ABS TOYOTA MIRAI 2020 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2020, Model line: MIRAI, Model: TOYOTA MIRAI 2020Pages: 572, PDF Size: 97.42 MB
Page 323 of 572

323
5
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
5-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Automatisch knipperende alarm-
knipperlichten achter (indien aan-
wezig)
De radarsensoren opzij achter signale-
ren auto's achter u in dezelfde rijstrook.
Wanneer het systeem oordeelt dat de
kans op een aanrijding van achteren
groot is, gaan de alarmknipperlichten
snel knipperen om de bestuurder van
de auto achter u te waarschuwen.
Tegelijkertijd wordt er een melding
weergegeven op het multi-informatie-
display om de bestuurder te informeren
over de achteropkomende auto.
■Noodstopsignaal
Als het rempedaal plotseling wordt
ingetrapt, gaan de remlichten automa-
tisch knipperen om het achteropko-
mende verkeer te waarschuwen.
■Secondary Collision Brake
Als de airbagsensor een aanrijding sig-
naleert en het systeem in werking is,
worden de remmen en remlichten auto-
matisch geregeld om de rijsnelheid te
verlagen en te helpen de kans op ver-
dere schade ten gevolge van een
tweede aanrijding te verkleinen.
■Als het TRC/VSC/ABS-systeem in wer-
king is
Het controlelampje Traction Control knippert
wanneer het TRC/VSC/ABS-systeem in wer-
king is.
■Uitschakelen van het TRC-systeem
Als u met uw auto vast komt te zitten in mod-
der of sneeuw, kan het TRC-systeem het
aandrijfvermogen van het brandstofcelsys-
teem naar de wielen beperken. Als u op
drukt om het systeem uit te schakelen, kunt u
de auto waarschijnlijk gemakkelijker los krij-
gen door te ‘schommelen’.
Schakel het TRC-systeem uit door snel
in te drukken en weer los te laten.
“Traction Control Turned OFF” (tractiecon-
trole UIT) wordt op het multi-informatiedis-
play weergegeven.
Druk nogmaals op om het systeem
weer in te schakelen.
Auto's met linkse besturing
Auto's met rechtse besturing
“Traction Control Turned OFF” (Traction
Control uitgeschakeld)
A
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 323 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 324 of 572

324
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
5-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Zowel TRC als VSC uitschakelen
Houd meer dan 3 seconden ingedrukt
terwijl de auto stilstaat om de TRC en VSC
uit te schakelen.
Het controlelampje VSC OFF gaat branden
en “Traction Control Turned OFF” (Traction
Control uitgeschakeld) wordt op het multi-
informatiedisplay weergegeven.
*
Druk nogmaals op om het systeem
weer in te schakelen.
*: Het PCS wordt ook uitgeschakeld (alleen Pre-Crash-waarschuwing is beschikbaar).
Het waarschuwingslampje PCS gaat bran-
den en er wordt een melding weergegeven
op het multi-informatiedisplay. ( →Blz. 230,
428)
■Wanneer de melding wordt weergege-
ven op het multi-informatiedisplay dat
de TRC is uitgeschakeld, zelfs al is
niet ingedrukt
TRC is tijdelijk uitges chakeld. Als de melding
niet verdwijnt neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Voorwaarden voor werking Hill Start
Assist Control
Als aan de volgende vijf voorwaarden wordt
voldaan, werkt de Hill Start Assist Control:
●De selectiehendel staat in een andere
stand dan P of N (bij het vooruit/achteruit
bergop wegrijden)
●De auto staat stil
●Het gaspedaal wordt niet ingetrapt
●De parkeerrem is niet geactiveerd
●Het contact wordt AAN gezet
■Automatisch uitschakelen van Hill Start
Assist Control
De Hill Start Assist Control wordt in de vol-
gende situaties uitgeschakeld:
●De selectiehendel wordt in stand P of N
gezet
●Het gaspedaal wordt ingetrapt
●De parkeerrem wordt geactiveerd
●Er zijn maximaal 2 seconden verstreken
nadat het rempedaal is losgelaten.
●Het contact is UIT gezet
■Bijgeluiden en trillingen die veroorzaakt
worden door de ABS-, BA-, VSC-, TRC-
en Hill Start Assist Control-systemen
●Het is mogelijk dat u tijdens het starten van
het brandstofcelsysteem of bij het wegrij-
den een geluid in de ruimte van de brand-
stofcelmodule hoort wanneer het
rempedaal herhaaldelijk wordt ingetrapt.
Dit duidt niet op een storing in een van
deze systemen.
●De volgende verschijnselen kunnen zich
voordoen als bovenstaande systemen in
werking zijn. Geen v an deze verschijnse-
len duidt op een storing.
• Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de stuurinrichting.
• Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektromotor hoor-
baar zijn.
• Er kan een lichte trilling in het rempedaal voelbaar zijn als het antiblokkeersysteem
geactiveerd is.
• Het rempedaal kan iets verder naar bene- den bewegen als het antiblokkeersysteem
geactiveerd is.
■Werkingsgeluiden ECB
In de volgende gevallen zijn mogelijk wer-
kingsgeluiden van de ECB te horen. Dit duidt
echter niet op een storing.
●Werkingsgeluiden vanuit de ruimte van de
brandstofcelmodule die zich voordoen
wanneer het rempedaal wordt bediend.
●Wanneer het bestuurdersportier wordt
geopend, kan aan de voorzijde van de
auto een geluid hoorbaar zijn dat afkomstig
is van het remsysteem.
●Werkingsgeluiden vanuit de ruimte van de
brandstofcelmodule die zich voordoen
wanneer na het uitschakelen van het
brandstofcelsysteem een of twee minuten
zijn verstreken.
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 324 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 327 of 572

