Seat Ateca 2018 Handleiding (in Dutch)
Manufacturer: SEAT, Model Year: 2018, Model line: Ateca, Model: Seat Ateca 2018Pages: 364, PDF Size: 7.42 MB
Page 111 of 364

Zekeringen en lampjes
Vervang de zekeringen alleen door zekerin-
g en
v
oor dezelfde stroomsterkte (zelfde kleur
en opschrift) en grootte.
Overzicht zekeringen in het interieur
Nr.Stroomverbruiker/Ampère
1Adblue (SCR)30
5Gateway5
6Keuzehendel automaat5
7Bedieningspaneel airco/verwar-
ming, achterruitverwarming, inte-
rieurvoorverwarming10
8
Diagnose, handremschakelaar,
verlichtingsschakelaar, achteruit-
rijlicht, interieurverlichting, rijmo-
dus, instapverlichting
10
9Stuurkolom5
10Radiodisplay7,5
11Lichten links40
12Radio20
14Ventilator airco40
15Ontgrendeling stuurkolom10
16Connectivity Box7,5
17Instrumentenpaneel7,5
18Camera achteraan7,5
19Kessy7,5
Nr.Stroomverbruiker/Ampère
21Regeleenheid 4x4 Haldex15
22Aanhangwagen15
23Elektrisch bedienbaar dak30
24Lichten rechts40
25Linkerportier30
26Stoelverwarming30
27Binnenverlichting30
28Aanhangwagen25
32Parkeerhulpcentrale, frontcamera
en radar7,5/10
33Airbag5
34
Schakelaar achteruitrijlicht, kli-
maatsensor, elektrochromatische
spiegel, stopcontacten achterin
(USB)
7,5
35Diagnose, regeleenheid lichten,
lichtbundelverstelling10
36Rechter led-koplamp7,5
37Linker led-koplamp7,5
38Aanhangwagen25
39Rechterportier30
4012 V-stopcontact20
42Centrale vergrendeling40
Nr.Stroomverbruiker/Ampère
43SEAT Sound, beats sound can en
most.30
44Aanhangwagen15
45Elektrische bestuurdersstoel15
47Ruitenwisser achter15
49Startmotor, koppelingssensor5
50Elektrisch bedienbare achterklep40
52Rijmodus15
53Achterruitverwarming30
Zekeringenoverzicht in de motorruimte
Nr.Stroomverbruiker/Ampère
1ESP-regelapparaat25
2ESP-regelapparaat40
3Motorregelapparaat (diesel/ben-
zine)30/15
4Motorsensoren5/10
5Motorsensoren7,5
6Remlichtsensor5
7Motorvoeding10
8Lambdasonde10/15
9Motor5/10/20» 109
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 112 of 364

