PEUGEOT 5008 2020 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2020, Model line: 5008, Model: PEUGEOT 5008 2020Pages: 308, PDF Size: 10.12 MB
Page 51 of 308

49
Ergonomie en comfort
31.Afstelling lengte van de zitting
►
T rek de handgreep naar voren om de
zitting te ontgrendelen en beweeg vervolgens
het voorste deel van de zitting naar voren of
naar achteren.
2. Elektrische afstelling van de hoek van de
zitting
►
Houd het voorste of achterste gedeelte
van de toets ingedrukt om het voorste deel
van de zitting omhoog of omlaag te bewegen.
3. Elektrische afstelling van de lendensteun
Met deze schakelaar kan de lendensteun
zowel in diepte als in hoogte worden
ingesteld.
►
Houd het voorste of het achterste
gedeelte van de schakelaar ingedrukt om
de mate van steun voor de lendenen te
vergroten of te verkleinen.
►
Houd het bovenste of onderste gedeelte
van de schakelaar ingedrukt om de
lendensteun te verhogen of te verlagen.
Voorpassagiersstoel als
tafeltje gebruiken
De rugleuning van de voorpassagiersstoel kan
volledig worden neergeklapt en in die stand
worden vergrendeld.
Als ook de rugleuning van de achterbank
is neergeklapt, kunnen er lange en grote
voorwerpen worden vervoerd.
Eerste handelingen:
►
Zet de hoofdsteun omlaag.
► Klap het uitklaptafeltje omhoog (afhankelijk
van de uitvoering).
►
Zet de stoel naar achteren zodat er ruimte
voor de hoofdsteun is.
►
Zet de stoel in de laagste stand.
►
Controleer of er niets in de weg zit
bij het neerklappen van de rugleuning
(veiligheidsgordel, kinderzitje, kleding, tassen...).
We raden u aan om de airbag vóór aan
passagierszijde uit te schakelen.
Neerklappen van de rugleuning
► Trek de hendel volledig omhoog om de
rugleuning te ontgrendelen.
►
Klap de rugleuning volledig neer
.
In deze stand kan de rugleuning worden
belast met een gewicht van maximaal 30
kg.
Let op: bij hard remmen kunnen op de
neergeklapte rugleuning geplaatste
voorwerpen veranderen in gevaarlijke
projectielen.
Rechtop zetten van de rugleuning
► Trek de hendel volledig omhoog om de
rugleuning te ontgrendelen.
►
Beweeg de rugleuning omhoog en naar
achteren tot deze wordt vergrendeld.
►
Controleer of de rugleuning goed is
vergrendeld.
Hoofdsteunen vóór
In hoogte verstellen
► Omhoog: trek de hoofdsteun omhoog tot
de gewenste hoogte; een klik geeft aan dat de
hoofdsteun is vergrendeld.
►
Omlaag:
druk het ontgrendelknopje ( A) in om
de hoofdsteun omlaag te zetten.
Page 52 of 308

50
Ergonomie en comfort
5.Afstelling van de lendensteun
Met deze schakelaar kan de lendensteun
zowel in diepte als in hoogte worden
ingesteld.
► Houd het voorste of het achterste
gedeelte van de schakelaar ingedrukt om
de mate van steun voor de lendenen te
vergroten of te verkleinen.
► Houd het bovenste of onderste gedeelte
van de schakelaar ingedrukt om de
lendensteun te verhogen of te verlagen.
Zitposities opslaan
Deze functie, die is gekoppeld aan de
elektrisch verstelbare bestuurdersstoel, biedt
de mogelijkheid om twee standen van de
bestuurdersstoel in het geheugen op te slaan.
Dit vergemakkelijkt het instellen van de stoel als
de auto regelmatig door een andere bestuurder
wordt gebruikt.
Naast de stand van de elektrisch verstelbare
stoel wordt ook die van de buitenspiegels
opgeslagen.
De hoofdsteun is goed afgesteld
wanneer de bovenkant gelijk ligt met de
bovenkant van het hoofd van de passagier.
