radio Peugeot Partner 2020 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2020, Model line: Partner, Model: Peugeot Partner 2020Pages: 260, PDF Size: 7.76 MB
Page 5 of 260
3
Inhoudsopgave
bit.ly/helpPSA
actieve dodehoekbewaking 134
Systeem voor detecteren
van onoplettendheid
134
Parkeerhulp 135
Achteruitrijcamera 137
Surround Rear Vision 138
7Praktische informatie
Compatibiliteit van brandstoffen 143
Tanken 143
Tankbeveiliging (diesel) 144
Sneeuwkettingen 145
Trekhaak 146
Overbelastingsindicator 148
Eco-mode 149
Allesdragers / Imperiaal 149
Onder de motorkap 150
Onder de motorkap 151
Niveaus controleren 151
Controles 154
AdBlue® (BlueHDi) 155
Overgaan op vrijloop 158
Onderhoudstips 158
8In geval van pech
Brandstoftank leeg (diesel) 160
Boordgereedschap 160
Bandenreparatieset 161
Reservewiel 164
Een lamp vervangen 167
Een zekering vervangen 172
12V-accu 175
Slepen 178
9Technische gegevens
Afmetingen 181
Technische gegevens motoren en
aanhangergewichten
185
Identificatie 188
10Bluetooth®-audiosysteem
De eerste stappen 189
Stuurkolomschakelaars 190
Menu's 190
Radio 191
Digitale radio
(DAB, Digital Audio Broadcasting)
192
Media 193
Telefoon 196
Veelgestelde vragen 199
11PEUGEOT Connect Radio
De eerste stappen 201
Stuurkolomschakelaars 202
Menu's 203
Applicaties 204
Radio 205
Digitale radio
(DAB, Digital Audio Broadcasting)
206
Media 207
Telefoon 208
Configuratie 212
Veelgestelde vragen 213
12PEUGEOT Connect Nav
De eerste stappen 216
Stuurkolomschakelaars 217
Menu's 218
Gesproken commando's 219
Navigatie 223
Online navigatie 225
Applicaties 228
Radio 231
Digitale radio
(DAB, Digital Audio Broadcasting)
232
Media 233
Telefoon 234
Configuratie 237
Veelgestelde vragen 239
■
Trefwoordenregister
Toegang tot aanvullende video's
Page 7 of 260
5
Overzicht
Cockpit
1.Openen motorkap
2. Zekeringen dashboard
3. Claxon
4. Instrumentenpaneel 5.
Alarm
Plafonnière
Binnenspiegel of Surround Rear
Vision-display
Toetsen voor noodoproep en pechhulpoproep
6. Monochroom display in combinatie met
audiosysteem
Touchscreen met PEUGEOT Connect Radio
of PEUGEOT Connect Nav
7. USB-aansluiting
8. Verwarming
Handbediende airconditioning
Automatische airconditioning met
gescheiden regeling
Ontwasemen - ontdooien voorruit en voorste
zijruiten
Ontwasemen - ontdooien achterruit
9. Elektrische parkeerrem
Toets "START/STOP"
10. Versnellingsbak
11 . 12 V-aansluiting
12. 230 V-aansluiting
13. Dashboardkastje
USB-aansluiting (in het dashboardkastje)
14. Opbergruimte
15. Uitschakeling airbag vóór aan
passagierszijde (aan de zijkant van het
dashboardkastje, bij geopend portier)
Stuurkolomschakelaars
1.Schakelaar verlichting/richtingaanwijzers
Toets voor wijziging van weergave Surround
Rear Vision/activering spraakherkenning
2. Schakelaar ruitenwissers/ruitensproeiers/
boordcomputer
3. Toetsen voor het selecteren van de
multimediabron ( SRC), het beheren
van muziek (LIST) en het beheren van
telefoongesprekken ( telefoontje)
4. Bediening snelheidsbegrenzer/
programmeerbare snelheidsregelaar/
Adaptieve snelheidsregelaar
5. Draaiknop voor het selecteren van de
weergavemodus van het instrumentenpaneel
6. Spraakbediening
Volume
7. Bediening audiosysteem
Page 10 of 260
8
Eco-rijden
Laat uw auto regelmatig onderhouden (olie
verversen, oliefilter, luchtfilter en interieurfilter
vervangen enz.) en houd u daarbij aan het
onderhoudsschema van de fabrikant.