NoodgevallenNr.Stroomverbruiker/Ampère
10Regeleenheid benzinepomp15/20
11PTC40
12PTC40
13Regelapparaat automatische ver-
snellingsbak15/30
14Verwarmde voorruit40
15Claxon15
16Benzinepomp5/15/20
17Motorregelapparaat7,5
18Aansluiting 30 (positieve refe-
rentiespanning)5
19Ruitenwisser vooraan30
20Alarmclaxon10
22Motorregeleenheid5
23Startmotor30
24PTC40
31Drukpomp15
33Pomp versnellingsbak30
37Interieurvoorverwarming20
Let op
● Er z ijn in het
voertuig meer zekeringen dan
in dit hoofdstuk vermeld worden. Deze mo- gen alleen vervangen worden in een gespeci-
ali
seer
de werkplaats.
● De posities die niet bezet zijn door een ze-
kering s
taan ook niet vermeld in de tabellen.
● Enkele van de in de tabellen vermelde ver-
bruikers
horen alleen bij bepaalde type-uit-
voeringen of zijn voor optioneel verkrijgbare
uitrusting.
● Let erop dat de tabellen overeenkomen met
de stand
van de techniek tijdens het drukken
van dit instructieboekje; waardoor ze dus aan
wijzigingen onderhevig zijn. Vervangen van lampjes
In l
eidin
g tot thema Lees aandachtig de aanvullende informatie
› ›
›
pag. 64.
Voor het vervangen van lampjes is enige
technische vaardigheid vereist.
Als u zelf lampen wilt vervangen in het mo-
torcompartiment, houd er dan rekening mee
dat dit een gevaarlijke zone is ››› in Werk-
z aamheden in de mot
orruimt
e op pag. 314.
Een lampje mag alleen worden vervangen
door een lampje van gelijke uitvoering. De
aanduiding van het wattage staat op de
lampvoet. Afhankelijk van het uitrustingsniveau zijn er
vers
chillende koplampsystemen en achter-
lichten:
● Halogeenkoplamp
● Full-led koplamp*
● Achterlicht met lampen
● Achterlicht met led*
Ful
l-led koplampen*
Full-led koplampen verrichten alle verlich-
tingsfuncties (daglicht, parkeerlicht, knipper-
licht, dimlicht en routelicht) met lichtgevende
diodes (led's) als lichtbron.
De full-led koplampen zijn ontworpen om de
gehele levenscyclus van de wagen mee te
kunnen en de lichtbronnen kunnen niet wor-
den vervangen. Bij schade aan een koplamp
moet u naar de werkplaats van een officiële
dealer gaan voor vervanging. ATTENTIE
● Als
de motor op bedrijfstemperatuur is,
moet bij werkzaamheden in de motorruimte
bijzonder zorgvuldig te werk worden gegaan
– gevaar voor verbranding.
● Gloeilampjes staan onder druk en kunnen
kapot s
pringen, als ze worden vervangen -
gevaar voor verwondingen!
● Let er bij het vervangen van gloeilampjes
op, dat
u zich niet verwondt aan scherpe de-
len in het koplamphuis. 110
Page 113 of 364

Zekeringen en lampjes
VOORZICHTIG
● Voor het w
erken aan het elektrisch systeem
moet de sleutel uit het contact gehaald wor-
den. Gevaar voor kortsluiting!
● Vóór het vervangen van het gloeilampje de
verlichtin
g resp. parkeerlichten uitschakelen.
● Ga voorzichtig te werk, zodat u niets be-
sch
adigd. Milieu-aanwijzing
Met betrekking tot de opslag en afvoer van
defect e l
ampjes kunt u informatie verkrijgen
bij de gespecialiseerde winkels. Let op
● Contr o
leer regelmatig of de verlichting van
uw wagen goed werkt, met name de verlich-
ting aan de buitenzijde van de wagen. Dat is
niet alleen in het belang van uw eigen veilig-
heid, maar ook in het belang van de veilig-
heid van andere verkeersdeelnemers.
● Zorg ervoor dat u een nieuw lampje hebt,
voord
at u het kapotte lampje gaat uitbouwen.
● Neem het glas van het lampje niet met blo-
te handen
vast, gebruik daarvoor een stoffen
doek of papier. De vetsporen die de vingers
achterlaten zouden anders door de warmte
van het brandende gloeilampje verdampen en
op het spiegeloppervlak neerslaan met als
gevolg dat de reflector dof wordt.
● Afhankelijk van de uitrusting van de wagen
kan de binnen- en/of
buitenverlichting ge- heel of gedeeltelijk uit leds bestaan. Led's
hebben een l
ev
ensduur die veel hoger is dan
die van de wagen. Bij een defect aan een led-
verlichting moet u naar de werkplaats van
een officiële dealer gaan voor vervanging. Gloeilampjes vooraan vervan-
gen
Lamp j
e dimlicht Afb. 105
In de motorruimte: de afdekking ver-
w ijder
en. Afb. 106
In de motorruimte: lampje dimlicht. De handelingen in de aangegeven volgorde
uit
v
oer
en:
Motorkap openen.
De banden ›››
afb. 105 1 verplaatsen in
pijlric htin
g en de k
ap verwijderen.
Stekkerverbinding ›››
afb. 106 2 van de
l amp
v
erwijderen.
Haak de houderveer ›››
afb. 106 3 los
door de v
eer n
aar binnen en naar rechts
te drukken.
Verwijder het lampje en plaats het nieu-
we, zodat het bevestigingsuitsteeksel
van de schotel past in de uitsparing van
de reflector.
Ga in omgekeerde volgorde te werk voor
de montage.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
111
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 114 of 364

