bluetooth PEUGEOT BOXER 2021 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2021, Model line: BOXER, Model: PEUGEOT BOXER 2021Pages: 212, PDF Size: 6.44 MB
Page 23 of 212

21
Instrumentenpaneel
1Audio- en telematicasysteem op het 
touchscreen
 
 
Met het bedieningspaneel voor het audiosysteem 
op het midden van het dashboard kunnen menu's 
worden geopend om bepaalde uitrusting aan te 
passen. 
De bijbehorende informatie wordt op het display op 
het touchscreen weergegeven.
De informatie is beschikbaar in 9 talen: Duits, 
Engels, Spaans, Frans, Italiaans, Nederlands, Pools, 
Portugees en Turks. 
Vanwege de veiligheid kunnen sommige menu's 
alleen worden geopend als het contact is 
uitgeschakeld.
Biedt toegang tot het menu "Settings" 
(Instellingen).
Hiermee kunt u omhoog in een menu bladeren of een waarde verhogen.
Hiermee kunt u omlaag in een menu bladeren of een waarde verlagen.
Menu "Instellingen"
1. "Weergave"
2. "Gesproken commando's"
3. "Tijd en datum"
4. "Veiligheid/Assistentie"
5. "Verlichting"
6. "Portieren & vergrendeling"
7. "Audio"
8. "Telefoon/Bluetooth"
9. "Radio-instelling"
10. "Herstel instellingen" om de fabrieksinstellingen 
te herstellen.
11 . "Delete pers. data" (persoonsgegevens 
wissen) om al uw persoonlijke gegevens met 
betrekking tot de Bluetooth-apparatuur uit het 
audiosysteem te wissen.
Zie de betreffende hoofdstukken voor meer 
informatie over de audio, telefoon, radio en 
navigatie.
De instellingen in de submenu's 4 , 5 en 6 
zijn afhankelijk van de uitrusting in het 
voertuig.
In het submenu "Display" (Display) kunt u het 
volgende doen: –
 
"Languages" (T
 alen) selecteren en een van de 
hierboven genoemde talen kiezen,
–  
"Unit of Measurement" (Maateenheid) selecteren
  
en het verbruik (mijl/gallon, l/100 km), afstanden 
(mijl, km) en temperatuur (°F, °C) instellen,
–  
"T
 rip B display" (Weergave traject B) selecteren 
om traject B van de boordcomputer in of uit te 
schakelen (aan, uit).
In het submenu "Safety/Assistance" (Veiligheid/
Assistentie) kunt u het volgende doen:
–  
"Parkview Camera" (Parkview-camera) en
  
daarna de "Reversing camera" (Achteruitrijcamera) 
selecteren om deze in of uit te schakelen (On, Off),
–  
"Parkview camera" (Parkview-camera), daarna
  
"Vertraging camera" (Camera delay) selecteren om 
het display 10 seconden vast te houden of tot 18 
km/u in of uit te schakelen) (aan, uit),
–  
"T
 raffic Sign" (Verkeersbord) selecteren om deze 
in of uit te schakelen (aan, uit),
–  
"Passenger airbag" (Passagiersairbag) selecteren
  
om deze in of uit te schakelen (aan, uit).
In het submenu "Lights" (Verlichting) kunt u het 
volgende doen:
–  
"Daytime running lamps" (Dagrijverlichting)
  
selecteren om deze in of uit te schakelen (aan, uit),
–  
"Auto. main beam headlamps" (Automatisch groot
  
licht) om deze functie in of uit te schakelen (aan, uit),
–  "Headlamp sensor" (Koplampsensor) selecteren  
om de gevoeligheid aan te passen (1, 2, 3).
In het submenu "Doors & locking" (Portieren & 
vergrendeling) kunt u het volgende doen:
–
 