327
5
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
5-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
●De maximale grip van de banden over-
schreden wordt (bijvoorbeeld versleten
banden op een weg die bedekt is met
sneeuw).
●Er sprake is van aquaplaning bij hoge
snelheid op een nat of glad wegdek.
■De remweg met ABS in werking kan
langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg
van de auto te verkorten. Houd altijd vol-
doende afstand tot uw voorligger, met
name in de volgende gevallen:
●Als wordt gereden op wegen met grind,
zand en dergelijke, of op besneeuwde
wegen
●Als wordt gereden met sneeuwkettingen
●Als wordt gereden op slechte wegen
●Als wordt gereden over wegen met
diepe gaten of andere grote oneffenhe-
den
■De TRC/VSC werkt mogelijk niet
effectief als
Het insturen van de juiste richting en het
overbrengen van de aandrijfkracht kunnen
op een gladde weg niet onder alle omstan-
digheden gerealiseerd worden, zelfs niet
als het TRC/VSC-systeem in werking is.
Rijd voorzichtig met de auto onder
omstandigheden waarbij de stabiliteit en
de aandrijfkracht verloren kunnen gaan.
■De Active Cornering Assist werkt niet
effectief als
●Vertrouw niet alleen op de Active Cor-
nering Assist. De Active Cornering
Assist werkt mogelijk niet effectief bij het
accelereren op een helling of bij het rij-
den op een glad wegdek.
●Wanneer de Active Cornering Assist
vaak in werking is getreden, wordt de
werking ervan mogelij k tijdelijk gestopt
om een goede werking van de remmen,
TRC en VSC te garanderen.
■De Hill Start Assist Control werkt niet
effectief wanneer
●Vertrouw niet uitsluitend op de Hill Start
Assist Control. De Hill Start Assist Con-
trol werkt mogelijk niet effectief op steile
hellingen en op met ijs bedekte wegen.
●In tegenstelling tot de parkeerrem is de
Hill Start Assist Control niet bedoeld om
de auto gedurende langere tijd op zijn
plaats te houden. Gebruik de Hill Start
Assist Control niet om de auto op een
helling op zijn plaats te houden omdat
dat kan leiden tot een ongeval.
■Als de TRC/het ABS/de VSC is geacti-
veerd
Het controlelampje Traction Control knip-
pert. Rijd altijd voorzichtig. Roekeloos rij-
gedrag kan leiden tot ongevallen. Wees
bijzonder voorzichtig als het controle-
lampje knippert.
■Als het TRC/VSC-systeem is uitge-
schakeld
Wees zeer voorzichti g en pas uw snelheid
aan de conditie van het wegdek aan.
Schakel de TRC en de VSC alleen in
geval van nood uit, aangezien deze syste-
men zorgdragen voor de voertuigstabiliteit
en het aandrijfvermogen.
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 327 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 328 of 572

