YAMAHA XJ6-N 2013 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2013, Model line: XJ6-N, Model: YAMAHA XJ6-N 2013Pages: 102, PDF Size: 2.82 MB
Page 41 of 102

GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-2
5
wings- of controlelampje niet uitgaat, zie
dan pagina 3-3 voor een controle van het
circuit van het betreffende waarschu-
wings- of controlelampje.
Voor modellen met ABS:Het ABS-waarschuwingslampje moet
gaan branden als het contactslot op
“ON” wordt gezet en weer uitgaan zo-
dra met een snelheid van 10 km/h (6
mi/h) of hoger wordt gereden.
LET OP
DCA17680
Als het ABS-waarschuwingslampje niet
gaat branden en weer uitgaat zoals hier-
boven beschreven, zie dan pagina 3-3
voor een controle van het circuit van het
waarschuwingslampje.2. Schakel de versnellingsbak in de vrij-stand. Het vrijstandcontrolelampje
moet gaan branden. Als dit niet ge-
beurt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrische circuit na te kijken.
3. Start de motor door de startknop in te
drukken.
Als de motor niet wil starten, laat dan
de startknop los, wacht een paar se-
conden en probeer het dan opnieuw.
Iedere startpoging moet zo kort moge- lijk duren om de accu te sparen. Laat
de startmotor nooit langer dan 10 se-
conden achtereen draaien.
LET OP
DCA11042
Trek nooit snel op terwijl de motor nog
koud is, dit verkort de levensduur van de
motor!
DAU16671
Schakelen Door de versnellingen te schakelen kunt u
het beschikbare motorvermogen doseren
bij het wegrijden, optrekken, tegen een hel-
ling oprijden etc.
De schakelstanden worden getoond in de
afbeelding.OPMERKINGOm de versnellingsbak in de vrijstand te
schakelen wordt het schakelpedaal enkele
malen ingetrapt totdat het einde van de slag
bereikt is, waarna het pedaal iets wordt op-
getrokken.1. Schakelpedaal
2. Vrijstand
1
N
2 3
4
5
6
1
2
U20SD3D0.book Page 2 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 42 of 102

GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-3
5
LET OP
DCA10260
●
Rijd niet lange tijd met afgezette
motor, ook niet met de versnellings-
bak in de vrijstand, en sleep de mo-
torfiets niet over lange afstanden.
De versnellingsbak wordt alleen af-
doende gesmeerd terwijl de motor
draait. Door onvoldoende smering
kan de versnellingsbak worden be-
schadigd.
●
Gebruik altijd de koppeling om de
versnellingsbak te schakelen om zo
schade aan de motor, de versnel-
lingsbak en de aandrijving te voor-
komen; door hun constructie zijn
deze niet bestand tegen de schok-
ken die optreden bij belast schake-
len.
DAU16810
Tips voor een zuinig brandstof-
verbruik Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk
van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om
het brandstofverbruik te verlagen:●
Schakel snel en soepel door en ver-
mijd hoge toerentallen terwijl u accele-
reert.
●
Geef geen gas tijdens het terugscha-
kelen en voorkom dat de motor onbe-
last met een hoog toerental draait.
●
Laat de motor niet langdurig stationair
draaien maar zet hem af (bijvoorbeeld
in files, bij stoplichten of bij spoorweg-
overgangen).
DAU16841
Inrijperiode De belangrijkste periode in de levensduur
van het motorblok is de tijd tussen 0 en
1600 km (1000 mi). Lees daarom de vol-
gende informatie aandachtig door.
Omdat het motorblok gloednieuw is, mag dit
de eerste 1600 km (1000 mi) niet te zwaar
worden belast. De verschillende onderde-
len van de motor slijten op elkaar in totdat
de juiste bedrijfsspelingen zijn bereikt. Rijd
tijdens deze periode nooit langdurig volgas
en vermijd ook andere manoeuvres die tot
oververhitting van de motor kunnen leiden.
DAU17093
0–1000 km (0–600 mi)
Laat de motor niet langdurig meer dan 5800
tpm maken. LET OP: Na 1000 km (600 mi)
moet de motorolie worden ververst en
moet de oliefilterpatroon of het oliefilte-
relement worden vervangen.
[DCA10302]
1000–1600 km (600–1000 mi)
Laat de motor niet langdurig meer dan 7000
tpm draaien.
1600 km (1000 mi) en verder
De machine kan nu normaal worden ge-
bruikt.
U20SD3D0.book Page 3 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 43 of 102

GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE
5-4
5
LET OP
DCA10310
●
Voer het toerental niet zover op dat
de toerenteller in de rode zone wijst.
●
Als tijdens de inrijperiode motor-
schade optreedt, vraag dan direct
een Yamaha dealer de machine te
controleren.
DAU17213
Parkeren Zet om te parkeren de motor af en neem
dan de sleutel uit het contactslot.
WAARSCHUWING
DWA10311
●
De motor en het uitlaatsysteem
kunnen zeer heet worden, parkeer
dus op een plek waar voetgangers
of kinderen niet gemakkelijk met
deze onderdelen in aanraking kun-
nen komen en brandwonden kun-
nen oplopen.
●
Parkeer nooit op een helling of een
zachte ondergrond, hierdoor kan de
machine kantelen met mogelijk
brandstoflekkage en brand tot ge-
volg.
●
Parkeer niet nabij gras of andere
brandbare materialen die vlam zou-
den kunnen vatten.
U20SD3D0.book Page 4 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 44 of 102