"Autoclose" (Automatische sluiten) selecteren om
  
deze functie in of uit te schakelen (aan, uit).   
Page 167 of 212

165
Audiosysteem
11Audiosysteem 
 
Multimedia audiosysteem 
- Bluetooth
®-telefoon
Het systeem is zodanig beveiligd dat het uitsluitend in uw auto functioneert.
Uit veiligheidsoverwegingen moet de bestuurder handelingen die veel aandacht 
vergen altijd uitvoeren als het voertuig stilstaat.
Als de motor is afgezet, schakelt het systeem 
zichzelf uit nadat de eco-mode is ingeschakeld 
om te voorkomen dat de accu leeg raakt.
De eerste stappen
Aan/uit en volumeregeling.  
Selecteren van het golfbereik FM en AM.  
Selecteren van de bron USB of AUX. 
Toegang tot de lijst van aangesloten 
telefoons.
Draaien: scrollen door de lijst of afstemmen op een radiozender.
Drukken: bevestigen van de op het scherm 
weergegeven optie.
Informatie over de op dat moment  beluisterde radiozender of het op dat 
moment gebruikte medium.
Selecteren van opgeslagen zenders. FM-A, FM-B, FM-C, AM-A, AM-B, AM-C.
Weergeven van het menu en instellen van de opties.
Toetsen 1 t/m 6 autoradio: Selecteren van een voorkeuzezender.
Ingedrukt houden: opslaan van een zender als 
voorkeuzezender.
Afspelen in willekeurige volgorde.  
Herhaald afspelen. 
Geluid onderbreken/pauzeren.  
Automatisch zoeken naar lagere frequentie.
Selecteren van de vorige afspeellijst van het 
USB-apparaat.
Ingedrukt houden: terugspoelen.
Automatisch zoeken naar hogere frequentie. Selecteren van de volgende afspeellijst van het 
USB-apparaat.
Ingedrukt houden: vooruitspoelen.
Huidige bewerking afbreken.
Eén niveau omhooggaan in een structuur 
(menu of map).
Stuurkolomschakelaars
De pauzefunctie van USB/iPod, AUX en  Bluetooth®-bronnen inschakelen/
uitschakelen.
De dempingsfunctie van de radio inschakelen/
uitschakelen.
De microfoon tijdens een telefoongesprek 
inschakelen/uitschakelen. 
Omhoog of omlaag: verhoog of verlaag het  volume van gesproken meldingen en 
muziek, de handsfree functie en leesfunctie voor 
tekstberichten.
Stemherkenning inschakelen.  Een gesproken bericht onderbreken om een 
nieuw gesproken commando te geven.
Stemherkenning onderbreken.
Een inkomende oproep aannemen. Een tweede inkomende oproep aannemen 
en het huidige gesprek in de wacht zetten.
Stemherkenning inschakelen voor de 
telefoonfunctie. 
Een gesproken bericht onderbreken om een ander 
gesproken commando te geven.
Stemherkenning onderbreken.   
Page 170 of 212

168
Audiosysteem
begin van het menu te gaan en dat de gewenste 
sortering te kiezen (bijvoorbeeld afspeellijsten). 
Bevestig dit om naar het gewenste nummer te 
gaan.
De softwareversie van het audiosysteem is mogelijk niet geschikt voor gebruik met de 
generatie van uw Apple
®-player.
Telefoon
Een Bluetooth®-telefoon 
koppelen
Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan 
de handsfree set mag om 
veiligheidsredenen en vanwege het feit dat deze 
handeling de volledige aandacht van de 
bestuurder vraagt uitsluitend worden uitgevoerd 
als  het voertuig stilstaat.
Activeer de Bluetooth
®-functie van uw telefoon en 
zorg ervoor dat deze "zichtbaar" is (configuratie van 
de telefoon).
Druk op de toets "Telefoon". Als er nog geen mobiele telefoon aan het 
systeem is gekoppeld, wordt een speciale pagina op 
het scherm weergegeven.
* Als uw telefoon volledig compatibel met het systeem is.
Selecteer "De telefoon verbinden" om de  koppelprocedure te starten en de naam van 
het systeem op de mobiele telefoon te zoeken.
Voer de pincode op het scherm van het systeem via 
het toetsenbord van uw telefoon in of bevestig de 
weergegeven pincode op de mobiele telefoon.
Tijdens het koppelen wordt er een pagina 
weergegeven waarop de voortgang wordt 
weergegeven.
Wanneer het koppelen niet lukt, raden wij u  aan om op de telefoon de functie Bluetooth 
uit te schakelen en weer in te schakelen.
Als de koppelprocedure succesvol is  voltooid, wordt er een pagina met 
" Verbinding geslaagd" op het scherm 
weergegeven:
Bevestig om de menu's weer te geven.
Met name het telefoonmenu biedt toegang  tot de volgende functies: "Lijst. met 
oproepen", "Contactpersonen"*, "Num. 
toetsenbord".
Een gesprek aannemen
Als u gebeld wordt, klinkt een beltoon en verschijnt 
een pop-upvenster op het scherm.
Druk op deze toets om het gesprek aan te  nemen.
Of druk op deze stuurwieltoets om het gesprek te weigeren.
Een gesprek beëindigen
Druk op deze stuurwieltoets om een gesprek te weigeren.
Bellen
Selecteer "Lijst van oproepen" voor toegang tot de laatst gekozen nummers.
Selecteer "Contactpersonen" voor toegang tot uw lijst met contactpersonen en navigeer 
daarna met de knop.
Als u een nummer wilt bellen, gebruik "Num.  toetsenbord" in het systeem.
Configuratie
Systeeminstellingen
Druk op de toets "MENU".  
Selecteer "Systeeminstellingen" en druk 
dan op deze toets om de lijst met instellingen 
te bekijken en opties in of uit te schakelen:
–
 
