ABS YAMAHA TMAX 2018 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2018, Model line: TMAX, Model: YAMAHA TMAX 2018Pages: 122, PDF Size: 15.12 MB
Page 1 of 122

XP530E-AXP530-A
XP530D-A
TMAX ABS
MOTORFIETS
BV1-F8199-D1
HANDLEIDING
Lees deze handleiding aandachtig door
voordat u deze machine gaat gebruiken.
BV1-9-D1_cover.indd 12018/07/02 14:41:00
Page 3 of 122

DAU79573
Voor XP530-A en XP530D-A
OPMERKING
De modellen XP530-A en XP530D-A zijn voorzien van het My TMAX Connect
GPS-systeem. Dit systeem moet worden geactiveerd voordat het kan worden ge-
bruikt. Raadpleeg de handleiding van het V odafone-klantenportaal voor instructies
voor het registreren en activeren van het systeem.
www.my-tmax-connect.eu
Verklaring van Overeenstemming
De fabrikant verklaart hierbij, als zijn enige ver antwoordelijkheid, dat de
volgende prod ucten:
Richting en coördin atie
Volledige
dochteronderneming
onderworpen aan
regie en coördin atie door
Vodafone Global
Enterprise Ltd. Geregistreerd en
hoofdkantoor
Via Astico 41
21100 Varese-Italia
T+39 0332 825 111
F+39 0332 222 005
Vodafone Automotive SpA
Cap.Soc. $Š 11.647.352,52 i.v.
C.F./P.IVA IT00407590124
automotive.vodafone.com Telematische Bediening
seenheid voor
motorfietstoepassing
24 33
HW/SW versie van de geteste eenheid: HW 0.2 / SW
48
Let op: in het onderdeeln ummer 4C2433YABS, A
verwijst naar HW-versie en B naar SW-versie
4C2433XAYZ, waarbij X kan variëren afhankelijk van
de Markt/Klant en YZ kan variëren afhankelijk van de
productversie/Software kleine veranderingen die niet
van invloed zijn op de EMC, Veiligheid of
Radioparameters en prestaties
Productnaam/
-omschrijving:
Type/model:
Aanvullende inform atie:
EN 301489-1 v.1.9.2, EN 301489- 3 v.1.6.1,
EN 301489-7 v.1. 3.1
EN 60950-1:2006 + A1:2010 + A11:2009 + A12:2011
+ A2:2013
EN 62311:2008
EN 301511 v.9.0.2, EN 300440-1 v.1.6.1,
EN 300440-2 v.1.4.1
EMC :
Veiligheid:
Gezondheid:
Radiospectrum: is in overeenstemming met de essentiële verei
sten van de Europese Richtlijn
2014/53/EU.
Het product is getest en voldoet aan de volgende normen:
Het product is gemarkeerd met de volgende CE-m arkering en aangemelde
instantienummer in overeenstemming met Europese Richtlijn 2014/5 3/EU.
De aangemelde insta ntie EMCCert Dr. Rasek GmbH met
EU-identific atienummer 0678 voerde een overeen stemmingsanalyse uit volgens
Bijlage III Module B en gaf het EU-type Typekeuringscertificaatnummer
G110753H uit.
8 november 2016
Daniele Lucherini- Director
Dario Parisi-Product Homologation Expert
©2015 Vodafone Automotive SpA, Alle rechten voor behouden
BV1-9-D1.book 1 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 6 of 122