Een hoofdsteun verwijderen
► Beweeg de hoofdsteun omhoog tot aan de
aanslag.
►
Druk pal
A in om de hoofdsteun te
ontgrendelen en trek de hoofdsteun omhoog.
►
Berg de hoofdsteun veilig op.
Een hoofdsteun terugplaatsen
► Steek de pennen van de hoofdsteun in de
geleiders van de betreffende rugleuning.
►
Duw de hoofdsteun omlaag tot tegen de
aanslag.
►
Druk het ontgrendelknopje ( A
) in om de
hoofdsteun los te halen en duw deze omlaag.
►
Stel de hoogte van de hoofdsteun af.
Ga nooit rijden als de hoofdsteunen zijn
verwijderd. Deze moeten zijn geplaatst
en goed zijn afgesteld voor de betreffende
inzittende.
Elektrisch instelbare
bestuurdersstoel
Voor het elektrisch verstellen van de
stoel moet het contact worden
ingeschakeld of, wanneer de eco-modus
actief is, de motor worden gestart.
Deze elektrische stelmogelijkheden zijn
toegankelijk ongeveer 1 minuut nadat het
bestuurdersportier is geopend. Ze worden
uitgeschakeld ongeveer 1 seconden nadat
het contact is afgezet.
1. Hoogte en hoek van de zitting afstellen/
afstelling van de zitpositie in lengterichting
►
Beweeg het voorste deel van de
schakelaar omhoog of omlaag tot de
gewenste hoek van de zitting is bereikt.
►
Beweeg het achterste deel van de
schakelaar omhoog of omlaag om de zitting
in hoogte te verstellen.
►
Beweeg de schakelaar naar voren of naar
achteren om de stoel naar voren of naar
achteren te bewegen.
2. Hoek van de rugleuning afstellen
►
Beweeg de schakelaar naar voren of naar
achteren totdat de rugleuning in de gewenste
hoek staat.
3. Hoogte van de hoofdsteun instellen
Zie het betreffende hoofdstuk.
4. Afstelling lengte van de zitting
►
T
rek de handgreep naar voren om de
zitting te ontgrendelen en beweeg vervolgens
het voorste deel van de zitting naar voren of
naar achteren.
Page 53 of 308

51
Ergonomie en comfort
35.Afstelling van de lendensteun
Met deze schakelaar kan de lendensteun
zowel in diepte als in hoogte worden
ingesteld.
►
Houd het voorste of het achterste
gedeelte van de schakelaar ingedrukt om
de mate van steun voor de lendenen te
vergroten of te verkleinen.
►
Houd het bovenste of onderste gedeelte
van de schakelaar ingedrukt om de
lendensteun te verhogen of te verlagen.
Zitposities opslaan
Deze functie, die is gekoppeld aan de
elektrisch verstelbare bestuurdersstoel, biedt
de mogelijkheid om twee standen van de
bestuurdersstoel in het geheugen op te slaan.
Dit vergemakkelijkt het instellen van de stoel als
de auto regelmatig door een andere bestuurder
wordt gebruikt.
Naast de stand van de elektrisch verstelbare
stoel wordt ook die van de buitenspiegels
opgeslagen.
Met de toetsen M / 1 / 2
► Stap in de auto en zet het contact aan.
►
Zet uw stoel en de buitenspiegels in de
gewenste stand.
►
Druk op de knop M
en vervolgens binnen 4
seconden op de knop 1 of 2.
Het opslaan wordt bevestigd door een
geluidssignaal.
Het opslaan van een andere stand annuleert de
vorige, in het geheugen opgeslagen stand.
Oproepen van een opgeslagen
zitpositie
Contact aan of draaiende motor
► Druk op de knop 1
of 2 om de desbetreffende
zitpositie op te roepen.
Er klinkt een geluidssignaal wanneer de
aanpassing is voltooid.
U kunt de beweging onderbreken door op de
toets M, 1 of 2 te drukken of door één van de
schakelaars van de stoelverstelling te bedienen.