"Standaardwaarde herstellen"
–
 
"20 min. vertraging voor uitschakelen"
–
 
"Laag volume bij opstarten"
–
 
"Automatisch"
Audio
Druk op de toets "MENU".     
Page 174 of 212

172
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
Audio- en telematicasysteem op het 
touchscreen
 
 
Multimedia-autoradio 
- Bluetooth
®-telefoon 
- GPS-navigatie
Het systeem is zodanig beveiligd dat het 
uitsluitend in uw auto functioneert.
Uit veiligheidsoverwegingen moet de bestuurder handelingen die veel aandacht 
vergen altijd uitvoeren als het voertuig stilstaat.
Als de motor is afgezet, schakelt het systeem 
zichzelf uit nadat de eco-mode is ingeschakeld 
om te voorkomen dat de accu leeg raakt.
De eerste stappen
Gebruik de toetsen onder het touchscreen om de 
hoofdmenu's te openen en druk vervolgens op de op 
het touchscreen weergegeven toetsen.
Het is een "resistief" scherm dat voelbaar  aangeraakt moet worden, met name bij 
bewegingen (door een lijst bladeren, scrollen 
over de kaart, enz.). Lichtjes aanraken is niet 
voldoende. Als het scherm met meerdere vingers 
wordt aangeraakt, worden de commando's niet 
opgevolgd.
Het scherm kan ook worden bediend met 
handschoenen. Deze technologie werkt bij elke 
temperatuur.
Gebruik voor het schoonmaken van het  scherm een zacht, niet-schurend doekje 
(bijvoorbeeld een brillendoekje) zonder 
schoonmaakmiddel.
Raak het scherm niet aan met scherpe 
voorwerpen.
Raak het scherm niet aan met natte handen.
Als het zeer warm is in het interieur, kan het  geluidsvolume worden beperkt om het 
systeem te beschermen. Zodra de temperatuur in 
het interieur is gezakt, zal de oorspronkelijke 
instelling weer worden gebruikt.
Het systeem kan ook gedurende minimaal 5 
minuten overgaan in de waakstand (volledig 
uitschakelen van het scherm en het geluid).
Drukken: aan/uit. Draaien: volume aanpassen (voor elke bron 
apart). 
Het scherm in-/uitschakelen.  
Volume in-/uitschakelen (geluid uit / 
onderbreken).
Radio, draaien: naar een radiozender zoeken.
Media, draaien: de vorige/volgende track selecteren.
Drukken: optie op het scherm bevestigen.
Bepaalde bedieningsfuncties van het  systeem en het voertuig inschakelen, 
uitschakelen en configureren.
Huidige bewerking annuleren.  Eén niveau omhooggaan in een structuur 
(menu of map).
Termenlijst
VOLUME
Het volume aanpassen door draaien.
RADIO
Toegang tot het radiomenu.
MEDIA
Toegang tot het mediamenu en de verschillende 
muziekbronnen.
N AV
Toegang tot het navigatiemenu.
PHONE
Toegang tot het telefoonmenu.
MORE
Toegang tot de voertuiginformatie.
BROWSE, TUNE, SCROLL    
Page 175 of 212

