display Peugeot Expert 2003 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2003, Model line: Expert, Model: Peugeot Expert 2003Pages: 148, PDF Size: 5.88 MB
Page 24 of 148
22-04-2003
INSTRUMENTENPANEEL*I-12
24
Display
¥ Digitaal klokje.
¥ Onderhoudsintervalindicator.
¥ Olieniveau-indicator.
¥ Kilometerteller.
¥ Dagteller.
Koelvloeistoftemperatuur-
meter. Brandstofmeter
Regelknop dashboardverlichting zie blz. 31 Instellen van de tijd zie blz. 30
Bediening display:
¥ Kilometerteller.
¥ Dagteller.
¥ Nulstelling van de dagteller. Toerenteller Zorg ervoor dat de wijzer niet in het rode gebied komt.
* Afhankelijk van uitvoering of land
Page 27 of 148
22-04-2003
INSTRUMENTENPANEEL*I-12
26
Multifunctioneel display* Bij het aanzetten van het contact, verschijnt op het display achtereenvolgens:
- Onderhoudsintervalindicator.
- Olieniveau-indicator.
- Kilometerteller. Olieniveau-indicator
Wanneer het contact wordt aanzet, wordt de onderhoudsintervalindicator enkele seconden verlicht. Vervolgens wordt gedurende circa 10 seconden het olieniveau aangegeven.
Max. Min. Controleer met de oliepeilstok.Controleer het niveau op een horizontale en vlakke ondergrond, nadat de motor minstens 10 minuten tevoren is afgezet. Olieniveau te laag = Knipperen van de ledjes
Vul zo snel mogelijk olie bij om motorbeschading te voorkomen. Knipperen duidt op een storing in de werking van de meter of een olietekort. Raadpleeg een van onze dealers.
* Afhankelijk van uitvoering of land
Page 28 of 148
22-04-2003
AAA
INSTRUMENTENPANEEL*27I-12
Kilometerteller & dagteller
Wanneer u op de knop Adrukt, wordt in plaats van de totale kilometerstand de
dagtellerstand weergegeven. Nulstelling van de dagtellerIndien u de toets
Aeven ingedrukt
houdt, knippert het display 3 keer en geeft 0weer.
* Afhankelijk van uitvoering of land
Page 29 of 148
22-04-2003
INSTRUMENTENPANEEL*I-12
28
Onderhoudsintervalindicator Deze indicator geeft het aantal kilometers aan dat nog verreden kan worden tot de volgende onderhoudsbeurt (ingesteld volgens het onderhoudsschema in het Onderhoudsboekje).
Werking: Bij aanzetten van het contact wordt op het display even het aantal kilo-meters dat nog verreden kan wor-den tot de eerstvolgende onder-houdsbeurt weergegeven.
Voorbeeld: de onderhoudsbeurt is
over:
Vijf seconden na het aanzetten van het contact hervat de kilometertellerzijn normale functie en geeft hetdisplay de stand van de totaalteller
of de dagteller weer. Over minder dan 1 000 km moetde volgende onderhoudsbeurtworden uitgevoerd.
Voorbeeld:
de onderhoudsbeurt is
over: 900 km. Bij het aanzetten van het contactgeeft het display gedurende vijfseconden de volgende informatie:
Vijf seconden na het aanzetten van het contact hervat de kilometertellerzijn normale functie, maar de sleutelblijft branden. Dit geeft aan dat er op korte termijn een onderhoudsbeurt moet wordenuitgevoerd. Het display geeft destand van de totaalteller of de dag-
teller weer. De kilometerstand voor de on-derhoudsbeurt is overschreden.
Telkens wanneer het contact wordt aangezet gaan de sleutel en deoverschreden kilometerstand knip-peren.
Voorbeeld:
De kilometerstand voor
de volgende onderhoudsbeurt is met 300 kilometer overschreden.De onderhoudsbeurt dient nu opkorte termijn te worden uitgevoerd.
Vijf seconden na het aanzetten van het contact hervat de kilometertellerzijn normale functie, maar de sleutelblijft branden.
Page 30 of 148
22-04-2003
1
11
INSTRUMENTENPANEEL*29I-12
Onderhoudsinterval Indien uw auto onder bijzonder zware omstandigheden wordtgebruikt, dient u zich te houden aanhet onderhoudsprogramma voorÒzware gebruiksomstandighedenÓwaarbij kortere onderhoudsinterval-len worden gehanteerd (zieOnderhoudsboekje). Opmerking: als de maximumtijd
tussen twee onderhoudsbeurten is verstreken voordat het maximumaantal kilometers is verreden, gaatde sleutel branden en geeft het dis-play ''0''. Wijzigen van het onderhoudsin-terval:
- Zet het contact af.