Bij uitvoeringen met een BlueHDi-dieselmotor:
bij een storing in het SCR-systeem stoot de auto
te veel schadelijke stoffen uit. Ga in dat geval zo
snel mogelijk naar een PEUGEOT-dealer of een
gekwalificeerde werkplaats om ervoor te zorgen
dat de uitstoot van stikstofoxiden van uw auto
weer aan de norm voldoet.
Laat bij het tanken het vulpistool niet meer dan
drie keer afslaan; zo voorkomt u dat brandstof uit
de tank stroomt.
U zult bij een nieuwe auto merken dat pas na
3000 km het gemiddelde brandstofverbruik zich
stabiliseert.
Eco-stand
Met deze stand kunt u de instellingen van
verwarming en airconditioning optimaliseren om
het brandstofverbruik te beperken.
Inschakelen/uitschakelen
► U kunt deze stand in- of uitschakelen door op
deze toets te drukken.
Het lampje brandt als het systeem is
ingeschakeld.
Eco-coaching
Deze functie voorziet de bestuurder van advies
en informatie om te helpen bij het aannemen van
een zuinigere en milieuvriendelijkere rijstijl.
De functie houdt hierbij rekening met parameters
zoals remoptimalisatie, acceleratiebeheer,
schakelen, bandenspanning, gebruik van
verwarmings-/airconditioningsfuncties, enz.
Weergave op het instrumentenpaneel
Door de centrale weergave van het
tabblad " Eco-coaching" in het
instrumentenpaneel met matrixdisplay te
selecteren, kunt u uw rijstijl in real-time met
behulp van de rem- en acceleratie-indicatie
evalueren.
Weergave op het touchscreen
De 4 tabbladen " Traject", "Airconditioning ",
"Onderhoud " en "Rijden" voorzien u van advies
om uw rijstijl te optimaliseren.
Informatie met betrekking tot uw rijstijl kan ook in
real-time worden weergegeven.
Het tabblad " Rapport" toont een beoordeling
van uw rijstijl per dag en geeft een totaalscore
over de gehele week.
U kunt dit rapport op elk willekeurig moment
resetten door op "Reset " te drukken.
Met PEUGEOT Connect Radio
► Selecteer in het menu " Applicaties "
de optie "Eco-coaching".
Met PEUGEOT Connect Nav
► Selecteer het menu " Applicaties ",
vervolgens de het tabblad
"Voertuigapps" en dan "Eco-coaching".
Page 52 of 260
50
Ergonomie en comfort
Opbergvak boven de
voorruit
Dit vak bevindt zich boven de zonnekleppen
en is geschikt om diverse voorwerpen in op te
bergen.
12 V-aansluiting(en)
► Steek een accessoire van 12 V (met een
maximaal nominaal vermogen van 120 W) met
een geschikte adapter in de aansluiting.
Houd u aan het maximaal toegestane
vermogen om schade aan apparatuur te
voorkomen.
Het aansluiten van elektrische
apparatuur die niet door PEUGEOT is
goedgekeurd, zoals een lader met USB-
aansluitingen, kan leiden tot storingen in de
werking van de elektrische componenten van
de auto, zoals een slechte radio-ontvangst of
storingen in de weergave van de displays.
USB-aansluiting
De aansluiting kan worden gebruikt om een
draagbaar apparaat op te laden.
Via deze aansluiting kunt u audiobestanden via
de luidsprekers van het audiosysteem van de
auto afspelen.
Via
Tijdens het gebruik van de USB- aansluiting wordt het draagbare apparaat
automatisch opgeladen.
Er wordt een melding weergegeven als het
stroomverbruik van de draagbare apparatuur
hoger is dan de door de auto geleverde
stroomsterkte.
Raadpleeg voor meer informatie over het
gebruik van deze voorziening de rubriek
Audio en telematica.