173
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
12Draai de toets voor:
–  Bladeren door een menu of lijst.
–
 
Selecteren van een radiozender
 .
ENTER
Een optie op het scherm bevestigen door te 
drukken. 
Stuurkolomschakelaars
De pauzefunctie van USB/iPod en  Bluetooth®-bronnen inschakelen / 
uitschakelen.
De dempingsfunctie van de radio inschakelen / 
uitschakelen.
De microfoon tijdens een telefoongesprek 
inschakelen / uitschakelen. 
Omhoog of omlaag: verhoog of verlaag het  volume van gesproken meldingen en 
muziek, de handsfree functie en leesfunctie voor 
tekstberichten.
Stemherkenning inschakelen.  Een gesproken bericht onderbreken om een 
nieuw gesproken commando te geven.
Stemherkenning onderbreken.
Een inkomende oproep aannemen. Een tweede inkomende oproep aannemen 
en het huidige gesprek in de wacht zetten.
Stemherkenning inschakelen voor de 
telefoonfunctie. 
Een gesproken bericht onderbreken om een ander 
gesproken commando te geven.
Stemherkenning onderbreken.
Radio, omhoog of omlaag: volgende / vorige  zender selecteren.
Radio, continu omhoog of omlaag: omhoog of 
omlaag door frequenties scannen totdat u de toets 
loslaat. 
Media, omhoog of omlaag: het volgende / vorige 
nummer selecteren.
Media continu omhoog of omlaag: snel vooruit of 
achteruit totdat u de toets loslaat.
Een inkomende oproep weigeren. Telefoongesprek beëindigen.
Menu's
Radio 
 
De verschillende geluidsbronnen selecteren.Bepaalde functie-instellingen inschakelen/
uitschakelen en aanpassen.
Telefoon 
 
Een mobiele telefoon via Bluetooth® 
verbinden.
Media 
 
De verschillende geluidsbronnen selecteren. Bepaalde functie-instellingen inschakelen/
uitschakelen en aanpassen.    
Page 177 of 212

175
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
12– Stel de radio in bij het opstarten of gebruik de 
laatste instelling toen de contactsleutel in STOP 
werd gezet.
–
 
Radio switch-off delay
  (Vertraging uitschakeling 
radio).
–
 
Stel de parameter in.
–
 
AUX vol. Setting
  (Volume-instelling AUX).
–
 
Stel de parameters in.
Digitale radio (DAB, Digital 
Audio Broadcasting)
Digitale radio
Digitale radio
Digitale radio zorgt voor een betere geluidskwaliteit en biedt de mogelijkheid om 
de door de beluisterde radiozender 
meegestuurde informatie grafisch weer te geven.
Via "multiplex/bundel" hebt u de keuze uit een 
aantal radiozenders die in alfabetische volgorde 
zijn gerangschikt.
Druk meerdere keren op "RADIO" totdat  "DAB-radio" wordt weergegeven.
Selecteer het tabblad "Scrollen".  
Selecteer een lijst uit een van 
de mogelijke filteropties, 
" Alle", "Genres" en "Bundels", en selecteer 
vervolgens een radiozender.
Druk op de toets "Updaten" om de lijst van  ontvangen zenders "DAB-radio" bij te 
werken.
Volgen DAB/FM zenders
"DAB" is niet overal beschikbaar. Als het digitale signaal niet goed is, kunt 
u met de optie "AF" (alternatieve frequentie) 
dezelfde zender blijven beluisteren doordat 
het systeem automatisch overschakelt op de 
desbetreffende analoge "FM"-zender (indien 
beschikbaar).
Als het systeem overschakelt op de analoge  radiozender, kan er sprake zijn van een 
verschil van enkele seconden en kan het 
geluidsvolume wijzigen.
Als de kwaliteit van het digitale signaal weer 
goed is, schakelt het systeem automatisch weer 
over op "DAB".
Als de "DAB"-zender waarnaar wordt  geluisterd niet beschikbaar is, wordt het 
geluid onderbroken als het digitale signaal te 
zwak wordt en de alternatieve frequentie "AF" 
doorgestreept wordt weergegeven.
Media
Druk op "MEDIA" om de mediamenu’s weer  te geven:
 