- Druk knop
1in en houd deze inge-
drukt.
- Zet het contact aan.
- De termijn tot de volgende onder- houdsbeurt knippert.
- Laat de knop los.
- Het onderhoudsinterval verschijnt op het display.
- Door kort op knop 1te drukken
kunt u de onderhoudsintervallen wijzigen. - Als het geselecteerde onder-
houdsinterval is verschenen ophet display drukt u gedurende
10 seconden op knop 1om te
bevestigen (het geselecteerdeonderhoudsinterval knippertgedurende tien seconden).
Laat de knop los ter bevestigingzodra de informatie op het displayniet meer knippert. Nulstelling Onze dealers voeren deze hande- ling na iedere onderhoudsbeurt uit.Mocht u echter zelf uw onderhouds-werkzaamheden uitvoeren, ga danals volgt te werk voor het nulstellen:
- Zet het contact af.
- Druk knop 1in en houd deze inge-
drukt.
- Zet het contact aan.
- De termijn tot de volgende onder- houdsbeurt knippert.
- Houd knop 1tien seconden inge-
drukt.
- Op het display verschijnt ''=0''en
de onderhoudssleutel verdwijnt.
* Afhankelijk van uitvoering of land
Page 35 of 148
22-04-2003
INSTRUMENTENPANEEL*I-12
34
Toerenteller Zorg ervoor dat de wijzer niet in het rode gebied komt. Display
¥ Buitentemperatuur.
¥ Schakelstandendisplay auto-
matische transmissie. Display
¥ Onderhoudsintervalindicator.
¥ Kilometerteller.
¥ Dagteller.
Brandstofmeter Koelvloeistoftemperatuurm eter met waarschuwings-lampje
Bediening display:
¥ Kilometerteller.
¥ Dagteller.
¥ Nulstelling van de dagteller.
Tijdelijke oliepeilmeting
* Afhankelijk van uitvoering of land
Page 38 of 148
22-04-2003
A
INSTRUMENTENPANEEL*I-12
36
* Afhankelijk van uitvoering of land
Beschermende zekeringen(onder dashboard) F2 - F19
Buitentemperatuurmeter De buitentemperatuur verschijnt op het display zodra het contact wordtaangezet.
Wanneer ''¡C'' knipperend wordt weergegeven, is dat een waarschu-wing voor mogelijke ijzelvorming.
Nulstelling van de dagteller
Wanneer u op de knop
Adrukt,
wordt in plaats van de totale kilome- terstand de dagtellerstand weerge-geven. Houd de knop even ingedrukt voor het verkrijgen van de nulstelling. Sterkte van de dashboardverlich-ting De sterkte van de dashboardver-
lichting is regelbaar.
Verdraai hiertoe het stelwieltje linksonderin het dashboard.
Page 39 of 148
22-04-2003
ONDERHOUDSINTERVALINDICATOR*37I-12
Deze indicator geeft het aantal kilometers aan dat nog verreden kan worden tot de volgende onderhoudsbeurt (ingesteld volgens het onderhoudsschema in het Onderhoudsboekje).
Werking: Bij het aanzetten van het contact licht het onderhoudssymbool (sleu-tel) enkele seconden op en wordtop het display even het aantal kilo-meters getoond dat nog verredenkan worden tot de volgende onder-houdsbeurt. Bijvoorbeeld: de onderhoudsbeurt
is over:
Vijf seconden na het aanzetten van het contact hervat de kilometertellerzijn normale functie en geeft hetdisplay de stand van de totaalteller
of de dagteller weer. Over minder dan 1 000 km moetde volgende onderhoudsbeurtworden uitgevoerd. Bijvoorbeeld:
de onderhoudsbeurt
is over: 900 km. Bij het aanzetten van het contact geeft het display gedurende vijfseconden de volgende informatie:
Vijf seconden na het aanzetten van het contact hervat de kilometertellerzijn normale functie, maar de sleutelblijft branden. Dit geeft aan dat er op korte termijn een onderhoudsbeurt moet wordenuitgevoerd. Het display geeft destand van de totaalteller of de dag-
teller weer. De kilometerstand voor de on-derhoudsbeurt is overschreden.
