TOYOTA YARIS HYBRID 2017 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: TOYOTA, Model Year: 2017, Model line: YARIS HYBRID, Model: TOYOTA YARIS HYBRID 2017Pages: 508, PDF Size: 34 MB
Page 171 of 508

1714-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
Zet met het rempedaal ingetrapt de auto goed op de parkeerrem en
zet de selectiehendel in stand D.
Laat het rempedaal opkomen en trap het gaspedaal geleidelijk in .
Deactiveer de parkeerrem.
■ Als u wegrijdt op een helling omhoog
De Hill Start Assist Control wordt geactiveerd. ( →Blz. 248)
■ Rijden met een gunst ig brandstofverbruik
Houd er rekening mee dat hybrideauto's vergelijkbaar zijn met c onventionele
auto's en dat het belangrijk is dat u niet plotseling acceleree rt, enz. (
→Blz. 254)
■Regen, rijden in de
●Rijd voorzichtig als het regent, omdat het zicht dan minder is, de ruiten
beslagen kunnen zijn en de weg glad kan zijn.
● Rijd extra voorzichtig wanneer het begint te regenen, de weg ka n dan
immers bijzonder glad zijn.
● Matig uw snelheid bij het rijden in de regen, tussen band en wegdek kan er
zich dan immers een waterfilm vormen die het sturen en remmen k an
bemoeilijken.
■ Inrijden van uw nieuwe Toyota
Voor een maximale levensduur van de auto adviseren wij rekening te houden
met onderstaande aanwijzingen:
● De eerste 300 km:
Voorkom plotseling sterk afremmen.
● De eerste 1600 km:
• Rijd niet met extreem hoge snelheden.
• Vermijd plotseling sterk accelereren.
• Rijd niet langdurig met een constante snelheid.
■ Rijden in het buitenland
Zorg ervoor dat uw auto voldoet aan de in het desbetreffende la nd geldende
wettelijke voorschriften en controleer of de juiste brandstof v erkrijgbaar is.
( →Blz. 480)
Wegrijden op een helling
1
2
3
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 171 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 172 of 508

1724-1. Voordat u gaat rijden
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Bij het starten van de auto
Houd het rempedaal altijd ingetrapt als de auto stilstaat en het controlelampje
READY brandt. Dit voorkomt kruipen van de auto.
■Tijdens het rijden
●Zorg ervoor dat u, voordat u wegrijdt, blindelings het gas- en rempedaal
kunt vinden.
• Als u per ongeluk in plaats van het rempedaal het gaspedaal in trapt, zal
de auto onverwacht accelereren, wat een ongeval tot gevolg kan hebben.
• Bij het achteruitrijden draait u wellicht uw lichaam, waardoor het bedie-
nen van de pedalen moeilijk wordt. Zorg dat u de pedalen altijd goed kunt
bedienen.
• Zorg dat u altijd in de juiste houding achter het stuur zit, ook als de auto maar kort hoeft te rijden. Zo kunt u rem- en gaspedaal goed bed ienen.
• Trap het rempedaal met uw rechtervoet in. Wanneer u het remped aal
met uw linkervoet intrapt, k an in een noodgeval uw reactie vert raagd wor-
den, waardoor een ongeval kan ontstaan.
●De bestuurder moet extra goed letten op voetgangers als de auto alleen
wordt aangedreven door de elektromotor (tractiemotor). Aangezie n er geen
motorgeluiden zijn, kunnen voetgangers de beweging van de auto mis-
schien onjuist inschatten.
●Rijd niet met de auto over licht ontvlambare materialen en parkeer de auto
ook niet in de buurt van dergelijke materialen.
Het uitlaatsysteem en de uitlaatgassen kunnen zeer heet worden. Deze
hete onderdelen kunnen brand veroorzaken als er licht ontvlamba ar materi-
aal aanwezig is.
●Schakel het hybridesysteem tijdens normaal rijden niet uit. Doo r het uitscha-
kelen van het hybridesysteem tijdens het rijden verliest u niet de controle
over het stuurwiel of de remmen. De stuurbekrachtiging werkt echter niet
meer. Hierdoor zal het sturen veel zwaarder gaan dan normaal. Z et in dat
geval de auto aan de kant zodra dit veilig kan.
In geval van nood, bijvoorbeeld als de auto onmogelijk op de no rmale
manier tot stilstand kan worden gebracht:
→Blz. 401
●Rem bij het afdalen van een steile helling af op de motor (sele ctiehendel in
stand B) om een veilige snelheid te bewaren.
Het continu gebruiken van de remmen kan leiden tot oververhitti ng en een
verminderde remwerking. (
→Blz. 193)
●Verstel het stuurwiel, de stoel en de binnen- en buitenspiegels niet tijdens
het rijden.
Als u dat wel doet, kunt u de macht over het st uur verliezen.
●Controleer altijd of alle passagiers hun armen, hoofd en andere lichaamsde-
len binnen de auto houden.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 172 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 173 of 508