Druk kort op de toets 9  of  : om het vorige/volgende nummer af te spelen.  
Houd de toetsen ingedrukt om snel vooruit of 
achteruit door het geselecteerde nummer te gaan.
Bladeren
–
 
Bladeren op: Momenteel bezig met
  
afspelen, Artiesten, Albums, Types, Nummers, 
Afspeellijsten, Audioboeken, Podcasts.
–
 
Blader en selecteer de nummers op het actieve
  
apparaat.
–
 
De selectie-opties hangen af van het aangesloten
  
apparaat of het type cd.
Bron
–
 
CD, AUX, 
 USB.
–
 
Kies de gewenste beschikbare geluidsbron of
  
sluit een geschikt apparaat aan: het afspelen start 
automatisch.
–
 
Bluetooth®.
–
 Registreer een Bluetooth®-audiosysteem.
Informatie
–
 
Informatie
.
–
 
Bekijk informatie over het nummer waarnaar
  
wordt geluisterd.
Willekeurig
Druk op de toets om nummers in willekeurige 
volgorde af te spelen op de cd-speler, een USB-
apparaat, een iPod of Bluetooth
®.
Herhaal
Druk op deze toets om deze functie te activeren.
Audio
–
 
Equalizer
.
–
 
Stel de lage, middelhoge en hoge tonen in.
–
 
Balance/Fade
 (Balans/fader).
–
 
Stel de balans van de luidsprekers voor en achter
 , 
en links en rechts in.    
Page 179 of 212

177
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
12Het systeem is geschikt voor externe USB-geluidsdragers, Blackberry's® of 
apparatuur  van Apple® die op de USB-
aansluitingen kunnen worden aangesloten (kabel 
niet meegeleverd).
Toestelbeheer vindt plaats via de regelingen van 
de autoradio.
Andere apparatuur, die bij het aansluiten niet 
door het systeem wordt herkend, moet met een 
kabel (niet meegeleverd) met Jack-plug op de 
AUX-aansluiting worden aangesloten.
Gebruik uitsluitend USB-sticks die geformatteerd zijn 
naar FAT32 (File Allocation Table).
Gebruik geen USB-verdeelstekker om  beschadiging van het systeem te 
voorkomen.
Als tegelijkertijd twee identieke apparaten  zijn aangesloten (twee USB-sticks of twee 
Apple
®-spelers), werkt het systeem niet. Het is 
wel mogelijk om tegelijkertijd een USB-stick en 
een Apple
®-speler aan te sluiten.
Gebruik voor een correcte werking de  originele USB-kabels van Apple®.
Audio via Bluetooth® streamen
Streaming audio biedt de mogelijkheid om 
muziekbestanden op de telefoon via de audio-
installatie in het voertuig af te spelen. Schakel de Bluetooth
®-functie op het apparaat in.Druk op "MEDIA".
Als een mediabron actief is, druk op de toets 
" Bron".
Selecteer de mediabron "Bluetooth®" en 
druk vervolgens op de toets "Apparaat 
toevoegen".
Als er nog geen enkel apparaat met het systeem 
is gekoppeld, wordt een speciale pagina op het 
scherm weergegeven. 
Selecteer "Ja" om de koppelprocedure te starten 
en de naam van het systeem op het apparaat te 
zoeken.
Selecteer de naam van het systeem op het apparaat 
en, wanneer het audiosysteem daarom vraagt, voert 
u de pincode in die op het scherm van het systeem 
wordt weergegeven of bevestigt u de pincode op het 
apparaat.
Tijdens het koppelen wordt er een pagina op het 
scherm weergegeven waarop de voortgang wordt 
weergegeven.
Wanneer het koppelen niet lukt, raden wij u aan 
om de Bluetooth
®-functie op het apparaat uit te 
schakelen en weer in te schakelen. 
Als de koppelprocedure succesvol is voltooid, wordt 
een schermpagina weergegeven:
–
 
als u "Ja" antwoordt, wordt het Bluetooth®-
audioapparaat als favoriet opgeslagen (het apparaat 
heeft prioriteit boven andere apparaten die later 
worden gekoppeld).
–
 
