brake sensor TOYOTA C-HR 2022 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2022, Model line: C-HR, Model: TOYOTA C-HR 2022Pages: 818, PDF Size: 100.73 MB
Page 6 of 818

INHOUDSOPGAVE4
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E4-5. Gebruik van de
ondersteunende
systemen
Toyota Safety Sense............... 355
PCS (Pre-Crash
Safety-systeem).................... 369
LTA (Lane Tracing Assist)............ 387
RSA (Road Sign Assist) .......... 402
Dynamic Radar Cruise Control met volledig
snelheidsbereik..................... 410
Cruise control .......................... 427
Rijmodus selecteren ............... 432
Snelheidsbegrenzer ................ 434
BSM (Blind Spot Monitor) .............. 437
Toyota Parking Assist-sensor ........................ 456
RCTA (Rear Crossing Traffic Alert) .......................... 469
PKSB (Parki ng Support
Brake) ................................... 477
Parking Support Brake-functie (voor stilstaande objecten) ... 485
Parking Support Brake-functie (voor
voertuigen
die achterlangs rijden) .......... 489
S-IPA (Simple Intelligent Parking Assist-systeem) ....... 492
GPF-systeem (benzineroetfilter).................. 531
Ondersteunende systemen ..... 532
4-6. Rijtips Tips voor rijden met een hybrideauto .................... 540
Rijden in de winter .................. 543 5-1. Gebruik van de
airconditioning en de
achterruitverwarming
Airconditioning .........................548
Stuurwielverwarming/ stoelverwarming ....................557
5-2. Gebruik van de interieurverlichting
Overzicht interieurverlichting ...559 • Interieurverlichting ..............560
• Leeslampjes........................560
5-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Overzicht van opbergmogelijkheden ............562
• Dashboardkastje .................563
• Consolevak .........................563
• Fleshouders ........................564
• Bekerhouders .....................565
Voorzieningen in de bagageruimte ........................566
5-4. Gebruik van de overige voorzieningen in het
interieur
Overige voorzieningen in het interieur ...........................574
• Zonnekleppen .....................574
• Make-upspiegels.................574
• Klok .....................................575
• Accessoireaansluiting .........576
• Handgrepen ........................577
5Voorzieningen in het
interieur
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 4 Monday, October 11, 2021 9:41 AM
Page 175 of 818

1732. Instrumentenpaneel
2
Instrumentenpaneel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
De instellingen van de volgende items kunnen worden gewijzigd. Zie Blz.
781.
Bij functies die in- of uitgeschakeld kunnen worden, wordt iedere keer als op
wordt gedrukt, geschakeld tussen aan en uit.
● LTA (Lane Tracing Assist) ( →Blz. 387)*1
Hiermee kunt u de volgende zaken instellen.
• Lane Centering-functie aan/uit
• Gevoeligheid waarschuwing
• Waarschuwing voor slingeren aan/uit
• Gevoeligheid waarschuwing voor slingeren
● PCS (Pre-Crash Safety-systeem) ( →Blz. 369)*1
Hiermee kunt u de volgende zaken instellen.
• PCS aan/uit
• Gevoeligheid PCS
● BSM (Blind Spot Monitor) ( →Blz. 437)*1
Hiermee kunt u de volgende zaken instellen.
• BSM-functie aan/uit
• Gevoeligheid BSM
• Helderheid BSM
• RCTA aan/uit
● Toyota Parking Assist-sensor ( →Blz. 456)*1
Hiermee kan de Toyota Parking Assist-sensor worden in- of uitgeschakeld.
● PKSB-systeem (Parking Support Brake) ( →Blz. 477)
*1
Hiermee kunt u de Parking Support Brake-functie in- of uitschakelen.
Weergave instellingen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 173 Monday, October 11, 2021 9:41 AM
Page 285 of 818

