JEEP COMPASS 2020 Instructieboek (in Dutch)

Page 211 of 370

209
Het zekeringkastje heeft aan de onderkant extra ATO-zekeringhouders.F87
– –5 A geelbruin Schakelhendel automatische transmissie
(*)
F88 – –7,5 A bruin Verwarmde buitenspiegels
F89 – –30 A groen Verwarmde achterruit
F90 – –
5 A geelbruin IBS-sensor (laadtoestand van de accu)
(*)
Fxx – –10 A rood Regelrelais dubbele accu met NON-DDCT
Trans
(*)
7,5 A bruin Regelrelais dubbele accu met DDCT Trans (*)
Locatie ATO-/UNIVAL-zekering Omschrijving
F15 A beigeRegelmodule aandrijflijn (4X4/AWD)
(*)
F2 10 A roodECM — detectie startdiagnose
(*)
F3 2 A grijsModbesturingsregeling
(*)
Locatie Maxizekering Patroonzekering Minizekering Omschrijving
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 209

Page 212 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
210
Zekeringen in het motorcompartiment/Hulpsysteem
Het hulpzekeringenpaneel bevindt zich vóór de accu aan de linkerkant van het motorcompartiment.
Zekeringen in interieur
Het zekeringenpaneel in het interieur bevindt zich in de passagiersruimte op het linker dashboardpaneel onder het instrumentenpaneel.
OPMERKING:
Zekeringen voor veiligheidssystemen (gemarkeerd met *) moeten worden onderhouden door een erkende dealer.
LocatieMaxizekering Patroonzekering Minizekering Omschrijving
F01––20 A geel NOx-sensor-voeding
F02 ––10 A rood PM-sensor-voeding
F03 ––15 A blauw SCR-module-voeding
F05 –30 A roze –ATS-relais-voeding
F06 –40 A geelbruin –SCR-module-voeding
Locatie HC micro-ISO-relais Omschrijving
R130 A ATS-relais
R2 30 A SCR-relais
LocatieMeszekering Omschrijving
F317,5 A bruinRegelaar voor vasthouden inzittende
F33 20 A geelMotor elektrisch bediende ruit passagierskant
F34 20 A geelMotor elektrisch bediende ruit bestuurderskant
F36 20 A geelInbraakmodule/sirene, radio, UCI-/USB-poort, VSU, klimaatregeling,
elektronisch stuurslot, elektrisch inklapbare spiegels,
beveiligingsgateway/DTV
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 210

Page 213 of 370

211
F3710 A roodInstrumentenpaneel, regelmodule aandrijflijn, adaptieve cruise
control, ECC-blower (HVAC)
(*)
F38 20 A geelPortiervergrendeling/-ontgrendeling, ontgrendeling van de achterklep
F42 7,5 A bruinRemsysteemmodule, elektrische stuurbekrachtiging
(*)
F43 20 A geelRuitensproeierpomp voor en achter
F47 20 A geelRuitmechanisme linksachter
F48 20 A geelRuitmechanisme rechtsachter
F49 7,5 A bruinParkeersensoren, dode hoek, spanningsstabilisator,
vochtigheidssensor, elektronisch stuurslot, temperatuursensor,
spiegel, stoelverwarming, licht- en regensensor, start/stop-schakelaar
(*)
F50 7,5 A bruinRegelaar voor vasthouden inzittende
(*)
F51 7,5 A bruinElektronische klimaatregeling, inzittendenclassificatie,
achteruitrijcamera, klimaatregeling, koplamphoogteregeling,
terreinselectie, achterruitverwarming, gebruik van de trekhaak,
voelbare indicatie rijstrook verlaten
(*)
F53 7,5 A bruinContactschakelaarmodule zonder sleutel, elektrische parkeerrem,
RF-hub, instrumentenpaneel
(*)
F94 15 A blauwLendensteunverstelling bestuurdersstoel, voedingsuitgangen
Locatie Meszekering Omschrijving
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 211

Page 214 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
212
Verdeeleenheid zekeringen/relais
bagageruimte
Om toegang te krijgen tot de zekeringen,
verwijdert u het toegangsdeksel van het
linkerachterpaneel van de bagageruimte.Toegangklep zekeringenpaneel in de bagageruimte achter Om het zekeringendeksel te verwijderen,
drukt u de lipjes in en tilt u het deksel
omhoog.
Deksel van zekeringenpaneel in de bagageruimte achter De zekeringen kunnen zich in twee eenheden
bevinden. Zekeringhouder nr. 1 bevindt zich
het dichtst bij de achterkant van het voertuig
en zekeringhouder nr. 2 (indien aanwezig bij
gebruik van een aanhanger) bevindt zich het
dichtst bij de voorkant van het voertuig.
OPMERKING:
Zekeringen voor veiligheidssystemen (gemar
-
keerd met *) moeten worden onderhouden
door een erkende dealer.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 212