als u "Nee" antwoordt, wordt de prioriteit
 
bepaald door de volgende van koppelen. Het laatst 
gekoppelde apparaat heeft de hoogste prioriteit.
Op sommige Bluetooth®-apparaten kunt u 
niet met alle categorieën in het systeem 
door nummers en informatie op de telefoon 
bladeren.
Apple®-speler aansluiten
Sluit  de Apple-speler met een geschikte kabel (niet meegeleverd) 
aan op de USB-aansluiting.
Het afspelen begint automatisch.
De bediening gebeurt via de audio-installatie in de 
auto.
De beschikbare indeling is die van het  aangesloten apparaat (artiesten/albums/
types/nummers/afspeellijsten/audioboeken/
podcasts).
Standaard wordt er op artiest gesorteerd. U kunt 
het sorteren aanpassen door eerst naar het 
begin van het menu te gaan en dat de gewenste 
sortering te kiezen (bijvoorbeeld afspeellijsten). 
Bevestig dit om naar het gewenste nummer te 
gaan.
De softwareversie van het audiosysteem is  mogelijk niet geschikt voor gebruik met de 
generatie van uw Apple
®-player.
Navigatie
Druk op N AV  en daarna in het midden of 
onderaan het scherm om de instellingen en 
navigatiemenu’s weer te geven:    
Page 183 of 212

181
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
12  
Kies het telefoonnummer met het virtueel 
toetsenbord op het scherm.
Overbrengen.
– 
Overbrengen.
–
 
Breng oproepen over van het systeem naar de
  
mobiele telefoon en omgekeerd.
–
 
Gedempt
 .
–
 
Schakel het geluid van de microfoon van het
  
systeem uit voor privégesprekken.
Een Bluetooth®-telefoon 
koppelen
Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan 
de handsfree set mag om 
veiligheidsredenen en vanwege het feit dat deze 
handeling de volledige aandacht van de 
bestuurder vraagt uitsluitend worden uitgevoerd 
als  het voertuig stilstaat.
Activeer de Bluetooth-functie van uw telefoon en 
zorg ervoor dat deze "zichtbaar is voor iedereen" 
(configuratie van de telefoon).
Druk op "PHONE". Als er nog geen mobiele telefoon aan het 
systeem is gekoppeld, wordt een speciale pagina op 
het scherm weergegeven.
Selecteer "Ja" om het apparaat te koppelen en zoek 
daarna de naam van het systeem op de mobiele 
telefoon (als u "Nee" kiest, wordt het hoofdscherm 
van de telefoon weergegeven).
Selecteer de naam van het systeem en voer 
vervolgens, afhankelijk van de telefoon, via het 
toetsenbord van uw telefoon de pincode op 
het scherm van het systeem in of bevestig de 
weergegeven pincode op de mobiele telefoon.
Tijdens het koppelen wordt er een pagina 
weergegeven waarop de voortgang wordt 
weergegeven.
Als het koppelen niet is gelukt, is het  raadzaam de Bluetooth-functie van uw 
telefoon even uit te zetten en opnieuw te activeren.
Als de koppelprocedure succesvol is  voltooid, wordt een schermpagina 
weergegeven:
–
 
Antwoord "Ja" op de vraag; de mobiele telefoon
  
wordt als favoriet opgeslagen (de mobiele telefoon 
heeft prioriteit over andere mobiele telefoons die 
later kunnen worden gekoppeld).
–
 