U kunt een zitpositie niet oproepen tijdens het
rijden.
Het opvragen van een opgeslagen zitpositie is
tot ongeveer 45 seconden na het afzetten van
het contact mogelijk.
Stoelverwarming
De functie werkt alleen als de motor draait.
Aan/uit
► Druk op de toets voor uw stoel.
► Elke keer dat u op de toets drukt, wijzigt de
stand van de verwarming; het bijbehorende
aantal lampjes gaat branden.
►
W
anneer u de verwarming wilt uitschakelen,
drukt u nogmaals op de toets totdat alle lampjes
uit zijn.
De status van het systeem wordt opgeslagen bij
het uitzetten van het contact.
Gebruik de functie niet als de stoel niet
wordt gebruikt.
Zet de stoelverwarming zo snel mogelijk in
een lagere stand.
Page 54 of 308

52
Ergonomie en comfort
Ontwasemen/Ontdooien
Als de auto is voorzien van spiegelverwarming, kunt u deze
inschakelen door op de toets van de
achterruitverwarming te drukken.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over de achterruitverwarming .
Afstellen
► Beweeg schakelaar A naar rechts of links om
de juiste buitenspiegel te selecteren.
► Duw schakelaar B in de vier richtingen om de
spiegel af te stellen.
► Zet schakelaar A weer in de middenstand.
Handmatig inklappen
De spiegels kunnen handmatig worden ingeklapt
(parkeren, smalle garage, enz.).
► Kantel de spiegel richting de auto.
Schakel de functie uit zodra de temperatuur
van de stoelen en in het interieur op
een aangenaam niveau is gekomen. Dit=
vermindert het stroomverbruik waardoor ook=
het brandstofverbruik lager wordt.
Langdurig gebruik van de=
stoelverwarming wordt afgeraden voor=
personen met een gevoelige huid.
Personen waarvan de warmtewaarneming=
beperkt is (ziekte, medicijnen enz.), kunnen=
brandwonden krijgen.
Om beschadiging van het
verwarmingselement en kortsluiting te
voorkomen:
Page 55 of 308

53
Ergonomie en comfort
3Ontwasemen/Ontdooien
Als de auto is voorzien van spiegelverwarming, kunt u deze
inschakelen door op de toets van de
achterruitverwarming te drukken.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over de achterruitverwarming .
Afstellen
► Beweeg schakelaar A naar rechts of links om
de juiste buitenspiegel te selecteren.
►
Duw schakelaar B
in de vier richtingen om de
spiegel af te stellen.
►
Zet schakelaar
A weer in de middenstand.
Handmatig inklappen
De spiegels kunnen handmatig worden ingeklapt
(parkeren, smalle garage, enz.).
►
Kantel de spiegel richting de auto.
Elektrisch inklappen
Afhankelijk van de uitrusting kunnen de spiegels
elektrisch worden ingeklapt als de auto wordt
geparkeerd.
► Zorg dat het contact is
aangezet en zet schakelaar A
vanuit de auto in de middelste
stand.
►
Beweeg schakelaar A
naar
achteren.
►
V
ergrendel de auto van buitenaf.
Elektrisch uitklappen
► Van buitenaf: ontgrendel de auto.
► V an binnenuit: zet met aangezet contact
schakelaar A
in de middelste stand en beweeg
deze daarna naar achteren.
Afhankelijk van de uitvoering wordt de functie voor het automatisch in- en
uitklappen van de buitenspiegels via het
menu Rijverlichting
/ Auto
van het
touchscreen worden ingesteld.
Deze instelling kan ook door een PEUGEOT-
dealer of een bevoegde werkplaats worden
ingesteld.
Automatisch kantelen van buitenspiegels bij achteruitrijden
Afhankelijk van de uitvoering kunnen de spiegels
met deze functie automatisch omlaag worden gekanteld, om achteruit parkeren gemakkelijker
te maken.
