TOYOTA YARIS 2021 Brugsanvisning (in Danish)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2021, Model line: YARIS, Model: TOYOTA YARIS 2021Pages: 580, PDF Size: 103.64 MB
Page 141 of 580

141
3
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Voordat u gaat rijden
Het Smart entry-systeem met startknop kan
niet worden gebruikt als de energiebespaar-
modus is ingeschakeld. Druk op een van de
toetsen van de elektronische sleutel om de
functie te annuleren.
●Bij elektronische sleutels die gedurende
langere tijd niet worden gebruikt, kan
vooraf in de energiebespaarmodus worden
ingeschakeld.
■Omstandigheden die de werking kun-
nen beïnvloeden
Het Smart entry-systeem met startknop
maakt gebruik van zwakke radiogolven. In de
volgende situaties kunnen storingen optre-
den in de communicatie tussen de elektroni-
sche sleutel en de auto, waardoor het Smart
entry-systeem met startknop, de afstandsbe-
diening en de startblokkering mogelijk niet
goed werken: (Oplossingen: Blz. 409)
●Wanneer de batterij van de elektronische
sleutel leeg is
●In de buurt van een televisiezendmast,
elektriciteitscentrale, tankstation, radiozen-
der, videowall, luchthaven of andere loca-
tie waar sterke radiogolven of
elektromagnetische velden aanwezig zijn
●Als u een draagbare radio, mobiele tele-
foon, draadloze telefoon of een ander
draadloos communicatiem iddel bij u draagt
●Wanneer de elektronische sleutel tegen
een van de volgende metalen voorwerpen
wordt gehouden of erdoor wordt bedekt
• Kaarten met aluminiumfolie
• Sigarettenpakjes met aluminiumfolie erin
• Metalen portemonnees of tassen
• Muntgeld
• Metalen handwarmers
• Media zoals CD's en DVD's
●Als er andere sleutels met afstandsbedie-
ning (die radiogolven uitzenden) in de
buurt gebruikt worden
●Als u de elektronische sleutel bij u draagt
samen met de volgende apparaten die
radiogolven uitzenden
• De elektronische sleutel of een afstands- bediening van een andere auto die radio-
golven uitzendt
• Computers of pda's
• Digitale audioapparatuur
• Draagbare spelcomputers
●Als een metalen coating of metalen voor-
werpen aan de achterruit zijn bevestigd
●Wanneer de elektronische sleutel in de
buurt van een batterijlader of elektronische
apparaten wordt gehouden
●Wanneer de auto op een parkeerplaats
voor betaald parkeren staat waar radiogol-
ven worden verzonden
Vergrendel/ontgrendel de portieren op een
van de volgende manieren als de portieren
niet vergrendeld/ontgrendeld kunnen worden
met het Smart entry-systeem met startknop:
●Houd de elektronische sleutel dicht bij een
van de voorportiergrepen en activeer de
instapfunctie.
●Bedien de afstandsbediening.
Gebruik de mechanische sleutel als de por-
tieren niet kunnen worden vergrendeld/ont-
grendeld met de bovenstaande methoden.
( Blz. 410)
Raadpleeg Blz. 410 als het hybridesysteem
niet kan worden gestart met het Smart entry-
systeem met startknop.
■Aanwijzing voor de instapfunctie
●Zelfs als de elektronische sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, werkt het
systeem in de volgen de gevallen mogelijk
niet juist:
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de ruit of buitenportiergreep, te
dicht bij de grond of te hoog als de portie-
ren worden vergrendeld of ontgrendeld.
• De elektronische sleutel ligt op het dash- board, op de bagageafdekking, op de vloer
of in een portiervak of het dashboardkastje
wanneer het hybridesysteem wordt gestart
of de stand van het contact wordt gewij-
zigd.
●Laat de elektronische sleutel niet boven op
het dashboard of in de buurt van de por-
tiervakken liggen wanneer u de auto ver-
laat. Afhankelijk van de ontvangst van de
radiogolven wordt door de antenne moge-
lijk waargenomen dat de sleutel zich buiten
de auto bevindt en kunnen de portieren
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 141 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM
Page 142 of 580

