JEEP COMPASS 2020 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: JEEP, Model Year: 2020, Model line: COMPASS, Model: JEEP COMPASS 2020Pages: 370, PDF Size: 9.34 MB
Page 201 of 370

199
WAARSCHUWINGSKNIP-
PERLICHTEN
De  schakelaar  voor  de  waarschuwingsknip -
perlichten bevindt zich midden onder in het
instrumentenpaneel.
Druk  op  de  schakelaar  om  de
alarmknipperlichten  in  te  scha -
kelen.  Zodra  u  de  schakelaar
indrukt,  gaan  alle  richtingaanwij -zers  knipperen  om  het  verkeer  achter  u  te
waarschuwen  voor  een  noodsituatie.  Druk
nogmaals op de schakelaar om de waarschu
-
wingsknipperlichten uit te zetten.
Dit is een waarschuwingssysteem voor nood -
situaties.  Gebruik  het  systeem  niet  tijdens
het  rijden.  Gebruik  het  alleen  bij  autopech
en  wanneer  uw  auto  een  gevaar  vormt  voor
andere weggebruikers. Als  u  de  auto  moet  verlaten  om  hulp  op  te
roepen,  blijven  de  waarschuwingsknipper
-
lichten ook werken wanneer de contactscha -
kelaar in de stand OFF is gezet.
OPMERKING:
Bij langdurig gebruik van de waarschuwings -
knipperlichten kan uw accu leeg raken.
GLOEILAMPEN VERVANGEN 
Vervangingslampen
Gloeilampen van de binnenverlichting
Lampen Gloeilampnummer
Instapverlichting voor C5W
Instapverlichting voor (zonnekleppen) C5W
Dakverlichting achter (modellen zonder inschuifbaar dak) C5W
Interieurverlichting achter (modellen met inschuifbaar dak) C5W
Interieurverlichting HT-168
Interieurverlichting (handschoenenkastje) HT-168
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 199   
Page 202 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
200
HID-koplampen — indien aanwezig
De  koplampen  bevatten  een  lichtbron  met
hoogspanningsontlading.  Zelfs  wanneer  de
koplampen  zijn  uitgeschakeld,  kan  er  nog
hoogspanning  aanwezig  zijn  in  het  circuit.
Daarom  mag  u  niet  zelf  proberen  eenHID-koplamp  te  vervangen.  Als  een
HID-koplamp  defect  raakt,  laat  deze  dan
door een erkende dealer vervangen.
OPMERKING:
De ingeschakelde koplampen van voertuigen
met HID-koplampen hebben een blauwe tint.
Na  ongeveer  10  seconden,  wanneer  het
systeem is opgeladen, vermindert de intensi
-
teit van de tint en wordt de kleur witter.
Gloeilampen van de buitenverlichting
Lampen Gloeilampnummer
Koplampen dimlicht (halogeen) H11LL
Koplampen grootlicht (halogeen) 9005LL
Parkeerlicht voor/daglichtlamp (DRL) PSX24W
Richtingaanwijzers vóór 7444NA
Parkeerlicht voor — Premium LED LED (service bij erkende dealer)
Mistlampen voor H11LL
Dimlicht/grootlicht (HID) D3S (HID) (service bij erkende dealer)
Richtingaanwijzers (buitenspiegel) LED (service bij erkende dealer)
Achterlichten/remlichten Premium achterlichten: LED (service bij erkende dealer)
Basis achterlichten: W21/5WLL-M
Mistlampen achter W21WLL
Richtingaanwijzers WY16W voor premium achterlichten
WY16W voor basis achterlichten
Derde remlicht LED (service bij erkende dealer)
Kentekenverlichting LED (service bij erkende dealer)
Achterkleplamp achteruit W21WLL
Achterkleplamp achter LED (service bij erkende dealer)
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 200   
Page 203 of 370

201
Gloeilampen buitenverlichting vervangen
Koplampen
Grootlicht/dimlicht - halogeen
De lampen zijn toegankelijk via de wielkuip.
Ga als volgt te werk:
1. Draai  de  voorwielen  helemaal  naar  linksof rechts.
2. Verwijder de wielkuip.
3. Verwijder de kap van de koplamp. Koplamp
4. Draai de  fitting  van  de koplamp  linksom en trek deze naar buiten.
Koplampfitting 5. Duw de borglip op de koplampconnector
in en verwijder de lamp en de fitting.