Zodra de achteruitversnelling wordt ingeschakeld
terwijl de motor draait, wordt het spiegelglas van
de spiegels naar de grond gericht.
Ze keren terug naar de oorspronkelijke stand:
–
Enkele seconden nadat er uit de
achteruitversnelling is geschakeld.
–
W
anneer er sneller dan 10 km/h wordt
gereden.
–
Als de motor wordt afgezet.
Deze functie kan worden ingesteld in het
menu Rijverlichting/Auto
op het
touchscreen.
Binnenspiegel
Handbediend model
Dag-/nachtstand
► Trek aan het hendeltje om de spiegel in de
antiverblindingsstand (nachtstand) te zetten.
►
Duw het hendeltje naar voren om de spiegel
zetten in de normale dagstand te zetten.
Afstellen
►
Stel de spiegel af in de normale dagstand.
Page 56 of 308

54
Ergonomie en comfort
Achterbank met vaste zittingen en een in twee
delen (2/3 - 1/3) neerklapbare rugleuning
waarmee de bagageruimte kan worden vergroot.
De rugleuningen
neerklappen
Beide delen van de rugleuning kunnen op twee
manieren worden ontgrendeld:
– met een handgreep 1 aan de buitenzijde van
de rugleuning,
– met een hendel 2 op het zijpaneel van de
bagageruimte.
Verplaats de rugleuningen uitsluitend bij
stilstaande auto.
Eerste handelingen:
► Zet de hoofdsteunen omlaag.
► Zet de armsteun achter omhoog.
► Schuif waar nodig de voorstoelen naar voren.
Automatische "elektrochromatische"
binnenspiegel
Dankzij een sensor die de hoeveelheid licht die
vanaf de achterzijde van de auto op de spiegel
valt meet, gaat de binnenspiegel geleidelijk en
automatisch over van de dag- in de nachtstand.
Zodra de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld, wordt de spiegel in de
dagstand gezet voor een maximaal zicht naar
achteren.
Hoofdsteunen achter
Hoge stand (als zitplaatsen bezet zijn):
► Beweeg de hoofdsteun omhoog tot aan de
aanslag.
Lage stand
(opgeborgen stand, als de
zitplaatsen onbezet zijn):
►
Druk de pallen ( A
) in om de hoofdsteun los te
halen en duw deze omlaag.
De hoofdsteunen achter kunnen worden
verwijderd.
Een hoofdsteun verwijderen
► Beweeg de hoofdsteun omhoog tot aan de
aanslag.
►
Druk vervolgens de pallen ( A
) in om de
hoofdsteun te ontgrendelen en zet hem helemaal
omhoog.
►
Berg de hoofdsteun op.
Een hoofdsteun terugplaatsen
► Steek de pennen van de hoofdsteun in de
geleiders van de betreffende rugleuning.
►
Duw de hoofdsteun omlaag tot tegen de
aanslag.
►
Druk de pallen ( A
) in om de hoofdsteun los te
halen en duw deze omlaag.
Ga nooit rijden met passagiers op de
achterbank als de hoofdsteunen zijn
verwijderd; de hoofdsteunen moeten zijn
geplaatst en in de hoge stand staan.
De hoofdsteun van de middelste
zitplaats en de hoofdsteunen van
de buitenste zitplaatsen zijn niet uitwisselbaar.
Achterbank
Page 57 of 308

55
Ergonomie en comfort
3Achterbank met vaste zittingen en een in twee
delen (2/3 - 1/3) neerklapbare rugleuning
waarmee de bagageruimte kan worden vergroot.
De rugleuningen
neerklappen
Beide delen van de rugleuning kunnen op twee
manieren worden ontgrendeld:
–
met een handgreep 1
aan de buitenzijde van
de rugleuning,
–
met een hendel 2
op het zijpaneel van de
bagageruimte.
Verplaats de rugleuningen uitsluitend bij
stilstaande auto.
Eerste handelingen:
►
Zet de hoofdsteunen omlaag.
►
Zet de armsteun achter omhoog.