Als er geen ander apparaat is gekoppeld, ziet het
  
systeem het eerste apparaat dat is gekoppeld als 
favoriet. 
Bij mobiele telefoons die niet als favoriet zijn  ingesteld, wordt de prioriteit bepaald door de 
volgorde van koppelen. De laatst gekoppelde 
telefoon heeft de hoogste prioriteit.
De beschikbaarheid van de diensten is afhankelijk 
van het netwerk, de simkaart en de compatibiliteit 
van de gebruikte Bluetooth-apparaten.  Raadpleeg 
de handleiding van uw telefoon en uw provider om 
te zien welke diensten u kunt gebruiken.
Wanneer u weer in het voertuig stapt, maakt de 
laatst gekoppelde telefoon automatisch verbinding, 
binnen ongeveer 30 seconden na het aanzetten van 
het contact (met
  Bluetooth
® geactiveerd).
Als u het profiel voor automatische koppeling wilt 
aanpassen, selecteert u de telefoon in de lijst en 
selecteert u de gewenste parameters.
Het systeem is compatibel met de volgende 
profielen: HFP, OPP, PBAP, A2DP, AVRCP, MAP.
Automatisch opnieuw verbinden
Bij het aanzetten van het contact wordt de telefoon 
die bij het afzetten van het contact met het systeem 
was verbonden automatisch opnieuw verbonden. 
Voorwaarde is dat deze verbindingswijze tijdens 
de koppelingsprocedure is geactiveerd (zie vorige 
pagina's).
De verbinding wordt bevestigd door de weergave 
van een melding en de naam van de telefoon.
Beheer van 
telefoonverbindingen
Met behulp van deze functie kan een  apparaat met het systeem worden 
verbonden of de verbinding worden verbroken, 
en kan een koppeling ongedaan worden 
gemaakt.
Druk op "Instellingen".      
Page 184 of 212

182
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
Selecteer "Telefoon/Bluetooth®" en selecteer 
vervolgens de telefoon in de lijst van gekoppelde 
apparaten.
Selecteer "Verbinden" of "Verbinding verbreken", 
" Apparaat verwijderen" of "Apparaat toevoegen", 
" Opslaan onder favorieten", "Tekstberichten 
Aan", "Downloaden" in de lijst van opties.
Een gesprek aannemen
Als u gebeld wordt, klinkt een beltoon en verschijnt 
een pop-upvenster op het scherm.
Druk kort op deze stuurwieltoets om het  gesprek aan te nemen.
of
Druk op de toets "Aannemen" die op het scherm 
wordt weergegeven.
Wanneer u een telefoongesprek voert terwijl 
een ander gesprek in de wacht staat, kunt u 
overschakelen van het ene naar het andere gesprek 
met de toets "Schak. tussen gesprekken" of kunt u 
beide gesprekken samenvoegen in een "conference 
call" met de toets "Confer.".
Een gesprek beëindigen
Druk op deze stuurwieltoets om een gesprek  te weigeren.
of
Druk op de toets "Negeren" die op het scherm wordt 
weergegeven.
Bellen
Een nieuw nummer bellen
Het is raadzaam de telefoon NIET tijdens  het rijden te gebruiken. Stop op een veilige 
plaats of gebruik bij voorkeur de 
stuurkolomschakelaars.
Druk op "PHONE".  
Druk op de toets Toetsenbord.  
Toets het telefoonnummer in op het toetsenbord 
en druk vervolgens op de toets "Bellen" om het 
nummer te bellen.
Een contact bellen
Druk op "PHONE".  
Druk op de toets "Telefoonboek" of op de 
toets "Recente oproepen".
Selecteer het contact in de weergegeven lijst om het 
desbetreffende nummer te bellen.
Gegevens auto
Druk op "MEER" om menu's met informatie  over het voertuig weer te geven:
Buitentemperatuur
Toont de buitentemperatuur.
Klok
Toont de klok. Kompas
Toont de richting waarin u rijdt.
Traject
–
 
Huidige informatie, T
 raject A, Traject B.
Toont de boordcomputer.
Houd de toets "Traject A" of "Traject B" ingedrukt om 
de gegevens van het betreffende traject te resetten.
Configuratie
Druk op deze toets om het menu Instellingen  weer te geven: 
Display (Weergave)
–
 
Brightness
  (Helderheid).
–
 
Stel de lichtsterkte van het scherm in.
–
 
Display mode
  (Weergavemodus).
–
 
Stel de weergavemodus in.
–
 
Language
  (Taal).
–
 
Kies de taal voor het display
 .
–
 
Unit of measurement
  (Maateenheid).
–
 
Stel de meeteenheden voor het verbruik, afstand
  
en temperatuur in.
–
 
T
ouch screen beep (Pieptoon touchscreen).
–
 
Activeer of deactiveer het geluidssignaal wanneer
  
er een toets op het scherm wordt aangeraakt.
–
 
Display T
 rip B (Weergave traject B).
–
 
Geef 
 Traject B op het scherm voor de bestuurder 
weer.
Voice commands (Gesproken commando's)
–
 