Noodgevallen
Lampje grootlicht en lampje knipper-
lic ht Afb. 107
In de motorruimte: de afdekking ver-
w ijder
en. Afb. 108
In de motorruimte: lampje grootlicht
2 en lampje knipperlicht
3 . De handelingen in de aangegeven volgorde
uit
v
oer
en:
Lampje van het grootlicht Motorkap openen.
De band ››› afb. 107 1 verplaatsen in
pijlric htin
g en de k
ap verwijderen.
Druk de connector ››› afb. 108 2 vanaf
de z
ijk
ant naar links of rechts en trek.
Trek de lamp los door de connector los
te maken.
Ga in omgekeerde volgorde te werk voor
de montage.
Lampje van het knipperlicht Motorkap openen.
De band ››› afb. 107 1 verplaatsen in
pijlric htin
g en de k
ap verwijderen.
Fitting ››› afb. 108 3 naar links draaien
en tr ekk
en.
V
erwijder het lampje door dit naar links
te draaien en tegelijkertijd op de fitting
te drukken.
Ga in omgekeerde volgorde te werk voor
de montage.
1.
2.
3.
4.
5.
1.
2.
3.
4.
5. Lamp van mistlicht*
Afb. 109
Mistlamp: rooster verwijderen.112
Page 115 of 364

Zekeringen en lampjes
Afb. 110
Mistlamp: fitting uitbouwen De handelingen in de aangegeven volgorde
uit
v
oer
en:
Verwijder de bout ››› afb. 109 1 v
an
het r
ooster van de mistlamp met behulp
van een schroevendraaier en haal het
rooster weg.
3 bouten verwijderen ›››
afb. 109 2 .
V er
w
ijder de metalen klem aan de bo-
venzijde van de mistlamp door ze uit de
auto te trekken 3 en h
aal de mis-
tl amp w
eg.
Stekkerverbinding ›››
afb. 110 1 van de
l amp
v
erwijderen.
Fitting ›››
afb. 110 2 naar links draaien
en tr ekk
en.
V
erwijder het lampje door deze naar
links te draaien en op de fitting te druk-
ken.
1.
2.
3.
4.
5.
6. Ga in omgekeerde volgorde te werk voor
de montage.
W
erking van het nieuwe lampje controle-
ren. Let op
Vanwege de moeilijke bereikbaarheid van de
mis tlic
hten voor, wordt geadviseerd om naar
de werkplaats van een officiële dealer of ge-
specialiseerde werkplaats te gaan voor ver-
vanging. Gloeilampjes achteraan vervan-
g
en
Ov er
zicht achterlichten Achterlichten in zijpaneel
KnipperlichtPY21W NA LL
Parkeer- en remlichtP21W LL
Achterlichten in achterklep
Links
StadslichtP21W LL
Mistlicht/stadslichtP21W LL
AchteruitrijlichtW16W
Rechts7.
8.
Stadslicht2x P21W LL
AchteruitrijlichtW16W
De tabel geldt voor een wagen met stuur
links. Afh
ank
elijk van de afzetmarkt kan de
positie van de lichten verschillen.
113
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 116 of 364