142
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
worden vergrendeld vanaf de buitenzijde,
waardoor de elektronische sleutel moge-
lijk in de auto wordt opgesloten.
●Zolang de elektronisc he sleutel zich bin-
nen het detectiegebied bevindt, kunnen de
portieren door een willekeurige persoon
worden vergrendeld en ontgrendeld. De
auto kan echter alleen worden ontgrendeld
via de portieren die de elektronische sleu-
tel signaleren.
●Zelfs als de elektronis che sleutel zich bui-
ten de auto bevindt, kan het hybridesys-
teem mogelijk worden gestart als de
elektronische sleutel zi ch in de buurt van
de ruit bevindt.
●Als de sleutel zich binnen het ontvangstge-
bied bevindt en er een grote hoeveelheid
water op de portiergreep terechtkomt (bij-
voorbeeld tijdens een zware regenbui of
het wassen van de auto), kunnen de por-
tieren worden ontgrendeld of vergrendeld.
(Als de portieren niet worden geopend en
gesloten, worden deze na ongeveer 30
seconden automatisch weer vergrendeld.)
●Als de afstandsbediening wordt gebruikt
om de portieren te vergrendelen terwijl de
elektronische sleutel zi ch in de nabijheid
van de auto bevindt, bestaat de mogelijk-
heid dat de portieren niet ontgrendeld wor-
den door de instapfunctie. (Gebruik de
afstandsbediening om de portieren te ont-
grendelen.)
●Wanneer u de vergrendel- of ontgrendel-
sensor aanraakt terwijl u handschoenen
draagt, worden de portieren mogelijk niet
vergrendeld of ontgrendeld.
●Wanneer de vergrendelactie is uitgevoerd
met de vergrendelsensor, worden maxi-
maal tweemaal achter elkaar identificatie-
signalen getoond. Vervolgens worden
geen identificatiesignalen gegeven.
●Als de portiergreep nat wordt terwijl de
elektronische sleutel zich binnen het werk-
zame gebied bevindt, kan het portier her-
haaldelijk worden vergrendeld en
ontgrendeld. Volg in dat geval de correctie-
procedure hieronder bij het wassen van de
auto:
• Plaats de elektronische sleutel op een afstand van ten minste 2 meter van de
auto. (Zorg ervoor dat de sleutel niet
gestolen wordt.)
• Schakel de energiebespaarmodus van de elektronische sleutel in om het Smart entry-systeem met startknop uit te schake-
len. (
Blz. 140)
●Als de elektronische sl eutel zich in de auto
bevindt en een portiergreep wordt nat tij-
dens het wassen van de auto, wordt er
mogelijk een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay en klinkt er een
zoemer buiten de auto. Vergrendel alle
portieren om het alarm uit te schakelen.
●De vergrendelsensor werkt mogelijk niet
goed wanneer deze in contact komt met
ijs, sneeuw, modder, enz. Maak de ver-
grendelsensor schoon en probeer deze
nogmaals te bedienen.
●Het plotseling bedienen van de handgreep
of het bedienen van de handgreep direct
nadat u het effectieve bereik bent binnen-
gestapt, kan ontgrendeling van de portie-
ren belemmeren. Raak de
ontgrendelsensor van het portier aan en
controleer of de portieren worden ontgren-
deld voordat u opnieuw aan de portier-
greep trekt.
●Als er zich een andere elektronische sleu-
tel binnen het detectiegebied bevindt, is de
reactietijd voor het ontgrendelen van de
portieren nadat een portiergreep is vastge-
pakt, mogelijk langer.
■Als er gedurende langere tijd niet met
de auto wordt gereden
●Bewaar, om diefstal van de auto te voorko-
men, de elektronische sleutel niet binnen
een afstand van 2 m van de auto.
●Het Smart entry-systeem met startknop
kan vooraf worden uitgeschakeld.
( Blz. 433)
●Het inschakelen van de energiebespaar-
modus van de elektronische sleutel helpt
te voorkomen dat de sleutelbatterij leeg-
raakt. ( Blz. 140)
■Voor een juiste bediening van het sys-
teem
Zorg ervoor dat u de elektronische sleutel bij
u hebt als u het systeem bedient. Houd de
elektronische sleutel niet te dicht bij de auto
als u het systeem van buitenaf bedient.
Afhankelijk van de positie en de conditie
waarin de elektronische sleutel wordt
bewaard, wordt de sleutel mogelijk niet cor-
rect door het systeem gesignaleerd, waar-
door het systeem wellicht niet juist
functioneert. (Het alarm kan per ongeluk
afgaan of de functie die voorkomt dat de por-
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 142 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM
Page 143 of 580

