sensor TOYOTA AURIS 2017 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2017, Model line: AURIS, Model: TOYOTA AURIS 2017Pages: 660, PDF Size: 24.41 MB
Page 279 of 660

2794-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)
4
Rijden
●Fietsen of vergelijkbare objecten worden mogelijk niet gesignal eerd.
● In de onderstaande situaties kan het systeem de helderheid van het omge-
vingslicht mogelijk niet juist signaleren. Hierdoor blijven de dimlichten moge-
lijk branden of zorgt het grootlicht mogelijk voor problemen bi j voetgangers,
tegenliggers of voorliggers of anderen. In dergelijke gevallen moet handma-
tig worden geschakeld tussen grootlicht en dimlicht.
• Bij slecht weer (regen, sneeuw, mist, zandstormen, enz.)
• Het zicht door de voorruit wordt belemmerd door damp, wasem, i js, vuil,
enz.
• De voorruit is gebarsten of beschadigd.
• De sensor voor is vervormd of vuil.
• De temperatuur van de sensor voor is extreem hoog.
• De helderheid van het omgevingslicht komt overeen met die van koplam-
pen, achterlichten of mistlampen.
• Tegenliggers hebben de koplampen of voorliggers hebben de acht erlich-
ten niet ingeschakeld of de lampen zijn vuil, hebben een andere kleur of
zijn niet correct afgesteld.
• In gebieden waar lichte en donkere stukken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stijgende en dalende wegen wordt
gereden, of over wegen met een slecht of oneffen wegdek (zoals klinker-
wegen, grindpaden, enz.).
• Als geregeld en herhaaldelijk over bochtige wegen wordt gerede n.
• Er bevindt zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een spieg el, voor
de auto.
• De achterzijde van een voorligger is sterk spiegelend, zoals een contai-
ner op een truck.
• De koplampen van de auto zijn beschadigd of vuil of zijn niet correct
afgesteld.
• De auto helt naar één kant over door bijvoorbeeld een lekke ba nd of ligt
aan de achterzijde wat lager doordat een aanhangwagen is aangek op-
peld.
• Er wordt herhaaldelijk en op een abnormale manier geschakeld t ussen
dimlicht en grootlicht.
• De bestuurder meent dat andere bestuurders of voetgangers last hebben
van het grootlicht.
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E .book Page 279 Friday, October 7, 2016 4:48 PM
Page 280 of 660

2804-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)
De RSA herkent bepaalde verkeersborden door gebruik te maken van
de sensor voor en voorziet de bestuurder via het multi-informat iedis-
play van informatie.
Als het systeem vaststelt dat de snelheidslimiet wordt overschr eden,
of wanneer er bijvoorbeeld verbode n acties ten opzichte van de her-
kende verkeersborden worden uitgevoerd, wordt de bestuurder m.b .v.
een waarschuwingsdisplay en w aarschuwingszoemer gewaar-
schuwd
*.
*: U kunt deze instelling aan uw persoonlijke voorkeur aanpassen.
Sensor voor
RSA (Road Sign Assist)∗
∗: Indien aanwezig
Overzicht van de functie
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E .book Page 280 Friday, October 7, 2016 4:48 PM
Page 281 of 660

2814-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)
4
Rijden
Nadat een verkeersbord door de sensor voor is herkend, wordt deze
op het multi-informatiedisplay weergegeven wanneer de auto het ver-
keersbord passeert.
● Wanneer de informatie van het
ondersteunende systeem wordt
geselecteerd, kunnen er maxi-
maal 3 verkeersborden worden
weergegeven. ( →Blz. 107)
● Wanneer andere informatie dan
van het ondersteunende sys-
teem wordt geselecteerd, wordt
een verkeersbord met de snel-
heidslimiet of een verkeers-
bord voor einde van alle
verboden weergegeven.
(→ Blz. 107)
Er wordt geen verkeersbord voor
een inhaalverbod of met de snel-
heidslimiet met een aanvullend
teken weergegeven. Als er echter
andere verkeersborden dan die
met de maximaal toegestane snel-
heid worden herkend, worden deze
trapsgewijs weergegeven onder
het verkeersbord met de maxi-
maal toegestane snelheid.
Weergave op het multi-informatiedisplay
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E .book Page 281 Friday, October 7, 2016 4:48 PM
Page 284 of 660