►
Schuif waar nodig de voorstoelen naar voren.
► Controleer of er geen persoon of voorwerp
(zoals kleding of bagage) in de buurt is en u de
rugleuningen ongehinderd kunt neerklappen.
►
Controleer of de buitenste veiligheidsgordels
vlak op de rugleuning liggen.
►
Controleer of de middelste veiligheidsgordel
in de houder is opgeborgen.
Bij het neerklappen van de rugleuning
gaat de desbetreffende zitting iets
omlaag.
Om een vlakke laadvloer te verkrijgen is het
raadzaam de uitneembare laadvloer in de
hoogste stand te zetten.
Wanneer de rugleuning is ontgrendeld, is de
rode indicator zichtbaar in de handgreep.
Neerklappen van de achterbank
vanuit het interieur
► Druk de handgreep ( 1 ) voor het ontgrendelen
van de rugleuning in.
► Beweeg de rugleuning 3 naar voren tot hij
plat ligt.
Neerklappen vanuit de bagageruimte
► Trek de handgreep 2 voor het ontgrendelen
van de rugleuning naar u toe.
De rugleuning 3 wordt volledig op de zitting
neergeklapt.
De rugleuningen in de
oorspronkelijke stand
terugzetten
Controleer eerst of de buitenste
veiligheidsgordels goed verticaal langs
de vergrendelingsogen van de rugleuningen
zijn geplaatst.
Page 58 of 308

56
Ergonomie en comfort
► Trek aan de lus B1 en beweeg de rugleuning
naar achteren of naar voren, beweeg indien
nodig uw lichaam met de rugleuning mee.
► Laat de hendel los en controleer of de
rugleuning goed is vergrendeld in de gewenste
stand.
Middelste zitplaats
► Trek aan de lus B2 en beweeg de rugleuning
naar achteren of naar voren; beweeg waar nodig
uw lichaam met de rugleuning mee.
► Laat de lus los en controleer of de rugleuning
goed in de gewenste stand is vergrendeld.
Vlakke laadvloer
De rugleuningen neerklappen
► Controleer of de uitklaptafeltjes op de
rugleuning van de voorstoelen volledig zijn
ingeklapt.
► Zet de stoelen op de tweede zitrij zo ver
mogelijk naar achteren.
► Zet de rugleuning ( 3 ) rechtop en druk hem
stevig aan zodat hij wordt vergrendeld.
►
Controleer of de rode indicator van de
handgreep 1
niet meer zichtbaar is.
►
Controleer of de buitenste veiligheidsgordels
niet klem zitten.
Let op: als de rugleuning niet goed is
vergrendeld, komt de veiligheid van de
passagiers bij een noodstop of een aanrijding
in gevaar.
Voorwerpen in de bagageruimte kunnen naar
voren worden geslingerd - Kans op ernstig
letsel!
Stoelen van de tweede
zitrij
De stoel afstellen
De zitplaatsen van de derde rij zijn los van elkaar
en even breed. De rugleuningen kunnen worden
neergeklapt om de bagageruimte aan te passen.
A. In lengterichting verstellen
B. Hoek van de rugleuning afstellen en
rugleuning neerklappen
C. De rugleuning vanuit de bagageruimte
neerklappen en nooduitstapfunctie voor de
passagiers op de derde zitrij
D. Toegang tot de derde zitrij
In lengterichting verstellen
► Trek de beugel A omhoog en schuif de stoel
in de gewenste stand.
►
Laat de stang los om de stoel in de
betreffende positie te vergrendelen.
Hoek van de rugleuning afstellen
Zitplaatsen aan de buitenkant
Page 59 of 308

57
Ergonomie en comfort
3► Trek aan de lus B1 en beweeg de rugleuning
naar achteren of naar voren, beweeg indien
nodig uw lichaam met de rugleuning mee.
►
Laat de hendel los en controleer of de
rugleuning goed is vergrendeld in de gewenste
stand.