143
3
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Voordat u gaat rijden
tieren per ongeluk worden vergrendeld, werkt
wellicht niet.)
■Als het Smart entry-systeem met start-
knop niet goed werkt
●Vergrendelen en ontgrendelen van de por-
tieren: Blz. 410
●Starten van het hybridesysteem:
Blz. 410
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden aangepast
aan de persoonlijke voorkeur. ( Blz. 433)
■Als het Smart entry-systeem met start-
knop is uitgeschakeld via de persoon-
lijke voorkeursinstellingen
●Vergrendelen en ontgrendelen van de por-
tieren: Gebruik de afstandsbediening of de
mechanische sleutel. ( Blz. 132, 410)
●Starten van het hybridesysteem en wijzi-
gen van de standen van het contact:
Blz. 410
●Uitschakelen van het hybridesysteem:
Blz. 177
■Verklaring voor het Smart entry-sys-
teem met startknop
Blz. 488
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot
beïnvloeding van elektronische appa-
ratuur
●Mensen met geïmplanteerde pacema-
kers, CRT-pacemakers of geïmplan-
teerde hartdefibrillatoren moeten
voldoende afstand bewaren tot de
antennes van het Smart entry-systeem
met startknop. ( Blz. 139)
Radiogolven kunnen de werking van
dergelijke apparatuur beïnvloeden.
Indien nodig kan de instapfunctie wor-
den uitgeschakeld. Neem voor meer
informatie over bijvoorbeeld de frequen-
tie van de radiogolven en de momenten
waarop deze worden uitgezonden, con-
tact op met een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige. Raadpleeg vervol-
gens uw arts om na te gaan of de
instapfunctie moet worden uitgescha-
keld.
●Gebruikers van el ektrische medische
apparatuur anders dan geïmplanteerde
pacemakers, CRT-pacemakers en
geïmplanteerde hartdefibrillatoren moe-
ten contact opnemen met de fabrikant
van deze producten om te informeren of
radiosignalen invloed uitoefenen op de
werking van deze apparatuur.
Radiogolven kunnen onverwachte effec-
ten hebben op de werking van derge-
lijke medische apparatuur.
Neem contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige voor meer informa-
tie over het uitschakelen van de instap-
functie.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 143 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM
Page 144 of 580

144
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-3. Verstellen van de stoelen
3-3.Verstellen van de stoelen
Hendel stoelpositieverstelling
Hendel rugleuningverstelling
Hendel hoogteverstelling
*
*: Indien aanwezig
Voorstoelen
Procedure voor het verstellen
WAARSCHUWING
■Wanneer de positie van de stoel
wordt versteld
●Let er bij het verstellen van de positie
van de stoel op dat de stoel de overige
inzittenden van de auto niet raakt,
omdat deze hierdoor wellicht letsel zou-
den kunnen oplopen.
●Houd uw handen niet onder de stoel of
in de buurt van bewegende onderdelen
om letsel te voorkomen.
Uw vingers of handen zouden bekneld
kunnen raken in het stoelmechanisme.
●Zorg ervoor voor dat er voldoende
ruimte overblijft voor de voeten, zodat
ze niet vast komen te zitten.
■Stoel afstellen
●Let erop dat de stoel geen passagiers of
bagage raakt.
●Om te voorkomen dat u bij een aanrij-
ding onder de veiligheidsgordel door-
schuift, is het raadzaam de leuning niet
verder achterover te zetten dan strikt
noodzakelijk is.
Als de rugleuning te ver achterover
staat, kan bij een ongeval het heupge-
deelte over uw heupen heen schuiven,
waardoor er te veel kracht op uw buik
wordt uitgeoefend, of kan het schouder-
gedeelte van de gordel in contact
komen met uw nek, waardoor ernstig
letsel kan ontstaan.
Verstel de bestuurdersstoel niet tijdens
het rijden, aangezien de stoel dan
onverwachts kan bewegen. Hierdoor
kan de bestuurder de controle over de
auto verliezen.
●Controleer na het verstellen of de stoel
goed is vergrendeld.
OPMERKING
■Wanneer een voorstoel wordt ver-
steld
Let er bij het verstellen van een voorstoel
op dat de hoofdsteun de hemelbekleding
niet raakt. Anders kunnen de hoofdsteun
en de hemelbekleding beschadigd raken.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 144 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM
Page 145 of 580