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-1
6
DAU17244
Door periodiek inspecties, afstellingen en
smeerbeurten uit te laten voeren, zorgt u er-
voor dat uw machine in zo veilig en efficiënt
mogelijke conditie blijft. De eigenaar/be-
stuurder van de machine is verplicht de op-
timale veiligheid te waarborgen. Op de
volgende pagina’s wordt de belangrijkste in-
formatie met betrekking tot inspecties, af-
stellingen en smeerbeurten gegeven.
De intervalperioden vermeld in de periodie-
ke onderhoudsschema’s moeten worden
beschouwd als een algemene richtlijn onder
normale rijcondities. Het is echter mogelijk
dat de intervalperioden voor onderhoud
moeten worden verkort afhankelijk van het
weer, het terrein, de geografische locatie en
individueel gebruik.
WAARSCHUWING
DWA10321
Het niet of onjuist uitvoeren van onder-
houd aan de machine vergroot het risico
op letsel of overlijden tijdens het uitvoe-
ren van onderhoud of het rijden met de
machine. Als u niet bekend bent met
voertuigonderhoud, laat het onderhoud
dan uitvoeren door uw Yamaha dealer.
WAARSCHUWING
DWA15122
Zet voor het uitvoeren van onderhoud de
motor af tenzij anders aangegeven.●
Een draaiende motor heeft bewe-
gende delen die lichaamsdelen of
kleding kunnen grijpen en elektri-
sche onderdelen die schokken of
brand kunnen veroorzaken.
●
Het laten draaien van de motor tij-
dens het uitvoeren van onderhoud
kan leiden tot oogletsel, brandwon-
den, brand of koolmonoxidevergif-
tiging, mogelijk met de dood tot
gevolg. Zie pagina 1-2 voor meer in-
formatie over koolmonoxide.WAARSCHUWING
DWA15460
Remschijven, -klauwen, -trommels en
-voeringen kunnen tijdens het gebruik
zeer heet worden. Laat onderdelen van
het remsysteem afkoelen alvorens deze
aan te raken.
DAU17302
Emissiecontroles zorgen niet alleen voor
een betere luchtkwaliteit, maar zijn ook zeer
belangrijk voor een juiste werking van de
motor en om maximale prestaties te beha-
len. In de volgende periodieke onder-
houdsschema’s is het emissiecontrole-
onderhoud apart gegroepeerd. Dit onder-
houd vereist gespecialiseerde gegevens,
kennis en gereedschap. Onderhoud, ver-
vanging, of reparatie van emissiecontrole-
apparatuur en -systemen kan door elke
gecertificeerde reparateur worden uitge-
voerd (indien van toepassing). Yamaha
dealers beschikken over de training en het
gereedschap om dit onderhoud uit te voe-
ren.
U20SD3D0.book Page 1 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 45 of 102

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-2
6
DAU39691
Boordgereedschapsset De boordgereedschapsset bevindt zich aan
de onderkant van het zadel. (Zie pagina
3-16.)
De onderhoudsinformatie in deze handlei-
ding en het gereedschap in de boordge-
reedschapsset zijn bedoeld om u te
ondersteunen bij het uitvoeren van preven-
tief onderhoud en kleinere reparaties. Voor
de correcte uitvoering van bepaalde onder-
houdswerkzaamheden kan echter het ge-
bruik van extra gereedschap zoals een
momentsleutel vereist zijn.
OPMERKINGLaat een Yamaha dealer onderhoud ver-
richten als u niet beschikt over het gereed-
schap of de ervaring die voor bepaalde
werkzaamheden vereist zijn.
1. Boordgereedschapsset
1
U20SD3D0.book Page 2 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 46 of 102

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-3
6
DAU46861
OPMERKING●
De jaarlijkse controles horen eenmaal per jaar te worden uitgevoerd, behalve wanneer in plaats daarvan een onder-
houdsbeurt op kilometerbasis of, voor Groot-Brittannië, op mijlbasis wordt verricht.
●
Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf 10000 km (6000 mi).
●
Werkzaamheden gemarkeerd met een asterisk horen te worden ui tgevoerd door een Yamaha dealer, omdat hiertoe speciaal gereed-
schap, technische gegevens en vakmanschap vereist zijn.
DAU46910
Periodiek onderhoudsschema voor het uitstootcontrolesysteem NR. ITEM CONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-TROLE
1000 km
(600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
1 *Brandstofleiding Controleer de brandstofslangen
op scheurtjes of beschadigingen. √√√√√
2 *Bougies Controleer de conditie.
Reinigen en elektrodenafstand af-
stellen. √√
Vervangen. √√
3 *Ven tiel en Controleer de klepspeling.
Afstellen.
Elke 40000 km (24000 mi)
4 *Brandstofinjectie Stel het stationair toerental en de
synchronisatie af. √√√√√√
5 *Luchtinlaatsysteem Controleer de luchtafsluitklep, de
membraanklep en de slang op be-
schadiging.
Vervang indien nodig het volledi- ge luchtinlaatsysteem. √√√√√
U20SD3D0.book Page 3 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 47 of 102