1734-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■ Tijdens het rijden op een glad wegdek
● Door plotseling remmen, accelereren en sturen kunnen de banden hun
grip verliezen, met controleverlies tot gevolg.
● Door plotseling accelereren, afremmen op de motor als gevolg van scha-
kelen, of wijzigingen in het motortoerental kan de auto in een slip raken.
● Trap na het rijden door een plas het rempedaal lichtjes in om e rvoor te zor-
gen dat de remmen goed werken. Door natte remblokken kan de rem wer-
king afnemen. Remmen die aan één kant van de auto nat zijn en n iet goed
werken, kunnen de besturing bemoeilijken.
■ Bedienen van de selectiehendel
● Laat de auto niet achteruit rollen als de vooruitversnelling is ingeschakeld
of vooruit rollen terwijl de selectiehendel in stand R staat.
Als u dit toch doet, kan een ongeval of schade aan de auto het gevolg zijn.
● Zet de selectiehendel tijdens het rijden niet in stand P. Als u dat wel doet,
kan er schade aan de transmissie ontstaan waardoor u de controle over
de auto kunt verliezen.
● Zet de selectiehendel tijdens het vooruitrijden niet in stand R .
Als u dat wel doet, kan er schade aan de transmissie ontstaan w aardoor u
de controle over de auto kunt verliezen.
● Zet de selectiehendel tijdens het achteruitrijden niet in een v ooruitversnel-
ling. Als u dat wel doet, kan er schade aan de transmissie onts taan waar-
door u de controle over de auto kunt verliezen.
● Wanneer u de selectiehendel tijdens het rijden in stand N zet, wordt het
hybridesysteem uitgeschakeld. Als de transmissie in stand N sta at, is
afremmen op de motor niet mogelijk.
● Zet de selectiehendel niet in een andere stand als het gaspedaa l is inge-
trapt. Als de selectiehendel in een andere stand dan P of N wor dt gezet,
kan de auto onverwacht snel accelereren, waardoor een ongeval en ern-
stig letsel kunnen ontstaan.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 173 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 174 of 508

1744-1. Voordat u gaat rijden
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
WAARSCHUWING
■Als u een piepend of krassend geluid hoort (remblokslijtage-indicatoren)
Laat de remblokken zo snel mogelijk nakijken en indien nodig vervangen
door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
De remschijven kunnen beschadigd raken als de remblokken niet o p tijd
worden vervangen.
Het rijden met een auto waarvan de remblokken en/of de remschijven de
slijtagelimiet hebben overschreden, is gevaarlijk.
■ Bij stilstaande auto
● Trap het gaspedaal niet onnodig in.
Als de selectiehendel in een andere stand dan P of N staat, kan de auto
onverwacht in beweging komen, waardoor er een ongeval kan ontst aan.
● Voorkom het ontstaan van ongevallen door het wegrollen van de a uto,
houd altijd het rempedaal ingetrapt zolang het controlelampje R EADY
brandt en activeer de parkeerrem indien nodig.
● Voorkom voor- of achteruitrollen van de auto bij stoppen op een helling,
waardoor een ongeval kan ontstaan: trap altijd het rempedaal in en acti-
veer de parkeerrem indien nodig.
● Voorkom dat de motor met een te hoog toerental draait.
Als de motor met een hoog toerental draait terwijl de auto stilstaat, kan het
uitlaatsysteem oververhit raken, hetgeen brand kan veroorzaken als er
brandbaar materiaal aanwezig is.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 174 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 175 of 508