145
3
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-3. Verstellen van de stoelen
Voordat u gaat rijden
■Rugleuningen achter neerklappen
1 Schuif de voorstoelen naar voren.
(Blz. 144)
2 Berg de middelste gordelsluiting
achter op.
3 Zet de hoofdsteunen in de laagste
stand. ( Blz. 147)
4 Trek de ontgrendelingshendel van
de rugleuning naar u toe en klap de
rugleuning neer.
De delen van de rugleuning kunnen afzon-
derlijk worden neergeklapt.
■De rugleuningen achter terugzet-
ten in de oorspronkelijke positie
Klap de rugleuning achter omhoog tot
deze vergrendelt.
Controleer of de veiligheidsgordels niet
gedraaid zijn of vastzitten in de rugleuning.
Achterstoelen
De rugleuningen van de achterstoe-
len kunnen worden neergeklapt.
De rugleuningen achter
neerklappen en weer
terugzetten in de
oorspronkelijke positie
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht. Het niet in acht nemen van de
voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel
tot gevolg hebben.
■Bij het neerklappen van de rugleu-
ningen van de achterstoelen
●Klap de rugleuningen niet neer tijdens
het rijden.
●Parkeer de auto op een vlakke onder-
grond, activeer de parkeerrem en zet de
selectiehendel in stand P.
●Laat geen personen op de neergeklapte
rugleuning of in de bagageruimte zitten
tijdens het rijden.
●Laat kinderen niet in de bagageruimte
komen.
●Laat niemand op de middelste achter-
stoel zitten als de achterstoel rechts is
neergeklapt, omdat de gordelsluiting
van de middelste achterstoel dan onder
de neergeklapte rugleuning zit en niet
kan worden gebruikt.
●Zorg ervoor dat uw hand niet klem komt
te zitten bij het neerklappen van de rug-
leuningen van de achterstoelen.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 145 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM
Page 146 of 580

146
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-3. Verstellen van de stoelen
■Voorstoelen
1 Omhoog
Trek de hoofdsteun omhoog.
2Omlaag
Duw de hoofdsteun omlaag en houd daarbij
de ontgrendelknop ingedrukt.
WAARSCHUWING
●Verplaats de voorstoelen alvorens de
rugleuningen van de achterstoelen neer
te klappen, zodat de voorstoelen niet in
de weg zitten.
■Nadat de rugleuning van de achter-
stoel rechtop is gezet
●Controleer of de rugleuning goed ver-
grendeld is door de rugleuning voorzich-
tig naar voren en naar achteren te
drukken.
Als de rugleuning ni et goed vergrendeld is,
is de rode markering zichtbaar op de ont-
grendelingshendel van de rugleuningver-
stelling. Zorg dat de rode markering niet
zichtbaar is.
●Controleer of de veiligheidsgordels niet
gedraaid zijn of vastzitten in de rugleu-
ning.
Als de veiligheidsgordel klem zit tussen de
haak en de grendel van de rugleuningver-
grendeling, kan de gordel beschadigd
raken.
Hoofdsteunen
De voorstoelen, de buitenste zit-
plaatsen achter en de middelste
zitplaats achter (indien aanwezig)
zijn voorzien van hoofdsteunen.
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van de hoofdsteunen
Neem met betrekking tot de hoofdsteunen
de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht. Het niet in acht nemen van de voor-
zorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
●Plaats de hoofdsteunen altijd op de bij-
behorende stoel.
●Stel de hoofdsteunen altijd goed af.
●Druk de hoofdsteunen na het plaatsen
naar beneden om te controleren of ze
goed vergrendeld zijn.
●Rijd nooit zonder hoofdsteunen.
Afstellen van een hoofdsteun
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 146 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM
Page 147 of 580

