YAMAHA VMAX 2011 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2011, Model line: VMAX, Model: YAMAHA VMAX 2011Pages: 108, PDF Size: 3.6 MB
Page 21 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-6
3
Licht het waarschuwingslampje niet meteen
op wanneer u de sleutel naar “ON” draait of
blijft het lampje branden, laat het elektrisch
circuit dan door een Yamaha dealer contro-
leren.
DAU48520
Controlelampje schakelmoment
Dit controlelampje kan zo worden ingesteld
dat het bij de gewenste motortoerentallen
aan- of uitgaat en wordt gebruikt om aan te
geven wanneer naar de volgende hogere
versnelling moet worden geschakeld.
Het elektrisch circuit voor het controlelamp-
je kan worden gecontroleerd door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het controlelampje
moet enkele seconden oplichten en dan uit-
gaan.
Licht het controlelampje niet meteen op
wanneer u de sleutel naar “ON” draait of
blijft het lampje branden, laat het elektrisch
circuit dan door een Yamaha dealer contro-
leren. (Zie pagina 3-9 voor een uitgebreide
uitleg over de functie van dit controlelampje
en het instellen daarvan.)
DAU38624
Controlelampje startblokkering
Het elektrisch circuit voor het controlelamp-
je kan worden gecontroleerd door de sleutel
naar “ON” te draaien. Het controlelampje
moet enkele seconden oplichten en dan uit-
gaan.
Licht het controlelampje niet meteen op
wanneer u de sleutel naar “ON” draait of
blijft het lampje branden, laat het elektrisch
circuit dan door een Yamaha dealer contro-
leren.
Als de sleutel naar “OFF” wordt gedraaid,
begint het controlelampje na 30 seconden
te knipperen om aan te geven dat het start-
blokkeersysteem is ingeschakeld. Het con-
trolelampje stopt na 24 uur met knipperen,
maar het startblokkeersysteem blijft inge-
schakeld.
Het zelfdiagnosesysteem detecteert ook
storingen in de circuits van het startblok-
keersysteem. (Zie pagina 3-15 voor uitleg
over de werking van het zelfdiagnosesys-
teem.)
DAU46624
Snelheidsmeterunit SnelheidsmeterOPMERKIN
G
Voor Groot-Brittannië
U kunt schakelen tussen de kilometer- en
mijlenweergave van de snelheidsmeter.
Houd om tussen beide weergaven te scha-
kelen de toets “SELECT” minstens twee se-
conden lang ingedrukt.Op de stuurhouder bevinden zich de toet-
sen “SELECT” en “RESET”.1. Toerenteller
2. Controlelampje schakelmoment
3. Rode zone toerenteller
4. Snelheidsmeter
12
4
3
U2S3D2D0.book Page 6 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM
Page 22 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-7
3
Toerenteller
Met de toerenteller kan de bestuurder het
motortoerental controleren en dit binnen het
ideale bereik houden. Als de sleutel naar
“ON” wordt gedraaid, slaat de naald van de
toerenteller eenmaal helemaal uit tot het
hoogste aantal toeren per minuut en keert
daarna weer terug naar nul tpm om het
elektrische circuit te testen.LET OP
DCA10031
Laat de motor niet draaien terwijl de toe-
renteller in de rode zone wijst.
Rode zone: 9500 tpm en hoger
Controlelampje schakelmoment
Zie pagina 3-9 voor uitleg over en instellin-
gen voor dit controlelampje.
DAU4658A
Multifunctioneel display
WAARSCHUWING
DWA12312
Zet de machine stil voordat u wijzigingen
aanbrengt in de instellingen van het mul-
tifunctionele display. Het aanbrengen
van wijzigingen tijdens het rijden kan u
afleiden en vergroot het risico op een
ongeval.Op de stuurhouder bevinden zich de toet-
sen “SELECT” en “RESET”. Met deze toet-
sen kunt u de instellingen in het
multifunctionele display beheren of wijzi-
gen.