328
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
5-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
WAARSCHUWING
■Secondary Collision Brake
Vertrouw niet uitsluitend op de Secondary
Collision Brake. Dit systeem is ontworpen
om te helpen de kans op verdere schade
ten gevolge van een tweede aanrijding te
verkleinen, maar het effect is afhankelijk
van diverse omstandigheden. Te veel ver-
trouwen op het systeem kan ernstig letsel
tot gevolg hebben.
■Vervangen van banden
Controleer of alle banden dezelfde maat
hebben, van hetzelfde merk zijn en het-
zelfde profiel en draagvermogen hebben.
Controleer verder of alle banden de aan-
bevolen spanning hebben.
Het ABS-, TRC- en VSC-systeem werken
niet goed als er verschillende banden
onder de auto gemonteerd zijn.
Neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige voor meer infor-
matie over het vervangen van de wielen of
banden.
■Omgaan met banden en wielop-
hanging
Problemen met de banden of wijzigingen
aan de wielophanging hebben een nega-
tief effect op de ondersteunende systemen
en kunnen een storing veroorzaken.
■Omgaan met de radarsensor opzij
achter (auto's met automatisch knip-
perende alarmknipperlichten achter)
→ Blz. 258
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 328 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 427 of 572

427
8
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Waarschuwingslampje SRS
■Waarschuwingslampje actieve motorkap
■Waarschuwingslampje ABS
Waarschuwings-lampjeDetails/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
Het SRS-airbagsysteem; of
Het gordelspannersysteem
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwings-
lampjeDetails/handelingen
Geeft aan dat de actieve motorkap geactiveerd is geweest
→Het systeem van de actieve motorkap kan niet opnieuw worden
gebruikt wanneer deze geactiveerd is geweest. Laat het vervangen
door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het systeem van de actieve
motorkap
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Waarschuwings-
lampjeDetails/handelingen
Geeft aan dat er een storing is in:
Het ABS; of
Het Brake Assist-systeem
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 427 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 434 of 572

434
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
■Omstandigheden waaronder het ban-
denspanningswaarschuwingssysteem
mogelijk niet juist werkt
→ Blz. 389
WAARSCHUWING
■Als de waarschuwingslampjes van
het ABS en het remsysteem blijven
branden
Breng de auto onmiddellijk op een veilige
plaats tot stilstand en neem contact op met
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
De auto kan tijdens het remmen extreem
onstabiel worden en het ABS-systeem
treedt mogelijk niet in werking, waardoor
een aanrijding en ernstig letsel kunnen
ontstaan.
■Als het waarschuwingslampje elektri-
sche stuurbekrachtiging gaat bran-
den
Als het lampje geel gaat branden, wordt de
stuurbekrachtiging beperkt. Als het lampje
rood gaat branden, werkt de stuurbekrach-
tiging niet meer en gaat het draaien van
het stuurwiel zeer zwaar.
Als het stuurwiel zwaarder werkt dan
gebruikelijk, houd het dan stevig vast en
oefen meer kracht uit dan anders.
■Als het waarschuwingslampje lage
bandenspanning gaat branden
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Als u dat niet doet, kunt u de macht over
het stuur verliezen, waardoor ernstig letsel
kan ontstaan.
●Controleer de bandenspanning en
breng hem op het juiste niveau.
●Als, nadat de banden op spanning zijn
gebracht, het waarschuwingslampje
lage bandenspanning opnieuw gaat
branden, kan dit erop duiden dat er een
band lek is. Laat de lekke band vervan-
gen door de dichtstbijzijnde erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
●Vermijd plotselinge stuurbewegingen en
hard remmen.
De banden kunnen beschadigd raken,
waardoor u de controle over het stuur-
wiel of de remmen kunt verliezen.
■Als u een klapband krijgt of als er
plotseling een lek ontstaat
Het kan zijn dat het bandenspannings-
waarschuwingssysteem niet meteen in
werking treedt.
OPMERKING
■Ervoor zorgen dat het bandenspan-
ningswaarschuwingssysteem goed
werkt
Monteer geen banden met verschillende
specificaties of van verschillende merken,
anders werkt het bandenspanningswaar-
schuwingssysteem mogelijk niet goed.
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 434 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 493 of 572