2844-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)■
Omstandigheden waaronder de functie mogelijk niet goed werkt of niet
goed signaleert
In de volgende situaties werkt de RSA niet normaal en worden ve rkeersbor-
den mogelijk niet herkend, worden onjuiste verkeersborden weerg egeven,
enz. Dit duidt echter niet op een storing.
● De sensor voor is niet goed uitgelijnd doordat de sensor, enz. is blootge-
steld aan hevige schokken.
● Er zit(ten) vuil, sneeuw, stickers, enz. op de voorruit in de b uurt van de sen-
sor voor.
● Onder barre weersomstandigheden, bijvoorbeeld bij zware regenva l, mist,
sneeuw of zandstormen
● Licht van een tegenligger, de zon, enz. dringt de sensor voor binnen.
● Het verkeersbord is klein, vuil, vervaagd, gekanteld of krom of , in geval van
een elektronisch verkeersbord, het contrast is slecht.
● Het verkeersbord gaat helemaal of gedeeltelijk verscholen achte r boombla-
deren, een paal, o.i.d.
● Het verkeersbord is alleen voor korte tijd zichtbaar voor de se nsor voor.
● De omgeving (bij afslaan, rijstrookwisseling, enz.) wordt onjui st beoordeeld.
● Ook wanneer een verkeersbord niet van toepassing is op de rijst rook waar
op dat moment op wordt gereden, staat dit bord wel direct na ee n vertakking
van de snelweg of bij een aangrenzende rijstrook net voordat ri jstroken
samenkomen.
● Er zitten stickers op de achterzijde van de voorligger.
● Er wordt een verkeersbord herkend dat lijkt op een verkeersbord dat com-
patibel is met het systeem.
● Er wordt met de auto in een land gereden waar het verkeer aan d e andere
kant rijdt.
● Mogelijk worden verkeersborden met de snelheidslimiet voor para llelwegen
gesignaleerd en weergegeven (wanneer deze in het zicht van de s ensor
voor staan) terwijl de auto op de hoofdweg rijdt.
● Mogelijk worden verkeersborden met de maximaal toegestane snelh eid
voor afslagen van rotondes gesignaleerd en weergegeven (wanneer deze in
het zicht van de sensor voor staan) terwijl de auto op de roton de rijdt.
● De snelheidsinformatie die op het instrumentenpaneel wordt weer gegeven
verschilt mogelijk met de informatie die wordt weergegeven op h et naviga-
tiesysteem (indien aanwezig) als gevolg van de gebruikte kaartgegevens
van het navigatiesysteem.
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E .book Page 284 Friday, October 7, 2016 4:48 PM
Page 308 of 660

3084-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)■
Soorten sensoren
Toyota Parking Assist-sensor∗
∗: Indien aanwezig
Auto's zonder navigatie-/multimediasysteem:
De afstand van uw auto tot obstakels bij het fileparkeren en ac
h-
teruit inparkeren in een garage wordt gemeten door sensoren en
wordt doorgegeven via het multi-informatiedisplay en een zoe-
mer. Controleer bij gebruik van dit systeem ook altijd zelf de
omgeving.
Auto's met navigatie -/multimediasysteem:
Raadpleeg de handleiding voor het navigatie- en multimediasys-
teem.
Binnenste sensoren voor
Hoeksensoren voor
Sensoren voorzijde Hoeksensoren achter
Binnenste sensoren achter1
2
3
4
5
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E
.book Page 308 Friday, October 7, 2016 4:48 PM
Page 309 of 660

3094-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)
4
Rijden
■Inschakelen/uitschakelen van het Toyota Parking Assist Sen-
sor-systeem
Dit systeem kan worden ingeschakeld/uitgeschakeld via het multi-
informatiedisplay.
Ga naar het instelscherm (→ Blz. 107) en druk op / van de
bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel om te
selecteren.
Druk op van de bedie-
ningstoetsen van het instru-
mentenpaneel om het systeem
in of uit te schakelen.
Als het systeem is ingescha-
keld, brandt het c ontrolelampje
van de Toyota Parking Assist-
sensor.
Wanneer de sensoren een obstakel s ignaleren, wordt dit grafisch
weergegeven op het multi-informatiedisplay overeenkomstig de po si-
tie en afstand tot het obstakel.
Werking binnenste sensor voor
Werking sensoren en hoeksen-
soren voorzijde
Werking hoeksensoren achter
Werking binnenste sensor ach-
ter
1
2
Display
1
2
3
4
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E .book Page 309 Friday, October 7, 2016 4:48 PM
Page 310 of 660