1.“SELECT”-toets
2.“RESET”-toets
12
1. Multifunctioneel display
1
U2S3D2D0.book Page 7 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM
Page 23 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-8
3
Telkens wanneer de sleutel naar “ON”
wordt gedraaid, wordt het multifunctionele
display ingesteld op de normale modus.
Normale modus
De volgende functies zijn beschikbaar in de
normale modus:
een kilometerteller
een klok
twee rittellers (die de afgelegde af-
stand aangeven sinds de tellers het
laatst werden teruggesteld op nul)
een ritteller voor brandstofreserve (die
de afgelegde afstand aangeeft sinds
het waarschuwingslampje brand-
stofreserve aanging)
een brandstofniveaumeter
een indicator voor de ingeschakelde
versnelling
een temperatuurmeter koelvloeistof
een voorziening voor zelfdiagnose
OPMERKINGAlleen voor Groot-Brittannië:
U kunt schakelen tussen de kilometer- en
mijlenweergave van de snelheidsmeter en
de kilometerteller/ritteller. Houd “SELECT”
ten minste twee seconden ingedrukt om teschakelen tussen de weergaven van de
snelheidsmeter en de kilometerteller/rittel-
ler.
RittellersDraai de sleutel naar “ON”. Druk op “SE-
LECT” om de weergave te schakelen tus-
sen de rittellers “TRIP-1” en “TRIP-2”, in de
onderstaande volgorde:
TRIP-1 → TRIP-2 → TRIP-1
Als de hoeveelheid brandstof in de brand-
stoftank afneemt tot 3.9 L (1.03 US gal,
0.86 Imp.gal), gaat het waarschuwings-
lampje brandstofniveau branden en scha-
kelt de ritteller automatisch naar de
brandstofreserve-rittellermodus “TRIP-F”,
waarop de afgelegde afstand vanaf dat punt
wordt aangegeven. Druk in dat geval op
“SELECT” om in de onderstaande volgorde
te schakelen tussen de diverse rittellers:
TRIP-F → TRIP-1 → TRIP-2 → TRIP-F
Als u met het voertuig blijft rijden na ver-
schijning van de brandstofreserve-ritteller
“TRIP-F”, beginnen de brandstofniveaume-
ter en de waarschuwingsindicator
brandstofniveau“” te knipperen.
Als u een ritteller op nul wilt terugstellen, se-
lecteert u deze door op “SELECT” te druk-
ken en vervolgens “RESET” ten minste 1
seconde lang ingedrukt te houden. Wan-
neer u de brandstofreserve-ritteller niet zelf
1.“SELECT”-toets
2.“RESET”-toets
12
1. Kilometerteller
2. Klok
3. Ritteller/ritteller brandstofreserve
4. Waarschuwingsindicator
koelvloeistoftemperatuur“”
5. Temperatuurmeter koelvloeistof
6. Indicator ingeschakelde versnelling
7. Waarschuwingsindicator
brandstofniveau“”
8. Brandstofniveaumeter
123
865
7
4
U2S3D2D0.book Page 8 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM
Page 24 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-9
3
met de hand op nul terugstelt, wordt deze
automatisch teruggesteld zodra na het tan-
ken 5 km (3 mi) is gereden en wordt de vo-
rige ritteller weergegeven.
BrandstofniveaumeterDe brandstofniveaumeter geeft aan hoe-
veel brandstof in de tank aanwezig is. Het
weergegeven brandstofniveau daalt naar
“E” (Empty) naarmate het brandstofniveau
daalt. Als de hoeveelheid brandstof in de
brandstoftank daalt naar 3.9 L (1.03 US gal,
0.86 Imp.gal), gaat het waarschuwings-
lampje brandstofniveau branden. Vul in dat
geval zo snel mogelijk brandstof bij.
Als u met het voertuig blijft rijden na ver-
schijning van de brandstofreserve-ritteller
“TRIP-F”, beginnen de brandstofniveaume-
ter en de waarschuwingsindicator
brandstofniveau“” te knipperen.
