Abarth Punto Evo 2012 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: ABARTH, Model Year: 2012, Model line: Punto Evo, Model: Abarth Punto Evo 2012Pages: 270, PDF Size: 3.4 MB
Page 191 of 270

F0U173Abfig. 169190
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
VLOEISTOF VOOR RUITENSPROEIERS
VOOR/ACHTER fig. 169
Verwijder dop A en vul vloeistof bij.
Gebruik een mengsel van water en TUTELA
PROFESSIONAL SC35 in de volgende mengverhouding:
30% TUTELA PROFESSIONAL SC35 en 70% water in
de zomer.
50% TUTELA PROFESSIONAL SC35 en 50% water in
de winter.
Bij temperaturen onder −20 °C, TUTELA
PROFESSIONAL SC 35 onverdund gebruiken.
Controleer visueel het niveau van de vloeistof in het
reservoir.
Rijd niet met een leeg
ruitensproeierreservoir: de
ruitensproeiers zijn van fundamenteel belang
voor een optimaal zicht.
ATTENTIE
Enkele in de handel verkrijgbare
ruitensproeiervloeistoffen zijn licht
ontvlambaar. In de motorruimte bevinden zich
warme onderdelen die bij contact de vloeistof
kunnen doen ontbranden.
ATTENTIE
Page 192 of 270

191
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0U174Abfig. 170
BELANGRIJK De remvloeistof is hygroscopisch (trekt
water aan). Daarom verdient het aanbeveling, als de
auto overwegend wordt gebruikt in gebieden met een
hoge luchtvochtigheid, de vloeistof vaker te vervangen
dan in het „Onderhoudsschema” staat aangegeven. REMVLOEISTOF fig. 170
Draai de dop A los: controleer of het
remvloeistofniveau nog op het maximum niveau staat.
Het niveau mag nooit het MAX-merkteken
overschrijden.
Als vloeistof moet worden bijgevuld, dan raden wij u aan
de remvloeistof te gebruiken die staat vermeld in de
tabel „Vloeistoffen en smeermiddelen” (zie het
hoofdstuk „Technische gegevens”).
Opmerking Maak de dop van het reservoir A en het
omringende oppervlak zorgvuldig schoon.
Wees bij het openen van de dop bijzonder voorzichtig
zodat er geen vuil in het reservoir komt.
Gebruik voor het bijvullen altijd een trechter met een
ingebouwde filterzeef van maximaal 0,12 mm.
Voorkom contact tussen de zeer
corrosieve remvloeistof en de lak. Als
remvloeistof wordt gemorst, moet de lak
onmiddellijk met water worden afgespoeld.
De remvloeistof is giftig en zeer
corrosief. Als per ongeluk remvloeistof
wordt gemorst, moeten de betreffende delen
onmiddellijk worden gewassen met water en
neutrale zeep en daarna met veel water worden
afgespoeld. Bij inslikken dient onmiddellijk een
arts te worden geraadpleegd.
ATTENTIE
Page 193 of 270

192
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
LUCHTFILTER
Laat het luchtfilter vervangen door het Abarth
Servicenetwerk.
POLLENFILTER
Laat het pollenfilter vervangen door het Abarth
Servicenetwerk.
De remvloeistof is giftig en zeer
corrosief. Als per ongeluk remvloeistof
wordt gemorst, moeten de betreffende delen
onmiddellijk worden gewassen met water en
neutrale zeep en daarna met veel water worden
afgespoeld. Bij inslikken dient onmiddellijk een
arts te worden geraadpleegd.
ATTENTIE
Het symbool πop het reservoir geeft
aan dat synthetische remvloeistof en
geen minerale vloeistof moet worden gebruikt.
Het gebruik van minerale vloeistoffen moet
absoluut worden vermeden, omdat de rubbers in
het remsysteem door deze vloeistoffen worden
beschadigd.
ATTENTIE
Het symbool πop het reservoir geeft
aan dat synthetische remvloeistof en
geen minerale vloeistof moet worden gebruikt.
Het gebruik van minerale vloeistoffen moet
absoluut worden vermeden, omdat de rubbers in
het remsysteem door deze vloeistoffen worden
beschadigd.
ATTENTIE
Page 194 of 270