U kunt ook een smartphone
via MirrorLinkTM, Android
Auto® of CarPlay® verbinden, zodat u bepaalde
apps van uw smartphone via het touchscreen
kunt gebruiken.
Gebruik voor de beste resultaten een kabel die is
gemaakt of goedgekeurd door de fabrikant van
het apparaat.
Deze apps kunnen met de
stuurkolomschakelaars of de
bedieningselementen van het audiosysteem
worden beheerd.
220 V/50 Hz-aansluiting
AC 220V
50Hz 120W
Deze bevindt zich op de zijkant van de middelste
opbergruimte.
Deze aansluiting (max. vermogen: 150 W) werkt
terwijl de motor draait en het Stop & Start-
systeem in de STOP-stand staat.
► Til het beschermklepje op.
► Controleer of het groene controlelampje
brandt.
► Sluit uw elektrische apparaat (zoals
telefoonlader, laptop, cd-/dvd-speler of
flessenwarmer) aan.
Bij een storing gaat het groene lampje
knipperen.
Laat de aansluiting controleren door de
PEUGEOT-dealer of een gekwalificeerde
werkplaats.
Sluit slechts één apparaat per keer aan
op de aansluiting (gebruik geen
verlengkabels of meervoudige stekkerdozen).
Sluit alleen apparaten aan die voldoen
aan isolatieklasse II (op het apparaat
aangegeven).
Page 66 of 260
64
Ergonomie en comfort
Ventilatie
Dit systeem ventileert het interieur
met buitenlucht, zodat onder zomerse
omstandigheden bij het instappen een
aangenamere temperatuur in het interieur
heerst.
Programmeren
Met Bluetooth®-audiosysteem
► Druk op de toets MENU om het
hoofdmenu te openen.
►
Selecteer "
Voorverw./Voorventil".
►
V
ink "Activering" aan en selecteer voor het
programmeren indien nodig " Parameters",
►
Selecteer "
Verwarm." om de motor en het
interieur te verwarmen of " Ventilatie" om het
interieur te ventileren.
► Selecteer:
• het 1e klokje om het inschakeltijdstip te
programmeren/op te slaan waarbij de
voorverwarmingstemperatuur wordt bereikt,
•
het 2e klokje om het tweede inschakeltijdstip
te programmeren/op te slaan waarbij de
voorverwarmingstemperatuur wordt bereikt,
Met de twee klokjes kunt u, bijvoorbeeld
afhankelijk van het seizoen, een keuze
maken uit twee inschakeltijdstippen.
Via een melding op het scherm wordt uw
keuze bevestigd.
Met PEUGEOT Connect Radio
Druk op Applicaties om de hoofdpagina
weer te geven.
Druk vervolgens op " Programmeerbare
verwarming/ventilatie".
►
Selecteer het tabblad " Status
" om het
systeem in/uit te schakelen.
►
Selecteer het tabblad " Overige instellingen"
voor het kiezen van " V
erwarming" om de motor
en het interieur te verwarmen of " Ventilatie" om
het interieur te ventileren.
►
Stel vervolgens het inschakeltijdstip
(vooraf) in waarbij voor elke selectie de
voorverwarmingstemperatuur wordt bereikt.
Druk op deze toets om op te slaan.
Met PEUGEOT Connect Nav
► Druk op het menu " Applicaties".
►
Druk op het tabblad " V
oertuigapps".
► Druk op "Thermisch programma".
►
Druk op het tabblad " Status
" om het systeem
in/uit te schakelen.
► Druk op het tabblad " Parameters" voor het
kiezen van " V
erwarming" om de motor en het
interieur te verwarmen of " Ventilatie" om het
interieur te ventileren.
►
V
oer hierna een programmering/voorinstelling
van het inschakeltijdstip voor elke selectie uit.
►
Druk op "
OK" om te bevestigen.
Wanneer u meerdere functies gaat
programmeren, moet u telkens 60
minuten tussen elke functie wachten.
Afstandsbediening met groot bereik
(Afhankelijk van de uitvoering.)
Op deze manier kunt u de verwarming in het
interieur op afstand in- of uitschakelen.
Het bereik van de afstandsbediening is ongeveer
1 km, in een onbeschutte omgeving.