1754-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
WAARSCHUWING
■Als de auto geparkeerd is
● Laat geen brillen, aanstekers, spuitbussen of blikken frisdrank in de auto
liggen als deze in de zon geparkeerd staat.
Dit kan resulteren in het volgende:
• Een aansteker of spuitbus kan gas gaan lekken, waardoor brand kan
ontstaan.
• De temperatuur in de auto kan zo hoog oplopen dat kunststof br illengla-
zen en kunststof monturen kunnen vervormen of barsten.
• Blikjes frisdrank kunnen openbarsten, waardoor de inhoud in het interi- eur terechtkomt. Bovendien kan de vloeistof kortsluiting in de elektri-
sche componenten veroorzaken.
• Laat geen aanstekers achter in de auto. Als een aansteker in het dash- boardkastje of op de vloer ligt, kan deze per ongeluk gaan branden als
er bagage wordt geplaatst of een stoel wordt afgesteld en brand veroor-
zaken.
● Plak geen parkeerschijven op de voorruit of andere ruiten. Plaa ts geen
reservoirs zoals luchtverfrissers op het instrumentenpaneel of dashboard.
Deze parkeerschijven of reservoirs kunnen als een lens werken e n brand
veroorzaken in de auto.
● Laat geen portier of ruit open als het gebogen glas van naastliggende
gebouwen voorzien is van een gemetalliseerde film, bijvoorbeeld een zil-
verkleurige folie. Weerkaatst zonlicht kan van het glas een len s maken en
brand veroorzaken.
● Activeer altijd de parkeerrem, zet de selectiehendel in stand P, schakel het
hybridesysteem uit en vergrendel de auto.
Laat de auto niet onbeheerd achter als het controlelampje READY brandt.
Als de auto wordt achtergelaten terwijl de parkeerrem niet geac tiveerd is,
kan hij, zelfs als de selectiehendel in stand P staat, in beweging komen,
hetgeen tot een ongeval kan leiden.
● Raak de uitlaatpijp niet aan als het controlelampje READY brandt of direct
na het uitschakelen van het hybridesysteem.
Anders kunt u brandwonden oplopen.
■ Als u even gaat slapen in de auto
Schakel altijd het hybridesysteem uit. Anders zou u per ongeluk de selectie-
hendel kunnen verplaatsen of het gaspedaal in kunnen trappen, w aardoor
een ongeval zou kunnen ontstaan of het hybridesysteem oververhi t zou
kunnen raken en brand kan ontstaan. Verder kunnen uitlaatgassen in een
slecht geventileerde omgeving in de auto terechtkomen, hetgeen zeer
schadelijk is voor de gezondheid.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 175 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 176 of 508

1764-1. Voordat u gaat rijden
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
WAARSCHUWING
■Bij het remmen
● Rijd voorzichtiger wanneer de remmen nat zijn.
De remweg neemt toe als de remmen nat zijn en bovendien kan vocht
ertoe leiden dat de ene kant van de auto sterker afgeremd wordt dan de
andere kant. Ook de werking van de parkeerrem kan door vocht in nega-
tieve zin beïnvloed worden.
● Rijd niet te dicht achter een andere auto als het elektronisch geregelde
remsysteem niet werkt en vermijd afdalingen en scherpe bochten die
afremmen noodzakelijk maken.
In dit geval kan de auto nog wel worden afgeremd, maar moet er een gro-
tere kracht op het rempedaal worden uitgeoefend dan normaal. De rem-
weg zal ook langer zijn. Laat uw remmen onmiddellijk repareren.
● Het remsysteem bestaat uit 2 of meer afzonderlijke hydraulische syste-
men: als een van de systemen uitvalt, werkt het andere systeem/werken
de andere systemen nog wel. In dat geval moet het rempedaal kra chtiger
worden ingetrapt dan gewoonlijk en neemt ook de remweg toe.
Laat uw remmen onmiddellijk repareren.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 176 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 177 of 508

1774-1. Voordat u gaat rijden
4
Rijden
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
OPMERKING
■Tijdens het rijden
● Trap tijdens het rijden niet tegelijkertijd het gaspedaal en he t rempedaal in,
anders neemt het vermogen van het hybridesysteem mogelijk af.
● Gebruik het gaspedaal niet om de auto op een helling op zijn pl aats te
houden en trap daartoe ook niet het rempedaal en het gaspedaal gelijktij-
dig in.
■ Bij het parkeren
Activeer altijd de parkeerrem en zet de selectiehendel altijd in stand P.
Anders kan de auto onverwachts accelereren als het gaspedaal pe r onge-
luk wordt ingetrapt.
■ Vermijd schade aan onderdelen van de auto
● Draai het stuurwiel niet gedurende langere tijd in een van beid e richtingen
tegen de aanslag aan.
Anders kan schade aan de stuurbekrachtigingsmotor ontstaan.
● Rijd zo langzaam mogelijk over oneffenheden in de weg om schade aan
de wielen, de onderzijde van de auto, enz. te vermijden.
■ Als u tijdens het rijden een lekke band krijgt
Een lekke of beschadigde band kan leiden tot de onderstaande situaties.
Houd het stuurwiel stevig vast en trap het rempedaal geleidelij k in om de
auto tot stilstand te brengen.
● Het kan moeilijk zijn om de auto onder controle te houden.
● De auto kan abnormale geluiden maken of trillen.
● De auto kan abnormaal gaan overhellen.
Informatie over wat u moet doen in het geval van een lekke band
( →Blz. 421, 436)
■ Overstroomde wegen
Rijd niet op wegen die na zware regenval e.d. zijn overstroomd. Indien u dat
toch doet, kan de auto hierdoor ernstig beschadigd raken:
● Motor slaat af
● Kortsluiting in elektrische componenten
● Motorschade door onderdompeling in water
Na het rijden op een overstroomde weg moet het volgende worden nageke-
ken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige:
● Remwerking
● Veranderingen in het peil en de kwaliteit van de olie en vloeis toffen voor
de motor, de hybridetransmissie, enz.
● Smering van de lagers en de wielophanging (indien mogelijk) en de wer-
king van alle koppelingen, lagers, enz.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 177 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 178 of 508