Middelste zitplaats
►
T
rek aan de lus B2 en beweeg de rugleuning
naar achteren of naar voren; beweeg waar nodig
uw lichaam met de rugleuning mee.
►
Laat de lus los en controleer of de rugleuning
goed in de gewenste stand is vergrendeld.
Vlakke laadvloer
De rugleuningen neerklappen
► Controleer of de uitklaptafeltjes op de
rugleuning van de voorstoelen volledig zijn
ingeklapt.
►
Zet de stoelen op de tweede zitrij zo ver
mogelijk naar achteren.
Zorg ervoor dat de handen en voeten
van passagiers (met name kinderen)
tijdens uw handelingen met de stoelen uit de
buurt van bewegende delen zoals
scharnieren en rails blijven. Kans op ernstig
letsel!
Neerklappen van buitenaf
► Trek aan de hendel B1 of de lus B2 totdat de
rugleuning volledig naar achteren is geklapt.
►
Laat de hendel of lus los.
►
Duw de rugleuning voorzichtig naar voren,
zodat de rugleuning kantelt en helemaal op de
zitting wordt geklapt.
Neerklappen vanuit de bagageruimte
Bijvoorbeeld bij het laden of vanaf de derde zitrij:
► T rek aan de lus C van de gewenste stoel om
deze te ontgrendelen en duw de rugleuning iets
naar voren.
De stoel in de oorspronkelijke stand
terugzetten
Page 60 of 308

58
Ergonomie en comfort
► Leg de aansluitpanelen van de 2e zitrij weer
tegen de rugleuningen.
►
Zet de rugleuning rechtop tot hij wordt
vergrendeld.
Controleer voordat u handelingen
uitvoert met de achterstoelen of de
veiligheidsgordels goed zijn gespannen, om
beschadiging ervan te voorkomen. De
middelste veiligheidsgordel moet in de
hemelbekleding worden opgeborgen.
Aansluitpanelen
Elke stoel is voorzien van een aansluitpaneel
aan de onderzijde van de rugleuning dat
eenmaal uitgeklapt:
–
zorgt voor een volledig vlakke laadvloer van
de bagageruimte, ongeacht de stand van de
stoelen,
–
voorkomt dat er voorwerpen onder de stoelen
op de 2e zitrij terechtkomen.
De aansluitpanelen worden met een magneet
tegen de rugleuningen aan gehouden.
Deze aansluitpanelen zijn niet ontworpen
om een gewicht van meer dan 30 kg te
dragen.
Controleer voordat u de aansluitpanelen
uitklapt of de stoelen van de 2e zitrij zo
ver mogelijk naar achteren zijn gezet.
Toegang tot de derde zitrij
De derde zitrij is toegankelijk via de tweede zitrij.
Van buitenaf of vanaf de derde zitrij:
► Controleer of de uitklaptafeltjes op de
rugleuning van de voorstoelen volledig zijn
ingeklapt.
►
T
rek aan de hendel D, beweeg de rugleuning
naar voren om deze te kantelen en schuif de
stoel naar voren.
De stoel weer terugzetten in de normale positie:
► Zet de rugleuning rechtop tot de stoel wordt
vergrendeld.
Ongeacht de oorspronkelijke stand van de stoel
wordt deze automatisch op een derde van het
bereik van de verstelling in lengterichting gezet
om voldoende ruimte over te houden voor de
passagiers op de derde zitrij.
Als dit systeem niet werkt (hendel D),
kunnen de passagiers op de derde zitrij
ook uitstappen door de rugleuning van de
stoelen op de tweede zitrij neer te klappen
met behulp van de lus C.
Laat kinderen de stoelen niet zonder toezicht
van volwassenen bedienen.
Stoelen van de derde zitrij
De twee zitplaatsen van de derde zitrij zijn in hun
weggeklapte positie onderin de bagageruimte
opgeborgen. Ze zijn afgedekt met stijve
vouwpanelen die aan het voertuig zijn bevestigd.
Laat kinderen de stoelen niet zonder
toezicht van volwassenen bedienen.