Indicator ingeschakelde versnellingDeze indicator geeft aan welke versnelling
is ingeschakeld. De vrijstand wordt aange-
geven door“” en door het vrijstandcon-
trolelampje.
Temperatuurmeter koelvloeistofMet de contactsleutel in de stand “ON” geeft
de temperatuurmeter voor koelvloeistof de
temperatuur van de koelvloeistof aan. Dekoelvloeistoftemperatuur is afhankelijk van
de weersomstandigheden en de motorbe-
lasting. Als het waarschuwingslampje koel-
vloeistoftemperatuur gaat branden en het
bovenste segment en de waarschuwingsin-
dicator voor koelvloeistoftemperatuur knip-
peren, stop de machine dan en laat de
motor afkoelen. (Zie pagina 6-41.)
LET OP
DCA10021
Laat de motor niet draaien terwijl deze
oververhit is.Selectiemodus
De verschillende functies van dit multifunc-
tionele display worden aangepast in de se-
lectiemodus.OPMERKING
De versnellingsbak moet in de vrij-
stand staan als u instellingen in deze
modus wilt wijzigen.
Als een versnelling wordt ingescha-
keld worden alle gemaakte instellin-
gen opgeslagen. Vervolgens wordt de
selectiemodus geannuleerd en wordt
de normale modus weergegeven op
alle schermen.
Afhankelijk van het scherm worden
door het indrukken van “RESET” in-
stellingen opgeslagen of verandert de
selectiemodus in de normale modus.
Houd “SELECT” en “RESET” tegelijkertijd
ten minste drie seconden ingedrukt om de
selectiemodus te openen.
In deze modus kunnen de volgende items
worden ingesteld/aangepast:
helderheid
controlelampje schakelmoment
klok
stopwatch
aftelklok
systeemstatus
onderhoudstellers
OPMERKINGAls u wilt terugkeren naar de normale mo-
dus, drukt u op “SELECT” om te bladeren
naar“” en drukt u vervolgens op “RESET”.
U2S3D2D0.book Page 9 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM
Page 25 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-10
3
De helderheid instellenMet deze functie regelt u de helderheid van
het toerentellerpaneel en snelheidsmeter
(“Meter panel”) (tellerpaneel), de naald van
de toerenteller (“Needle”) (naald) en het
multifunctionele display (“Display”) in over-
eenstemming met het aanwezige daglicht.
1. Druk op “SELECT” om “Brightness”
(Helderheid) te markeren.
2. Druk op “RESET”, druk vervolgens op
“SELECT” om door de functies te bla-
deren en een item te markeren.
3. Druk op “RESET”. De segmenten van
het helderheidsniveau voor het gese-
lecteerde item gaan knipperen.
4. Druk op “SELECT” om het gewenste
helderheidsniveau te markeren.
5. Druk op “RESET” om het helderheids-
niveau in te stellen.6. Druk “SELECT” om te bladeren
naar“”, druk vervolgens op “RESET”
om terug te keren naar het vorige me-
nu.
De instellingen van het controlelampje
schakelmoment selecterenMet deze functie kiest u of het controlelamp-
je schakelmoment wordt geactiveerd en of
het bij activering knippert of continu brandt.
1. Druk op “SELECT” om “Shift light”
(Schakellampje) te markeren.
2. Druk op “RESET”.3. Druk op “SELECT” om “Operation se-
lection” (Werkingsselectie) te marke-
ren.
4. Druk op “RESET”.
Druk op “SELECT” en markeer “On”
(Aan) om het controlelampje te active-
ren. Het controlelampje brandt continu
na activering.
Druk op “SELECT” en markeer “Flash”
(Knipperen) om het controlelampje te
activeren. Het controlelampje gaat
knipperen na activering.