6. Plaats de nieuwe lamp en zorgt dat deze goed vast zit.
7. Plaats  de  lamp  en  de  fitting;  draai  deze rechtsom  om  ervoor  te  zorgen  dat  deze
goed vast zit.
8. Breng de wielkuip weer aan.
OPMERKING:
Wij  adviseren  u  een  erkende  dealer  te  raad -
plegen.
Richtingaanwijzer/parkeerlicht/dagrijverlich -
ting
Ga  als  volgt  te  werk  om  de  lampen  te
vervangen:
1. Draai  de  voorwielen  helemaal  naar  links of rechts.
2. Verwijder de wielkuip.
 WAARSCHUWING!
De  fitting  van  de  HID-koplamp  komt  kort
onder hoogspanning te staand wanneer als
de  koplampschakelaar  naar  de  stand  ON
wordt  gedraaid.  Als  het  onderhoud  niet
correct  wordt  uitgevoerd,  kan  deze
hoogspanning  een  ernstige  elektrische
schok  of  zelfs  elektrocutie  veroorzaken.
Bezoek uw erkende dealer voor onderhoud.
1 — Kap van dimlicht
2 — Kap van grootlicht
 WAARSCHUWING!
Vervang  de  lampen  alleen  als  de  motor  is
uitgeschakeld.  Zorg  er  ook  voor  dat  de
motor  koud  is,  om  brandwonden  te
voorkomen.
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 201   
Page 204 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
202
3. Verwijder de elektrische stekkers.
4. Bij de lamp van de dagrijverlichting: pakde  lamp  bij  de  bovenste  en  onderste
vergrendellippen en druk deze in tot u de
lamp kunt verwijderen.
5. Om  de  lamp  van  de  dagrijverlichting  te vervangen drukt u deze voorzichtig in de
richting van de behuizing. Als u zowel de
bovenste  als  de  onderste  vergrendellip
hebt  horen  klikken,  weet  u  zeker  dat  de
lamp goed vastzit.
6. Bij  de  lamp  van  de  richtingaanwijzer: draai  deze  linksom  en  verwijderde  lamp
en  de  fitting.  Trek  de  lamp  recht  uit  de
fitting.
7. Plaats  de  lamp  en  de  fitting  en  draai  ze rechtsom zodat ze goed vast zitten.
8. Sluit de elektrische stekkers weer aan.
9. Breng de wielkuip weer aan.
OPMERKING:
Wij  adviseren  u  een  erkende dealer  te  raad -
plegen.
Mistlampen vóór
Ga  als  volgt  te  werk  om  de  lampen  te
vervangen: 1. Draai  de  voorwielen  helemaal  naar  links
of rechts.
2. Verwijder de wielkuip.
3. Druk de lip van de elektrische stekker in om deze te verwijderen.
4. Draai  de  lamp  linksom  en  vervang  de lamp vervolgens.
Mistlampbehuizing
5. Plaats  de  nieuwe  lamp  in  de  fitting  en zorg ervoor dat de lamp goed vast zit.
6. Sluit de elektrische stekker weer aan.
7. Breng de wielkuip weer aan. OPMERKING:
Wij  adviseren  u  een  erkende  dealer  te  raad
-
plegen.
Achterlichten,  achteraan  op  de  zijkant  van  de
carrosserie
Bevatten het volgende:
Parkeerlichten
Remlichten
Richtingaanwijzer
Ga  als  volgt  te  werk  om  de  lampen  te
vervangen:
1. Open de achterklep.
2. Verwijder  de  bevestigingen  met  een geschikt gereedschap.
1 — Lamp
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 202   
Page 205 of 370

203
Opening achterlichten aan de zijkant
3. Koppel de stekker los door de ontgrende -
ling in te drukken.
4. Verwijder  het  achterlicht  aan  de  zijkant van  de  carrosserie  door  het  weg  te
schuiven van de achterkant van het voer -
tuig. Achterlichten aan de zijkant van de carrosserie
5. Vervang de lamp en draai en verwijder zo
nodig de behuizing van de lamp. Achterkant van het achterlicht
6. Breng de nieuwe lamp aan en zorg ervoor dat deze goed vast zit.
7. Breng  de  lampeenheid  aan  de  achter -
zijde van de carrosserie weer aan.