193
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
ACCU
De accu van de auto is „onderhoudsarm”: onder
normale omstandigheden hoeft het elektrolyt niet
bijgevuld te worden met gedestilleerd water.
ACCULADING EN
ELEKTROLYTNIVEAU CONTROLEREN
De controlewerkzaamheden mogen uitsluitend door
gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd bij de
kilometerstanden en op de wijze die beschreven staat in
dit Instructieboek. Het eventueel bijvullen mag
uitsluitend worden uitgevoerd door gespecialiseerd
personeel van het Abarth Servicenetwerk.
De vloeistof in de accu is giftig en
corrosief. Voorkom contact met de huid
en de ogen. Houd open vuur en vonkvormende
apparaten verwijderd van de accu: brand- en
ontploffingsgevaar.
ATTENTIE
Als de accu werkt met een zeer laag
vloeistofniveau, ontstaat onherstelbare
schade aan de accu en kan de accu
openbarsten.
ATTENTIE
ACCU VERVANGEN
Als de accu vervangen wordt, moet een originele accu
met dezelfde specificaties worden geïnstalleerd.
Als de accu vervangen wordt door een accu met andere
specificaties, vervallen de onderhoudsintervallen die in
het „Geprogrammeerd Onderhoudsschema” staan
aangegeven.
Voor het onderhoud van de accu dient u zich strikt te
houden aan de aanwijzingen van de fabrikant van de
accu.
Onoordeelkundige montage van
elektrische en elektronische apparatuur
kan ernstige schade toebrengen aan de
auto. Als u na aanschaf van uw auto accessoires
wilt monteren die constante voeding nodig
hebben (diefstalalarm, mobiele telefoon enz.),
raden wij u aan contact op te nemen met de
specialisten van het Abarth Servicenetwerk. Deze
kunnen u de meest geschikte installaties
aanraden en controleren of het noodzakelijk is
een accu met een grotere capaciteit te monteren.
Page 195 of 270

194
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Accu’s bevatten zeer schadelijke stoffen
voor het milieu. Het verdient aanbeveling
een defecte accu door het Abarth
Servicenetwerk te laten vervangen, omdat het
beschikt over de uitrusting voor het op
milieuvriendelijke wijze en conform de wettelijke
bepalingen, verwerken van defecte accu’s.
Als u de auto langere tijd stalt in
extreem koude omstandigheden moet,
om bevriezing te voorkomen, de accu worden
verwijderd en op een verwarmde plaats worden
bewaard.
ATTENTIE
Bij werkzaamheden aan de accu of in de
buurt van de accu, moet u uw ogen
altijd beschermen met een speciale bril.
ATTENTIE
PRAKTISCHE TIPS OM DE LEVENSDUUR
VAN DE ACCU TE VERLENGEN
Om het snel ontladen van de accu te voorkomen en de
levensduur te verlengen, dient u de volgende
aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
❒wanneer u de auto parkeert, controleer dan of de
portieren, de motorkap en de achterklep goed
gesloten zijn. Hiermee wordt voorkomen dat de
interieurverlichting blijft branden;
❒schakel de interieurverlichting uit: de auto is in ieder
geval uitgerust met een systeem voor automatische
uitschakeling van de interieurverlichting;
❒voorkom zoveel mogelijk het gebruik van
stroomverbruikers als de motor uitstaat (autoradio,
waarschuwingsknipperlichten enz.);
❒maak voordat werkzaamheden aan de elektrische
installatie van de auto worden uitgevoerd, eerst de
klem los van de minpool op de accu;
❒de klemmen moeten altijd goed zijn bevestigd.
Page 196 of 270