Page 215 of 370

213
Op de steun van de verdeeleenheid zekeringen/relais in de bagageruimte bevindt zich een maxizekeringshouder voor de elektrisch bediende
achterklep en een ATO/Uni-Val zekeringshouder voor het hifi-audiosysteem.
Zekeringhouder nr. 1
Locatie Minizekering Omschrijving
F130 A groenSpanningsomvormr (*)
F2 30 A groenStoel met geheugenfunctie
F3 20 A geelZonnedak — indien aanwezig
F4 30 A groenElektrisch verstelbare stoel (passagierskant)
F5 30 A groenElektrisch verstelbare stoel (bestuurderskant)
F6 7,5 A bruinElektrisch bediende lendesteun (elektrisch verstelbare stoelen)
F7 15 A blauwStuurverwarming/geventileerde stoelen
F8 20 A geelVerwarmde stoelen
Zekeringhouder nr. 2
Locatie Minizekering Omschrijving
F110 A roodTTM CONTACT-Voeding
F5 15 A blauwController buitenverlichting verlichting (bestuurderskant)
F6 15 A blauwController buitenverlichting verlichting (passagierskant)
F7 10 A roodTTM startkabel accuvoeding (*)
Locatie Maxizekering Omschrijving
F0130 A groen Elektrisch bediende achterklep
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 213

Page 216 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
214
(Vervolgd)
WIELEN VERWISSELEN EN
GEBRUIK VAN DE KRIK
Plaats van krik en reservewiel
Indien aanwezig bevinden de krik en het
gereedschap zich in het opbergvak achter,
onder het reservewiel.Plaats van krik en gereedschap
Locatie
ATO/Uni-Val-zekering Omschrijving
F0225 A transparant Hifi-audiosysteem
WAARSCHUWING!
Probeer geen wiel te verwisselen aan de
zijde van de auto waar ander verkeer
langs rijdt. Ga ver genoeg van de weg af
staan om ongelukken te voorkomen bij
gebruik van de krik of het verwisselen
van een wiel.
Het is gevaarlijk om u onder een opge-
krikte auto te bevinden. De auto kan van
de krik glijden en op u vallen. Dit leidt
tot ernstig letsel. Zorg er daarom voor dat
u met geen enkel lichaamsdeel onder
een opgekrikte auto komt. Als u werk-
zaamheden onder de auto moet
uitvoeren, zet deze dan op een hefbrug.
Start de motor niet en laat deze niet
draaien zolang de auto door een krik
wordt ondersteund.
De krik is uitsluitend bedoeld als gereed-
schap om banden te verwisselen.
Gebruik de krik niet om de auto voor
onderhoudswerkzaamheden omhoog te
brengen. De auto mag alleen op een
stevige en vlakke ondergrond worden
opgekrikt. Vermijd een gladde onder -
grond.
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
1 — Krik
2 — Uitlijningspen
3 — Kruissleutel
4 — Noodtrechter
5 — Schroevendraaier
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 214

Page 217 of 370

215
1. Open de achterklep.
2. Til de afdekking met behulp van de laad-
vloergreep omhoog.
Laadvloergreep
3. Verwijder de bevestiging waarmee het reservewiel vast is gemaakt en haal het
reservewiel uit het voertuig. U vindt de
krik en het gereedschap eronder. Bevestiging van reservewiel
4. Haal de uitlijningspen uit het midden -
deel, draai de krik linksom en haal deze
uit de schuimplastic houder.
5. Verwijder de krik en de kruissleutel. Krik en gereedschap
1 — Kruissleutel
2 — Krik
3 — Noodtrechter
4 — Schroevendraaier
5 — Uitlijningspen
WAARSCHUWING!
Een losse krik of wiel kan bij een noodstop
of ongeval naar voren schieten en zo de
inzittenden ernstig letsel toebrengen. Berg
de krik en het reservewiel altijd op de
daarvoor bestemde plaatsen op. Laat de
leeggelopen (lekke) band onmiddellijk
repareren of vervangen.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 215