Inhoudsop gave
Veili gheid sinformatie ........................1-1
Andere aandachtspunten voor veilig rijden ...................................1-5
Be schrijvin g......................................2-1
Aanzicht linkerzijde ..........................2-1
Aanzicht rechterzijde .......................2-2
Bedieningen en instrumenten ..........2-3
Smart-s leutelsysteem ......................3-1
Smart-sleutelsysteem ... ...................3-1
Bereik van het Smart- sleutelsysteem ........ .....................3-2
De Smart-sleutel en mechanische sleutel gebruiken ..........................3-3
Smart-sleutel ...................................3-5
De batterij van de Smart-sleutel vervangen ....................................3-6
De machine inschakelen .................3-7
Machinevoeding uitschakelen .........3- 8
Het stuurslot vergrendelen ..............3-9
De middenbok vergrendelen .........3-10
Toegang tot opbergcompartiment en brandstoftank ........................3-10
Parkeermodus ...............................3-12
Speciale kenmerken .........................4-1
Cruise control (XP530D-A) ..............4-1
D-mode (rijmodus) (XP530-A, XP530D-A) ...................................4-3
Tractieregeling .................................4-4
Functie s van in strumenten en
bedienin gselementen .......................5-1
Stuurschakelaars .............................5-1
Controlelampjes en
waarschuwingslampjes ................5-2
Snelheidsmeter................................5-4
Toerenteller .....................................5-4
Multifunctioneel display ...................5-5
Voorremhendel ......................... .....5-17
Achterremhendel ........ ...................5-18
Achterremblokkeerhendel..............5-1 8
Anti-blokkeervoorziening remsysteem (ABS) .... .................5-19
Tankdop.........................................5-20 Brandstof ....................................... 5-21
Overloopslang brandstoftank ........ 5-22
Uitlaatkatalysator........................... 5-23
Opbergcompartimenten ................ 5-23
Kuipruit (XP530E-A, XP530-A) ..... 5-25
Achteruitkijkspiegels...................... 5-26
Schokdemperunit .......................... 5-27
Gelijkstroom aansluitcontact voor
accessoires ............................... 5-2 8
Zijstandaard ............ ...................... 5-29
Startspersysteem ....... ................... 5-30
Voor uw veilig heid – controle s
voor het rijden ................................... 6-1
........................................................ 6-1
Gebruik en belang rijke
rij-informatie ...
................................... 7-1
Starten van de motor....................... 7-2
Wegrijden ........................................ 7-3
Sneller en langzamer rijden ............ 7-3
Remmen.......................................... 7-4
Tips voor een zuinig brandstofverbruik ...... ................... 7-5
Inrijperiode ...................................... 7-5
Parkeren.......................................... 7-6
Periodiek onderhoud en
af stellin g............................................ 8-1
Boordgereedschapsset ................... 8-2
Periodiek onderhoudsschema van het uitstootcontro lesysteem .........8-3
Algemeen smeer- en
onderhoudsschema ..................... 8-4
Panelen verwijderen en aanbrengen.................................. 8-7
Controleren van de bougies ............ 8-9
Filterbus ........................................ 8-10
Motorolie en oliefilterpatroon ......... 8-10
Koelvloeistof .................................. 8-13
Motorluchtfilterelement .................. 8-14
Stationair toerental controleren ..... 8-15
De vrije slag van de gasgreep controleren ................................. 8-16
Klepspeling.................................... 8-16
Banden ......... ................................. 8-17
BV1-9-D1.book 1 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 34 of 122

Functies van ins trumenten en bedienin gselementen
5-2
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
mers te waarschuwen als uw machine stil-
staat in een mogelijk gevaarlijke
verkeerssituatie.
LET OP
DCA10062
Gebruik de alarmverlichtin g niet gedu-
rende lan gere tijd al s de motor niet draait
omdat hierdoor de accu kan ontladen.
DAU73951Cruis e-control schakelaars
Zie pagina 4-1 voor uitleg over de werking
van cruise control.
DAU77301Menus chakelaar “MENU”
Deze schakelaar wordt gebruikt om instel-
lingen in het multifunctionele display te wij-
zigen. (Zie pagina 5-5.)
DAU77311Selectie schakelaar “ / ”
Deze schakelaar wordt gebruikt om instel-
lingen in het multifunctionele display te wij-
zigen. (Zie pagina 5-5.)
DAU73931Rijmodusschakelaar “MODE”
Zie pagina 4-3 voor uitleg over de rijmodus.
DAU77122
Controlelampje s en
waar schuwin gslampje s
DAU11032Controlelampje s richting aanwijzer s
“” en “”
Elk controlelampje gaat knipperen wanneer
de bijbehorende richtingaanwijzer knippert.
DAU110 81Controlelampje g rootlicht “ ”
Dit controlelampje brandt terwijl de koplamp
is ingeschakeld voor grootlicht.
DAU77550Controlelampje s cruis e control
Zie pagina 4-1 voor uitleg over de werking
van deze controlelampjes.
DAU77560Waar schuwings lampje motor storin g
“”
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
er een storing wordt gedetecteerd in de mo-
tor of een ander regelsysteem van de ma-
chine. Vraag in dat geval een Yamaha
dealer het boorddiagnos esysteem te con-
1. Controlelampje grootlicht “ ”
2. Controlelampje tractieregeling “ ”
3. Controlelampjes richtingaanwijzers “ ” en
“”
4. Controlelampje Smart-sleutelsysteem “ ”
5. ABS-waarschuwingslampje “ ”
6. Waarschuwingslampje motorstoring “ ”
7. Controlelampjes cruise control (XP530D-A)
12 45 6
3
7
ABS
BV1-9-D1.book 2 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 35 of 122