Inschakelen
► Door deze knop ingedrukt te houden,
wordt de verwarming onmiddellijk gestart
(bevestigd door het tijdelijk branden van het
groene lampje).
Uitschakelen
► Door deze knop ingedrukt te houden,
wordt de verwarming onmiddellijk gestopt
(bevestigd door het tijdelijk branden van het rode
lampje).
Het lampje van de afstandsbediening
knippert gedurende ongeveer 2
seconden als de auto het signaal niet heeft
ontvangen.
Probeer het in dat geval vanaf een andere
plaats opnieuw.
Vervangen van de batterij
Als het lampje van de afstandsbediening oranje
gaat branden, is de batterij bijna leeg.
Als het lampje niet meer brandt, is de batterij
leeg.
Page 77 of 260
75
Veiligheid
5Algemene aanbevelingen met betrekking tot de
veiligheid
Verwijder de stickers niet die op de
verschillende plaatsen van uw auto zijn
aangebracht. Ze bevatten
veiligheidswaarschuwingen en informatie over
de identificatie van de auto.
Neem voor alle werkzaamheden aan uw
auto contact op met een gekwalificeerde
werkplaats die beschikt over de juiste
technische informatie, vakkennis en
apparatuur. Het PEUGEOT-netwerk is in staat
u dit te bieden.
Afhankelijk van de landelijke wetgeving kan de aanwezigheid van bepaalde
veiligheidsuitrusting verplicht zijn:
veiligheidsvesten, gevarendriehoeken,
alcoholtests, een set reservelampen,
reservezekeringen, een brandblusser, een
verbandtrommel, spatlappen aan de
achterzijde van de auto enz.
Monteren van elektrische accessoires:
– Het monteren van elektrische
uitrustingselementen of accessoires die niet
onder een artikelnummer in het assortiment
van PEUGEOT voorkomen, kan tot een
hoger stroomverbruik leiden en kan storingen
in het elektrische systeem van uw auto
veroorzaken. Ga naar het PEUGEOT-netwerk
voor meer informatie over het aanbod aan
accessoires met een artikelnummer.
–
Uit veiligheidsoverwegingen is toegang tot
de diagnose-aansluiting, die is gekoppeld
aan de elektronische systemen in de
auto, uitsluitend voorbehouden aan het
PEUGEOT
-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats waar de beschikking is over
geschikt gereedschap (kans op storingen in
de elektronische systemen die kunnen leiden
tot pech of ernstige ongevallen). De fabrikant
kan niet aansprakelijk worden gesteld als dit
voorschrift niet wordt opgevolgd.
–
Wijzigingen of aanpassingen die niet door
PEUGEOT
zijn voorzien of toegestaan, of
die niet volgens de technische voorschriften
van de fabrikant zijn uitgevoerd, leiden tot het
vervallen van de commerciële garantie.
Monteren van als accessoire
geleverde radiocommunicatiezenders
Voordat u een radiocommunicatiezender
met buitenantenne monteert, moet u bij
het PEUGEOT-netwerk de technische
gegevens (frequentieband, maximaal
uitgangsvermogen, positie antenne,
specifieke installatievoorschriften) van de
voor montage geschikte zenders opvragen,
conform de Richtlijn Elektromagnetische
Compatibiliteit (2004/104/EG).
Conformiteitsverklaring voor
radioapparatuur
De relevante certificaten zijn beschikbaar op
de website http://public.servicebox.peugeot.
com/APddb/.
Noodoproep of
pechhulpoproep (type 1)
Peugeot Connect SOS
► Druk in geval van nood langer dan 2
seconden op toets 1
.
Het controlelampje brandt en er klinkt een
spraakbericht om te bevestigen dat de oproep
Page 138 of 260
136
Rijden
aangegeven. Bewegende objecten die aan de
zijkanten van de auto verschijnen en niet
vooraf geregistreerd zijn, worden niet
aangegeven.
De objecten die tijdens de manoeuvre
worden geregistreerd, worden uit het
geheugen gewist als het contact wordt
afgezet.
Uitschakelen / inschakelen
Zonder audiosysteem
► U kunt het systeem in- of uitschakelen door
op deze toets te drukken.