Druk op “SELECT” en markeer “Off”
(Uit) om het controlelampje te deacti-
veren. Het controlelampje brandt niet
en gaat niet knipperen.1. Controlelampje schakelmoment
1
U2S3D2D0.book Page 10 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM
Page 26 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-11
3
OPMERKINGHet controlelampje knippert elke twee se-
conden eenmaal om aan te geven dat het is
gedeactiveerd. Het controlelampje gaat uit
wanneer dit menu wordt afgesloten.5. Druk op “RESET” om de activiteit van
het controlelampje schakelmoment in
te stellen.
6. Druk nogmaals op “RESET” om terug
te keren naar het vorige menu.
Het toerental in relatie tot het controlelamp-je schakelmoment instellenMet deze functie kiest u het motortoerental
waarbij het controlelampje wordt geacti-
veerd en gedeactiveerd. U kunt alle ver-
snellingen op hetzelfde activerings-
/deactiveringstoerental instellen of u kunt
de versnellingen afzonderlijk instellen.
Druk op “SELECT” om “r/min setting” (Toe-
rentalinstelling) te markeren en druk vervol-
gens op “RESET”.
OPMERKINGHet controlelampje schakelmoment kan
worden ingesteld om te worden geactiveerd
tussen 3000 tpm en 10500 tpm en om te
worden gedeactiveerd tussen 3500 tpm en
11000 tpm in stappen van 500 tpm.Alle versnellingen op hetzelfde toerental in-
stellen:
1. Druk op “SELECT” om “All” (Alle) te
markeren.
2. Druk op “RESET”; “On” (Aan) wordt
weergegeven.
3. Druk op “RESET” zodat de toerental-
cijfers gaan knipperen.4. Druk op “SELECT” om het motortoe-
rental te markeren waarbij het contro-
lelampje schakelmoment wordt
geactiveerd.
5. Druk op “RESET” om het geselecteer-
de motortoerental in te stellen. “Off”
(Uit) wordt gemarkeerd en de cijfers
van het toerental gaan knipperen.
6. Druk op “SELECT” om het motortoe-
rental te markeren waarbij het contro-
lelampje schakelmoment wordt
gedeactiveerd.
7. Druk op “RESET” om het geselecteer-
de motortoerental in te stellen.
8. Druk nogmaals op “RESET” om terug
te keren naar het vorige menu.
Het toerental voor elke versnelling afzon-
derlijk instellen:
1. Druk op “SELECT” om versnellingen
van “1st” (1e) tot en met “5th” (5e) te
markeren, en druk vervolgens op “RE-
SET”.
2. Als u drukt op “RESET” gaan de toe-
rentalcijfers voor de gemarkeerde ver-
snelling knipperen. Voer vervolgens
de stappen 4–8 onder “Alle versnellin-
U2S3D2D0.book Page 11 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM
Page 27 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-12
3
gen op hetzelfde toerental instellen:”
uit om het toerental voor de afzonder-
lijke versnellingen in te stellen.
OPMERKINGAls u het toerental voor de afzonderlijke ver-
snellingen hebt ingesteld en u kiest “All” (Al-
le), worden alle eerder ingestelde
toerentallen voor afzonderlijke versnellin-
gen teruggezet naar de standaardinstellin-
gen 9000 (activering) en 11000
(deactivering).3. Druk “SELECT” om te bladeren
naar“”, druk vervolgens op “RESET”
om terug te keren naar het vorige me-
nu.
De helderheid van het controlelampje scha-kelmoment instellenMet deze functie regelt u de helderheid van
het controlelampje schakelmoment.
1. Druk op “SELECT” om “Brightness”
(Helderheid) te markeren.
2. Druk op “RESET” zodat de segmenten
van het helderheidsniveau gaan knip-
peren.3. Druk op “SELECT” om het gewenste
helderheidsniveau te markeren.
4. Druk op “RESET” om het gewenste
helderheidsniveau in te stellen.
5. Druk op “RESET” om terug te keren
naar het vorige menu.
6. Druk op “SELECT” om te bladeren
naar“” en druk vervolgens op “RES-
ET”. Op deze wijze kunt u een ander
item in het menu selecteren.
De klok instellen
1. Druk op “SELECT” om “Display” te
markeren.