Noodgevallen
Achterlichten (in zijpaneel) Afb. 111
Bagageruimte: toegang tot de be-
v e
s
tigingsbout van het achterlicht. Afb. 112
Bevestigingslippen aan de achterzij-
de van het
achterlicht. De handelingen in de aangegeven volgorde
uit
v
oer
en:
Controleren welk lampje defect is.
Achterklep openen.
1.
2. Afdekking met de platte zijde van de
schr
oevendraaier bij de uitsparing los-
wippen ››› afb. 111 1 .
St ek
er
van de lamp lostrekken.
Met de hand of een schroevendraaier de
bevestigingsbout van de lamp ››› afb.
111 2 losdraaien.
D e l
amp
van de carrosserie weghalen
door ze voorzichtig naar u te trekken en
op een schone en vlakke ondergrond
leggen.
De fitting demonteren door de bevesti-
gingslippen ››› afb. 112 1 te ontgrende-
l en.
D ef
ecte lampje vervangen.
In omgekeerde volgorde te werk gaan
voor de montage en speciaal opletten
bij het plaatsen van de fitting. De beves-
tigingslippen moeten hoorbaar vastklik-
ken. VOORZICHTIG
Ga bij het uitbouwen van het achterlicht voor-
zic htig t
e werk, om te voorkomen dat onder-
delen resp. lak beschadigd raken. Let op
● Een z
achte doek klaarleggen, zodat er geen
krassen op het achterlichtglas komen als dit
wordt neergelegd. 3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
●
In het g ev
al van led-achterlichten kan uit-
sluitend het knipperlicht worden vervangen. Achterlichten (in de achterklep)
Afb. 113
Achterklep geopend: de afdekking
v er
w
ijderen. Afb. 114
Fitting uitbouwen. Voor het vervangen van de gloeilampjes
moet
de ac
ht
erklep geopend zijn.
114
Page 117 of 364

Zekeringen en lampjes
De handelingen in de aangegeven volgorde
uit v
oer
en:
Trek de afdekking van de achterklep in
pijlrichting los ››› afb. 113.
De bevestigingslippen van de fitting
››› afb. 114 1 ontgrendelen of de fitting
n aar link
s
draaien 2 en
3 .
Fittin g uit
de houder h
alen.
Defect lampje iets in de fitting drukken,
linksom draaien en verwijderen.
Nieuw lampje plaatsen, in de fitting
drukken en tot de aanslag rechtsom
draaien.
Met een doek eventuele vingerafdruk-
ken op het glas van het lampje verwijde-
ren.
Werking van het nieuwe gloeilampje
controleren.
In omgekeerde volgorde te werk gaan
voor de montage en speciaal opletten
bij het plaatsen van de fitting, daarbij
controleren of de bevestigingslippen
goed vastzitten. Let op
In geval van een achterlicht met led kunt u
uits luit
end de lamp van het achteruitrijlicht
vervangen. 1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Lampjes van de kentekenplaatverlich-
tin
g
v
ervangen Afb. 115
In de achterbumper: kentekenplaat-
v erlic
htin
g. Afb. 116
kentekenverlichting: fitting uitbou-
w en. De handelingen in de aangegeven volgorde
uit
v
oer
en: Druk de pal van de kentekenplaatver-
lichting in de ric
hting van de pijl ››› afb.
115.
Verwijder de kentekenplaatverlichting
een beetje.
Druk in het connectorblok ››› afb. 116 in
de richting van de pijl 1 en trek de con-
nect or lo
s.
Dr
aai de fitting in de richting van de pijl
2 en verwijder deze samen met de
l amp
.
V
ervang de defecte lamp door een nieu-
we lamp van hetzelfde type.
Steek de fitting in de kentekenplaatver-
lichting en draai in de richting tegenge-
steld aan pijl 2 tot tegen de aanslag.
Sluit de c
onnect
or aan op de fitting. Let op
Afhankelijk van het uitrustingsniveau van de
wag en k
an de kentekenplaatverlichting voor-
zien zijn van led's. Led's hebben een levens-
duur die veel hoger is dan die van de wagen.
Bij een defect aan een led-verlichting moet u
naar de werkplaats van een officiële dealer
gaan voor vervanging. 1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
115
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 118 of 364

Noodgevallen
Zijknipperlichten Afb. 117
Knipperlicht ingebouwd in de bui-
t en
s
piegel De zijknipperlichten zijn van het type led en
z
ijn in
g
ebouwd in de buitenspiegels.
Indien ze niet werken, moet u naar de werk-
plaats van een officiële dealer gaan voor ver-
vanging.
116
Page 119 of 364

Page 120 of 364

Bedienen
Afb. 118
Bestuurdersruimte.118