Het controlelampje brandt als het systeem is
uitgeschakeld.
Met audiosysteem of touchscreen
Deze functie kan via het
configuratiemenu van de
auto worden ingesteld.
De status van de functie wordt opgeslagen bij
het afzetten van het contact.
Geluidssignalen
Dit systeem signaleert de aanwezigheid van
obstakels binnen de detectiezone van de
sensoren die zich in de baan van de auto,
zoals bepaald door de stand van het stuurwiel,
bevinden.
In het weergegeven voorbeeld worden,
afhankelijk van de uitvoering, alleen de obstakels
die zich in het gestreepte gebied bevinden door
het geluidssignaal gesignaleerd.
De bestuurder wordt via een onderbroken
geluidssignaal gewaarschuwd bij het naderen
van obstakels. De frequentie van het
geluidssignaal neemt toe naarmate de auto het
obstakel nadert.
Zodra de afstand tussen de auto en het obstakel
kleiner dan ongeveer dertig centimeter is, klinkt
het geluidssignaal ononderbroken.
U hoort via de luidspreker (rechts of links)
aan welke zijde van de auto het obstakel zich
bevindt.
Het geluidssignaal instellenAls u bij PEUGEOT Connect Radio of PEUGEOT Connect Nav
op deze toets drukt, wordt het venster
geopend waarop u het volume van het
geluidssignaal kunt instellen.
Grafische weergave
Aanvulling op het geluidssignaal zonder rekening
te houden met de rijrichting van de auto, door
balken op het scherm weer te geven die de
afstand aangeven tussen het obstakel en de
auto (wit: obstakels veraf, oranje: obstakels in de
buurt en rood: obstakels heel dichtbij).
Als de auto het obstakel zeer dicht genaderd is,
verschijnt het symbool "Gevaar" op het scherm.
Parkeerhulp vóór
De parkeerhulp vóór is een aanvulling op de
parkeerhulp achter en wordt geactiveerd zodra
er bij een wagensnelheid van maximaal 10 km/h
vóór de auto een obstakel wordt gedetecteerd.
De parkeerhulp vóór wordt gedeactiveerd zodra
de auto langer dan drie seconden stilstaat met
een ingeschakelde versnelling vooruit, als er
geen obstakel meer wordt gedetecteerd of
wanneer de rijsnelheid hoger wordt dan 10
km/h.
Het geluid dat uit de luidspreker komt (
voor of achter), geeft de positie van het
obstakel ten opzichte van de auto aan (in de
rijrichting van de auto, voor of achter).
Parkeerhulp zijkant
Door gebruik te maken van vier extra sensoren
aan de zijkant van de voor- en achterbumper,
registreert het systeem de positie van vaste
obstakels tijdens het manoeuvreren en geeft het
een signaal wanneer de obstakels zich aan de
zijkant van de auto bevinden.
Alleen vaste obstakels worden correct aangegeven. Bewegende objecten,
gedetecteerd aan het begin van de
manoeuvre, kunnen per ongeluk worden
Page 179 of 260
177
In geval van pech
8• de zwarte minkabel (-) op het massapunt C
van de auto.
►
Zet na afloop van het laden eerst acculader B
uit voordat u de kabels loskoppelt van accu A.
24v 12v
Als deze sticker is aangebracht, mag er
uitsluitend een 12 V-lader worden
gebruikt. Anders kunnen elektrische
onderdelen van het Stop & Start-systeem
onherstelbaar beschadigd raken.
Probeer nooit om een bevroren accu te
laden - Risico op explosie!
Als de accu bevroren is geweest, laat deze
dan door het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats controleren op
beschadigingen van de inwendige delen en
op scheuren in de behuizing (kans op lekkage
van giftig en corrosief zuur).
Accu loskoppelen
Als u de auto gedurende langere tijd niet
gaat gebruiken, koppel dan de accu los. Op
deze manier blijft het laadniveau van de accu
voldoende om de motor weer te starten.