8. Sluit de elektrische stekker weer aan.
9. Breng  de  lamp  aan  de  zijkant  van  de carrosserie weer aan en zorg ervoor dat de
tapeinden zijn uitgelijnd.
1 — Bevestigingen
1  —  Achterlicht,  achteraan  op  de  zijkant
van de carrosserie
2 — Tapeinde1 — Lamp richtingaanwijzer
2 — Elektrische stekker
3 — Lamp remlicht
4 — Tapeinden
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 203   
Page 206 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
204
Achterlichten aan de zijkant van de carrosserie
10. Monteer  de  bevestigingen  en  zet  delampeenheid aan de zijkant vast.
11. Sluit tot slot de achterklep.
OPMERKING:
Wij  adviseren  u  een  erkende dealer  te  raad -
plegen. Mistlampen achter
1. Gebruik  een  geschikt  gereedschap  dat
niet  krast  om  voorzichtig  de  bovenste
binnenrand  van  de  mistlamp  te  openen
en de klikbevestiging los te maken.
2. Koppel  de  stekker  los  door  op  het ontgrendelingsmechanisme te drukken.
3. Verwijder de fitting door deze linksom te draaien en van de lamp te verwijderen.
4. Trek de gloeilamp uit de fitting.
5. Vervang  de  lamp  en  draai  de  fitting rechtsom  om  deze  opnieuw  aan  te
brengen.
6. Sluit de elektrische stekker weer aan.
7. Breng de lamp weer aan door deze vast te klikken met de vergrendelingslippen aan
de  linker-  en  rechterrand  van  de  mist -
lamp.
OPMERKING:
Wij  adviseren  u  een  erkende  dealer  te  raad -
plegen. Achteruitrijlichten
1. Open de achterklep.
2. Gebruik  een  geschikt  gereedschap  om
het  toegangspaneel  voor  de  lampen  aan
de  zijkant  van  de  carrosserie  te  verwij -
deren,  verwijder  het  toegangspaneel  van
de achterklep voor toegang tot de lampen
in de achterklep.
Achterklep
1  —  Achterlicht,  achteraan  op  de  zijkant
van de carrosserie
2 — Tapeinde
1 — Toegangspanelen achterklep
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 204   
Page 207 of 370

205
(Vervolgd)
3. Koppel de stekker los door de ontgrende-
ling in te drukken.
4. Verwijder de  lamp,  vervang deze en zorg ervoor dat deze stevig vastzit.
5. Sluit de elektrische stekker weer aan.
6. Breng  de  toegangspanelen  weer  aan  en zorg ervoor dat ze correct zijn vastgezet.
7. Sluit tot slot de achterklep.
3e remlicht
Het  derde  remlicht  is  een  LED-lamp.  Neem
voor  het  vervangen  contact  op  met  een
erkende dealer.
Kentekenverlichting
De  kentekenverlichting  heeft  LED-lampen.
Neem voor het vervangen contact op met een
erkende dealer.ZEKERINGEN 
Algemene informatie
De  zekeringen  beschermen  elektrische
systemen tegen een te hoge stroomsterkte.
Als een apparaat niet werkt, moet u het zeke -
ringselement  in  de  platte  zekering  contro -
leren op breuk/smelten.
Houd  er  bovendien  rekening  mee  dat  de
voertuigaccu  leeg  kan  raken  wanneer  u
aansluitcontacten  gedurende  lange  tijd
gebruikt terwijl de motor uitgeschakeld is.
 WAARSCHUWING!
Vervang  doorgebrande  zekeringen
uitsluitend  door  exemplaren  met
dezelfde  ampèrewaarde.  Vervang  een
zekering nooit door een zekering met een
hogere  ampèrewaarde.  Vervang  een
doorgebrande  zekering  nooit  door  een
metalen  draad  of  enig  ander  materiaal.
Plaats geen zekering in de holte van een
stroomonderbreker  of  vice  versa.  Als  u
nalaat de juiste zekeringen te gebruiken,
kan  dit  resulteren  in  ernstig  persoonlijk
letsel,  brand  en/of  schade  aan  eigen -
dommen.
Voordat u een zekering vervangt, moet u
ervoor  zorgen  dat  het  contact  is  uitge-
schakeld en dat alle andere services zijn
uitgeschakeld.