Functies van ins trumenten en bedienin gselementen
5-3
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
troleren.
Het elektrische circuit van het waarschu-
wingslampje kan worden gecontroleerd
door de machinevoeding in te schakelen.
Het waarschuwingslamp je moet enkele se-
conden oplichten en dan uitgaan.
Als het waarschuwingslampje helemaal niet
gaat branden, of permanent aan blijft, laat
de machine dan nakijken door een Yamaha
dealer.
DAU77072Waar schuwings lampje anti-blokkeer-
voorziening remsysteem “ ”
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
er een storing wordt gedetecteerd in de
ABS. (Zie pagina 5-19.)
Als de machinevoeding wordt ingescha-
keld, gaat dit lampje branden om vervol-
gens weer te doven als een rijsnelheid van
10 km/h (6 mi/h) is bereikt. Als het waar-
schuwingslampje:
niet gaat branden als de machinevoe-
ding wordt ingeschakeld
niet uitgaat bij een snelheid van 10
km/h (6 mi/h) of hoger
gaat branden of knipperen tijdens het
rijden
werkt de anti-blokkeervoorziening remsy-
steem mogelijk niet goed. Laat de machine
zo snel mogelijk controleren door een
Yamaha dealer.
WAARSCHUWING
DWA16041
Al s het ABS-waar schuwings lampje niet
uit gaat zodra met een snelheid van 10
km/h (6 mi/h) of ho ger wordt gereden, of
al s het waar schuwings lampje tijden s het
rijden gaat branden of knipperen, keert
het rem sy steem teru g naar conventio-
neel remmen. Al s een van de boven-
s taande gevallen zich voordoet, of al s
het waar schuwin gslampje helemaal niet
g aat branden, rij dan extra voorzichti g
om te voorkomen dat de remmen in
noods ituaties blokkeren. Laat het rem- s
ysteem en de elektri sche circuit s zo
s nel mo gelijk door een Yamaha dealer
controleren.
OPMERKING
Het ABS-waarschuwingslampje kan gaan
branden wanneer gas wordt gegeven terwijl
de machine op de middenbok staat. Er is
dan echter geen sprake van een storing.
DAU740 82Controlelampje tractiere gelin g “”
Dit controlelampje knippert als de tractiere-
geling is ingeschakeld.
Als de tractieregeling wordt uitgeschakeld,
gaat dit controlelampje branden.
OPMERKING
Als de machine wordt ingeschakeld, moet
dit lampje enkele seconden oplichten en
dan uitgaan. Als het lampje niet gaat bran-
den of blijft branden, vraag dan uw Yamaha
dealer om de machine te controleren.
DAU7 80 80Controlelampje Smart- sleutel systeem
“”
Dit controlelampje knippert wanneer de ma-
chine en Smart-sleutel met elkaar commu-
niceren en bij uitvoering van bepaalde
bewerkingen van het Smart-sleutelsy-
steem.
Het controlelampje kan ook knipperen bij
een fout in het Smart-sleutelsysteem.
OPMERKING
Als op de startschakelaar wordt gedrukt,
gaat het controlelampje ongeveer een se-
conde lang branden en dooft het vervolgens
weer. Als het controlelampje niet zoals ge-
bruikelijk gaat branden of dooft, laat dan
een Yamaha dealer de machine controle-
ren.
ABS
BV1-9-D1.book 3 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 51 of 122