Voer de volgende handelingen uit alvorens de
accu los te koppelen: ►
sluit de ruiten en de portieren voordat u de
accukabels loskoppelt,
►
schakel alle stroomverbruikers (autoradio,
ruitenwissers, verlichting, enz.) uit,
►
zet het contact uit en wacht vier minuten.
Koppel bij de accu alleen de pluspool (+) los.
Accupoolklem met snelsluiting
Loskoppelen van de plusklem (+)
► Trek de hendel A zo ver mogelijk omhoog om
de accupoolklem B te ontgrendelen.
►
Beweeg de accupoolklem B
omhoog om hem
te verwijderen.
Weer aansluiten van de plusklem (+)
► Trek de hendel A zo ver mogelijk omhoog.
► Plaats de geopende accupoolklem B
op de
pluspool (+).
►
Druk de accupoolklem B
volledig omlaag.
►
Beweeg hendel A
omlaag om accupoolklem
B te vergrendelen.
Forceer de hendel niet door erop te
duwen, aangezien de accupoolklem niet
kan worden vergrendeld als deze niet correct
is geplaatst; herhaal de procedure.
Na het weer aansluiten van de
accukabels
Na opnieuw aansluiten van de accu moet u
het contact aanzetten en vervolgens 1 minuut
wachten alvorens de motor te starten, om de
elektronische systemen te initialiseren.
Mochten er zich na deze handeling kleine
storingen blijven voordoen, raadpleeg dan het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Page 191 of 260
189
Bluetooth®-audiosysteem
10Bluetooth® audiosysteem
De beschreven functies en instellingen
kunnen afwijken van die van het systeem
in uw auto.
Om veiligheidsredenen mag de
bestuurder handelingen die de volle
aandacht vragen, zoals het koppelen van een
Bluetooth-telefoon aan het handsfreesysteem
met Bluetooth van het audiosysteem,
uitsluitend uitvoeren bij stilstaande auto en
ingeschakeld contact.
Het systeem is zodanig beveiligd dat het
uitsluitend in uw auto functioneert.
Werkzaamheden aan dit systeem
mogen uitsluitend door een dealer of
een gekwalificeerde werkplaats worden
uitgevoerd om elke kans op elektrocutie,
brand of mechanische storing te vermijden.
Het audiosysteem kan na het afzetten
van de motor na enkele minuten
automatisch worden uitgeschakeld om te
voorkomen dat de accu leeg raakt.
De eerste stappen
Drukken: Aan/uit.
Draaien: volume aanpassen.
Kort indrukken: geluidsbron wijzigen
(radio, USB-uitgang, AUX-uitgang (indien
draagbaar apparaat is aangesloten), CD-speler,
audiostreaming).
Lang indrukken: weergave van het menu
Telefoon (als een telefoon is aangesloten).
Audio-instellingen wijzigen:
fader voor/achter, balans links/rechts,
lage/hoge tonen, loudness, geluidssfeer.
Inschakelen/uitschakelen automatische
volumeregeling (gekoppeld aan rijsnelheid).
Radio:
Kort indrukken: zenderlijst weergeven.
Lang indrukken: zenderlijst bijwerken.
Media:
Kort indrukken: bestandsoverzicht weergeven.
Lang indrukken: sorteermogelijkheden
weergeven.
Selecteren van de weergave op het
scherm:
datum, audiofuncties, boordcomputer, telefoon.
Bevestigen of weergave van het
contextmenu.
Toetsen 1 - 6. Kort indrukken: voorkeuzezender
selecteren.
Lang indrukken: radiozender als
voorkeuzezender opslaan.
Radio:
Automatisch stapsgewijs zoeken naar een
radiozender met een lagere/hogere frequentie.
Media:
Selecteren van het vorige/volgende nummer van
de CD, USB, Streaming audio.
Scrollen in een lijst.
Radio:
Handmatig stapsgewijs zoeken naar een
radiozender met een lagere/hogere frequentie.
Selecteren van de vorige/volgende
MP3-afspeellijst.
Media:
Vorige/volgende map/genre/artiest/afspeellijst
van het USB-apparaat selecteren.
Scrollen in een lijst.
Huidige bewerking annuleren.
Eén niveau omhooggaan in een structuur
(menu of map).