Als de vervangen zekering opnieuw door -
brandt,  neem  dan  contact  op  met  een
erkende dealer.
Als een algemene beveiligingszekering voor
veiligheidssystemen  (airbagsysteem,
remsysteem),  krachtbronsystemen  (motor -
systeem,  versnellingsbaksysteem)  of  het
besturingssysteem  doorbrandt,  dient  u
contact  op  te  nemen  met  een  erkende
dealer.
 LET OP!
Als  het  nodig  is  om  de  motorruimte  te
wassen,  voorkom  dan  dat  het  water  direct
in  contact  komt  met  het  zekeringenkastje
en de ruitenwissermotoren.
 WAARSCHUWING! (Vervolgd)
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 205   
Page 208 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
206
Plaats van de zekeringen
De zekeringen zijn gegroepeerd in de control-
lers in de motorruimte.
Verdeeleenheid/zekeringen 
motorcompartiment
Het zekeringenpaneel in het motorcomparti -
ment bevindt zich links in het motorcompar -
timent. Locatie van zekeringenpaneel en kapLocatie van de zekeringenkap/accu
OPMERKING:
Zekeringen voor veiligheidssystemen (gemarkeerd met *) moeten worden onderhouden door een erkende dealer. 1 — Schroef van de kap
2 — Zekeringenkap
1 — Lippen van de zekeringenkap
2 — Zekeringenkap
Locatie Maxizekering Patroonzekering Minizekering
Omschrijving
F0170 A geelbruin ––Module carrosseriecomputer
(*)
F02 70 A geelbruin ––Module carrosseriecomputer, achterste 
verdeeleenheden
(*)
F03 –30 A roze met 
HID-lampen
20 A blauw zonder  HID-lampen –
Voeding carrosseriecomputer, HID-lampen
(*)
F04 –40 A geelbruin –Module remregelelektronica
(*)
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 206   
Page 209 of 370

207
F05–40 A geelbruin –PTC-verwarming
(*)
F06 40 A oranje ––Startmotorrelais
(*)
F07 40 A oranje ––Achterste verdeeleenheid voor 
aanhangergebruik
(*)
F08 –30 A roze –Voeding voor TCM, AGSM, 
besturingsregeling
(*)
F09 – –7,5 A bruin ECM, TCM, radiateurventilator-bediening
(*)
F10 – –20 A geel Claxon
F11 – –20 A geel — 1.4-liter 
benzine- en 
dieselmotoren
25 A transparant —  2.4 liter motoren/ UREUM ECM/PCM/UREUM brandstofverstuivers
(*)
F14 – –7,5 A bruin Diesel carterverwarming
(*)
F15 40 A oranje ––Pomp remregelmodule
(*)
F16 – –10 A rood Voeding motorregelmodule, automatische 
transmissie
(*)
Locatie Maxizekering Patroonzekering Minizekering Omschrijving
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 207   
Page 210 of 370

IN GEVAL VAN NOOD/PECH
208
F17– –10 A rood Secundaire belastingen motor
(*)
F18 – –20 A geel 12V-aansluitcontact in bagageruimte op 
contact
F19 – –7,5 A bruin Compressor van de airconditioning
F20 – –20 A geel Sigarettenaansteker
F21 – –20 A geel Brandstofpomp
(*)
F22 – –20 A geel — 
benzinemotor
15 A blauw —  dieselmotor Brandstof - ontstekingsbobine/
diesel-brandstofverstuiver - 
dieselonderdelen
(*)
F23 – –30 A groen Roosterverwarming ruit
F24 – –15 A blauw Voeding elektronische eenheid automatische 
transmissie
(*)
F30 – –20 A geel (door klant 
te kiezen, verplaatsen  van F18) 12V-aansluitcontact in bagageruimte achter 
continu op accu
F81 60 A blauw ––Gloeibougiemodule, DDCT SDU accuvoeding
(*)
F82 –40 A groen –Verwarming dieselbrandstoffilter
(*)
F83 –40 A groen –HVAC-ventilator
F84 – –30 A groen Voeding aandrijving op alle wielen
(*)
Locatie Maxizekering Patroonzekering Minizekering Omschrijving
20_MP_UG_NL_EU_t.book  Page 208