283
4Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden met de auto .................. 284
Lading en bagage .................... 295
Rijden met een aanhangwagen......................296
4-2. Rijprocedures Startknop ................................. 305
EV-modus ................................ 312
Hybridetransmissie (2ZR-FXE motor)................... 315
Hybridetransmissie (M20A-FXS motor) ................ 319
Richtingaanwijzer- schakelaar ............................. 324
Parkeerrem .............................. 325
Brake Hold ............................... 330
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Lichtschakelaar........................ 333
Automatic High Beam- systeem ......... ........................ 338
Schakelaar mistlampen ........... 343
Ruitenwissers en -sproeiers .... 345
Achterruitenwisser en -sproeier ................................ 348
4-4. Tanken Openen van de tankdop .......... 350 4-5. Gebruik van de
ondersteunende
systemen
Toyota Safety Sense ............... 355
PCS (Pre-Crash Safety- systeem) ............................... 369
LTA (Lane Tracing Assist)....... 387
RSA (Road Sign Assist) .......... 402
Dynamic Radar Cruise Control met volledig
snelheidsbereik ..................... 410
Cruise control .......................... 427
Rijmodus selecteren................ 432
Snelheidsbegrenzer ................ 434
BSM (Blind Spot Monitor)........ 437
Toyota Parking Assist-sensor ...456
RCTA (Rear Crossing Traffic Alert) .......................... 469
PKSB (Parking Support Brake) ................................... 477
Parking Support Brake-functie (voor
stilstaande objecten) ............. 485
Parking Support Brake-functie (voor
voertuigen die achterlangs
rijden) .................................... 489
S-IPA (Simple Intelligent Parking Assist-systeem) ....... 492
GPF-systeem (benzineroetfilter) .................. 531
Ondersteunende systemen ..... 532
4-6. Rijtips Tips voor rijden met een hybrideauto .................... 540
Rijden in de winter................... 543
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 283 Monday, October 11, 2021 9:41 AM
Page 425 of 818

4234-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
■De Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik kan worden
gebruikt als
● De selectiehendel in stand D staat.
● De gewenste snelheid kan worden ingesteld wanneer de rijsnelheid ongeveer 30 km/
h of hoger is.
(Als de snelheid echter wordt ingesteld terwijl de rijsnelheid lager is dan ongeveer 30
km/h, wordt de snelheid ingesteld op ongeveer 30 km/h.)
■ Accelereren na het instel len van de rijsnelheid
Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat de auto weer rijden
met de ingestelde snelheid. Als de afstandsregelmodus is ingeschakeld, neemt de rijs-
nelheid echter mogelijk af tot onder de ingestelde snelheid, zodat de afstand tot de
voorligger gehandhaafd blijft.
■ Als de auto stopt tijdens rijden met de volgregeling
● Door hendel omhoog te drukken terwijl de voor ligger stopt, wordt, als de voorligger
begint te rijden, binnen ongeveer 3 seconden nadat de hendel omhoog is gedrukt het
rijden met de volgregeling hervat.
● Als de voorligger binnen 3 seconden nadat uw auto is gestopt begint te rijden, wordt
het rijden met de volgregeling hervat.
■ Automatisch uitschakelen van de afstandsregelmodus
De afstandsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de volgende situaties:
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● De sensor kan niet goed signaleren omdat hij ergens door bedekt is.
● Pre Crash Brake-functie is geactiveerd.
● De parkeerrem is geactiveerd.
● De auto wordt door het systeem stilgezet op een steile helling.
● Als de auto door het systeem is stilgezet, wordt het volgen van de voorligger in de
volgende gevallen niet hervat:
• De bestuurder draagt geen veiligheidsgordel.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De auto staat langer dan 3 minuten stil.
Als de afstandsregelmodus om een andere dan de hierboven genoemde redenen
automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem aanwezig zijn.
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 423 Monday, October 11, 2021 9:41 AM
Page 479 of 818

477
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
PKSB (Parking Suppor t Brake)*
■Parking Support Brake-functie (voor stilstaande objecten)
Er worden ultrasoonsensoren gebruikt om bij rijden met een lage snelheid
of achteruitrijden stilstaande objecten, zoals een muur, te signaleren in het
detectiegebied. ( →Blz. 485)
■Parking Support Brake-functie (voor voertuigen die achterlangs rij-
den) (indien aanwezig)
Er worden radarsensoren achter gebruikt om bij achteruitrijden naderende
auto's in het detectiegebied achter de auto te signaleren. ( →Blz. 489)
∗: Indien aanwezig
Het Parking Support Brake-systeem bestaat uit de volgende functies
die werken bij rijden met een lage snelheid of achteruitrijden, bijvoor-
beeld bij het parkeren. Wanneer het systeem oordeelt dat de kans op
een aanrijding met een object groo t is, wordt er een waarschuwing
geactiveerd om de bestuurder aan te sporen om uit te wijken. Wanneer
het systeem oordeelt dat de kans op een aanrijding met een gesigna-
leerd object zeer groot is, worden de remmen automatisch bekrachtigd
om te helpen een aanrijding te vo orkomen of om de impact van een
aanrijding te helpen verminderen.
PKSB-systeem (Parking Support Brake)
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 477 Monday, October 11, 2021 9:41 AM
Page 485 of 818