2. Druk op “RESET”. Het volgende
scherm wordt weergegeven.3. Druk op “RESET” zodat de uuraandui-
ding gaat knipperen.
4. Druk op “SELECT” om de uuraandui-
ding te verhogen.
5. Druk op “RESET” zodat de minuten-
aanduiding gaat knipperen.
6. Druk op “SELECT” om de minuten-
aanduiding te verhogen.
7. Druk op “RESET” om de klok te star-
ten.
8. Druk nogmaals op “RESET” om terug
te keren naar het vorige menu.
Alle functies voor helderheid en controle-
lampje schakelmoment terugstellenHiermee worden alle instellingen van de
functies voor de helderheid en het controle-
lampje schakelmoment teruggesteld.
1. Druk op “SELECT” om “Display” te
markeren.
2. Druk op “RESET”.
3. Druk op “SELECT” om “All reset” (Alle
terugstellen) te markeren.
U2S3D2D0.book Page 12 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM
Page 28 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-13
3
4. Druk op “RESET” en druk vervolgens
op “SELECT” om “Yes” (Ja) te marke-
ren.
5. Druk op “RESET” om de waarden voor
de helderheid en het controlelampje
schakelmoment terug te stellen op de
fabrieksinstelling. De weergave keert
terug naar de normale modus.OPMERKINGAls u verdere instellingen voor het multi-
functionele display wilt uitvoeren, opent u
de selectiemodus opnieuw door “SELECT”
en “RESET” tegelijkertijd ten minste drie se-
conden ingedrukt te houden.De stopwatch gebruikenU kunt de stopwatch als volgt activeren.
1. Druk op “SELECT” om “Stopwatch” te
markeren.2. Druk op “RESET”.
3. Druk op “SELECT” om “Stopwatch” te
markeren.
4. Druk op “RESET”.
Het multifunctionele display verandert
in de normale modus en in plaats van
de klok wordt nu de stopwatch weer-
gegeven.
5. Druk op “SELECT” om de stopwatch
te starten.
6. Druk op de startknop“” of op “SE-
LECT” om de stopwatch te stoppen.
7. Druk op “RESET” om de stopwatch te-
rug te stellen op nul.
OPMERKING
Als gedurende een minuut noch op
“SELECT” noch op “RESET” wordt ge-
drukt, verandert het scherm automa-
tisch in de normale modus.
Houd “RESET” ten minste twee se-
conden ingedrukt om het scherm te
wijzigen in de normale modus.
Als u verdere instellingen voor het mul-
tifunctionele display wilt uitvoeren,
opent u de selectiemodus opnieuw
door “SELECT” en “RESET” tegelijker-
tijd ten minste drie seconden ingedrukt
te houden.
De aftelklok gebruikenU kunt de aftelklok als volgt activeren.
1. Druk op “SELECT” om “Stopwatch” te
markeren.
2. Druk op “RESET”.
3. Druk op “SELECT” om “Countdown”
(Aftelling) te markeren.
4. Druk op “RESET”. Het multifunctionele
display verandert in de normale mo-
dus, in plaats van de klok wordt nu de
U2S3D2D0.book Page 13 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM
Page 29 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-14
3
stopwatch weergegeven en de indica-
tor voor de ingeschakelde versnelling
verandert in de aftelklok.
5. Als u drukt op “SELECT” of in een ver-
snelling schakelt, begint de aftelklok af
te tellen vanaf “5”. Tegelijkertijd knip-
pert het controlelampje schakelmo-
ment afhankelijk van het weergegeven
aantal (als bijvoorbeeld “5” wordt
weergegeven, knippert het controle-
lampje vijf maal, wanneer “4” wordt
weergegeven, knippert het controle-
lampje vier maal, enzovoort). De stop-
watch begint te tellen wanneer de
aftelklok het aftellen afrondt.
6. Druk op de startknop“” of “SE-
LECT” om de aftelklok te stoppen.