V
oice response time (Reactietijd systeem 
gesproken commando's).
–
 
Stel de lengte van de reactie van het
  
spraaksysteem in.    
Page 185 of 212

183
Audio- en telematicasysteem op het touchscreen
12– Display list of commands (Een lijst met 
commando's weergeven).
–
 
Geef suggesties voor verschillende opties weer
  
tijdens een spraaksessie. 
Clock and Date (Tijd en datum)
–
 
T
 ime setting and format (Tijd en formaat 
instellen).
–
 
De tijd instellen.
–
 
Display time mode
  (Tijd weergeven).
–
 
Activeer of deactiveer de weergave van de digitale
  
klok op de statusbalk.
–
 
Synchro time
  (Tijd synchroniseren).
–
 
Activeer of deactiveer de automatische
  
tijdweergave.
–
 
Date setting
  (Datum instellen).
–
 
De datum instellen.
Safety/Assistance
 (Veiligheid / Assistentie)
–
 
Reversing camera
  (Achteruitrijcamera).
–
 
T
 oont de achteruitrijcamera in de 
achteruitversnelling.
–
 
Camera delay
  (Vertraging camera).
–
 
Laat het beeld van de achteruitrijcamera
  
maximaal 10 seconden of tot een snelheid van 18 
km/h zien.
Lighting (Verlichting)
–
 
Daytime running lamps
  (Dagrijverlichting).
–
 
Activeer of deactiveer de automatische verlichting
  
van de koplampen bij het starten.
Doors & locking (Portieren en vergrendeling)
–
 
Autoclose
  (Automatisch sluiten).
–
 
Activeer of deactiveer het automatisch
  
vergrendelen van de portieren wanneer het voertuig 
rijdt. Audio
–
 Equalizer .
–
 
Stel de lage, middelhoge en hoge tonen in.
–
 
Balance/Fade
  (Balans/fader).
–
 
Stel de balans van de luidsprekers voor en achter
 , 
en links en rechts in.
–
 
Druk op de toets in het midden van de pijlen voor
  
een evenwichtige instelling.
–
 
V
 olume/Speed (Volume/Snelheid).
–
 
Selecteer de gewenste parameter; de optie wordt
  
gemarkeerd weergegeven.
–
 
V
 olume.
–
 
Optimaliseer de kwaliteit van de audio bij laag
  
volume.
–
 
Automatic radio
  (Automatische radio).
–
 
Stel de radio in bij het opstarten of gebruik de
  
laatste instelling toen de contactsleutel in STOP 
werd gezet.
–
 
Radio switch-off delay
  (Vertraging uitschakeling 
radio).
–
 
Stel de parameter in.
–
 
AUX vol. Setting
  (Volume-instelling AUX).
–
 
Stel de parameters in.
T
elephone (Telefoon)/Bluetooth
®
– Connected tels (Verbonden telefoons).
–  Start de Bluetooth®-verbinding van het 
geselecteerde mobiele apparaat.
–
 
V
erwijder het geselecteerde apparaat.
–
 
Sla het geselecteerde mobiele apparaat op in de
  
favorieten. 
–
 
Stel de parameters in.
–
 
Apparaat toevoegen
 .
–
 
V
oeg een nieuw mobiel apparaat toe.
– Verbonden audio.
–  Maak alleen verbinding met het mobiele apparaat  
voor audio.
Radio-instelling
–
 
DAB-meldingen
 .
–
 
Activeer of deactiveer meldingen.
–
 
Activeer of deactiveer de opties: 
 Alarm, 
Aankondiging evenement, Nieuws aandelenmarkt, 
Nieuws, Programma-informatie, Speciaal 
evenement, Sportberichten, Info over openbaar 
vervoer. Alarmmeldingen, Weerbericht.
Instellingen herstellen
Herstel de standaardinstellingen van het scherm, de 
klok, het geluid en de radio.
Persoonsgegevens verwijderen
Verwijder persoonsgegevens, Bluetooth
®-apparaten 
en vooraf ingestelde instellingen.
Gesproken commando's
Informatie - het systeem 
gebruiken
U kunt het systeem in plaats van met de  toetsen van het scherm ook bedienen via 
gesproken commando's.
Neem de volgende aanwijzingen in acht om  ervoor te zorgen dat het systeem uw 
gesproken commando's altijd herkent:
–
 
spreek op een normale manier
 ,