4834-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
■Als de Parking Support Brake in werking is getreden
Als de auto is stilgezet door de werking van de Parking Support Brake, wordt de Par-
king Support Brake uitgeschakeld en gaat het controlelampje PKSB OFF branden. Als
de Parking Support Brake onnodig in werking treedt, kan de remregeling worden
geannuleerd door het rempedaal in te trappen of door ongeveer 2 seconden te wach-
ten totdat deze automatisch wordt geannuleerd. Vervolgens kunt u verder rijden door
het gaspedaal in te trappen.
■ Opnieuw inschakelen van de Parking Support Brake
Wanneer de Parking Support Brake is uitgeschakeld door de werking ervan, kunt u
zelf het systeem weer inschakelen (
→Blz. 478), of het contact UIT en vervolgens
weer AAN zetten.
Bovendien wordt het systeem weer automati sch ingeschakeld en gaat het controle-
lampje PKSB OFF uit, als aan een van onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
● De selectiehendel staat in stand P.
● Het obstakel bevindt zich niet langer in de rijrichting van de auto.
● De rijrichting van de auto wijzigt
■ Wanneer “Parking Support Brake Unavai lable” (Parking Support Brake niet
beschikbaar) en “Parking assist unavailable. Clean pa rking assist sensor” (Par-
king Assist niet beschikbaar, reinig Park ing Assist-sensor) op het multi-informa-
tiedisplay worden weergegeven en het controlelampje PKSB OFF knippert
● Mogelijk is een van de sensoren bedekt met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil. Verwij-
der dit van de sensor om te zorgen dat het systeem weer normaal werkt.
Als deze melding na het schoonmaken van de sensor nog steeds wordt weergege-
ven of wordt weergegeven ondanks dat de sensor schoon is, laat uw auto dan con-
troleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● Mogelijk is de sensor bevroren.
Zodra het ijs smelt, zal het systeem weer normaal werken.
● Mogelijk stroomt er continu water over de sensor.
Als het systeem oordeelt dat de toestand weer normaal is, zal het systeem weer nor-
maal werken.
■ Als een accuklem is losgenom en en weer is aangesloten
Het systeem moet worden geïnitialiseerd. Ri jd om het systeem te initialiseren gedu-
rende ten minste 5 seconden recht vooruit met een snelheid van ongeveer 35 km/h of
hoger. Draai daarnaast, bij auto's met Parking Support Brake-functie, als de auto stil-
staat, het stuurwiel geheel naar links en vervolgens geheel naar rechts.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 483 Monday, October 11, 2021 9:41 AM
Page 486 of 818

4844-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
WAARSCHUWING
■Waarschuwingen met betrekking tot het gebruik van het systeem
Vertrouw niet blindelings op het systeem, omdat dit kan leiden tot een ongeval.
Controleer altijd de omgeving van uw auto tijdens het rijden.
Afhankelijk van de auto en de conditie van de weg, de weersomstandigheden, enz.
werkt het systeem mogelijk niet.
De signaleringsmogelijkheden van sensoren en radars zijn beperkt. Controleer altijd
de omgeving van uw auto tijdens het rijden.
● De bestuurder is zelf verantwoordelijk voor een veilig rijgedrag. Rijd altijd voorzich-
tig en houd rekening met de omgeving. Het Parking Support Brake-systeem is ont-
worpen om te helpen de ernst van een aanrijding te verminderen. Onder sommige
omstandigheden is het echter mogelijk dat het systeem niet werkt.
● Het Parking Support Brake-systeem is niet ontworpen om de auto volledig tot stil-
stand te brengen. Bovendien is het, zelfs wanneer het systeem de auto tot stilstand
heeft gebracht, noodzakelijk om onmiddellijk het rempedaal in te trappen, omdat de
remregeling na ongeveer 2 seconden wordt uitgeschakeld.
● Het is extreem gevaarlijk om de werking van het systeem te controleren door
opzettelijk met de auto in de richting van een muur, enz. te rijden. Doe dit nooit.
■ Wanneer moet de Parking Supp ort Brake uitgeschakeld worden
Schakel in de onderstaande situaties de Parking Support Brake uit, omdat het sys-
teem anders mogelijk zelfs werkt als er geen kans op een aanrijding is.
● Bij een controle van de auto op een rollenbank o.i.d.
● Wanneer de auto op een schip, vrachtwagen of ander transportmiddel wordt gela-
den
● Als de wielophanging is gewijzigd of als er een andere maat banden dan voorge-
schreven is gemonteerd
● Als de voorzijde van de auto omhoog of omlaag staat door de belading van de auto
● Als er uitrusting die een sensor kan hinderen, zoals een sleepoog, bumperbescher-
mer (een extra beschermstrip, enz.), fietsendrager of sneeuwploeg, is geplaatst
● Als gebruik wordt gemaakt van een wasstraat
● Als de auto niet stabiel functioneert, zoals na een ongeval of tijdens een storing
● Als sportief met de auto wordt gereden of als op onverharde wegen wordt gereden
● Als de banden niet de juiste bandenspanning hebben
● Als de banden zeer versleten zijn
● Wanneer er sneeuwkettingen worden gebruikt, een compact reservewiel is gemon-
teerd of een bandenreparatieset is gebruikt
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 484 Monday, October 11, 2021 9:41 AM
Page 487 of 818