7. Druk op “RESET” om de aftelklok en
stopwatch terug te stellen op nul.
8. Herhaal de stappen 5–7, of houd “RE-
SET” weer ten minste twee seconden
ingedrukt om de normale modus te
openen.
OPMERKINGZorg om verdere instellingen van het multi-
functionele display uit te voeren dat de ver-
snellingsbak in de vrijstand staat en keer
terug naar de selectiemodus door “SE-
LECT” en “RESET” ten minste drie secon-
den ingedrukt te houden.De systeemstatus controleren en terugstel-len op nulDe status/stand van de volgende items
wordt weergegeven en u kunt de rittellers
terugstellen op nul.
rittellers en kilometerteller
brandstofverbruik
luchtaanzuigtemperatuur
stand van gasklepopening
OPMERKING
U kunt het menu “System status” (Sys-
teemstatus) niet bekijken als het waar-
schuwingslampje brandstofniveau of
koelvloeistoftemperatuur brandt.
Als het waarschuwingslampje brand-
stofniveau of koelvloeistoftemperatuur
gaat branden terwijl de motor loopt en
het systeemstatusmenu wordt weer-
gegeven, wordt automatisch de nor-
male modus weergegeven.
1. Druk op “SELECT” om “System sta-
tus” (Systeemstatus) te markeren en
druk vervolgens op “RESET”.
2. Druk op “SELECT” om “Yes” (Ja) te
markeren en druk vervolgens op “RE-
SET”. (Markeer “No” (Nee) en druk op
“RESET” om terug te keren naar het
vorige menu.)
De weergave verandert in het status-
scherm.
U2S3D2D0.book Page 14 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM
Page 30 of 108
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-15
3
Druk op “SELECT” en de diverse rittellers
en kilometerteller worden in de onderstaan-
de volgorde weergegeven:
(TRIP-F) → TRIP-1 → TRIP-2 → ODO →
(TRIP-F)
Druk op “RESET” om een ritteller terug te
stellen op nul.OPMERKING
Alleen voor Groot-Brittannië: Houd
“SELECT” ten minste twee seconden
ingedrukt om te schakelen tussen kilo-
meters en mijlen.
Druk op “RESET” om de normale mo-
dus gedurende vijf seconden weer te
geven. Houd “SELECT” en “RESET”
tegelijkertijd ten minste drie seconden
ingedrukt om de weergave te wijzigen
in de normale modus.
Als u verdere instellingen voor het mul-
tifunctionele display wilt uitvoeren,
opent u de selectiemodus opnieuw
door “SELECT” en “RESET” tegelijker-
tijd ten minste drie seconden ingedrukt
te houden.
De onderhoudstellers terugstellen op nulMet deze functie kunt u de onderhoudstel-
lers voor de banden, de olie en een item
naar keuze terugstellen op nul.
1. Druk op “SELECT” om “Maintenance”
(Onderhoud) te markeren.
2. Druk op “RESET”.
3. Druk op “SELECT” om het item te mar-
keren dat u wilt terugstellen op nul.4. Druk op “RESET” om het item terug te
stellen op nul.
OPMERKING
Het onderste gebied is leeg gelaten
voor een ander item waarvoor de be-
stuurder de afstand wil controleren na-
dat dit is gewijzigd, vervangen of
gecontroleerd (zoals het luchtfilterele-
ment, motoronderdelen, enzovoort).
Er kunnen geen letters en cijfers wor-
den ingevoerd in het lege gebied.
5. Druk op “SELECT” om te bladeren
naar“”.
6. Druk op “RESET” om terug te keren
naar het vorige menu.
Zelfdiagnosesysteem
1. Kilometerteller/ritteller/ritteller brandstofre-
serve
2. Klok
3. Huidig brandstofverbruik
4. Weergave gasklepopening
5. Indicator ingeschakelde versnelling
6. Weergave luchtaanzuigtemperatuur
12 3
654
1. Weergave foutcode
1
U2S3D2D0.book Page 15 Tuesday, September 21, 2010 3:37 PM