147
3
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-3. Verstellen van de stoelen
Voordat u gaat rijden
■Achterstoelen
1 Omhoog
Trek de hoofdsteun omhoog.
2Omlaag
Duw de hoofdsteun omlaag en houd daarbij
de ontgrendelknop ingedrukt.
■Afstellen van de hoogte van de hoofd-
steunen (voorstoelen)
Stel de hoofdsteunen zo in dat het midden
van de hoofdsteun zich zo dicht mogelijk bij
de bovenzijde van uw oren bevindt.
■Verstellen van de hoofdsteun van de
middelste zitplaats achter
Stel de hoofdsteunen voor gebruik altijd mini-
maal in op de op een na laagste stand.
■Voorstoelen
Trek de hoofdsteun omhoog en houd
daarbij de ontgrendelknop inge-
drukt.
Wanneer de hoofdsteun het dak raakt waar-
door het verwijderen ervan wordt bemoei-
lijkt, wijzig dan de hoek van de rugleuning.
( Blz. 144)
■Middelste zitplaat s achter (indien
aanwezig)
Trek de hoofdsteun omhoog en houd
daarbij de ontgrendelknop inge-
drukt.
Verwijderen van de
hoofdsteunen
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 147 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM
Page 148 of 580

148
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-3. Verstellen van de stoelen
■Buitenste zitplaatsen achter
1 Trek aan de ontgrendelingshendel
van de rugleuningverstelling en
klap de rugleuning omlaag tot de
positie waarin de hoofdsteunen ver-
wijderd kunnen worden.
2 Trek de hoofdsteun omhoog en
houd daarbij de ontgrendelknop
ingedrukt.
■Voorstoelen
Breng de hoofdsteun in lijn met de
bevestigingsgaten en schuif hem
omlaag tot hij in de vergrendeling klikt.
Houd de ontgrendelknop ingedrukt wan-
neer u de hoofdsteun laat zakken.
■Middelste zitplaat s achter (indien
aanwezig)
Breng de hoofdsteun in lijn met de
bevestigingsgaten en schuif hem
omlaag tot hij in de vergrendeling klikt.
Houd de ontgrendelknop ingedrukt wan-
neer u de hoofdsteun laat zakken.
Plaatsen van de hoofdsteunen
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 148 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM
Page 149 of 580

149
3
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-3. Verstellen van de stoelen
Voordat u gaat rijden
■Buitenste zitplaatsen achter
1 Trek aan de ontgrendelingshendel
van de rugleuningverstelling en
klap de rugleuning omlaag tot de
positie waarin de hoofdsteunen
geplaatst kunnen worden.
2 Breng de hoofdsteun in lijn met de
bevestigingsgaten en schuif hem
omlaag tot hij in de vergrendeling
klikt. Houd de ontgrendelknop
ingedrukt wanneer u de hoofdsteun
plaatst.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 149 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM
Page 150 of 580

150
YARIS(HB) HV Handleiding_Europa_MK0010_nl
3-4. Verstellen van het stuurwiel en de spiegels
3-4.Verstellen van het stuurwiel en de spiegels
1Houd het stuurwiel vast en druk de
hendel omlaag.
2 Zet het stuurwiel in de ideale positie
door het in horizontale en verticale
richting te bewegen.
Trek na de verstelling de hendel omhoog om
het stuurwiel te borgen.
Druk op of vlak bij het symbool
om te claxonneren.
Stuurwiel
Procedure voor het verstellen
WAARSCHUWING
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Verstel het stuurwiel niet tijdens het rijden.
Anders kunt u de macht over het stuur ver-
liezen en een ongeval veroorzaken, waar-
door ernstig letsel kan ontstaan.
■Na het afstellen van het stuurwiel
Zorg ervoor dat het stuurwiel goed ver-
grendeld is.
Anders kan het stuurwiel plotseling bewe-
gen, waardoor een ongeval kan ontstaan
met ernstig letsel tot gevolg. Ook klinkt de
claxon wellicht niet als het stuurwiel niet
goed is vergrendeld.
Claxon
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OMK0010E.book Page 150 Thursday, March 12, 2020 4:25 PM