1784-1. Voordat u gaat rijden
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
Lading en bagage
Lees onderstaande informatie over voorzorgsmaatregelen, laad-
vermogen en belading zorgvuldig door:
WAARSCHUWING
■Zaken die niet in de bagageru imte vervoerd mogen worden
De volgende zaken kunnen brand veroorzaken als ze in de bagager uimte
vervoerd worden:
●Jerrycans met benzine
●Spuitbussen
■Voorzorgsmaatregelen bij opbergen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ertoe leiden dat de
pedalen niet goed kunnen worden ingetrapt, dat het zicht van de bestuurder
wordt gehinderd of dat de bestuurder of passagiers door voorwer pen geraakt
worden, wat een ongeval kan veroorzaken.
●Vervoer lading en bagage indien mogelijk altijd in de bagagerui mte.
●Stapel bagage in de bagageruimte nooit hoger dan de rugleuningen.
●Leg geen lading of bagage op de volgende plaatsen:
• In de voetenruimte bij de bestuurder
• Op de voorpassagiersstoel of de achterstoelen (als er goederen op
elkaar gestapeld worden)
• Op de bagageafdekking
• Op het instrumentenpaneel
• Op het dashboard
●Zorg dat alle voorwerpen die zich in het passagierscompartiment bevinden
zijn opgeborgen of vastgezet.
●Plaats als u de achterstoelen neerklapt geen lange voorwerpen d irect ach-
ter de voorstoelen.
●Sta nooit toe dat er personen in de bagageruimte meerijden. De bagage-
ruimte is niet ontworpen om personen te vervoeren. Personen die nen plaats
te nemen op een zitplaats en een gordel op de juiste manier om te doen.
Anders neemt de kans op ernstig letsel bij plotseling remmen of uitwijken en
bij een ongeval sterk toe.
■Lading en gewichtsverdeling
●Overlaad uw auto niet.
●Verdeel het gewicht gelijkmatig.
Een onjuiste belading kan de besturing en de remwerking in negatieve zin
beïnvloeden, waardoor een ongeval met ernstig letsel zou kunnen ontstaan.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 178 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 179 of 508

179
4
4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
Rijden met een aanhangwagen
Toyota adviseert u niet met een aanhangwagen te rijden. Toyota
adviseert u bovendien geen trekhaak te laten monteren voor het
gebruik van bijvoorbeeld een fietsendrager. Uw Toyota is niet
ontworpen voor het rijden met ee n aanhangwagen of het gebruik
van op de trekhaak bevestigde fietsendragers en dergelijke.
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 179 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM
Page 180 of 508

1804-2. Rijprocedures
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E
Contactslot (auto's zonder Smart entr y-
systeem en startknop)
Controleer of de parkeerrem is geactiveerd.
Controleer of de selectiehendel in stand P staat.
Trap het rempedaal stevig in.
Zet het contact in stand START om het hybridesysteem te starten.
Als het controlelampje READY gaat branden, werkt het hybridesys teem
normaal.
Houd het rempedaal ingetrapt tot het controlelampje READY brandt.
Controleer of het contro lelampje READY brandt.
Wanneer het controlelampje READY uit is, kunt u niet wegrijden.
Breng de auto volledig tot stilstand.
Zet de selectiehendel in stand P. (→Blz. 192)
Activeer de parkeerrem. ( →Blz. 197)
Zet het contact UIT om het hy bridesysteem uit te schakelen.
Laat het rempedaal los en controleer of het controlelampje READ Y
uit is.
Starten van het hybridesysteem
Uitschakelen van het hybridesysteem
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
YARIS_HV_OM_Europe_OM52J30E.book Page 180 Thursday, December 1, 2016 3:19 PM