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-4
6
DAU1770E
Algemeen smeer- en onderhoudsschema NR. ITEMCONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-TROLE
1000 km
(600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
1 Luchtfilterelement Vervangen. √
2 Koppeling Controleer de werking.
Afstellen. √√√√√
3 *Voorrem Controleer de werking en het
vloeistofniveau en controleer de
machine op vloeistoflekkage. √√√√√√
Vervang de remblokken. Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
4 *Achterrem Controleer de werking en het
vloeistofniveau en controleer de
machine op vloeistoflekkage. √√√√√√
Vervang de remblokken. Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
5 *Remslangen Controleer op scheurtjes en be-
schadigingen.
Zorg voor een correcte plaatsing van slang(en) en klem(men). √√√√√
Vervangen. Elke 4 jaar
6 *Wielen Controleer de speling en contro-
leer op beschadigingen. √√√√
7 *Banden Controleer op slijtage en bescha-
digingen.
Vervang indien nodig.
Controleer de bandspanning.
Corrigeer indien nodig. √√√√√
8 *Wiellagers Controleer op speling of bescha-
digingen. √√√√
U20SD3D0.book Page 4 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 48 of 102

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-5
6
9*Achterbrug Controleer op een correcte wer-
king en overmatige speling. √√√√
Smeren met lithiumvet. Elke 50000 km (30000 mi)
10 Aandrijfketting Controleer de spanning, uitlijning
en conditie van de aandrijfketting.
Stel de ketting af en smeer deze grondig met een speciale smering
voor o-ringkettingen. Elke 1000 km (600 mi) en nadat de motorfiets is gewassen of ermee in de regen
of vochtige gebieden is gereden
11 *Balhoofdlagers Controleer de lagers op speling
en oppervlakteruwheid. √√√√√
Smeren met lithiumvet. Elke 20000 km (12000 mi)
12 *Framebevestigin-
gen Controleer of alle moeren, bouten
en schroeven stevig zijn vastge-
zet. √√√√√
13 Scharnieras van
remhendel Smeren met siliconenvet.
√√√√√
14 Scharnieras van
rempedaal
Smeren met lithiumvet.
√√√√√
15 Scharnieras van
koppelingshendel
Smeren met lithiumvet.
√√√√√
16 Scharnieras van
schakelpedaal Smeren met lithiumvet.
√√√√√
17 Zijstandaard Controleer de werking.
Smeren met lithiumvet.
√√√√√
18 *Zijstandaardscha-
kelaar
Controleer de werking.
√√√√√√
NR. ITEM
CONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-TROLE
1000 km
(600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
U20SD3D0.book Page 5 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 49 of 102

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-6
6
19*Vo o r vo r k Controleer op een correcte wer-
king en olielekkage. √√√√
20 *Schokdemperunit Controleer op een correcte wer-
king en olielekkage. √√√√
21 Motorolie Verversen.
Controleer het olieniveau en con-
troleer de machine op olielekka-
ge. √√√√√√
22 Oliefilterpatroon Vervangen. √√√
23 *Koelsysteem Controleer het koelvloeistofniveau
en controleer de machine op
vloeistoflekkage. √√√√√
Vervang met ethyleenglycol anti- vrieskoelvloeistof. Elke 3 jaar
24 *Voor- en achterrem-
schakelaar Controleer de werking.
√√√√√√
25 Bewegende delen
en kabels
Smeren.
√√√√√
26 *Gasgreep Controleer de werking.
Controleer de vrije slag van de
gasgreep en stel deze indien no-
dig af.
Smeer de kabel en het kabelhuis. √√√√√
27 *Lampen, richtin-
gaanwijzers en
schakelaars Controleer de werking.
Stel de koplamplichtbundel af.
√√√√√√
NR. ITEM
CONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURT KILOMETERSTAND
JAARLIJK-
SE CON-TROLE
1000 km
(600 mi) 10000 km
(6000 mi) 20000 km
(12000 mi) 30000 km
(18000 mi) 40000 km
(24000 mi)
U20SD3D0.book Page 6 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM
Page 50 of 102

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
6-7
6
DAU18680
OPMERKING●
Luchtfilter Het luchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papieren filterelement. Reinig dit niet met perslucht, om het niet te bescha-
digen.
Het luchtfilterelement moet u vaker vervangen als u vaak in extreem vochtige of stoffige gebieden rijdt.
●
Hydraulisch remsysteem
Controleer regelmatig het remvloeistofniveau en vul indien nodig bij.
Elke twee jaar moeten de inwendige onderdelen van de hoofdr emcilinders en de remklauwen worden vervangen en de remvloei-
stof worden ververst.
De remslangen dienen elke vier jaar te worden ve rvangen, of wanneer deze zijn gescheurd of beschadigd.
U20SD3D0.book Page 7 Thursday, April 5, 2012 4:31 PM