195
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
BELANGRIJK Een accu die gedurende langere tijd
minder dan 50% geladen is, raakt door sulfatering
beschadigd. Hierdoor loopt de capaciteit en het
startvermogen terug.
Ook is de accu dan gevoeliger voor bevriezing (reeds bij
temperaturen van circa −10 °C). Als u de auto langere
tijd niet gebruikt, zie dan „Auto langere tijd stallen” in
het hoofdstuk „Starten en rijden”.
Als u na aanschaf van uw auto accessoires wilt
monteren die constante voeding nodig hebben
(diefstalalarm enz.), of accessoires die de elektrische
installatie zwaar belasten, raden wij u aan contact op te
nemen met het Abarth Servicenetwerk. Dat kan u de
meest geschikte installaties uit het Abarth
Lineacccessori-programma aanraden en controleren of
de elektrische installatie van de auto geschikt is voor het
extra stroomverbruik of dat het noodzakelijk is een
accu met een grotere capaciteit te monteren.
Enkele van deze stroomverbruikers blijven continu
stroom verbruiken ook bij een uitgezette motor,
waardoor de accu geleidelijk ontlaadt.WIELEN EN BANDEN
De spanning van de banden, inclusief het reservewiel,
moet regelmatig, om de twee weken en voor een lange
rit, worden gecontroleerd: de bandenspanning moet bij
koude banden worden gecontroleerd.
Tijdens het rijden neemt de bandenspanning toe; zie
voor de juiste waarde van de bandenspanning de
paragraaf „Wielen” in het hoofdstuk „Technische
gegevens”.
Een onjuiste bandenspanning veroorzaakt een
onregelmatige slijtage van de banden fig. 171:
A normale spanning: gelijkmatige slijtage van het
loopvlak.
B te lage spanning: te grote slijtage aan de zijkanten van
het loopvlak.
C te hoge spanning: te grote slijtage in het midden van
het loopvlak.
Banden moeten worden vervangen als de profieldiepte
van het loopvlak minder is dan 1,6 mm. Houdt u echter
altijd aan de bepalingen van het land waarin u rijdt.
BELANGRIJKE TIPS
❒Voorkom bruusk remmen, met spinnende wielen
optrekken, harde contacten tussen banden en
stoepranden, kuilen en andere obstakels. Het
langdurig rijden op een slecht wegdek kan de banden
beschadigen;
Page 197 of 270

196
F0U175Abfig. 171
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Bedenk dat ook de wegligging
afhankelijk is van een juiste
bandenspanning.
ATTENTIE
Door een te lage bandenspanning wordt
de band te heet, waardoor er
onherstelbare inwendige schade aan de band
kan ontstaan.
ATTENTIE
Verwissel de banden niet kruiselings,
waarbij de banden van de rechterzijde
aan de linkerzijde en omgekeerd worden
gemonteerd.
Voer bij lichtmetalen velgen geen
spuitwerkzaamheden uit die een temperatuur
vereisen boven 150 °C.
De mechanische eigenschappen van de wielen
kunnen hierdoor in gevaar worden gebracht.
ATTENTIE
❒controleer de banden regelmatig op scheuren in de
wangen en bulten of slijtplekken op het loopvlak.
Wendt u in dat geval tot het Abarth Servicenetwerk;
❒rijd nooit met een te zwaar beladen auto: hierdoor
kunnen de wielen en de banden ernstig beschadigd
worden;
❒stop zo snel mogelijk bij een lekke band en verwissel
het wiel om beschadiging van de band, de velg, de
wielophanging en de stuurinrichting te voorkomen;
❒banden verouderen, ook als zij weinig of nooit
gebruikt zijn. Scheurtjes in het loopvlak en op de
wangen geven aan dat de band verouderd is. Banden
die langer dan zes jaar onder een auto gemonteerd
zijn, moeten dan ook door een specialist worden
gecontroleerd. Dit geldt in het bijzonder voor het
reservewiel;
❒monteer nooit gebruikte banden of banden, waarvan
de herkomst onbekend is;
❒bij de montage van een nieuwe band moet ook het
ventiel vernieuwd worden;
❒om een gelijke slijtage van de banden op de vooras
en de achteras te verkrijgen, is het raadzaam de
banden om de 10.000/15.000 km van as te
verwisselen. Hierbij moeten de banden aan dezelfde
zijde van de auto gemonteerd blijven, zodat een
omkering van de draairichting wordt voorkomen.
Page 198 of 270