3104-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)
Als een sensor een obstakel signaleert worden de richting van en de
afstand tot het obstakel bij benadering weergegeven en klinkt d e zoe-
mer.
■Hoeksensoren
De afstandsweergave en zoemer
Globale afstand tot obstakelMulti-informatiedisplayZoemer
50 - 37,5 cm Gemiddeld
37,5 - 25 cm Snel
Minder dan 25 cm Continu
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E .book Page 310 Friday, October 7, 2016 4:48 PM
Page 311 of 660

3114-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)
4
Rijden
■Sensoren voorzijde
■Middelste sensoren
Globale afstand tot obstakelMulti-informatiedisplayZoemer
Minder dan 25 cm Continu
Globale afstand tot obstakelMulti-informatiedisplayZoemer
Voor: 100 - 55 cm
Achter: 150 - 55 cm Langzaam
55 - 42,5 cm Gemiddeld
42,5 - 30 cm Snel
Minder dan 30 cm Continu
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E .book Page 311 Friday, October 7, 2016 4:48 PM
Page 312 of 660

3124-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)
Ongeveer 100 cm
Ongeveer 150 cm
Ongeveer 25 cm
Ongeveer 50 cm
Ongeveer 50 cm
Het schema toont het detectiebe-
reik van de sensoren. Merk op dat
de sensoren geen obstakels kun-
nen detecteren die zich extreem
dicht bij de auto bevinden.
Het bereik van de sensoren kan
verschillend zijn, afhankelijk van
bijvoorbeeld de vorm van het
object.
Detectiebereik van de sensoren
1
2
3
4
5
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E.book Page 312 Friday, October 7, 2016 4:48 PM
Page 313 of 660

3134-6. Gebruik van de ondersteunende systemen
UK AURIS_HB_EE (OM12K97E)
4
Rijden
■De Toyota Parking Assist-sensor kan worden gebruikt als
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop:
Het contact staat AAN.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop:
Het contact AAN staat.
●Sensoren voor:
• Auto's met Multidrive CVT:
De selectiehendel staat in een andere stand dan P.
• Auto's met handgeschakelde transmissie: De parkeerrem is niet geactiveerd.
• De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10 km/h. (Bij een willekeurige snelheid als de selectiehendel in stand R staat.)
● Sensoren achter:
De selectiehendel staat in stand R.
■ Detectie-informatie sensoren
●Bepaalde omstandigheden van de auto en de omgeving kunnen een n ega-
tieve invloed hebben op het vermogen van de sensor om obstakels correct
te signaleren. Specifieke situaties waarin dit voor kan komen ziet u hieron-
der.
• Er zit vuil, sneeuw of ijs op de sensor.
• De sensor is bevroren.
• Een sensor wordt ergens door afgedekt.
• De auto helt sterk over naar één zijde.
• De auto rijdt op een bijzonder hobbelige weg, op een helling, op grind of
op gras.
• Er is veel omgevingslawaai rond de auto van claxons, motorfiet smotoren,
luchtremmen van vrachtwagens of andere geluidsbronnen die ultra sone
geluidsgolven produceren.
• Er is een andere auto uitgerust met Parking Assist-sensoren in de nabije omgeving.
• Een sensor is bedekt met een waterfilm of er is sprake van zwa re regen-
val.
• De auto is uitgerust met een staafantenne of een draadloze ant enne.
• Er is een sleepoog gemonteerd.
• Een bumper of sensor krijgt een harde klap.
• De auto nadert een hoge of gebogen stoeprand.
• In fel zonlicht of zeer koud weer.
• Er zijn niet-originele Toyota-onderdelen voor de wielophanging (verla-
gingsset enz.) gemonteerd.
Naast de hierboven genoemde voorbeelden kunnen er situaties zij n waarin
de sensor borden en andere voorwerpen door hun vorm dichterbij signaleert
dan deze in werkelijkheid zijn.
UK AURIS_HB_OM_Europe_OM12K97E .book Page 313 Friday, October 7, 2016 4:48 PM