493
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
Alfabetische index
Alfabetische index
A
Aan audiosysteem gekoppelde weergave ............................................ 119
Aan navigatiesysteem gekoppelde weergave .................................... 118, 122
Aan/uit-schakelaar airbag...................... 50
ABS (antiblokkeersysteem) ................. 322 Waarschuwingslampje ...................... 427
ACA (Active Cornering Assist) ............ 322
ACC........................................................ 184
Accessoireaansluiting ......................... 365
Accu (12V-accu).................................... 385 Accu controleren ............................... 385
Als de 12V-accu is ontladen .............. 455
Voorbereidingen en controles bij rijden in de winter............................ 329
Waarschuwingslampje ...................... 426
Achterklep ............................................. 139 Afstandsbediening............................. 141
Bagageruimteverlichting .................... 141
Handgreep achterklep ....................... 141
Hoofdschakelaar openingssysteem achterklep ....................................... 142
Ontgrendelschakelaar achterklep ..... 140
Smart entry-systeem met startknop .. 140
Voorzieningen bagageruimte ............ 354
Achterlichten Lampen vervangen ........................... 412
Lichtschakelaar ................................. 197
Achterruitverwarming Achterruit ........................................... 337
Buitenspiegels ................................... 337
Voorruit .............................................. 337
Achterstoelen
Hoofdsteunen .................................... 151
Schoonmaken ................................... 371
Stoelventilatoren ............................... 345
Stoelverwarming ............................... 345
Achteruitrijlichten Lampen vervangen ........................... 412
Actieradius ............................................ 110
Actieve motorkap ................................... 47
Active Cornering Assist (ACA)............ 322
Active Sound Control (ASC)................ 195 Actueel brandstofverbruik .................. 115
Adaptive High Beam-systeem ............ 200
Afdekkap brandstofcelpakket ............. 382
Afdekkap ruimte
brandstofcelmodule .......................... 381
Afmetingen ........................................... 468
Afstand.................................................. 119
Afstandsbediening............................... 133 Batterij vervangen ............................. 405
Energiebesparende functie ............... 144
Vergrendelen/ontgrendelen .............. 133
AHB (Automatic High Beam) .............. 203
AHS (Adaptive High Beam-systeem) .................................. 200
Airbags.................................................... 39
Aan/uit-schakelaar airbag ................... 50
Airbags................................................ 39
Algemene voorzorgsmaatregelen airbags ............................................. 44
De juiste houding achter het stuur ...... 33
Plaats van airbags .............................. 39
Voorwaarden voor activering curtain airbags .................................. 41
Voorwaarden voor activering side airbags ...................................... 41
Voorwaarden voor activering
van airbags ....................................... 41
Voorwaarden voor activering van de side airbags en curtain airbags ... 41
Voorzorgsmaatregelen airbag voor kinderen ................................... 44
Voorzorgsmaatregelen
curtain airbags .................................. 44
Voorzorgsmaatregelen side airbags ... 44
Voorzorgsmaatregelen side airbags
en curtain airbags ............................. 44
Waarschuwingslampje SRS.............. 427
Wijzigingen aan en afvoeren
van airbags ....................................... 46
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 493 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 494 of 572