Page 218 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
216
(Vervolgd)
(Vervolgd)
Voorbereidingen voor het opkrikken
1. Parkeer de auto op een stevige en vlakke
ondergrond, zo ver mogelijk verwijderd
van de weg. Vermijd een gladde onder -
grond.
2. Schakel de waarschuwingsknipper -
lichten in.
3. Trek de handrem aan.
4. Zet de keuzehendel in de stand PARK (automatische versnellingsbak) of in de
stand REVERSE (handgeschakelde
versnellingsbak).
5. Zet het contact in de stand OFF.
6. Blokkeer de voor- en achterkant van het wiel dat zich diagonaal tegenover het
krikpunt bevindt. Bijvoorbeeld, als het
rechtervoorwiel wordt vervangen, blok -
keert u het linkerachterwiel. Wiel geblokkeerd
OPMERKING:
Laat geen passagiers in de auto zitten
wanneer deze wordt opgekrikt.
Instructies bij opkrikken
WAARSCHUWING!
Probeer geen wiel te verwisselen aan de
zijde van de auto waar ander verkeer langs
rijdt. Ga ver genoeg van de weg af staan
om ongelukken te voorkomen bij gebruik
van de krik of het verwisselen van een
wiel.
WAARSCHUWING!
Neem de volgende waarschuwingen in
acht bij het verwisselen van een band, om
persoonlijk letsel of schade aan de auto te
voorkomen:
Parkeer de auto op een stevige en vlakke
ondergrond, zo ver mogelijk verwijderd
van de weg, voordat u de auto opkrikt.
Schakel de waarschuwingsknipper -
lichten in.
Blokkeer het wiel dat zich schuin tegen -
over het te vervangen wiel bevindt.
Trek de handrem stevig aan en zet de
transmissie in de stand PARK.
Start de motor niet en laat deze niet
draaien zolang de auto door een krik
wordt ondersteund.
Laat niemand in de auto zitten zolang
deze door een krik wordt ondersteund.
Begeef u niet onder de auto wanneer
deze door een krik wordt ondersteund.
Als u werkzaamheden onder de auto
moet uitvoeren, zet deze dan op een
hefbrug.
Gebruik de krik alleen op de aangegeven
plaatsen en alleen om de auto op te
krikken voor het verwisselen van banden.
Wees uiterst voorzichtig als u de band
moet verwisselen op of langs de weg.
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 216

Page 219 of 370

217
Waarschuwingssticker krik
1. Verwijder het reservewiel, de krik en de wielsleutel.
2. Als de auto aluminium wielen heeft met een sierdop die de wielmoeren bedekt, moet u met de wielsleutel de dop voor
-
zichtig loswrikken voordat u de auto
opkrikt.
3. Voordat u de auto opkrikt, draait u met de wielsleutel de wielmoeren van het wiel
met de lekke band los, zonder de wiel -
moeren te verwijderen. Draai de wiel -
moeren één slag linksom terwijl het wiel
nog op de grond staat.
4. Plaats de krik onder het krikpunt dat zich het dichtst bij de lekke band bevindt.
Draai de krikschroef rechtsom totdat de
bovenkant van de krik stevig aangrijpt in
het krikpunt op de dorpelbalk, waarbij de
bovenkant van de krik in de uitsparing in
de dorpelbekleding wordt gecentreerd.
Krikpunten Hefpunt vóór
Krikpunt vóór
Om de reservebanden, plat of opge-
blazen, veilig op te bergen, moeten ze
met het ventiel naar beneden gericht
worden opgeborgen.
LET OP!
Probeer niet om de auto op te krikken op
andere plaatsen dan de aangegeven
plaatsen in de instructies voor het
opkrikken van deze auto.
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 217

Page 220 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
218
Hefpunt achter
Krikpunt achter
5. Krik de auto niet verder op dan nodig is om de lekke band te verwijderen. 6. Verwijder de wielbouten en de band.
7. Verwijder de stelpen van de krik en
schroef de pen in de wielnaaf als
hulmiddel bij het monteren van het reser -
vewiel.
8. Monteer het reservewiel. Reservewiel monteren
OPMERKING:
Installeer geen sierdop of wieldop op het
compacte reservewiel.
Raadpleeg de paragrafen "Compact reser -
vewiel" en "Reservewiel voor beperkt
gebruik" onder "Banden" in het hoofdstuk
"Service en onderhoud" in het instructie-
boekje voor meer waarschuwingen, voor -
zorgsmaatregelen en informatie over het
reservewiel, het gebruik en de werking
ervan.
WAARSCHUWING!
Als u de auto hoger opkrikt dan
noodzakelijk, zal hij minder stabiel staan.
De auto kan van de krik glijden en zo
ernstig letsel veroorzaken. Krik de auto
slechts zo ver op als nodig is om het wiel
te verwijderen.
LET OP!
Monteer het reservewiel met het ventiel
naar buiten gericht. De auto kan
beschadigd raken als het reservewiel op
een verkeerde manier wordt gemonteerd.
20_MP_UG_NL_EU_t.book Page 218

Page:   < prev 1-10 ... 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 ... 370 next >