Telkens wanneer het contact wordt aangezet gaan de sleutel en deoverschreden kilometerstand knip-peren.
Voorbeeld:
De kilometerstand voor
de volgende onderhoudsbeurt is met 300 kilometer overschreden.De onderhoudsbeurt dient nu opkorte termijn te worden uitgevoerd.
Vijf seconden na het aanzetten van het contact hervat de kilometertellerzijn normale functie, maar de sleutelblijft branden.
* Afhankelijk van uitvoering of land
Page 40 of 148
22-04-2003
1
11
ONDERHOUDSINTERVALINDICATORI-12
38
Onderhoudsinterval Indien uw auto onder bijzonder zware omstandigheden wordtgebruikt, dient u zich te houden aanhet onderhoudsprogramma voor"zware gebruiksomstandigheden"waarbij kortere onderhoudsinterval-len worden gehanteerd (zieOnderhoudsboekje). Opmerking: als de maximumtijd
tussen twee onderhoudsbeurten is verstreken voordat het maximumaantal kilometers is verreden, gaatde sleutel branden en geeft het dis-play ''0"aan'. Wijzigen van het onderhoudsin-terval:
- Zet het contact af.
- Druk knop
1in en houd deze inge-
drukt.
- Zet het contact aan.
- De termijn tot de volgende onder- houdsbeurt knippert.
- Laat de knop los.
- Het onderhoudsinterval verschijnt op het display.
- Door kort op knop 1te drukken
kunt u de onderhoudsintervallen wijzigen. - Als het geselecteerde onder-
houdsinterval op het display ver-schijnt, drukt u gedurende
10 seconden op knop 1om te
bevestigen (het geselecteerdeonderhoudsinterval knippertgedurende tien seconden).
Laat de knop los ter bevestigingzodra de informatie op het displayniet meer knippert. Nulstelling Onze dealers voeren deze hande- ling na iedere onderhoudsbeurt uit.Mocht u het onderhoud aan uw autoechter zelf verrichten, dan is de pro-cedure voor de nulstelling als volgt:
- Zet het contact af.
- Druk knop 1in en houd deze inge-
drukt.
- Zet het contact aan.
- De termijn tot de volgende onder- houdsbeurt knippert.
- Houd knop 1tien seconden inge-
drukt.
- Op het display verschijnt ''=0''en
de onderhoudssleutel verdwijnt.
Page 89 of 148
22-04-2003
AUTORADIO140
ALGEMENE FUNCTIES AAN/UIT
Druk, als het CONTACT AAN is of in de stand ACCESSOIRES staat, op knop ÒMÓom de radio aan of uit te
schakelen.
CODE DIEFSTALBEVEILIGING Als het apparaat voor het eerst wordt gebruikt en elke keer dat de accukabels worden losgenomen, moet de code die u bij de aflevering van de auto werd overhandigd, worden ingevoerd. Invoer van de code
Zet het apparaat AAN.ÒCODEÓ verschijnt op de display en daarna Ò- - - -Óten teken dat de code moet worden ingevoerd.
Voer nu uw vier-cijferige code in met behulp van de voorkeuzetoetsen Ò1Ót/m Ò6Ó.
Voorbeeld: als uw code 5345 is, moeten achtereenvolgens de toetsen Ò5Ó, Ò3Ó , Ò4Ó en Ò5Ó ingedrukt worden.
Na het invoeren van de juiste code gaat de radio automatisch aan. Foutieve invoer van de code Als tijdens het invoeren van de eerste drie cijfers van de code een fout wordt gemaakt, onderbreek dan het
invoeren en zet de radio UIT om te voorkomen dat het apparaat geblokkeerd wordt. Elke keer als er een verkeerde code wordt ingevoerd, wordt het apparaat gedurende een steeds langere pe- riode, van 5 seconden tot 30 minuten na de zevende verkeerde code, geblokkeerd. Laat de radio aan staan en wacht tot de blokkering opgeheven is. Zodra er Ò- - - -Óverschijnt op de display
kan de code opnieuw ingevoerd worden.
Als de radio tussentijds UIT wordt gezet, zal deze bij het opnieuw aanzetten weer geblokkeerd worden voor de gehele periode. Na het invoeren van 14 verkeerde codes wordt de radio definitief geblokkeerd.
BEDIENING
Volumeregeling Draai aan de knop ÒMÓom het volume te verhogen of te verlagen.