardverlichting uitschakelen zodat uw
ogen minder snel vermoeid raken.
Deze functie werkt uitsluitend als de
parkeerlichten branden.
F
H
oud zodra het menu "Dimmer
dashboardverlichting" wordt weergegeven
een van de toetsen " DISP" ingedrukt voor
toegang tot de instellingen.
F
D
ruk vervolgens een van de twee toetsen
" DISP " herhaaldelijk in om de lichtsterkte
sterker of zwakker te maken tot de
gewenste lichtsterkte is bereikt.
D
e weergave op het display knippert om de
gekozen lichtsterkte te tonen.
1
Instrumentenpaneel
Page 30 of 269

28
Met touchscreen
Op de pagina Menu van de touchscreen:
F S electeer het tabblad "Gegevens auto" .
Het venster " Gegevens traject " wordt
weergegeven, met de volgende informatie:
-
"Gemiddelde snelheid ",
-
"Verstreken tijd ",
-
"Actieradius ",
-
h
et actuele brandstofverbruik, in de vorm
van een grafiek.
Met de toets " Wissen" kunt u de gegevens
over het brandstofverbruik op de touchscreen
en op het instrumentenpaneel resetten. Als uw auto is uitgerust met de touchscreen,
kunt u hierop verschillende gegevens over uw
actuele traject bekijken.
Boordcomputer, enkele definities
Actieradius
(km of miles)
Aantal kilometers dat u nog met de resterende
hoeveelheid brandstof kunt rijden (berekend
op basis van het gemiddelde verbruik over de
laatste afgelegde kilometers).
Deze waarde kan variëren door een
gewijzigde rijstijl of het rijden op een
helling, waardoor het momentele
brandstofverbruik aanzienlijk kan wijzigen.
Als het brandstofniveau te laag is, wordt de
melding "Lo FUEL" weergegeven.
Als er te weinig brandstof wordt bijgetankt, kan
de actieradius niet worden herberekend.
Huidig verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
B erekend over de laatste verstreken seconden.
Stop & Start-teller
(minuten/seconden of uren/minuten)
Als uw auto is uitgerust met het Stop & Start-
systeem, registreert een teller hoelang de
STOP-stand tijdens een traject is geactiveerd.
De teller wordt elke keer als u het contact
aanzet weer op nul gezet.
Gemiddeld verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
B erekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)
Berekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
Instrumentenpaneel