Toegang tot het hoofdmenu.
TA-functie (verkeersinformatie) in- of uitschakelen.
Lang indrukken: berichtensoort selecteren.
Selecteren van de golfbanden FM/DAB/
AM.
Page 192 of 260
190
Bluetooth®-audiosysteem
"Multimedia": Parameters media,
Radio-instellingen.
"Telefoon": Bellen, Beheer index,
Instelling telefoon, Gespr. beëindigen.
"Boordcomputer".
"Onderhoud": Diagnose, Logboek
waarschuw., ... .
"Verbindingen ": Beheer van de
verbindingen, apparaten zoeken.
"Persoonlijke instelling - configuratie ":
Parameters van de auto definiëren,
Taalkeuze, Configuratie beeldscherm, Keuze van
eenheden, Datum en tijd instellen.
Druk op de toets "MENU".
Scrollen tussen de menu's.
Toegang tot een menu.
Radio
Een radiozender selecteren
Druk herhaaldelijk op de toets SOURCE
om de radiofunctie te selecteren.
Druk op deze toets om het golfbereik te
selecteren (FM / AM / DAB).
Druk op een van de toetsen voor
automatisch zoeken naar een
radiozender.
Stuurkolomschakelaars
Bedieningsfuncties op het
stuurwiel - Type 1
Radio:
Vorige/volgende voorkeuzezender
selecteren.
Vorige/volgende item uit een menu of lijst
selecteren.
Media:
Vorig/volgend nummer selecteren.
Vorige/volgende item uit een menu of lijst
selecteren.
Radio:
Kort indrukken: zenderlijst weergeven.
Lang indrukken: zenderlijst bewerken.
Media:
Kort indrukken: bestandsoverzicht weergeven.
Lang indrukken: sorteermogelijkheden
weergeven.
Bij ander gebruik dan telefoon:
Kort indrukken: geluidsbron wijzigen
(radio, USB-uitgang, AUX-uitgang (indien
draagbaar apparaat is aangesloten, CD-speler,
audiostreaming), bevestiging als het menu
"Telefoon" is geopend.
Lang indrukken: openen van het menu
"Telefoon".
Bij een binnenkomend gesprek: Kort indrukken: gesprek aannemen.
Lang indrukken: gesprek weigeren.
Tijdens het gebruik van de telefoon:
Kort indrukken: openen van het menu "Telefoon".
Lang indrukken: gesprek beëindigen
Een selectie bevestigen.
Verhogen van het geluidsvolume.
Verlagen van het geluidsvolume.
Geluid onderbreken/weer inschakelen
door het gelijktijdig indrukken van de
volumetoetsen.
Bedieningsfuncties op het
stuurwiel - Type 2
Toegang tot het hoofdmenu.
Verhogen van het geluidsvolume.
Geluid onderbreken/herstellen.
Verlagen van het geluidsvolume.
Bij ander gebruik dan telefoon:
Kort indrukken: geluidsbron wijzigen
(radio, USB-uitgang, AUX-uitgang (indien
draagbaar apparaat is aangesloten, CD-speler, audiostreaming), bevestiging als het menu
"Telefoon" is geopend.
Lang indrukken: openen van het menu
"Telefoon".
Bij een binnenkomend gesprek:
Kort indrukken: gesprek aannemen.
Lang indrukken: gesprek weigeren.
Tijdens het gebruik van de telefoon:
Kort indrukken: openen van het menu "Telefoon".
Lang indrukken: gesprek beëindigen
Starten van de spraakherkenning van uw
smartphone via het systeem.
Radio:
Kort indrukken: zenderlijst weergeven.
Lang indrukken: zenderlijst bewerken.
Media:
Kort indrukken: bestandsoverzicht weergeven.
Lang indrukken: sorteermogelijkheden
weergeven.
Radio:
Vorige/volgende voorkeuzezender
selecteren.
Vorige/volgende item uit een menu of lijst
selecteren.
Media:
Vorig/volgend nummer selecteren.
Vorige/volgende item uit een menu of lijst
selecteren.
Indrukken van de draaiknop: bevestigen.
Menu's
Afhankelijk van de uitvoering.