197
RUBBER SLANGEN
Houd voor de rubber slangen van het rem- en
brandstofsysteem zeer nauwkeurig de voorschriften van
het „Geprogrammeerd Onderhoudsschema” in dit
hoofdstuk aan.
Ozon, hoge temperaturen en het gedurende langere tijd
ontbreken van vloeistof in een systeem zorgen ervoor
dat de slangen uitdrogen en scheuren, waardoor het
betreffende systeem kan gaan lekken.
Daarom is zorgvuldige controle noodzakelijk.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
RUITENWISSERS
WISSERBLADEN
Maak de wisserbladen regelmatig schoon met een
schoonmaakmiddel; wij raden TUTELA PROFESSIONAL
SC 35 aan.
Vervang de wisserbladen als het rubber vervormd of
versleten is. Het verdient aanbeveling ten minste één
maal per jaar de wisserbladen te vervangen.
Met enkele simpele voorzorgsmaatregelen is het
mogelijk beschadigingen van het rubber te voorkomen:
❒wanneer de temperatuur onder 0 °C is gedaald,
moet gecontroleerd worden of er geen ijs tussen
wisserblad en ruit zit. Maak de wissers zo nodig vrij
met een anti-vriesmiddel;
❒verwijder eventueel opgehoopte sneeuw van de ruit:
om de wisserbladen te beschermen en oververhitting
van de ruitenwissermotor te voorkomen;
❒schakel de ruitenwissers niet op een droge ruit in.
Rijden met versleten ruitenwisserbladen
is zeer gevaarlijk, omdat ze het zicht
onder slechte weersomstandigheden aanzienlijk
beperken.
ATTENTIE
Page 199 of 270

F0U177Abfig. 173198
F0U176Abfig. 172
Ruitenwisserbladen vervangen fig. 172
Aanwijzingen voor het losmaken van het wisserblad:
❒til de wisserarm A van de voorruit;
❒draai het wisserblad B 90° ten opzichte van de pen
C, die zich aan het uiteinde van de wisserarm
bevindt;
❒trek het wisserblad los van de pen C.
Aanwijzingen voor het plaatsen van het wisserblad:
❒plaats de pen C in het gat in het middelste deel van
het wisserblad B;
❒plaats de wisserarm met het wisserblad op de
voorruit.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Wisserblad achter vervangen fig. 173
Ga als volgt te werk:
❒kantel het dopje A omhoog, draai de moer B los,
waarmee de wisserarm aan de as is bevestigd, en
neem de arm van de as;
❒plaats de nieuwe wisserarm in de juiste stand en
draai de moer zorgvuldig vast;
❒kantel het dopje naar beneden.
Page 200 of 270

199
F0U179Abfig. 174F0U178Abfig. 175
Achterruit (achterruitsproeier) fig. 175
De sproeiermonden van de achterruitsproeier kunnen
niet worden afgesteld.
De sproeier is ingebouwd boven de achterruit. RUITENSPROEIERS
Voorruit (ruitensproeiers) fig. 174
Als de ruitensproeiers niet werken, controleer dan
eerst het niveau in het ruitensproeiertankje (zie de
paragraaf „Niveaus controleren” in dit hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de ruitensproeiermonden niet
verstopt zijn. Deze kunnen zo nodig met een speld
worden doorgeprikt.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER