YAMAHA TW125 2003 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2003, Model line: TW125, Model: YAMAHA TW125 2003Pages: 88, PDF Size: 1.72 MB
Page 21 of 88

3-10
DAU00260
Helmbevestiging
Steek de sleutel in het slot en draai deze
dan zoals afgebeeld om de helmbevesti-
ging te openen.
Vergrendel de helmbevestiging door deze
in de oorspronkelijke positie te plaatsen
en dan de sleutel uit te nemen.
DW000030
X@
Rijd nooit met een helm bevestigd aan
de helmbevestiging, de helm kan zo
voorwerpen raken waardoor de machi-
ne mogelijk onbestuurbaar wordt en
een ongeval niet uitgesloten is.
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3
1
1. Helmbevestiging
DAU01343
SchokdemperDAU00315
X@
Deze schokdemper is gevuld met stik-
stofgas onder hoge druk. Lees en
begrijp de volgende informatie alvo-
rens de schokdemper te gebruiken. De
fabrikant kan niet aansprakelijk wor-
den gesteld voor schade aan eigen-
dommen of voor persoonlijk letsel als
dit voortvloeit uit verkeerd gebruik.
8Probeer de gascilinder niet te
openen en blijf er verder vanaf.
8Stel de schokdemper niet bloot
aan open vuur of aan andere hitte-
bronnen, anders kan deze door de
oplopende druk exploderen.
8Vervorm of beschadig de gascilin-
der op geen enkele wijze, de dem-
pende werking zal dan achteruit-
gaan.
8Laat onderhoud aan de schok-
demper altijd uitvoeren door een
Yamaha dealer.
DAU00320
BagagedragerDW000032
X@
8Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 3 kg voor de bagage-
drager niet.
8Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 180 kg voor de machine
niet.
1
1. Bagagedrager
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 20
Page 22 of 88

3-11
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3
DAU01493
Bagageriembevestiging
Er zijn vier bagageriembevestigingspun-
ten aangebracht onder de bagagedrager.
1
1
1. Bagageriembevestiging (×4)
DAU00330
Zijstandaard
De zijstandaard bevindt zich aan de lin-
kerzijde van het frame. Trek of druk de
zijstandaard met uw voet omhoog of
omlaag terwijl u de motorfiets verticaal
houdt.
OPMERKING:
De ingebouwde sperschakelaar voor de
zijstandaard maakt deel uit van het starts-
persysteem, dat in bepaalde situaties de
werking van het ontstekingssysteem blok-
keert. (Zie hierna voor een nadere uitleg
over het startspersysteem.)
DW000044
X@
Met de motorfiets mag nooit worden
gereden terwijl de zijstandaard omlaag
staat of niet behoorlijk kan worden
opgetrokken (of niet omhoog blijft),
anders kan de zijstandaard de grond
raken en zo de motorrijder afleiden,
waardoor u de macht over het stuur
verliest. Het Yamaha startspersysteem
is ontworpen om de motorrijder te hel-
pen bij zijn verantwoordelijkheid de
zijstandaard op te trekken alvorens
weg te rijden. Controleer dit systeem
daarom regelmatig zoals hierna
beschreven en laat het repareren door
een Yamaha dealer als de werking niet
naar behoren is.
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 21
Page 23 of 88

3-12
DAU03720
Startspersysteem
Het startspersysteem (waarvan de sper-
schakelaar voor de zijstandaard, de sper-
schakelaar voor de koppelingshendel en
de vrijstandschakelaar deel uitmaken)
heeft de volgende functies.
8Het verhindert starten wanneer de
versnellingsbak in een versnelling
geschakeld is en de zijstandaard is
opgeklapt, terwijl de koppelingshen-
del niet is ingetrokken.
8Het verhindert starten wanneer de
versnellingsbak in een versnelling
geschakeld is en de koppelingshen-
del is ingetrokken, terwijl de zijstan-
daard nog omlaag staat.
8Het schakelt een draaiende motor uit
wanneer de versnellingsbak in een
versnelling staat en de zijstandaard
omlaag wordt bewogen.
Controleer de werking van het startsper-
systeem regelmatig, hanteer daarbij de
volgende werkwijze.
DW000045
X@
Als zich een storing voordoet, vraag
dan alvorens te gaan rijden een
Yamaha dealer het systeem te contro-
leren.
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 22
Page 24 of 88

3-13
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3
Terwijl de motor uit staat:
1. Klap de zijstandaard omlaag.
2. Zorg dat de motorstopschakelaar op “
#” staat.
3. Draai de contactsleutel naar “ON”.
4. Zet de versnelling in z’n vrij.
5. Druk op de startschakelaar.
Start de motor?
Er kan iets mis zijn met de vrijloopschakelaar.
Rijd niet met de motorfiets totdat deze is
gecontroleerd door een Yamaha dealer.
Terwijl de motor nog loopt:
6. Klap de zijstandaard omhoog.
7. Trek de koppelingshendel in.
8. Schakel naar de eerste versnelling.
9. Klap de zijstandaard omlaag.
Slaat de motor af?
Nadat de motor is afgeslagen:
10. Klap de zijstandaard omhoog.
11. Trek de koppelingshendel in.
12. Druk op de startschakelaar.
Start de motor?
Er kan iets mis zijn met de
zijstandaardschakelaar.
Rijd niet met de motorfiets totdat deze is
gecontroleerd door een Yamaha dealer.
Er kan iets mis zijn met de
koppelingsschakelaar.
Rijd niet met de motorfiets totdat deze is
gecontroleerd door een Yamaha dealer.
OPMERKING:
Deze controle werkt het best wanneer de motor
al is opgewarmd.
JA NEE
Alles is in orde. U kunt met de motorfiets gaan rijden.
JA NEE
JA NEE
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 23
Page 25 of 88

4-1
DAU01114
CONTROLES VOOR HET STARTEN
4
De eigenaar is verantwoordelijk voor de conditie van de machine. Vitale onderdelen kunnen bijvoorbeeld bij blootstelling aan weer en
wind vrij snel en onverwachts achteruitgaan, ook als de machine niet wordt gebruikt. Eventuele schade, vloeistoflekkage of het weg-
vallen van de bandspanning kan ernstige gevolgen hebben. Het is daarom van belang om voorafgaand aan elke rit een visuele
inspectie uit te voeren en bovendien de volgende punten te controleren.
DAU03439
Controlelijst voor gebruik
ONDERDEEL CONTROLES PAGINA
Brandstof•Controleer het brandstofniveau in de brandstoftank.
•Vul zo nodig brandstof bij.
•Controleer de brandstofleiding op lekkage.3-5–3-7
Motorolie•Controleer het olieniveau in de motor.
•Vul zo nodig het aanbevolen type olie bij tot aan het voorgeschreven niveau.
•Controleer de machine op olielekkage.6-9–6-12
Voorrem•Controleer de werking.
•Als de voorrem zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het hy-
draulisch systeem te ontluchten.
•Controleer de vrije slag van de remhendel.
•Stel zo nodig bij.
•Controleer het vloeistofniveau in het reservoir.
•Vul zo nodig het aanbevolen type remvloeistof bij tot aan het voorgeschreven
niveau.
•Controleer het hydraulisch systeem op lekkage.3-5, 6-20, 6-23–6-25
Achterrem•Controleer de werking.
•Controleer de vrije slag van het rempedaal.
•Stel zo nodig bij.3-5, 6-21–6-23
Koppeling•Controleer de werking.
•Smeer de kabel als dat nodig is.
•Controleer de vrije slag van de koppelingshendel.
•Stel zo nodig bij.3-4, 6-19–6-20
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 24
Page 26 of 88

4-2
CONTROLES VOOR HET STARTEN
4
Gasgreep•Controleer of de werking soepel is.
•Controleer de vrije slag van de kabel.
•Vraag zo nodig de Yamaha dealer om de vrije slag van de kabel af te stellen, en
de kabel en het kabelhuis te smeren.6-15, 6-28
Bedieningskabels•Controleer of de werking soepel is.
•Smeer als dat nodig is.6-27
Aandrijfketting•Controleer of de ketting correct is aangespannen.
•Stel zo nodig bij.
•Controleer de conditie van de ketting.
•Smeer als dat nodig is.6-25–6-27
Wielen en banden•Controleer op schade.
•Controleer de conditie van de band en de profieldiepte.
•Controleer de bandspanning.
•Corrigeer als dat nodig is.6-16–6-19
Rem- en schakelpedalen•Controleer of de werking soepel is.
•Smeer de pedaalscharnierpunten als dat nodig is.6-28
Rem- en koppelingshendels•Controleer of de werking soepel is.
•Smeer zo nodig de hendelscharnierpunten.6-29
Zijstandaard•Controleer of de werking soepel is.
•Smeer zo nodig het scharnierpunt.6-29
Framebevestigingen•Controleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn vastgezet.
•Zet zo nodig vast.—
Instrumenten, verlichting,
signaleringssysteem en
schakelaars•Controleer de werking.
•Corrigeer als dat nodig is.3-1–3-4, 6-34–6-37
Zijstandaardschakelaar•Controleer de werking van het startspersysteem.
•Als het systeem defect is, vraag dan een Yamaha dealer de machine na te kijken.3-12–3-13 ONDERDEEL CONTROLES PAGINA
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 25
Page 27 of 88

4-3
CONTROLES VOOR HET STARTEN
4
OPMERKING:
Voordat de motorfiets wordt gebruikt moet telkens een korte algemene controle worden uitgevoerd. Zo’n inspectie neemt maar weinig
tijd in beslag en de hiermee gegarandeerde veiligheid is die tijd alleszins waard.
DWA00033
X@
Wanneer functies vermeld in de Controlelijst voor Gebruik niet naar behoren werken, laat dan een inspectie uitvoeren en
eventueel repareren voordat u de machine gebruikt.
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 26
Page 28 of 88

5-1
DAU00372
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5
DAU00373
X@
8Zorg dat u volkomen vertrouwd
bent met alle bedieningsfuncties
en hun werking voordat u gaat rij-
den. Informeer bij een Yamaha
dealer als u de werking van een
schakelaar of functie niet volko-
men begrijpt.
8Start de motor nooit in een afge-
sloten ruimte en laat deze hierin
ook niet lange tijd aaneen draaien.
Uitlaatgassen zijn giftig en het
inademen ervan kan al binnen
korte tijd leiden tot bewusteloos-
heid en dodelijk letsel. Controleer
altijd of er voldoende ventilatie is.
8Controleer of de zijstandaard is
ingetrokken alvorens weg te rij-
den. Als de zijstandaard niet
behoorlijk is ingetrokken, kan
deze de grond raken en zo de
motorrijder afleiden, waardoor u
de macht over het stuur verliest.
DAU04692
Starten van een koude motor
Door het startspersysteem is starten
alleen mogelijk als aan een van de vol-
gende voorwaarden is voldaan:
8De versnellingsbak staat in de vrij-
stand.
8De versnellingsbak staat in een ver-
snelling geschakeld terwijl de koppe-
lingshendel is ingetrokken en de
zijstandaard is opgeklapt.
DW000054
X@
8Controleer voor het starten van de
motor de werking van het starts-
persysteem en volg daarbij de
werkwijze beschreven op pagina
3-13.
8Ga nooit rijden terwijl de zijstan-
daard omlaag staat.
1. Draai de kraanhendel in “ON”.
2. Draai de contactsleutel naar “ON” en
controleer of de noodstopschakelaar
op “#” is gezet.
3. Schakel de versnellingsbak in de
vrijstand.
OPMERKING:
Als de versnellingsbak in de vrijstand
staat, moet het vrijstandcontrolelampje
branden; zo niet, vraag dan een Yamaha
dealer het elektrisch circuit te testen.
ONFUEL
RES
OFF
1ON
1. Pijlteken op “ON”
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 27
Page 29 of 88

5-2
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5
4. Zet de choke aan en draai de gas-
greep helemaal dicht. (Zie pagina 3-
8 voor de bediening van de choke.)
5. Start de motor door de startknop in
te drukken.
OPMERKING:
Als de motor niet wil starten, laat dan de
startknop los, wacht een paar seconden
en probeer het dan opnieuw. Iedere start-
poging moet zo kort mogelijk duren om
de accu te sparen. Laat de startmotor
nooit langer dan 10 seconden aaaneen
draaien.
6. Zet na het starten van de motor de
starter (choke) tot halverwege terug.
DCA00045
<>
Trek nooit snel op terwijl de motor nog
koud is, dit verkort de levensduur van
de motor!
7. Zet de choke uit zodra de motor
warm is.
OPMERKING:
De motor is warm wanneer deze normaal
reageert op de gasbediening terwijl de
choke uit is gezet.
DAU01258
Starten van een warme motor
Volg dezelfde procedure als bij starten
van een koude motor, alleen is het
gebruik van de choke niet nodig als de
motor warm is.1
1. Chokeknop
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 28
Page 30 of 88

5-3
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5
DAU00423
Schakelen van versnellingen
Door de versnellingen te schakelen kunt
u het beschikbare motorvermogen dose-
ren bij het wegrijden, optrekken, tegen
een helling oprijden etc.
De schakelstanden worden getoond in de
afbeelding.
OPMERKING:
Om de versnellingsbak in de vrijstand te
schakelen wordt het schakelpedaal enke-
le malen ingetrapt totdat het einde van de
slag bereikt is, waarna het pedaal iets
wordt opgetrokken.
DC000048
<>
8Rijd niet lange tijd met afgezette
motor, ook niet met de versnel-
lingsbak in de vrijstand, en sleep
de motorfiets niet over lange
afstanden. De versnellingsbak
wordt alleen afdoende gesmeerd
terwijl de motor draait. Door
onvoldoende smering kan de ver-
snellingsbak worden beschadigd.
8Gebruik altijd de koppeling om de
versnellingsbak te schakelen om
zo schade aan de motor, de ver-
snellingsbak en de aandrijving te
voorkomen; door hun constructie
zijn deze niet bestand tegen de
schokken die optreden bij belast
schakelen.
DAU02941
Aanbevolen schakelpunten
(alleen voor Zwitserland)
De aanbevolen schakelpunten tijdens
accelereren staan vermeld in de tabel
hierna.
OPMERKING:
Wanneer ineens twee versnellingen tege-
lijk wordt teruggeschakeld, moet in gelijke
mate snelheid worden geminderd (bij-
voorbeeld minderen tot 35 km/u bij terug-
schakelen van de 4e naar de 2e versnel-
ling).
1
N5
4
3
2
1
1. Schakelpedaal
N. Vrijstand
Aanbevolen snelheid
(km/u)
1-ste→2-de
2-de→3-de
3-de→4-de
4-de→5-de23
36
50
60
5RS-9-D1 (Dutch) 8/28/02 12:00 PM Page 29