Functies van ins trumenten en bedienin gselementen
5-19
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU655 82
Anti-blokkeervoorzienin g
rem systeem (ABS)
Het ABS-systeem van dit model bestaat uit
een dubbel uitgevoerd elektronisch regelsy-
steem dat de voorrem en achterrem onaf-
hankelijk aanstuurt.
Gebruik de remmen met ABS net zoals con-
ventionele remmen. Bij activering van het
ABS-systeem kan een pulsatie worden ge-
voeld in de remhendels. Ga in dat geval
door met remmen en laat het ABS-systeem
het werk doen. Ga niet “pompend” remmen,
dit vermindert de remeffectiviteit.
WAARSCHUWING
DWA16051
Houd altijd een veili ge af stand tot voor-
liggers , zelfs al s uw voertui g is uit geru st
met ABS.
Het ABS- sys teem functioneert het
effectief st over lan ge remwe gen.
Op bepaalde oppervlakken, zoal s
s lechte we gen of g rindwegen, kan
de remaf stand met het ABS- sy-
s teem lan ger zijn dan zonder ABS-
sy steem.
Het ABS-systeem wordt bewaakt door een
ECU die het systeem bij een storing laat te-
rugkeren naar conventioneel remmen.
OPMERKING
Telkens wanneer het voertuig wordt
ingeschakeld en de snelheid 10 km/h
(6 mi/h) of hoger bereikt, voert het
ABS-systeem een zelfdiagnosetest
uit. Tijdens deze test hoort u een klik-
kend geluid en wanneer u een rem-
hendel licht aantrekt, voelt u eventueel
een trilling in de hendel. Dit is normaal.
Dit ABS-systeem is uitgerust met een
testfunctie, waarbij de bestuurder pul-
saties kan voelen in de rembediening
terwijl ABS actief is. Er is echter speci-
aal gereedschap vereist, dus neem
contact op met uw Yamaha dealer.
LET OP
DCA20100
Let op dat de wiel sen sor en de rotor van
de wiel sen sor niet be schadi gd raken,
ander s kan het ABS- systeem niet meer
naar behoren werken.
1. Opneemring voorwielsensor
2. Voorwielsensor
1. Opneemring achterwielsensor
2. Achterwielsensor
1
2
1
2
BV1-9-D1.book 19 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 67 of 122

Gebruik en belangrijke rij-informatie
7-2
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
DAU770 82
Starten van de motor
LET OP
DCA10251
Zie pa gina 7-5 voor ins tructies over het
inrijden van de motor alvoren s de machi-
ne in gebruik wordt genomen.
Het startblokkeringssysteem staat starten
alleen toe als de zijstandaard omhoog is ge-
klapt. (Zie pagina 5-30.) 1. Nader de machine met de Smart-sleu- tel ingeschakeld.
2. Druk op de schakelaar “ON/ ”.
Na verificatie van de Smart-sleutel
klinkt de zoemer twee keer en worden
de middenbok en het stuurslot ont-
grendeld (als deze vergrendeld wa-
ren). Alle controle- en
waarschuwingslampjes moeten kort
gaan branden en dan uitgaan.
Het ABS-waarschuwingslampje moet
gaan branden als de machinevoeding
wordt ingeschakeld en weer uitgaan
zodra met een snelheid van 10 km/h (6
mi/h) of hoger wordt gereden.
LET OP
DCA22510
Als een waar schuwings - of controle-
lampje niet werkt zoal s hierboven be-
s chreven, zie dan pa gina 5-2 voor een
controle van het circuit van het betref-
fende waar schuwings - of controlelamp-
je. 3. Draai het gas volledig dicht.
4. Start de motor door op de schakelaar
“ON/ ” te drukken terwijl de voor- of
achterrem wordt bekrachtigd.
Als de motor niet binnen 5 seconden
start nadat op de schakelaar “ON/ ”
is gedrukt, wacht dan 10 seconden al-
vorens opnieuw op de schakelaar te
drukken zodat de accuspanning kan
worden hersteld.
LET OP
DCA11043
Trek nooit snel op terwijl de motor nog
koud is , dit verkort de leven sduur van de
motor!
1. Schakelaar “ON/ ”
1
BV1-9-D1.book 2 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 100 of 122

Periodiek onderhoud en afstelling
8-29
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
(XP530E-A, XP530-A)
(XP530D-A) (XP530E-A, XP530-A)
(XP530D-A)
1. Zekering ABS-regeleenheid
2. Circuitzekering aansluitcontact voor acces-
soires
3. Koplampzekering
4. Reservezekering
5. Zekering van de ABS-solenoïdeklep
6. Zekering ABS-motor
7. Zekering elektronische smoorklep
1. Zekering ABS-regeleenheid
2. Circuitzekering aansluitcontact voor acces- soires
3. Koplampzekering
4. Reservezekering
5. Zekering van de ABS-solenoïdeklep
6. Zekering ABS-motor
7. Zekering elektronische smoorklep
4
765 123
4
765 123
1. Reservezekering
2. Zekering zadelslot
3. Zekering signaleringssysteem
4. Zekering ontstekingssysteem
5. Zekering achterlichtcircuit
6. Zekering radiatorkoelvinmotor
7. Zekering brandstofinjectiesysteem
8. Backup-zekering
1. Reservezekering
2. Zekering kuipruitstelmotor
3. Zekering signaleringssysteem
4. Zekering ontstekingssysteem
5. Zekering achterlichtcircuit
6. Zekering radiatorkoelvinmotor
7. Zekering brandstofinjectiesysteem
8. Backup-zekering
1
34568
12
7
1
34568
12
7
BV1-9-D1.book 29 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 101 of 122