494
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
Alfabetische index
Airconditioning ..................................... 335 Automatische airconditioning ............ 335
ECO-modus airconditioning .............. 337
Geconcentreerde luchtcirculatiemodus voorstoel
(S-FLOW-modus) ........................... 340
Interieurfilter ...................................... 400
Alarm ....................................................... 82 Waarschuwingszoemer ..................... 425
Alarmknipperlichten............................. 416
ALL AUTO-regeling .............................. 334
Als de brandstof opraakt ....................... 93
Antennes (Smart entry-systeem met startknop) .................................... 142
Antiblokkeersysteem (ABS) ................ 322
Waarschuwingslampje ...................... 427
Antidiefstalsysteem
Alarm ................................................... 82
Hellingsensor ...................................... 83
Inbraaksensor ..................................... 83
Startblokkering .................................... 80
Supervergrendeling ............................. 81
Armsteun............................................... 364
ASC (Active Sound Control)................ 195
Automatic High Beam-systeem .......... 203
Automatisch knipperende
alarmknipperlichten achter ............... 323
Automatische airconditioning............. 335 ECO-modus airconditioning .............. 337
Automatische airconditioning achter .................................................. 343
Automatische verlichting .................... 197
Automatische verticale koplampverstelling ............................ 198
B
Baby- en kinderzitjes ............................. 52
Punten om rekening mee te houden... 52
Rijden met kinderen in de auto ........... 51
Bagageruimtematten ........................... 354
Bagageruimteverlichting ..................... 141
Banden .................................................. 387 Als uw auto een lekke band heeft ..... 439
Bandenmaat ..................................... 472
Bandenreparatieset .......................... 439
Bandenspanning ............................... 398
Bandenspannings-waarschuwingssysteem ................. 388
Bandenspanningsweergavefunctie ... 388
Controle ............................................ 387
Sneeuwkettingen .............................. 330
Vervangen......................................... 394
Waarschuwingslampje ...................... 432
Winterbanden ................................... 329
Wisselen van banden ....................... 388
Bandenreparatieset Opbergmogelijkheden....................... 440
Bandenspanning .................................. 398
Bandenspanningsweergavefunctie ... 388
Onderhoudsgegevens ...................... 472
Waarschuwingslampje ...................... 432
Bandenspannings- waarschuwingssysteem ................... 388Functie .............................................. 388
Initialisatie ......................................... 390
Plaatsen van bandenspannings- sensoren en -zenders..................... 389
Registreren van identificatiecodes .... 392
Waarschuwingslampje ...................... 432
Batterijpakket (tractiebatterij) ............... 91
Bedieningstoetsen instrumentenpaneel .......................... 114
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 494 Friday, November 6, 2020 11:27 AM
Page 506 of 572

506
MIRAI Handleiding_Europa_M62035_nl
Alfabetische index
Verlichting binnenportiergreep ........... 348
Verlichting dashboardkastje ............... 352
Vermogensregeleenheid ........................ 91
Verstreken tijd....................................... 119
Vervangen Banden .............................................. 394
Batterij elektronische sleutel ............. 405
Lampen ............................................. 412
Zekeringen ........................................ 407
Ve r w a r mi ng Automatische airconditioning ............ 335
Buitenspiegels ................................... 337
Stoelverwarming ............................... 345
Stuurwielverwarming ......................... 345
Vloeistof
Remsysteem ..................................... 472
Sproeiers ........................................... 384
Transmissie ....................................... 471
Vloermatten............................................. 32
Voertuigidentificatienummer ............... 468
Voetenruimteverlichting ...................... 348
Voetenruimteverlichting achter........... 348
Voetenruimteverlichting voor.............. 348
Voorruitverwarming ............................. 337
Voorstoelen ........................................... 147 De juiste houding achter het stuur ...... 33
Ergonomisch geheugen .................... 148
Geheugenoproepfunctie .................... 150
Hoofdsteunen .................................... 151
Power Easy Access-systeem ............ 148
Schoonmaken ................................... 371
Stoelpositiegeheugen ........................ 148
Stoelventilatoren ............................... 345
Stoelverwarming ............................... 345
Verstellen .......................................... 147
VSC (Vehicle Stability Control) ........... 322
W
Waarschuwingen voor het geval de auto bij een ongeval betrokken
raakt ...................................................... 98
Waarschuwingslabel ............................. 91
Waarschuwingslampjes .............. 107, 425 ABS................................................... 427
Actieve motorkap .............................. 427
Bandenspanning ............................... 432
Brake Override-systeem ................... 431
Brandstofcelsysteem oververhit........ 426
Controlelampje Brake Hold-systeem in werking ................ 431
Controlelampje LTA........................... 428
Controlelampje PKSB OFF ............... 429
Controlelampje RCD OFF ................. 430
Controlelampje RCTA OFF ............... 429
Controlelampje Toyota Parking Assist-sensor OFF.......................... 429
Controlelampje Traction Control ....... 430
Controlelampje veiligheidsgordel ...... 432
Elektrische stuurbekrachtiging .......... 428
Hoge koelvloeistoftemperatuur ......... 426
Laadsysteem .................................... 426
Laag brandstofniveau ....................... 432
Pre-Crash Safety-systeem................ 428
Remsysteem ............................. 425, 426
SRS-airbag ....................................... 427
Waarschuwingslampje parkeerrem... 431
Waterstoflekkage .............................. 425
Wegrijregeling ................................... 431
MIRAI_OM_Europe_OM62035E.book Page 506 Friday, November 6, 2020 11:27 AM