485
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
Parking Suppor t Brake-functie (voor
stilstaande objecten)
*
Deze functie werkt in situaties zoals hieronder aangegeven wanneer in de rij-
richting van de auto een object wordt gesignaleerd.
■Er wordt langzaam gereden en het rempedaal wordt niet of te laat
ingetrapt
∗: Indien aanwezig
Als de sensoren een stilstaand object, zoals een muur, signaleren in de
rijrichting van de auto en het syst eem oordeelt dat zich een aanrijding
voor kan doen doordat de auto plotseling naar voren beweegt doordat
het gaspedaal per ongeluk wordt ingetrapt, wanneer de auto de ver-
keerde kant op rijdt doordat de verkeerde schakelstand wordt geselec-
teerd of tijdens het parkeren of het rijden met een lage snelheid, werkt
het systeem om de gevolgen van een aanrijding met het gesignaleerde
stilstaande object zo veel mogelijk te beperken.
Voorbeelden van het in werking treden van de functie
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 485 Monday, October 11, 2021 9:41 AM
Page 489 of 818

4874-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
■Voorwaarden voor werking van de Parking Support Brake-functie (voor stil-
staande objecten)
De functie werkt als het controlelampje PKSB OFF niet brandt of knippert (
→Blz.
159, 161) en aan alle onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
● Begrenzingsregeling hybridesysteem
• De Parking Support Brake is ingeschakeld.
• De rijsnelheid is ongeveer 15 km/h of lager.
• Er bevindt zich een stilstaand object in de rijrichting van de auto, op een afstand
van ongeveer 2 tot 4 m.
• De Parking Support Brake stelt vast dat er harder dan normaal moet worden
geremd om een aanrijding te voorkomen.
● Remregeling
• De begrenzingsregeling van het hybridesysteem is in werking.
• De Parking Support Brake stelt vast dat er onmiddellijk moet worden geremd om
een aanrijding te voorkomen.
■ Voorwaarden voor het stoppen van de werking van de Parking Support Brake-
functie (voor stilstaande objecten)
De werking van de functie stopt als aan één van de volgende voorwaarden wordt vol-
daan:
●Begrenzingsregeling hybridesysteem
• De Parking Support Brake is uitgeschakeld.
• Het systeem stelt vast dat de aanrijdi ng voorkomen kan worden met normaal rem-
men.
• Het statische object bevindt zich niet langer op een afstand van ongeveer 2 tot 4 m van de auto in de rijrichting van de auto.
● Remregeling
• De Parking Support Brake is uitgeschakeld.
• Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken nadat de auto door de remregeling tot
stilstand is gebracht.
• Het rempedaal wordt ingetrapt nadat de auto tot stilstand is gebracht door de rem- regeling.
• Het statische object bevindt zich niet langer op een afstand van ongeveer 2 tot 4 m van de auto in de rijrichting van de auto.
■ Detectiebereik van de Parking Support Br ake-functie (voor stilstaande objecten)
Het detectiebereik van de Parking Support Brake-functie (voor stilstaande objecten)
verschilt van dat van de Toyota Parking Assist-sensor. (
→Blz. 461)
Daardoor wordt de Parking Support Brake-functie (voor stilstaande objecten) mogelijk
niet geactiveerd, ook al signaleert de Toyota Parking Assist-sensor een obstakel en
wordt er een waarschuwing gegeven.
■ Situaties waarin het systeem mogelijk niet goed werkt
→Blz. 463
■ Situaties waarin het systeem mogelijk werkt, zelfs als er geen kans op een aanrij-
ding is
→Blz. 465
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 487 Monday, October 11, 2021 9:41 AM
Page 491 of 818

489
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E
Parking Suppor t Brake-functie (voor
voertuigen die achterlangs rijden)
*
Deze functie treedt in werking in situaties zoals hieronder aangegeven wan-
neer in de rijrichting van de auto een auto wordt gesignaleerd.
■Bij het achteruitrijden nadert een auto en het rempedaal wordt niet of
te laat ingetrapt
→Blz. 450
∗: Indien aanwezig
Als een radarsensor achter een auto signaleert die van rechts of links
achter nadert en het systeem bepaal t dat een aanrijding waarschijnlijk
is, activeert deze functie de remmen om de kans op een aanrijding met
de naderende auto te verkleinen.
Voorbeelden van het in werking treden van de functie
Soorten sensoren
C-HR_HV_OM_Europe_OM10720E.book Page 489 Monday, October 11, 2021 9:41 AM