Periodiek onderhoud en afstellin g
8-30
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
(XP530D-A)
3. Schakel de machinevoeding in enschakel het betreffende elektrische cir-
cuit in om te zien of de apparatuur
werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
1. Zekering remlicht
2. Cruise control zekering
3. Reservezekering
3
1
2
Voor
geschreven zekering en:
Hoofdzekering:
40.0 A
Koplampzekering: 7.5 A
Zekering achterlichtcircuit: 7.5 A
Remlicht zekering:
1.0 A (XP530D-A)
Zekering signaleringssysteem: 7.5 A
Zekering ontstekingssysteem: 7.5 A
Zekering kuipruitmotor:
20.0 A (XP530D-A)
Zekering radiatorkoelvin: 15.0 A
Zekering brandstofinjectiesysteem: 7.5 A
Zekering ABS-regeleenheid:
7.5 A
Zekering ABS-motor: 30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïdeklep:
15.0 A
Zekering cruise control: 1.0 A (XP530D-A)
Backup-zekering: 15.0 A
Zekering elektronische smoorklep:
7.5 A
Circuitzekering aans luitcontact voor
accessoires:
2.0 A
Seat lock fuse: 7.5 A (XP530-A, XP530E-A)
BV1-9-D1.book 30 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分
Page 111 of 122

Onderhoud en stallin g van de scooter
9-3
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
met een doek of spons die is bevochtigd
met een mild reinigingsmiddel en was de
ruit vervolgens grondig af met water. Ge-
bruik voor extra reiniging Yamaha reini-
gingsmiddel voor kuipruiten of een ander
hoogwaardig reinigingsmiddel voor kuiprui-
ten. Sommige reinigingsmiddelen voor
kunststoffen laten eveneens krasjes achter
op de kuipruit. Voer voordat u dergelijk rei-
nigingsmiddel gebruikt eerst een test uit op
een gedeelte van de kuipruit dat het zicht
niet beïnvloedt en dat niet opvalt.
Na reini gin g
1. Droog de scooter met een zeemleren lap of een vochtabsorberende doek.
2. Gebruik een chroompolish om ver-
chroomde, aluminium en roestvrijsta-
len delen te doen glanzen, ook het
uitlaatsysteem. (Zelfs thermische ver-
kleuringen op roestvrijstalen uitlaatsy-
stemen kunnen door oppoetsen
worden verwijderd.)
3. Het is aan te bevelen om met een spuitbus een corrosiewerend middel
aan te brengen op alle metalen delen,
ook op verchroomde en vernikkelde
componenten, om zo corrosie te voor-
komen.
4. Gebruik oliespray als universeel schoonmaakmiddel om nog achterge-
bleven vuil te verwijderen.
5. Werk kleine lakbeschadigingen door steenslag e.d. bij.
6. Zet alle gelakte oppervlakken in de was.
7. Laat de scooter volledig drogen alvo-
rens te stallen of af te dekken.
WAARSCHUWING
DWA10943
Verontreinig ing van de remmen of ban-
den kan leiden tot verlie s van de contro-
le over de machine.
Controleer of er geen olie of wa s op
de remmen of banden zit. Reini g de
rem schijven en remvoerin gen in- dien nodi
g met een normale rem-
s chijfreini ger of aceton en s poel de
banden schoon met lauw water en
een mild reinig ingsmiddel.
Test voor u de s cooter in gebruik
neemt eer st de remwerkin g en het
we ggedra g in bochten.
LET OP
DCA10 801
Bren g een gering e hoeveelheid
olie spray en wa s aan en verwijder
overtolli ge hoeveelheden.
Bren g olie spray of wa s nooit aan op
rubber of kun sts tof delen, behandel
deze met een daartoe be stemd ver-
zor gin gs middel.
Vermijd het gebruik van s churende
poet smiddelen, deze ta sten de lak
aan.
OPMERKING
Vraag een Yamaha dealer om advies
over de te gebruiken producten.
Door wassen, regenachtig weer of een
vochtig klimaat kan de koplamplens
beslagen raken. Inschakelen van de
koplamp gedurende een korte periode
zal helpen bij de verwijdering van het
vocht.
BV1-9-D1.book 3 ページ 2018年6月8日 金曜日 午後4時28分